Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Aerts heeft het woord.
Collega’s, afgelopen maandag stelden de Federale, de Brusselse en de Waalse Regering bij de Klimaatcoalitie een klimaatplan en de stand van zaken ervan voor. “Samenwerken is cruciaal voor het klimaatbeleid”, klonk het continu door de zaal, maar u sloeg de uitnodiging af, minister. Vlaanderen was afwezig. Vooraan in een hoekje stond een lege stoel, en dat was meer dan symbolisch.
Pijnlijk moment, maar wat nog veel erger is, is wat de afgelopen maanden en jaren op de Europese ministerraden gebeurt, want daar blinkt u uit in afwezigheid. U bent de kampioen van de spijbelaars. U stuurde naar zeven van de negen ministerraden uw kat. Deze week volgde dan ook een analyse van professor Vos, die heel helder was. U blonk eigenlijk vooral uit de afgelopen jaren in het dwarsliggen. Dankzij deze Vlaamse Regering zit België nu in het kamp, niet van Nederland of Denemarken, waar Vlaanderen zich zo graag aan spiegelt, maar in dat van de dwarskoppen zoals Bulgarije, Polen en Tsjechië. Als alle andere regeringen in België mee willen onderhandelen over Europese klimaatmaatregelen, krijgen zij een Vlaams veto.
Het gevolg is dat België zich al op voorhand moet onthouden. In Europa betekent dat niet mee onderhandelen. Met uw veto’s zet u op die manier het hele land, maar ook de Vlaamse gezinnen en bedrijven, aan de zijlijn. Hun belangen worden niet vertegenwoordigd aan de Europese tafels. U klaagt dat we te weinig krijgen van Europa, maar als u zelf wegblijft van de tafels waar onderhandeld wordt over extra middelen voor ons land, wat had u dan verwacht?
U bent niet bezig met klimaatbeleid voeren, maar voornamelijk – is mijn gevoel – met uw eigen profilering. En dat op de kap van het klimaat en de Vlamingen die daardoor niet gehoord worden op het Europese niveau.
Minister, wat wilt u met deze legestoelpolitiek bereiken? (Applaus bij Groen)
Minister Demir heeft het woord.
Dank u wel, mijnheer Aerts. Ik denk dat het Vlaams klimaatbeleid ermee gebaat is dat ik als Vlaams minister het standpunt van de Vlaamse democratie, die vertegenwoordigd wordt in de Vlaamse Regering, kan brengen op de Europese vergaderingen. Ik ben verkozen door Vlamingen en ik zit in de Vlaamse Regering, en wij nemen standpunten in die niet overeenstemmen met standpunten die de Waalse Regering of de Federale Regering inneemt.
Kijk bijvoorbeeld maar naar de koolstoftaks. U vindt het goed dat de mensen binnenkort, vanaf 2027, extra zullen moeten betalen voor woningen en transport. Ik vind dat niet goed. We hebben daarover geen eensgezindheid kunnen bereiken. Helaas is het zo dat Europa een Belgisch standpunt wil. U weet ook dat een Belgisch standpunt wordt bepaald in de directie-generaal Europese Zaken en Coördinatie (DGE). De voorbije drie jaar heb ik aan 380 intra-Belgische overlegvergaderingen meegedaan, met u en uw collega’s, mevrouw Khattabi, monsieur Henry, monsieur Maron, mevrouw Van der Straeten. 380 intra-Belgische overlegvergaderingen! Op die vergaderingen proberen wij vanuit Vlaanderen ons standpunt te brengen. Ons standpunt wordt eerst bepaald in de Vlaamse Regering, vervolgens ga ik met dat standpunt van de Vlaamse Regering naar de Belgische vergaderingen. Als er dan geen eensgezindheid is, dan betekent dat inderdaad dat wij ons moeten onthouden.
Daar waar ik het Vlaams standpunt en het Vlaams beleid kan gaan vertegenwoordigen, daar doe ik dat ook. Ik heb dat gedaan met de waterrichtlijn. Daarmee ben ik naar de Europese milieuraad gegaan. Onlangs ben ik ook naar de VN-conferentie gegaan. Dat was toen niet goed: het kot was te klein omdat ik het Vlaams beleid ging verdedigen op de VN-top. Daar waar ik kan wegen zal ik het altijd doen. Maar u kunt van mij niet verwachten dat ik naar een Europese vergadering ga. Ofwel moet ik daar een paarsgroen standpunt van de Belgische regering brengen – dat ga ik niet doen – ofwel moet ik daar gewoon gaan zitten en mag ik niets zeggen en mag ik alleen op een knopje duwen. Dat doe ik ook niet. Ik denk dat er hier in Vlaanderen heel wat ander werk moet gebeuren, onder andere ook voor het klimaatbeleid. (Applaus bij de N-VA)
De heer Aerts heeft het woord.
Minister, de essentie is heel simpel: u was er niet. Wie er niet is, die weegt niet op het beleid. Zo simpel is het. Zelfs wanneer u geen consensus hebt, als u dat dan op voorhand overal verkondigt, dan kunt u niet wegen op het beleid. Dat is het net: meezitten aan de Europese tafel betekent mee nadenken, mee onderhandelen over waar we naartoe moeten. Elke keer op voorhand uw veto uitspreken betekent elke keer op voorhand Vlaanderen, België buitenspel zetten. Dat doet u elke keer opnieuw.
De uitbreiding van het emissions trading system (ETS) werd gisteren in het Europees Parlement goedgekeurd. Het sociaal klimaatfonds is ook voor ons veel te beperkt – dat weet u, want wij hebben daar mee voor onderhandeld – maar Vlaanderen/België kon geen steun bieden. Nee, u moest aan de kant gaan zitten, want Vlaanderen had een veto uitgesproken en België stond aan de zijlijn. We hadden uw steun daar kunnen gebruiken voor een meer sociaal klimaatfonds, voor meer middelen voor onze zwakke gezinnen. Dat had gekund. U had daarmee op tafel kunnen kloppen … (Opmerkingen van minister Zuhal Demir)
U hebt ervoor gekozen om met uw veto aan de zijlijn te gaan staan. Het is mij niet duidelijk wat nu het resultaat is van uw strategie van de lege stoel. Vlaanderen wordt er niet beter van. Wat is het resultaat? (Applaus bij Groen)
De heer Bothuyne heeft het woord.
Collega’s, ik denk dat het niet onbelangrijk is om aan te stippen dat Vlaanderen recht heeft op eigen standpunten als het gaat over energie- en klimaatbeleid. Het is ook geen schande dat die standpunten afwijken van andere gewesten of van de federale overheid. Maar we verwachten natuurlijk wel van onze minister dat ze die standpunten maximaal gaat verdedigen en bepleiten, zowel intra-Belgisch – 380 keer in de laatste jaren, heb ik begrepen, minister – maar ook op Europees niveau. Je kunt inderdaad enkel wegen op de besluitvorming als je er ook effectief bent.
We verwachten dus van u, minister, dat u er alles aan doet om de Vlaamse standpunten door te drukken, intra-Belgisch, maar ook op Europees niveau. Daarom verwachten wij een actieve minister van Leefmilieu en Energie op alle ministerraden.
Maar, collega Aerts, we verwachten ook van u dat u aan uw partijgenoten, die ook federaal en in andere gewesten actief zijn, meldt dat het niet onbelangrijk is om rekening te houden met de standpunten van de grootste deelstaat van België.
Het lijkt me niet onlogisch dat ook federaal rekening wordt gehouden met de standpunten van Vlaanderen, dat meer dan 60 procent van de inwoners van dit koninkrijk bevat. (Applaus bij cd&v)
De heer Vandewalle heeft het woord.
Minister, u zei op Twitter, met veel gevoel voor nuance en poëzie, dat u het standpunt van de Belgische staat rond het klimaat gewoon door de strot geramd krijgt. Daarom gaat u blijkbaar niet meer naar ministerraden, houdt u beslissingen tegen en eigenlijk ook elke vorm van klimaatbeleid op Europees niveau in dit land. Maar mijn vraag is of u weet dat wij momenteel nog altijd in België wonen. Ik weet dat u dat niet graag hoort en ik weet dat er collega’s van de N-VA zijn die dat niet graag horen. Maar wij wonen momenteel nog altijd in België. En er is niemand in het land, in Vlaanderen, in Brussel en Wallonië, erbij gebaat dat we een communautaire agenda gaan misbruiken om klimaatbeleid op alle niveaus en op alle vlakken te blokkeren. Mijn vraag is dus of dit voor u niet bewijst dat dit systeem met vier ministers in dit land, die samen verantwoordelijk zijn voor nul klimaatbeleid, failliet is en niet werkt, en dat we in dit land nood hebben aan één minister voor klimaat, die kan kiezen voor een ambitieus en sociaal klimaatbeleid in alle delen van het land. (Applaus bij de PVDA)
De heer Van Rooy heeft het woord.
Minister, dat u uw kat stuurt naar het Europese niveau als het over klimaat en klimaattoppen gaat, begrijp ik wel. Want het is natuurlijk heel moeilijk voor u om als N-VA-minister daar een kritisch of sceptisch geluid te laten horen, wanneer uw eigen N-VA-fractie in het Europees Parlement van alles goedkeurt voor klimaatneutraliteit. Zo keurt de N-VA in het Europees Parlement de Green Deal niet af, keurt ze steeds het principe van die zogenaamde klimaatneutraliteit goed en keurde ze zelfs het Europese verbod op brandstofwagens goed. Dat staat dus haaks op uw woorden vandaag tegen die inderdaad verderfelijke koolstoftaks, die CO2-taks, die autorijden, vliegtuigreizen en energie nog duurder zal maken. En ik ben het met u eens. U hebt een fantastische Vlaams Belangtweet gestuurd waarin u zegt dat het Sociaal Klimaatfonds geld herverdeelt, waarbij Vlaanderen honderden miljoenen euro’s vooral naar Oost-Europa ziet wegvloeien, terwijl bij ons steeds meer mensen zelfs naar de voedselbedeling moeten. Is dat echt wat we willen, minister? Het is prachtig dat u zo’n Vlaams Belangtweet stuurt, maar wat gaat u nu concreet ondernemen tegen die CO2-taks? (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Schiltz heeft het woord.
De klimaattransitie of de omslag, de verandering van onze economie, gebaseerd op fossiele brandstoffen die we moeten importeren en duur betalen, naar een economie waarin we meer zelfbedruipend zijn, schoner zijn en waar we kosten voor vervuiling niet doorschuiven naar onze kinderen maar naar de vervuiler, is, denk ik, een beleid waar u toch enigszins achter zou moeten kunnen staan. Een beleid dat geen kleur heeft, niet paars, niet groen of wat dan ook, dat is een verstandig beleid. Dat is de toekomst van onze industrie en onze welvaart in Vlaanderen.
Ik sluit mij dus aan bij zij die het vreemd vinden dat u afwezig bent. De afwezigen hebben altijd ongelijk, want die kunnen niet mee bepalen, die moeten ondergaan. Als Europa zelfs een sociaal fonds opricht om landen, groepen, bedrijven en burgers te ondersteunen om die transitie mogelijk te maken, dan begrijp ik niet waarom wij als Vlaanderen daarin geen forsere rol opnemen en zorgen dat het Europese klimaatbeleid op Vlaamse leest geschoeid wordt. (Applaus bij Open Vld en Groen)
De heer Vandaele heeft het woord.
We weten natuurlijk allemaal wel – de minister heeft het aangegeven – dat een besluitvorming niet alleen gebeurt op dat topje van de ijsberg, maar op tal van vergaderingen die daarrond plaatshebben en waar we wel aanwezig zijn. De helft van de volwaardige lidstaten in de Europese Unie is kleiner dan Vlaanderen. Wordt het misschien niet de hoogste tijd dat wij ook als Vlaamse regio volwaardig kunnen aanschuiven aan die Europese tafel voor die bevoegdheden die wij in Vlaanderen en België hebben? Dank u wel. (Applaus bij de N-VA)
Minister Demir heeft het woord.
Mijnheer Van Rooy, ik stuur geen Vlaams Belangtweets en ik zal dat ook nooit doen. In tegenstelling tot uw partij vind ik dat wij moeten werken aan biodiversiteit, natuur en inderdaad ook aan klimaat. Ik vind dat we onze doelstelling van 40 procent reductie naar 2030 in Vlaanderen moeten halen. Ik ben een Vlaams-nationalist, ik hou van mijn omgeving en ik wil daar dan ook iets voor doen. Dat is een verschil met u. Wij doen dat ook op Vlaams niveau. Ik zal u gewoon een voorbeeld geven van waarom ik inderdaad met een aantal onderdelen van de Green Deal niet akkoord ga.
Ik vind dat je een klimaatbeleid op een gedragen manier moet uitvoeren. Ik vind dat we de mensen niet moeten opzadelen met klimaatstress. Er zijn mensen die bang zijn dat ze, wanneer ze in 2027 geen elektrische wagen hebben, extra zullen moeten betalen vanwege de koolstoftaks. Ze hebben hun warmtepomp nog niet geplaatst, verwarmen nog met mazout of gas. Ze zien 2027 naderen en hebben schrik voor die Europese koolstoftaks. Ik ben het daar niet mee eens. Ik vind dat er draagvlak moet zijn, collega's.
Als je met de mensen op straat spreekt – jullie doen dat toch allemaal, jullie zijn allemaal vertegenwoordigers – weet je toch dat dat niet gaat met taksen. Dat gaat met ontzorging. Ik geef een heel concreet voorbeeld op Vlaams niveau: renovaties. Ja, ik heb een heel moeilijke beslissing genomen door een renovatieverplichting in te voeren, als allereerste regio in heel Europa. Nee, dat heb ik niet gedaan omdat ik het leuk vond, integendeel. Maar we moesten dat doen, omdat we zagen dat er in Vlaanderen enorm veel oude woningen waren. Dus hebben we met de Vlaamse Regering gezegd dat we als enige regio, als allereerste in Europa, een renovatieverplichting invoeren. Maar we gaan dat stelselmatig doen. We gaan ons eerst focussen op de alleroudste gebouwen, en daarvan vragen dat ze naar een D-label moeten gaan, dan naar een C-label, dan naar een B-label en dan naar een A-label. We hebben daarvoor centen, ondersteuning en premies vrijgemaakt, voor de allerzwaksten, en ook voor de werkende klasse. Want inderdaad, die werkende Vlamingen hebben het ook heel moeilijk om hun woningen te renoveren. Daarom hebben we met de Vlaamse Regering meer dan 1 miljard euro vrijgemaakt via de renovatiepremies en de renovatielening. Het is ongezien, hoe goed dat gaat. Het gaat zelfs heel goed, de minister van Begroting kan dat beamen. Die budgetten zullen ook opraken.
Hoe doen we dat nog? Via ontzorging. Mensen ondersteunen, adviezen geven, coaches, noem maar op. Dat is een klimaatbeleid waar ik inderdaad achter sta, en waarvan ik vind dat we vanuit Vlaanderen de stappen moeten zetten. Maar zeggen dat we een taks gaan invoeren, sorry, maar ik ben daar niet voor. De Vlaamse Regering is daar niet voor.
En nee, collega's, ik heb op voorhand mijn standpunt niet bekendgemaakt. Wij hebben eerst een impactanalyse gedaan. Collega’s van de linkerzijde, “Klimaatbeleid moet sociaal beleid zijn”, wie heeft dat tijdens de verkiezingen in 2019 verteld? Wel, ik vind het niet sociaal dat we nu, al in 2027, vanuit Europa gaan zeggen dat er een koolstoftaks komt. Want niet iedereen kan al in 2027 een warmtepomp steken en een elektrische wagen hebben. Dat gaat niet. We zullen dat dus stelselmatig moeten doen. En daarom hebben we inderdaad een impactanalyse laten maken via een extern bureau, waaruit blijkt dat wat betreft het fonds waarnaar u verwijst, we er meer moeten in steken dan we eruit krijgen. Dat budget moet dan ook nog eens verdeeld worden op Belgisch niveau. Hoe dat zal gaan, is voor mij een groot vraagteken. Welk criterium zul je hanteren om de budgetten te verdelen die je uit dat Sociaal Klimaatfonds krijgt? En met die impactanalyse hebben we gemaakt en met dat standpunt ben ik naar de Vlaamse Regering getrokken. En dat onderdeel van de Green Deal vonden we inderdaad niet goed. En dat standpunt heb ik ook proberen uit te leggen aan de collega’s van Ecolo en Groen.
Maar als op Belgisch niveau, waar het te doen is en waar de standpunten worden bepaald die in Europa worden verdedigd, het standpunt er eigenlijk geen is – het is een onthouding –, dan kun je daar niets gaan doen. Men zal mij zelfs niet toelaten om het standpunt van Vlaanderen te gaan verdedigen. Dat weet u ook – of ik hoop toch dat u dat weet. Ik mag daar zelfs niet zitten en zeggen dat ik het Vlaamse standpunt kom brengen. Zo werkt het niet. Ik zou het willen, ik zou het heel graag willen, als Vlaamse Regering het Vlaams standpunt op een Europese top kunnen brengen. Helaas gaat dat niet – of nog niet. Ik hoop dat er ooit een dag komt waarop het wel gaat. Dat heet democratie, collega's. En als dat niet gaat, probeer ik het inderdaad binnen die directie-generaal Europese Zaken en Coördinatie (DGE), binnen die 380 intra-Belgische overlegvergaderingen, waar ik het Vlaamse standpunt keer op keer heb verteld met een impactanalyse. Helaas heeft dat niet standgehouden. En dan is er inderdaad een onthouding. En dan kun je daar ofwel gaan zitten en links en rechts kijken, en niets doen. Je mag ook niets zeggen. Want ik zeg het: als ik het Vlaamse standpunt gaan brengen, wil ik met de collega’s op federaal niveau gerust een afspraak maken. Ik wil gaan, maar dan breng ik het Vlaams standpunt. Dat is dan een njet. Als de federale collega’s zeggen dat ik mag gaan en het Vlaamse standpunt mag brengen, dan doe ik dat direct. Dan kom ik daar onmiddellijk, en kom ik niet buiten dat Europees Parlement.
Maar tot op vandaag, collega’s, gaat dat helaas niet.
Wij werken dus verder aan een klimaatbeleid op Vlaams niveau. Sta mij wel toe om te zeggen – en dat is echt een bezorgdheid die ik heb als vertegenwoordiger, als minister – dat als we willen dat er een draagvlak is, of dat nu is voor het klimaat, de natuur, of eender wat dat vanuit Europa komt, dan denk ik dat je moet connecteren met die burgers. Je moet connecteren met die burgers, en de bezorgdheden die daar op straat en in het dorp zijn, moet je ook via je regering in het Europees Parlement durven brengen.
De heer Aerts heeft het woord.
Minister, uw klimaatbeleid is inderdaad niet sociaal genoeg, en ook niet ambitieus genoeg. Dat is hetgeen dat we elke week opnieuw horen in de expertencommissie over het klimaatplan, elke keer opnieuw. U had de kans om mee te pleiten voor meer sociale maatregelen, voor meer middelen voor het Sociaal Klimaatfonds. U had die kans, maar Vlaanderen en België stonden buitenspel. Vlaanderen en België stonden buitenspel door uw veto. U focust dan vooral op uw eigen communicatie, maar je wordt geïsoleerd in heel Europa, en daarmee isoleer je ook de belangen van de Vlamingen en de Vlaamse bedrijven in Europa. Dat is zeer, zeer pijnlijk.
Ik vind het ook pijnlijk dat alle partijen in de meerderheid zich daar blijkbaar mee achter scharen. Want mij hier aanspreken en zeggen dat ik meer aandacht moet hebben voor Vivaldi, maar ondertussen hier protesteren tegen een koolstofheffing en ze in het Europees Parlement wel goedkeuren, mijnheer Bothuyne, is toch ook wel heel vreemd.
Minister, stop met dat gespijbel. De heer Vandaele wil graag een volwaardig partner zijn, en dan denk ik dat we toch minstens moeten stoppen met spijbelen op die Europese raden. Hoe anders zou zo’n vraag realistisch zijn? In alle eerlijkheid, heb ik echt veel liever spijbelende klimaatjongeren, dan een spijbelende klimaatminister. (Applaus bij Groen en van Bruno Tobback)
De actuele vraag is afgehandeld.