Verslag plenaire vergadering
Verslag
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van resolutie van Kris Van Dijck, Maaike De Rudder, Steven Coenegrachts, Imade Annouri en Annick Lambrecht over maatregelen tegen agressie in de voetbalwereld.
De bespreking is geopend.
De heer Van Dijck heeft het woord.
Ik kom toch even naar voren en kijk even rond. Ik was – en ben – een papa die, net zoals veel papa’s en mama’s hier, vroeger met zijn kinderen buiten speelde, maar als het slecht weer was, durfde ik binnen, in mijn tijd al, de PlayStation op te zetten. Ik herinner me dat ik met mijn zoon FIFA speelde, en dat begon met een filmpje ‘The most important thing alive, is football’. Na wat ik hier vandaag heb gehoord, is dat niet zo. We hebben vandaag heel veel over onderwijs gesproken en dan denk ik eerder aan de woorden van Carlo Ancelotti, namelijk “voetbal is het belangrijkste van de minder belangrijke dingen.”
Collega’s, waarom dit voorstel van resolutie? Ikzelf, maar velen onder u en ook hierbuiten, zijn voetbal- en sportliefhebber. Het stoort mij en anderen mateloos dat voetbal heel regelmatig negatief in het nieuws komt, in het bijzonder als het over agressie, geweld, hooliganisme of over racisme en dergelijke gaat. We hebben de koe bij de horens gevat om toch ook vanuit Vlaanderen de punten op de i te zetten, want velen kwamen of komen mij vertellen dat veel te maken heeft met preventie, politie, justitie en dergelijke, en dat we daar als Vlaanderen niet voor bevoegd zijn. Maar als Vlaanderen en als de Vlaamse Gemeenschap zijn wij wel bevoegd voor het sportbeleid. Wat er misgaat op allerlei vlakken in het sportbeleid heeft natuurlijk ook zijn weerslag op het Vlaams beleid.
Collega’s, wij mogen niet vergeten dat we in Vlaanderen 1,4 miljoen sportbeoefenaars tellen, en wij tellen 275.000 jongeren aangesloten bij Voetbal Vlaanderen – en ouderen, er zijn inderdaad ouderen die nog voetballen. Collega Muyters, u was een van diegenen die heel lang gevoetbald hebben. In ieder geval, het maakt dat wij toch maatregelen willen nemen. Wat hebben wij gedaan in dit voorstel van resolutie, collega’s? We zijn de maatregelen eens gaan oplijsten die we vanuit Vlaanderen al nemen, samen met Voetbal Vlaanderen, de Pro League en de Koninklijke Belgische Voetbalbond (KBVB). Heel wat initiatieven die moeten zorgen voor een betere sfeer, ook meldkamers en dergelijke, om op een betere, fair-playmanier aan voetbal te kunnen doen. Maar we hebben hier ook een opdracht geformuleerd naar de minister toe om in dialoog te gaan – en dat kunnen we eigenlijk allemaal ook – met de mensen die federaal verantwoordelijkheid dragen.
We doen in dit voorstel van resolutie een aantal suggesties om datgene wat fout gaat – vandalisme, hooliganisme, geweld, noem maar op – adequater aan te pakken, om ook het hele land breed een transparanter beleid te voeren. Wij stellen immers vast dat in verschillende politiezones de accuraatheid van optreden sterk verschilt. Ik ga niet alles opsommen wat in het voorstel staat, ik ga niet het debat herhalen zoals het in de commissie werd gevoerd, ik wil alleen maar één oproep doen: de indieners en hun fracties hebben dit voorstel van resolutie in de commissie mee goedgekeurd, één fractie heeft dat niet gedaan. Bij dezen wil ik echt wel een oproep doen: laat ons allen het signaal geven dat sport, en voetbal in het bijzonder, te mooi is om het te laten verpesten. Laat ons vanuit dit Vlaams Parlement wat dat betreft een duidelijk signaal geven dat wij voor een mooie voetbalsport zijn. (Applaus)
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Als cd&v-fractie zijn wij tevreden dat collega Kris Van Dijck het initiatief nam voor dit voorstel van resolutie. De actualiteit bewijst en heeft in het verleden toch al bewezen dat er echt wel nood is aan een coherent en gecoördineerd beleid om de agressie in de voetbalwereld duidelijk een halt toe te roepen. Voetbal moet een feest zijn op en naast het veld, zowel voor wie het speelt als voor wie ernaar gaat kijken. We kunnen en mogen niet toelaten dat enkelingen de sfeer verpesten voor iedereen. Spelers en toeschouwers verdienen dan ook respect. We zijn dan ook tevreden dat we samen met de collega’s in ruime consensus dit voorstel van resolutie hebben opgesteld, met concrete maatregelen om op alle beleidsniveaus en met respect voor ieders verantwoordelijkheid aan de slag te gaan. We rekenen daarbij op de volle medewerking van de voetbalbonden, de voetbalclubs maar ook de lokale besturen. Ook de Vlaamse en de Federale Regering moeten hun verantwoordelijkheid opnemen. We zijn dan ook blij dat de minister van Binnenlandse Zaken, Annelies Verlinden, dit voorstel van resolutie heeft aangegrepen om alvast een uitnodiging te sturen aan de gemeenschapsministers van Sport, om samen met de Algemene Directie Veiligheid en Preventie van de FOD Binnenlandse Zaken de concrete voorstellen te bespreken die wij hier vandaag in onze resolutie voorstellen. Er is in het verleden ook al werk gemaakt van de vernieuwde en verstrengde Voetbalwet, die ook door de ministerraad werd goedgekeurd en die nu ook ter bespreking voorligt in de Kamer.
Vorige week werd er dan ook alvast aangekondigd dat er nog een subsidie toegekend zal worden aan de Stichting Brandwonden voor de ontwikkeling van een preventieproject om ook voetbalsupporters te gaan sensibiliseren voor het gevaar van het gebruik van pyrotechnische middelen, zoals het Bengaals vuur, en aandacht te vragen voor die slachtoffers van oneigenlijk gebruik ervan.
Collega’s, het is dus echt wel belangrijk dat er ingezet wordt op het nemen van maatregelen en dat we vanuit alle beleidsniveaus daar ook onze verantwoordelijkheid in nemen. Vandaar dat wij als cd&v-fractie dit voorstel van resolutie dan ook met overtuiging zullen goedkeuren en hopen op een ruime parlementaire steun, zodat we toch een duidelijk signaal geven dat agressie en voetbal niet samengaan. Ik wil ook de collega’s bedanken voor de goede samenwerking om dit voorstel van resolutie tot stand te brengen. (Applaus)
De heer Annouri heeft het woord.
De voetbalsport is voor een groot stuk een spiegel van de maatschappij. Voetbal is een plek waar, van de hoogste regionen tot in de laagste klassen en bij de jeugdafdeling, mensen samenkomen om te vieren, om plezier te maken, euforie te voelen, overwinningen te voelen of samen te verliezen, om te leren wat het is om samen te werken. Er gebeuren ongelooflijk mooie dingen op voetbalpleinen in heel Vlaanderen.
Tegelijkertijd is het een plek waar de uitwassen van de samenleving en negatievere ervaringen plaatsvinden: agressie, verbaal geweld, andere vormen van geweld. Collega's, we zien de laatste maanden trouwens dat er een stijging is. We zien van alle diensten die erbij betrokken zijn, die dat opvolgen, dat er meer agressie is: van ouders, coaches, spelers. Daar zijn verschillende verklaringen voor. We kijken bijvoorbeeld naar de coronaperiode die er is geweest, en een soort backlash die ermee te maken heeft, maar ook het feit dat we er minder tolerant voor zijn en het duidelijker willen aanpakken.
Ik denk dat wat hier vandaag voorligt, daar een goed voorbeeld van is. Ik denk dat het belangrijk is om aan te geven dat sport belangrijk is, het mooiste van ons naar buiten brengt. En als dat bij momenten ook negatieve uitwassen met zich meebrengt, denk ik dat het belangrijk is dat we daar heel kordaat tegen optreden, dat we er paal en perk aan stellen en een rode lijn trekken.
Ik wil vanuit en namens de Groenfractie collega Van Dijck en de collega’s van de meerderheid bedanken voor het initiatief. Ik zal het met plezier mee indienen, omdat ik denk dat elke stap die wordt gezet en elk initiatief dat wordt genomen om de sport te vrijwaren van negatieve uitwassen, belangrijk is om ervoor te zorgen dat de sport een positieve, mooie ervaring is voor eenieder die eraan deelneemt, of dat nu de sporters, de voetballers zelf zijn, de supporters, de ouders of de scheidsrechters. We moeten ervoor zorgen dat iedereen ervan kan genieten, en dit helpt daarbij en is een belangrijke stap daarnaartoe, waar wij met plezier onze steun aan zullen verlenen en mee indienen. (Applaus bij Groen)
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Bedankt, collega Van Dijck, voor het initiatief.
Collega's, net als in het buitenland wordt ook in België een toename vastgesteld in het aantal incidenten in en rondom voetbalvelden en -stadions. Onder het mom van sfeerbeleving verpesten enkele supporters en relschoppers het voor velen en berokkenen de voetbalwereld zo grote imagoschade. Een strengere aanpak is noodzakelijk om tot een mentaliteitswijziging te komen, en het kwalijk gedrag van een minderheid een halt toe te roepen. Agressie en geweld nemen toe in de voetbalstadions, zowel in het profvoetbal als in het amateur- en jeugdvoetbal. De cijfers rond fysieke en verbale agressie gaan in stijgende lijn. Betrokken actoren stellen dat agressie en vijandschap naast het veld een deel van de voetbalcultuur zijn geworden. Die cultuur wordt helaas ook gekenmerkt door een stijgend aantal gevallen van discriminatie en racisme. Binnen die cultuur wordt het normaal bevonden dat supporters elkaar de huid vol schelden, en allerhande beledigingen naar jeugdspelers en scheidrechters roepen. Het is alsof sommigen, eenmaal ze het voetbalstadion betreden, alle normen en waarden die ze kennen uit de maatschappij, achterwege laten.
Collega's, we kunnen ons ook met Vooruit niet neerleggen bij deze situatie, en kunnen niet aanvaarden dat het nu eenmaal zo zou zijn in het voetbal. Voetbal is een geweldige sport, waarvan iedereen moet kunnen genieten. Vandaag vinden een aantal relschoppers het nodig om de sportbeleving voor heel velen te verpesten.
Met dit voorstel van resolutie willen wij bijdragen aan een oplossing voor het probleem van agressie in de voetbalwereld, door aanbevelingen te doen. En we wensen duidelijk het signaal te geven dat hiertegen opgetreden moet worden, om te komen tot een mooi en deftig ‘sport voor allen’-beleid.
Wat hier voorligt, gaan we dan ook met de hele partij heel graag onderschrijven. (Applaus bij Vooruit)
De heer Deckmyn heeft het woord.
Collega's, ik zou er vooreerst op willen wijzen dat het voorliggende voorstel van resolutie een oproep aan de Federale Regering is. Ik heb daar uiteraard geen problemen mee. Maar toen collega Brusselmans onlangs tijdens de commissiezitting een voorstel van resolutie bracht over geroofde kunstwerken uit de Zuidelijke Nederlanden, stelde men vanuit de meerderheid dat zij geen resoluties goedkeuren die een vraag tot de Federale Regering richten. Als je dergelijke standpunten hanteert bij Vlaams Belangvoorstellen, moet je ook consequent zijn en jezelf er niet aan bezondigen. Dit geheel terzijde.
Het voorliggend voorstel is gelukkig niet te zwaar ideologisch beladen, alhoewel ik me soms afvraag waarom bepaalde voorstellen hier geformuleerd worden. Uiteindelijk kan niemand racisme of geweld in het voetbal tolereren, maar de uitgangspunten moeten wel correct zijn. Sommige collega’s lieten bij de bespreking onterecht uitschijnen dat het onmogelijk zou zijn om met kinderen een voetbalwedstrijd bij te wonen. In realiteit nodigt nagenoeg elke profclub om de haverklap schoolkinderen of kinderen uit welzijnsorganisaties uit en dit met gratis tickets. Clubs organiseren gezinsdagen en werken met gezinsabonnementen. Van de topsport in ons land speelt het voetbal bij uitstek in op het gemeenschaps- en gezinsgevoel.
Streng optreden bij supporters die over de schreef gaan, is een goede zaak, maar we moeten toch opletten om niet in overdrive te gaan. Tijdens de commissie werd vermeld dat een club zoals Liverpool als voorbeeld van goede praktijk kan dienen wegens haar heel streng supportersbeleid, waarbij zelfs wijzen tot een verwijdering uit het stadion kan leiden. Is dat dan het scenario dat de indieners voor ons land willen nastreven? Is wijzen of roepen naar een supporter van de tegenstanders niet meer aanvaardbaar? Dat is mijns inziens toch wat vergaand.
Men houdt een pleidooi voor nog strengere straffen, maar we mogen toch zeggen dat er nu al strenge straffen bestaan. Het is een goede zaak dat een dergelijk strenger beleid geleid heeft tot minder hooliganisme, tot minder agressiviteit en minder racisme, maar collega Brusselmans gaf toch in de commissie enkele interessante praktijkvoorbeelden van straffen die toch wel wat overdreven klinken. Ik noem er drie: zes maanden stadionverbod voor het opsteken van een middenvinger, zes maanden stadionverbod voor de uitspraak ‘Les Wallons ne travaillent pas’ en zes maanden stadionverbod en nog eens zes maanden extra voorwaardelijk voor een gebaar dat als homohaat gepercipieerd wordt, maar wellicht niet bewust zo bedoeld was. Collega’s, dit zijn slechts drie voorbeelden. Wie in die zin aangeschreven wordt door de KBVB heeft eigenlijk gewoon pech gehad. Emotioneel supporteren houdt daardoor een risico in. Daarom roepen we op om een duidelijk onderscheid te maken tussen banaliteiten en echt wangedrag. Dat laatste moet inderdaad streng aangepakt worden, zoals nu ook al gebeurt. Het voorstel van resolutie maakt dat onderscheid echter niet en het gaat gewoon mee in het opbod van almaar meer en strenger straffen.
Het is juist dat de procedures veel sneller moeten kunnen. In de huidige stand van zaken duurt het maanden na de eerste brief van de Koninklijke Belgische Voetbalbond voor er uiteindelijke een sanctie uitgesproken wordt. Soms gaat een stadionverbod daardoor pas in na afloop van het seizoen en is het al afgelopen aan het begin van een nieuw seizoen. Soms komt er plots een cumulatie van brieven en bestraffing, die daardoor tot jaren stadionverbod kunnen oplopen.
Het Vlaams Belang vindt dan weer dat er nagelaten wordt om veel transparantere procedures te vragen. Die zijn nu heel vaag en ze verlopen soms zonder bewijsvoering of duidelijke motivering. Het gaat letterlijk om zinnen als, ik citeer: “We denken dat we u geïdentificeerd hebben.” In bepaalde gevallen hebben onterecht beschuldigde mensen kunnen aantonen dat ze niet eens in het stadium waren, hoewel ze wel als dusdanig geïdentificeerd waren. In beroep gaan levert bij de Koninklijke Belgische Voetbalbond bovendien in de meeste gevallen ook nog eens strengere straffen op.
Voorts wil het voorstel van resolutie de voetbalclubs nog meer bevoegdheid toekennen om supporters te sanctioneren, maar ze hebben die nu al, wat bovendien ook nog eens kan leiden tot dubbele bestraffingen van hetzelfde feit. Zo staat op het gooien van een beker op het veld zowel een individuele bestraffing voor de supporter door de Koninklijke Belgische Voetbalbond als een boete voor de club. Maar vervolgens zal de club die geldboete op de betrokken supporter verhalen. Daardoor krijgt die twee straffen voor hetzelfde vergrijp. Bovendien zal de club de boete alleen verhalen op bestrafte supporters waarvan die zelf weet heeft. In de realiteit zijn er vaak ook nog andere supporters gesanctioneerd. En zo zijn er vele voorbeelden.
En inderdaad: voetbal is te mooi om te laten verpesten, collega Van Dijck, Dat is uiteraard een feit en ook wij vinden dit. Toch heb ik al enkele elementen aangehaald waarom we dit voorstel van resolutie niet kunnen goedkeuren. Dat neemt niet weg dat ook wij vinden dat agressie en voetbal niet samengaan.
Ten slotte, iets wat ik eigenlijk al een aantal keren naar voren gebracht heb en naar aanleiding van dit voorstel van resolutie opnieuw naar voren wil brengen: ik wil toch wijzen op het feit dat men er nog steeds geen werk van maakt om op te roepen om de KBVB te splitsen. Het is een van de heel weinige niet-gesplitste sportfederaties van ons land. Ik wacht nog steeds op een initiatief van de N-VA om ook hier een duidelijk signaal te geven. Maak hier alstublieft ook eens werk van. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Vandewalle heeft het woord.
Ik denk dat het een belangrijk thema is omdat er heel veel mensen op heel veel niveaus met voetbal bezig zijn. Dat kan op professioneel niveau zijn in het profvoetbal, maar ook op het lokale niveau in het jeugdvoetbal. Er zijn ook heel veel mensen die zelf gaan voetballen, ook op laag niveau zoals minivoetbal en zaalvoetbal. Voor veel mensen is voetbal een uitlaatklep. Voor de meesten is dat een positieve uitlaatklep, maar jammer genoeg is dat voor sommigen een negatieve uitlaatklep. Die mensen gaan te ver, en ik ben dat ook beu.
Als supporter en iemand die zelf meerdere keren per week gaat voetballen ben ik die agressie rond voetbal heel erg beu. De manier waarop voetbal misbruikt wordt om mensen tegen elkaar op te zetten en dat er echt geweld plaatsvindt – niet alleen in voetbalstadions, maar ook op lokale matchen – ben ik beu, en ik vind dat we daar hard tegen moeten optreden. Dat moet duidelijk zijn.
Er staan heel veel goede zaken in dit voorstel van resolutie. Dat gaat over het nadenken over schuldbesef, over preventie, over het inzetten van de Vlaamse Trainersschool, mensen versterken in hoe ze moeten omgaan met agressie als ze het zelf zien gebeuren, de internationale samenwerking rond geweld bij internationale hooligans, het aan de slag gaan met Voetbal Vlaanderen om te focussen op fair play, enzovoort. De competitie uit het jeugdvoetbal houden vind ik zelf heel belangrijk, ik vind het positief dat dat hierin vermeld staat.
Ik zou zo nog even kunnen verdergaan, maar ik heb ook enkele bedenkingen bij dit voorstel van resolutie. Mijn grootste bedenking is dat ik vind dat er een te kleine rol is weggelegd voor de supporters zelf, en voor de mensen die actief zijn in de voetbalwereld. Ik denk dat er te weinig wordt nagegaan hoe mensen die zelf in supportersclubs zitten denken dat het anders zou kunnen. Er zijn veel voorbeelden uit het buitenland van hoe ze daar die mensen zelf een rol geven, en zo die agressiviteit niet alleen met repressie aanpakken.
We hebben repressie nodig tegen uitspattingen van geweld en agressie, maar we gaan ook andere manieren nodig hebben. We gaan ook moeten kijken hoe supporters en clubs zelf denken dat het anders kan door een positieve voetbalcultuur te creëren die wel van de supporters zelf uitgaat. Ik vind dat dat ontbreekt. We denken in dit voorstel van resolutie niet na over het feit dat bijna alle uitsupporters in België matchen met combibegeleiding moeten bezoeken. Zelfs voor matchen waar geen risico aan verbonden is, worden supporters verplicht om in een bus met politiebegeleiding naar daar te gaan. Dat heeft een averechts effect. Wij zetten niet in op het feit dat we moeten proberen om te streven naar uitmatchen waar supporters tussen elkaar zitten. Er zijn matchen waar dat mogelijk is, maar wij zetten daar in dit land niet op in. Wij scheiden ons van elkaar, soms zelfs met hekkens. Ik was onlangs in het stadion van Sint-Truiden, ik dacht dat ik in de gevangenis zat. Als uitsupporter zit je daar in de gevangenis. Dat creëert geweld, dat creëert agressiviteit, en dat heeft een averechts effect. Ik denk dat we het omgekeerde moeten doen.
Ik ben ook heel hard tegen identiteitscontroles aan voetbalstadions om te voorkomen dat mensen met een abonnement van iemand anders naar de wedstrijd gaan kijken. Zogezegd dient dat om op te treden tegen stadionverboden. Maar veel voetbalsupporters voelen aan dat zij, als brave supporters die al lang naar het voetbal gaan, het slachtoffer zijn van die paar mensen die agressief zijn. Ik laat vaak mijn schoonvader met mijn abonnement voor KAA Gent naar de wedstrijd gaan wanneer ik niet kan. Nu zal er een heel systeem moeten worden uitgewerkt, zodat hij met mijn kaart kan gaan. En er kan een identiteitscontrole zijn, waardoor hij niet meer zal kunnen gaan omdat andere mensen agressief zijn. Dat is geen manier van werken.
Veel supporters hebben het gevoel dat zij het slachtoffer zijn van een aantal agressievelingen die het voor iedereen verpesten. Daar zetten we niet op in. We zetten enkel in op repressie, maar niet op de positieve voorbeelden. Bij KAA Gent hebben ze heel goede ervaringen door de foundation van de voetbalploeg met supportersclubs te laten samenwerken rond een positieve cultuur. Als supporter in het stadion zie je op een paar maanden tijd de vooruitgang. Je ziet dat de sfeer anders is, er is minder agressie, er wordt op een positieve manier met andere supporters omgegaan, en die positieve manier om de supporters zelf in te schakelen mis ik in dit voorstel van resolutie.
Ik vind het heel positief dat er een meldpunt is voor racisme, maar ik denk dat iedereen die contact heeft met mensen uit het jeugdvoetbal kan getuigen dat het meldpunt momenteel disfunctioneel is. Het meldpunt werkt niet. Onlangs sprak ik met een voetbaltrainer die tot vijf keer toe een klacht heeft ingediend, en nooit een antwoord kreeg. Hij zei dat hij liever geen meldpunt heeft, dan overal reclame voor een meldpunt te zien, en dan te merken dat het meldpunt niet werkt. Ik denk dat daar met Voetbal Vlaanderen op moet worden ingezet.
Vanwege alle voorgaande punten, gaan wij ons als fractie onthouden. (Applaus bij de PVDA)
De heer Van Dijck heeft het woord.
Ik heb mijn inleiding kort gehouden omdat ik het debat van de commissie niet wou overdoen. Ik betreur dat we een aantal zaken nu ten volle horen die in de commissie toch wel aan bod kwamen. Ik hoor ook een paar tegenspraken.
Dit voorstel van resolutie gaat niet alleen over federale materies, duidelijk niet. Het is ook een oproep aan Voetbal Vlaanderen, een Vlaamse federatie, aan de Vlaamse overheid en aan lokale besturen. Het gaat breder. Het gegeven van uitsupporters die als gevangenen in een hok zitten, dat klopt. Dat kan je pas oplossen met een fatsoenlijke identiteitscontrole. Het ene is onlosmakelijk met het andere verbonden. Dat staat misschien niet zo in het voorstel van resolutie, maar finaal willen we tot zo’n cultuur komen. Mensen moeten met en tussen elkaar kunnen zitten. Voorbeelden uit het buitenland zijn in de commissie aangehaald. Het gebeurt dikwijls dat zaken positief worden opgesomd om dan met een ‘maar’ te concluderen. Alles wat voor de ‘maar’ komt, is dan van ondergeschikt belang.
Tot slot betreur ik dat sommigen hier vinden dat het allemaal zo erg niet is. Ik heb onlangs de beelden gezien, ik snap niet waarom men in een zwart pak en met bivakmuts, onherkenbaar, naar een voetbalstadion gaat. Ik vind het vreemd dat men voor het ene voor nultolerantie pleit, maar dat, als het over voetbal gaat, we daar ver weg van blijven. Ik vind dat niet consequent. (Applaus)
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.