Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de impact van de btw-verlaging voor elektriciteit op de dagprijs van de woonzorgcentra
Verslag
De heer De Reuse heeft het woord.
Minister, ik trap vandaag een open deur in als ik kom pleiten voor betaalbare energiefacturen voor iedereen. De energieprijzen swingen de pan uit en ze brengen heel wat van onze Vlaamse gezinnen in betaalproblemen.
Niet enkel onze gezinnen voelen dit, ook verschillende sectoren, waarvan enkele onder uw bevoegdheid, komen in ademnood. Ik wil vandaag twee sectoren voor het voetlicht brengen. Het zijn twee sectoren die de federale maatregelen, hoewel ze worden geconfronteerd met de hogere energieprijzen, aan hun neus zien voorbijgaan. Het zijn twee sectoren die belangrijke pijlers zijn in ons zorgsysteem.
Ten eerste gaat het over de sector van de onthaalouders. Het water stond hen al aan de lippen en de forfaitaire onkostenvergoeding die ze ontvangen, is voor velen onvoldoende om het hoofd boven water te kunnen houden. Nu krijgen ze daar nog eens de stijgende energieprijzen bovenop. Voor hen moeten er dus dringend bijkomende maatregelen worden getroffen.
Ten tweede is er de sector van de woonzorgcentra, waarvan de bewoners om onbegrijpelijke redenen uit de boot vallen om te kunnen meegenieten van de compensaties voor de hoge energiefacturen. De Raad van State trad hen deze week bij. In een advies stelt de Raad van State dat het inderdaad onbegrijpelijk is dat die bewoners niet zouden kunnen genieten van het lagere btw-tarief. Als er geen maatregelen komen, zullen onze woonzorgcentra natuurlijk de hogere energieprijzen doorrekenen in een stijgende dagprijs aan hun bewoners. Eerste simulaties spreken van gemiddeld 60 tot 80 euro boven op de hoge en voor vele mensen niet te betalen woonzorgcentrumfactuur.
Minister, mijn vraag is heel simpel: hoe zult u deze sectoren, die onder uw bevoegdheid vallen, steunen? Wat zal Vlaanderen doen om de hoge energiefacturen voor hen betaalbaar te maken? Hoe zult u daarover in overleg gaan met uw federale collega?
De heer Parys heeft het woord.
Minister, dit lijkt een beetje op een aflevering van Groundhog Day waarin steeds weer dezelfde dag zich afspeelt. Op 2 februari stond ik hier ook en heb ik gewaarschuwd voor het feit, minister, dat onder andere honderdduizend oudere kwetsbare mensen in woonzorgcentra (wzc’s) vergeten zijn in de federale energiedeal. Ze hebben geen recht op een sociaal tarief, ze hebben geen recht op de btw-verlaging op elektriciteit, en ze hebben geen recht op de energiecheque. U zei toen dat het geen vergetelheid was, dat men er geen rekening mee had gehouden. Ik heb toen gezegd dat er een sluimerende ongelijkheid in zat want dat binnenkort onze ouderen in een woonzorgcentrum meer gaan betalen voor hun energie dan de rest van het land. Dat, minister, is echt onaanvaardbaar.
Vandaag is er het advies van de Raad van State dat letterlijk zegt: “Aan natuurlijke personen die gehuisvest zijn in een woonzorgcentrum wordt het voordeel van het verlaagde btw-tarief niet toegekend. Aangezien moet worden aangenomen dat deze personen evenzeer kunnen worden getroffen door de hogere energieprijzen, valt niet goed in te zien waarom niet ook voor afnemers zoals de woonzorgcentra, die natuurlijke personen huisvesten, wordt voorzien in een verlaging van het btw-tarief.”
Minister, OKRA, de Ouderenraad, het Vlaams Welzijnsverbond, het Vlaams Onafhankelijk Zorgnetwerk (Vlozo) en Zorgnet hebben allemaal aangekondigd naar het Grondwettelijk Hof te trekken tegen deze federale regeling. Op diezelfde zitting van 2 februari heb ik u gevraagd om ten minste iets op Vlaams niveau te doen. Ik heb gevraagd om aan te passen dat je maar één keer per jaar de woonzorgcentrumprijs kunt indexeren, en om ervoor te zorgen dat elke keer als de spilindex wordt overschreden en dus ook de basistegemoetkoming stijgt, woonzorgcentra een indextoepassing kunnen doen op hun dagprijs. Anders kom je in de situatie terecht dat de huidige generatie bewoners eigenlijk de factuur doorschuift naar de volgende generatie bewoners van een woonzorgcentrum.
Welke positie neemt de Vlaamse Regering in ten opzichte van de federale beslissing om onze ouderen te vergeten? Zult u de indexatieregeling aanpassen?
Minister Beke heeft het woord.
Voorzitter, ik heb begrepen dat het hier deze namiddag vaak gaat over de bevoegdheden van de Kamer. Ik zal me beperken tot onze bevoegdheden.
We hebben in verband met de betaalbaarheid van de woonzorgcentra al heel wat maatregelen genomen. Ik zal er u vier opsommen. Ten eerste hebben we compenserende maatregelen genomen ten gevolge van leegstand door covid. Die is er doordat mensen naar een ziekenhuis gaan, doordat mensen overlijden. De verminderde verblijfsduur hebben we gecompenseerd om de zorg, de continuïteit en betaalbaarheid van de wzc’s te verzekeren. We hebben een continuïteitsborg gemaakt. Die zorgt ervoor dat als er minder bewoners zijn, men dat niet zou doorrekenen in de dagprijs of op een andere manier. Dat heeft alles samen 244,5 miljoen euro gekost. We hebben gezorgd voor de mogelijkheid om bijkomend personeel in te zetten, niet alleen in financiële middelen dus, maar ook om studenten, externe medewerkers en andere in te schakelen. Dan heb ik het nog niet over beschermingsmateriaal en andere die we hebben aangekocht voor de wzc’s. Ten slotte, last but not least, is er een sociaal akkoord.
Is dat alles? Neen, dat is niet alles. Maar het zijn belangrijke ingrepen die we in de voorbije twee jaar gedaan hebben en dat gaat over honderden miljoenen om de wzc’s bij te springen. In het regeerakkoord staat dat voor de betaalbaarheid van de ouderenzorg het zorgbudget voor ouderen in de loop van deze legislatuur zal worden opgetrokken. Vanaf het ogenblik dat er budgettaire ruimte voor bestaat, zullen we dat ook doen.
Wat de indexering betreft, collega Parys, daar ben ik inderdaad op zich voorstander van. Die beslissing zullen we ook nemen.
Wat de kinderopvang betreft, is het hetzelfde verhaal. We hebben ook in de kinderopvang de voorbije twee jaar een uitgebreide compensatieregeling doorgevoerd. Alles samen gaat dat, alleen al in de kinderopvang, over 183 miljoen euro. Dus hebben wij, collega De Reuse, aan de twee sectoren waarover u spreekt, de voorbije jaar honderden miljoenen aan steun gegeven, om ze te ondersteunen in de moeilijke periode waarin ze zitten. Wat de kinderopvang betreft, weet u dat de onkostenvergoeding van onthaalouders gekoppeld is aan de spilindex. Dat wil zeggen dat bij overschrijding van de spilindex hun onkostenvergoeding automatisch omhoog gaat. Ze is in oktober een eerste keer verhoogd, ze is nu, op 1 februari, opnieuw verhoogd. Zij hebben dus wat dat betreft ook een extra compensatie.
Ten slotte hebben wij ook energiescans. Dan gaat het over het preventieve luik. Hoe kunnen wij inzetten op zo weinig mogelijk gebruik van energie? Wij hebben energiescans die via het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden (VIPA) kunnen worden aangevraagd. Alleen al in de kinderopvang zijn er meer dan 130 voorzieningen die daar gebruik van hebben gemaakt, om op die manier efficiënter en energiezuiniger te kunnen werken.
De heer De Reuse heeft het woord.
Minister, mensen willen oplossingen, geen zoveelste opsomming van initiatieven die u en de Vlaamse Regering genomen hebben om te proberen de woonzorgfactuur betaalbaar te maken zoals voor de energiecrisis. De realiteit is vandaag nog altijd dezelfde. De mensen zijn ongerust als ze naar het woonzorgcentrum moeten. Eerst moeten ze verhuizen en is er de onrust die er nu is en die in een volgende actuele vraag aan bod komt. Maar er is altijd ook de ongerustheid over de vraag: ‘Zal ik met mijn inkomen en met mijn pensioen nog de factuur van mijn woonzorgcentrum kunnen betalen?’
Er zijn verschillende mogelijkheden. U kunt de bewoners van een woonzorgcentrum gelijkstellen aan particulieren, die ook in hun woonomgeving worden geconfronteerd met de stijgende energieprijzen maar die wel kunnen genieten van de federale tegemoetkoming. U kunt ook een korting geven op de dagprijs aan de bewoners. Of u kunt ingrijpen in de energiefactuur van de woonzorgcentra. Er zijn verschillende mogelijkheden.
U spreekt over een extra compensatie voor de onthaalouders. Maar ook dat is nog altijd te weinig. U weet dat ook. Toon dat u hen waardeert en kom eens met een echte oplossing voor de onthaalouders.
Minister Beke, uw partijgenoot, minister van Financiën Van Peteghem, bekleedt de sleutelpositie wat betreft de compensaties en de mogelijkheden om tegemoet te komen. Ga alstublieft met hem in debat en toon hoe belangrijk het voor de Vlaamse zorgsector is dat ook deze mensen niet worden vergeten. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Parys heeft het woord.
Minister, ik vind het erg dat uw collega Vincent Van Peteghem als antwoord op de bezwaren van de Raad van State in zijn aangepaste KB zegt: ‘We moeten ervan uitgaan dat woonzorgcentra sterkere onderhandelingsposities hebben dan een individuele eindgebruiker door een groter aankoopvolume, waardoor ze betere algemene contractuele voorwaarden bij energieleveranciers kunnen afdwingen.’ Dat vind ik, eerlijk gezegd, zeer cynisch. Minister, ik zou dat graag eens voorleggen aan de sector zelf en ik zou graag eens de vergelijking maken. Ik ben er 100 procent zeker van dat niet elk woonzorgcentrum daarin slaagt, gewoon omdat ze te klein zijn.
Minister, als wij onze kwetsbare ouderen vergeten en hen meer laten betalen dan de rest van Vlaanderen, dan zijn we als overheid slecht bezig. Zult u tussenkomen en zult u de vraag aan het Grondwettelijk Hof ondersteunen van, waarschijnlijk ook, het Vlaams Onafhankelijk Zorgnetwerk (VLOZO), Zorgnet, de Ouderenraad en het Vlaams Welzijnsverbond?
Minister, we hebben zoiets als een Vlaamse sociale bescherming. Er is een zorgfonds met middelen om te investeren en om achtergestelde leningen toe te kennen. Maak ze beschikbaar, minister, om bijvoorbeeld zonnepanelen en windenergie op woonzorgcentra mogelijk te maken.
Mevrouw De Martelaer heeft het woord.
Collega's, vorig jaar, in ongeveer dezelfde periode van het jaar, konden we in de media lezen dat de gemiddelde prijs voor een verblijf in een woonzorgcentrum gestegen was met ongeveer 166 euro per maand in vijf jaar tijd. De conclusie was dat de prijzen van de rusthuizen sterker waren gestegen dan de inflatie over die periode. Eigenlijk was het alleen de Vlaamse Ouderenraad die zich over deze dagprijsstijging grote zorgen maakte. Het werd niet ruim uitgesmeerd in de pers.
Ouderen hebben het heel moeilijk om met hun pensioen en hun zorgbudget van 130 euro een maandelijkse factuur te betalen. Nu komt nog de mogelijk sterke dagprijsstijging door de energiekosten.
Minister, u hebt een aantal maatregelen opgenoemd die eigenlijk vooral voor de uitbaters van woonzorgcentra zijn. Welke maatregelen gaat u nemen om de dagprijs voor de ouderen betaalbaar te houden?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
De stijgende energieprijzen en de inflatie hebben niet alleen invloed op de financiën van de gezinnen maar ook van de welzijnsvoorzieningen. Vanuit die sectoren komen er verschillende signalen dat zij de kosten niet meer zouden kunnen dragen. Vaak komen hun inkomsten uit subsidies of deels uit cliëntenbijdragen, maar die bijdragen worden deels bepaald, en de subsidies ook, door de overheid of door een beperkt aantal indexaties ervan.
De koepels zijn vragende partij voor eventueel twee mogelijkheden. Eén mogelijkheid is om te gaan naar een automatische indexatie van de dagprijzen. Een andere mogelijkheid is financiële compensatie.
Minister, hebt u intussen overleg gehad met de koepels over de mogelijkheden die zij aanbieden?
De heer Anaf heeft het woord.
Collega's, we weten allemaal dat de dagprijzen in de woonzorgcentra bijzonder hoog liggen en vaak veel hoger zijn dan mensen met hun pensioen kunnen betalen. Toch hoor ik hier een aantal collega's die blijkbaar meer bezig zijn met de rentabiliteit van de woonzorgcentra te verzekeren dan wel om de kostprijs voor de mensen onder controle te houden. Er wordt gepleit voor een automatische en snellere indexatie van de dagprijzen enzovoort.
Ik sluit me graag aan bij de vraag van collega De Martelaer. Minister, ouderenzorg is een volledig Vlaamse bevoegdheid. Hoe gaat u ervoor zorgen dat de dagprijzen onder controle blijven? Rentabiliteit is één ding, maar de portefeuille van al die mensen die veel te veel betalen voor hun zorg, is ook een belangrijke bezorgdheid.
Het gaat over vergeten sectoren. Ik wil graag ook de sector van personen met een handicap even aanstippen. Ook daar zijn heel wat mensen die in een zorgvoorziening verblijven en gedomicilieerd zijn. Zijn er plannen om ook in die sector te kijken of er compensaties mogelijk zijn?
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Collega's, de betaalbaarheid van woonzorgcentra is een absolute prioriteit. Ik denk dat er ook al heel wat inspanningen voor gebeurd zijn en ook de volgende jaren nog moeten gebeuren.
Nu wordt men natuurlijk ook geconfronteerd met de verhoging van de energieprijzen. Woonzorgcentra rekenen een dagprijs aan, en energieprijzen zijn er één component van. Er zitten natuurlijk ook heel wat andere componenten in die we ook moeten blijven monitoren.
Minister, toen het hier vorige keer ter sprake kwam, heb ik ook al gevraagd naar maatregelen om initiatieven te stimuleren voor energiebesparing, ook in onze welzijnssector. U hebt er toen ook op geantwoord.
Minister, we zullen er in de volgende periode toch echt wel op moeten toezien op welke manier de aanvragen van dagprijsverhogingen gebeuren. Ik wil u daarom oproepen om echt een monitoring te doen, met de sector rond de tafel te gaan zitten, zodat we een goed zicht blijven hebben en kunnen ingrijpen wanneer het echt nodig is.
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Minister, ik reken erop dat u ervoor gaat zorgen dat de stijgende energiekosten er niet toe gaan leiden dat de bewoners nog meer moeten betalen voor hun woonzorgcentra. Zoals hier al meerdere keren is gezegd, zijn die woonzorgcentra vandaag al heel erg duur voor de mensen. Vandaag betaalt men gemiddeld 1850 euro per maand.
Dat is bijna 600 euro meer dan het gemiddelde pensioen. Vandaag moeten mensen al een beroep doen op hun kinderen of op het OCMW om het woonzorgcentrum te kunnen betalen. Dat is niet normaal. Ik hoor dat de Vlaamse Regering wil inzetten op de betaalbaarheid en dat de betaalbaarheid prioritair is voor de Vlaamse Regering. Als ik dan even terugspoel, dan zie ik dat die prijzen de laatste jaren serieus gestegen zijn, minister. In 2016 was de gemiddelde maandelijkse prijs nog 1560 euro. Dat is vandaag 300 euro meer. Ik hoop dat er echt werk wordt gemaakt van die prijzen en dat het principe dat een woonzorgcentrum niet duurder kan zijn dan het pensioen dat iemand ontvangt, ingang gaat vinden.
Minister Beke heeft het woord.
Collega De Martelaer, u zegt dat er honderden miljoenen gaan naar die woonzorgcentra, maar dat dat naar de uitbaters is. Hadden we dit niet gedaan, namelijk 244 miljoen euro, wat denkt u dan dat de impact zou zijn geweest op de aanvragen voor de ligdagprijs? Dan zou er natuurlijk een druk zijn geweest om meer te vragen want er is inkomstenverlies door corona. Wij hebben dat gedaan, en met resultaat. Als u de cijfers neemt van 1 mei 2020 tot 1 mei 2021, toen er nog geen sprake was van stijgende inflatie, dan ziet u dat de prijzen gestegen zijn met 1,23 procent terwijl de inflatie gestegen is in die periode met 1,46 procent. De prijzen zijn dus minder gestegen dan de inflatie. Als u vraagt wat wij eraan doen om die kosten te beheersen, wel, dit hebben we gedaan, en met resultaat. Dat is een eerste element.
Ten tweede, collega Vandecasteele, zijn wij, zoals ik daarstraks heb gezegd, aan het kijken hoe wij in de loop van deze legislatuur het zorgbudget voor ouderen kunnen optrekken om op die manier die stijgende kosten te kunnen compenseren via dat zorgbudget, want ik erken de stijgende kosten. Dat zijn we aan het doen.
Collega Parys, u komt hier heel sterk verontwaardigd zeggen dat het een schande is wat er federaal gebeurt. Ik nodig de collega's De Martelaer en Anaf uit om ook hun partijen te mobiliseren om daar toch eens naar te kijken. Ik heb eens gekeken wat het voorstel was van u en uw partij om voor de energie iets te doen. Het voorstel van de N-VA was een belastingvermindering koppelen aan het belastbaar inkomen en op die manier 500 euro geven. Weet u wat dat betekent voor een gemiddelde gepensioneerde die in een woonzorgcentrum zit? Die geniet daar niet van! Die heeft daar niets aan! (Opmerkingen van Lorin Parys)
Jawel, want de belastingvrije som voor een gepensioneerde is hoger en die heeft daar dus eigenlijk niets aan. Aan de ene kant zeggen dat het een schande is wat daar gebeurt en aan de andere kant afkomen met een voorstel dat daar ook geen antwoord op biedt? Laat ons redelijk zijn en zoeken naar oplossingen. Ik ben altijd bereid om te zoeken naar oplossingen. Ik wil dat ook doen in de schoot van de regering. Maar ik hou eigenlijk niet van zwartepieten. Laat ons zoeken naar oplossingen. Ik denk dat de mensen daar het meeste baat bij hebben.
De heer De Reuse heeft het woord.
Minister, dank u wel. Ik gaf u ook drie opties om in te grijpen. U bent er mooi omheen gefietst. U hebt er zelfs niet eens op gereageerd. Spijtig, want de sector maar ook de mensen die er werken en er verblijven, vragen daden en geen woorden. Praatjes vullen geen gaatjes. Ik denk dat u als minister voor twee dingen moet zorgen: ten eerste voor goede zorg in onze woonzorgcentra tegen een betaalbare factuur en dat voor alle mensen, zeker ook nu met de hoge energieprijzen, en ten tweede voor de onthaalouders. Zorg nu ook eens voor de broodnodige financiering zodat die sector weer adem krijgt en kan overleven. Ze is broodnodig, niet enkel voor welzijn maar ook voor uw collega, minister Crevits, die u wel het belang van die sector zal kunnen aantonen.
Dat zijn twee sectoren die vormgeven aan ons warm Vlaanderen. Zorg ervoor dat die mensen op u kunnen rekenen. Bedankt. (Applaus bij het Vlaams Belang)Â
De heer Parys heeft het woord.
Minister, tot 1000 euro per jaar: dat is de mogelijke kostprijs voor iemand die in een woonzorgcentrum verblijft, onder andere door wat de Federale Regering hier nu doet. U leest ons voorstel verkeerd. Wij hebben gezegd 500 euro per maand, en ook gepensioneerden komen daarvoor in aanmerking. En als u bereid bent om daar met ons werk van te maken op het federale vlak, dan steek ik heel graag de hand uit.
Maar mijn vraag aan u, minister, is om op tafel te slaan bij uw collega Vincent Van Peteghem. U kent hem heel goed, hij is van dezelfde partij. Kom tussen bij het Grondwettelijk Hof, minister. Pas ten derde die indexatieregeling inderdaad aan, en zorg er ten vierde voor dat we via het Zorgfonds en via VIPA middelen kunnen inzetten om energiezuinige investeringen mogelijk te maken. En maak waar, minister, waar u zegt voor te staan, namelijk een warm Vlaanderen. Zorg ervoor dat iedereen gelijk wordt behandeld, en laat onze ouderen niet in de steek. (Applaus bij de N-VA)
De actuele vragen zijn afgehandeld.