Verslag plenaire vergadering
Verslag
VOORSTELLEN VAN DECREET
Evenredige participatie op de arbeidsmarkt
Tweede lezing
De voorzitter : Aan de orde is de tweede lezing van het voorstel van decreet van de heer Mahassine c.s. houdende evenredige participatie op de arbeidsmarkt.
Bij tweede lezing wordt alleen artikelsgewijs beraadslaagd en gestemd over de verworpen artikelen of aangenomen amendementen en de uit die verwerping of aanneming voortvloeiende nieuwe amendementen die tot doel hebben de tekst naar de vorm en de onderlinge samenhang van de artikelen te verbeteren, met uitsluiting van alle andere nieuwe amendementen. Hier gaat het om de artikelen 16 en 17bis.
De tweede lezing is geopend.
Vorige week werden twee amendementen op dit voorstel van decreet aangenomen, onder meer amendement 116, dat moet zorgen voor een laagdrempelige en goedkope rechtsprocedure voor de klager.
Dit voorstel kan verregaande sociaal-economische gevolgen hebben en daarom achten we het nuttig deze drempel niet zo laag te leggen. Het vermeldt immers nagenoeg onuitputtelijke gronden voor discriminatie zodat omzeggens elke klager voor het minste naar de rechter kan stappen. In een rechtsstaat moeten klagers een eenvoudige toegang tot de rechtspraak hebben, maar de wetgever moet de mogelijkheid van een tergend en roekeloos geding beperken.
Met enkele voorbeelden wil ik het verschil schetsen tussen de intenties die de hoofdindiener toeschrijft aan het decreet, en zijn ware bedoelingen.
De heer Laverge zei dat dit voorstel van decreet niet alleen gericht is op allochtonen. De heer Mahassine zegt echter in een interview met De Morgen dat dit decreet vooral allochtonen op de Vlaamse arbeidsmarkt wil helpen. Bij Turken en Marokkanen ligt de werkloosheid immers vier tot vijf keer hoger dan bij autochtonen. Dit interview is echter verschenen na de besprekingen in de plenaire vergadering. Wellicht is de hoofdindiener tijdens de besprekingen economisch omgesprongen met de waarheid.
Tijdens de vergadering zegde de heer Mahassine dat dit voorstel van decreet alleen de evenredige participatie wil stimuleren en dat het niet de bedoeling is in dit kader naar de rechtbank te stappen. In het interview verklaart hij echter dat bedrijven jaarlijks zullen moeten aantonen dat ze de doelstellingen realiseren of dat ze actieplannen voorleggen om tot een evenredige instroom van achtergestelde groepen te komen. Het voorstel bevat geen becijferde doelstellingen, maar bedrijven die het decreet aan hun laars lappen, kunnen zich aan rechtszaken of administratieve boetes verwachten.
Op één punt zijn de uitspraken van de heer Mahassine niet contradictorisch, namelijk wanneer hij stelt dat de overheid zich moet inschrijven in dit beleid. Daarom verwacht ik dat hij de nodige stappen zal zetten om de VDAB te laten vervolgen. Uit een aankondiging blijkt immers dat een beroepsopleiding bestuurder personenwagen alleen toegankelijk is voor allochtonen. Mijn waarschuwing dat dit decreet zal leiden tot discriminatie van Vlamingen in hun eigen land is dus niet zo ongegrond. Na goedkeuring van dit voorstel van decreet kunnen daders van dergelijke feiten zich immers verschuilen achter artikel 5 paragraaf 3. Door de medeplichtigheid van de VLD kan een dergelijk onding goedgekeurd worden.
Het enige positieve is de verklaring van minister Landuyt in het reeds aangehaalde interview. Hij zegde niet alleen dat dit voorstel van decreet perfect aansluit bij zijn beleid, maar hij voegde er ook aan toe : in feite kan ik straks naar huis. Ik hoop dat hij na de goedkeuring van dit voorstel van decreet inderdaad naar huis zal gaan. Indien de meerderheid toch nog beslist dit voorstel verticaal te klasseren, kan de minister dus aanblijven. Minister Landuyt en ik hebben nu beide een reden om uit te kijken naar de verwerping van dit voorstel van decreet. (Applaus bij het VB)
We hadden drie amendementen ingediend waarvan er twee aangenomen werden bij de eerste lezing. Ons amendement op artikel 6 werd dat evenwel niet. Het betreft hier een voorstel tot uitbreiding van de afwijkingsmogelijkheden. Het was niet onze bedoeling een heksenjacht op leerkrachten te organiseren. We geloven echter in het christelijk onderwijsproject. Als scholen leerkrachten in dienst nemen, moeten ze van de kandidaten kunnen vragen dat ze zich engageren in dit onderwijsproject. Misschien hadden we ons amendement wel ruimer moeten formuleren, zodat iedere organisatie die religieus of filosofisch geïnspireerd is, over ruimere afwijkingsmogelijkheden beschikt.
Over twee van onze amendementen was er geen discussie in de commissie, namelijk ons voorstel om de arbeidsrechtbank bevoegd te maken en om een laagdrempelige procedure te creëren voor de behandeling van de klachten. Er was wel een vraag over de bevoegdheid van het Vlaams Parlement. Het advies van de afdeling Decreetgevend secretariaat was evenwel bevestigend. Op basis van artikel 10 van de Bijzondere Wet op de Hervorming van de Instellingen kunnen we onder bepaalde voorwaarden bij decreet ingrijpen in een federale aangelegenheid. DE arbeidsrechtbank bevoegd verklaren was in elk geval geen probleem. Ons voorstel over de procedure diende echter beter geformuleerd te worden. We moesten beter aantonen dat het aan de vereiste voorwaarden voldaan was. Impliciete bevoegdheden kunnen alleen door een decreet of een ordonnantie worden uitgeoefend. Dat was dus geen probleem. De bepaling moest noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de Vlaamse bevoegdheden. Het kan alleen in aangelegenheden die zich lenen tot een gedifferentieerde regeling, en de weerslag op de federale bevoegdheden dient marginaal te zijn.
Het is vrij duidelijk dat deze afwijking noodzakelijk is. Een goedkope en laagdrempelige procedure is noodzakelijk om de rechtszoekende ertoe te stimuleren klacht in te dienen.
Ik ben het eens met de bedoelingen van de heer Laurys, maar ik vrees dat deze laagdrempeligheid de deur zal openzetten voor misbruiken.
Het blijft nog steeds mogelijk een schadevergoeding te vragen wegens tergend en roekeloos geding. Het voorkomen van misbruiken is geen goede reden om de mogelijkheden van rechtstoegang te beperken. Een dure en hoogdrempelige procedure zou leiden tot een duaal recht. Alleen wie geld heeft kan dan makkelijk een rechtszaak aanspannen.
Dat is niet mijn bedoeling. Ik wil alleen de lat gelijk leggen voor elke vorm van rechtspleging.
Deze laagdrempelige procedure bestaat ook voor aangelegenheden als sociale zekerheid en werkloosheid. De klager heeft alleen de bedoeling een principe te handhaven, hij heeft geen financieel voordeel bij een rechtszaak. Dan is een goedkope procedure de logica zelve. (Applaus bij CD&V)
- De stemmingen over de amendementen op artikel 16, over artikel 16 en over het amendement tot invoering van een nieuw artikel 17bis worden aangehouden.
De tweede lezing is gesloten.
We zullen om 16 uur de hoofdelijke stemming over het voorstel van decreet houden.