Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het ontwerp van decreet betreffende de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren.
De algemene bespreking is geopend.
De heer Meremans, verslaggever, heeft het woord.
Collega’s, ik houd het kort. Collega Segers zal mijn tussenkomst verder aanvullen. De Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren (KANTL) is een belangrijke organisatie rond iets wat we allemaal samen delen, namelijk de Nederlandse taal en de liefde daarvoor. De academie bestaat al 130 jaar en stimuleert de studie, de beoefening en de bloei van de Nederlandse taal en letterkunde. Binnen haar werkterrein verzorgt ze publicaties, kent ze prijzen toe, formuleert ze adviezen, neemt ze standpunten in en organiseert ze tal van evenementen in het eigen prachtige academiegebouw en daarbuiten.
U kent de academie ook als de organisatie die zorg draagt voor onze literaire canon. Ze maakte een dynamische lijst met ongeveer 50 essentiële werken uit de Nederlandstalige literatuur. Het ontwerp van decreet betreffende de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren vervangt een oud decreet van 13 februari 1980 en komt er op vraag van de organisatie zelf. Verschillende onderdelen werden aangepast aan de actuele context en beantwoorden nu meer aan de huidige werking van de organisatie en de huidige wetgevende context. Het ontwerp van decreet bevat de naamswijziging en een expliciet overzicht van de kerntaken van de KANTL, zoals publiekswerking en literaire canon. De rol en de taak van de KANTL worden duidelijker decretaal verankerd.
Er zijn ook een aantal wijzigingen van meer organisatorische aard, zoals een uitbreiding van het ledenaantal naar analogie met gelijkaardige academies van onze buurlanden, een herstructurering, vereenvoudiging en modernisering van de bestuursorganen en de zittingstermijnen van de voorzitter, ondervoorzitter en een vaste secretaris.
Mevrouw Segers, verslaggever, heeft het woord.
Ik zal even dieper ingaan op de belangrijkste wijzigingen, zoals al opgesomd door collega Meremans. Een eerste wijziging zal een goed oplettende volksvertegenwoordiging hier alvast al vóór onze verslaggeving zijn opgevallen, en dat is de meest opvallende wijziging: vanaf nu wordt het liggend streepje in de naam van de academie weggelaten. De academie legt zich vandaag toe op taal en letteren. Taal en letteren is een ruimer begrip dan enkel en alleen taal- en letterkunde. Vanaf nu spreken we dan ook over de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren. Deze wijziging wordt in artikel 3 aangepast.
In de actualisatie van het bijna veertig jaar oude decreet werden ook de kerntaken van de academie opnieuw geformuleerd. Die zijn terug te vinden in artikel 6 en worden duidelijker decretaal verankerd. De academie zal zich meer focussen op de literair-culturele en wetenschappelijke component.
Een andere functie van de academie, zoals besproken in artikel 7, is het bijdragen aan een grensoverschrijdende dialoog. Daarom zal ze samenwerken met organisaties uit binnen- en buitenland. Ook dat is belangrijk. Het kan alleen maar de positie van onze Nederlandse taal in het buitenland vergroten.
Een van de belangrijkste wijzigingen vinden we terug in artikel 8. Zoals collega Meremans al aangaf, wordt het aantal gewone werkende leden van de academie verhoogd naar een maximum van veertig. Met deze verhoging wil men zorgen voor een zo maximaal mogelijke representatieve afspiegeling van de maatschappij.
Volgens sp.a en Groen liet het huidige artikel echter te veel vrijheid en legt het niet genoeg nadruk op het weerspiegelen van de maatschappelijke diversiteit in de realiteit. Daarom willen we hiervoor graag een amendement indienen, dat explicieter stelt dat de academie op zoek moet gaan naar genderevenwicht en diversiteit in alle aspecten en facetten opdat die voldoende worden gerepresenteerd binnen de algemene vergadering en de samenstelling van de leden.
De artikels 9 tot en met 12 zorgen ook voor belangrijke aanpassingen. Termen zoals ‘algemene vergadering’ en ‘raad van bestuur’ komen in het ontwerp van decreet met een definitie van hun rollen.
De raad van bestuur wordt ook uitgebreid. Zo wordt de raad van bestuur niet langer beperkt tot de voorzitter, ondervoorzitter en vaste secretaris, maar uitgebreid met twee extra leden of niet-leden. Om meer in te spelen op een langetermijnvisie en de langetermijnplannen werd gekozen om het mandaat van de voorzitter, ondervoorzitter en vaste secretaris te laten vastleggen op vier jaar, met mogelijkheid tot een eenmalige verlenging. Die wijziging biedt meer zekerheid aan de organisatie.
Niet alleen in de algemene vergadering is diversiteit van belang, maar ook in de raad van bestuur. Daarom dienen sp.a en Groen een tweede amendement in op artikel 12, dat hetzelfde beoogt, namelijk een betere representatie van de diversiteit in onze samenleving.
Het is ten slotte positief dat het decreet wordt herbekeken, want het veertig jaar oude decreet was effectief aan vernieuwing toe opdat er maximaal kan worden ingezet op de promotie en de ondersteuning van onze Nederlandse taal, die wij allen zeer genegen zijn. (Applaus bij sp.a, Groen en CD&V)
Mevrouw Segers, de bedoeling van een verslag is dat u aan alle volksvertegenwoordigers toelicht wat in het ontwerp van decreet staat. Ik heb hier eens rondgekeken en hoop en al tien mensen hebben naar de heer Meremans en u geluisterd. Ik vraag me af wat het nut is van hier een verslaggeving te brengen. Ik blijf dat zeggen.
Als u amendementen indient, moet u die apart behandelen, want die behoren niet tot het onderdeel van het verslag. Even voor de duidelijkheid: een verslaggever brengt alleen verslag uit over wat er in de commissie werd besproken. Als u achteraf amendementen indient, moet u die apart toelichten.
Tijdens de bespreking hadden we ook al de idee geopperd om samen amendementen in te dienen.
De heer Vandaele heeft het woord.
Voorzitter, mijn fractie en partij hechten bijzonder veel belang aan taal en letteren. De Academie is een oud en eerbiedwaardig maar daarom niet minder nuttig en nodig instituut. Dit ontwerp van decreet actualiseert en moderniseert inderdaad het decretale kader en versterkt de rol van de Academie.
De naam werd met opzet verruimd tot ‘Taal en Letteren’ in plaats van ‘Letterkunde’. Wij staan daarachter. Maar in de commissie merkte ik wel op dat in artikel 6.8 nog ‘Letterkunde’ is blijven staan. Blijkbaar is dat nog altijd niet aangepast. Voorzitter, dat is geen ramp. Wij zullen dit ontwerp van decreet in elk geval goedkeuren.
Het moet wel duidelijk zijn, zoals mevrouw Segers ook zei, dat in de toekomst goed moet worden samengewerkt met andere instellingen. Het is geen exclusieve bevoegdheid voor de Academie. De samenwerking met bijvoorbeeld het Letterenhuis of met de Nederlandse Taalunie blijft voor ons zeer belangrijk.
De heer Caron heeft het woord.
Ik sluit mij uiteraard aan bij de vorige sprekers. Ik wil vooral nog eens beklemtonen dat we blij en fier mogen zijn dat we in Vlaanderen een dergelijke instelling hebben, die onze literatuurgeschiedenis bestudeert. Ik zou wel graag hebben dat ze iets meer airplay krijgt en met het oog daarop ook samenwerkt met de Nederlandse Taalunie, het Letterenhuis, het Letterenfonds en met alle mogelijke andere letteren- en literatuurspelers in Vlaanderen.
Voorzitter, ik wil toch nog even expliciet de twee amendementen van mevrouw Segers en mezelf vermelden. Ze gaan over het genderevenwicht in het bestuur van die instelling. Dat is blijkbaar een vergetelheid. Maar ja, zo gaat dat blijkbaar bij oude literatoren in Vlaanderen. Zij hebben meestal een lange grijze baard en zijn van het mannelijke geslacht. Zij letten iets minder op de genderbalans. Daarom stelden wij voor, zoals we in de commissie al als mogelijkheid hadden aangegeven, om dat bestuur samen te stellen uit minstens één derde personen van hetzelfde geslacht, en om voor voldoende diversiteit te zorgen inzake functiebeperking en culturele origine. Minister, dat ligt trouwens in lijn met de doelstellingen van uw eigen beleid en van de Vlaamse overheid in haar geheel.
Minister Gatz heeft het woord.
Ik verheug me er eerst en vooral op dat het parlement tevreden is dat we de modernisering van de KANTL op een goede manier mee in goede banen hebben kunnen leiden. Ik dank ook de mensen van de KANTL zelf voor het toekomsttraject dat ze de voorbije drie jaren samen hebben gelopen. Het was nodig, maar het werd in elk geval goed van onderuit ten uitvoer gebracht. Daardoor ziet de toekomst er opnieuw goed uit.
Wij hebben, ingaande op de amendementen van de heer Caron en mevrouw Segers, deze zaak wel degelijk besproken tijdens de commissiewerkzaamheden. Ik heb toen ook gezegd dat het traject dat de KANTL op dit ogenblik ook op dat vlak aan het bewandelen is, wel degelijk vorm en inhoud heeft. Het blijft met andere woorden niet bij loze engagementen. Vanuit de regering en, naar ik begrepen heb, ook vanop de banken van de meerderheid vinden wij dat het huidige artikel 8, de zo representatief mogelijke afspiegeling, wel degelijk een aantal goede doelstellingen en een aantal garanties om daaraan te blijven werken in zich houdt. Ik ben bereid om dat vanuit de regering en de administratie en samen met de KANTL mee op te volgen.
Ik vind het een beetje vreemd om hier nu aan een ad-hocregelgeving te doen, terwijl het huidige artikel 8 weergeeft wat wij allemaal wensen. Wij hebben ook gezien dat, naast het traject dat de KANTL op dit ogenblik loopt en dat toekomstgericht is, ook op het gebied van genderevenwichten en diversiteit, de getallen van de leden op een dermate niveau gebracht zijn dat die evenwichten iets makkelijker te behalen zijn. Ook dat is met hen besproken, alsook met u tijdens de commissiewerkzaamheden. Ik denk dus dat het op dit ogenblik, vanwege de te specifieke regeling, niet aangewezen is om het amendement van de oppositie te volgen.
Ik wil vanuit de regering en de komende jaren ook vanuit de administratie opvolgen dat aan artikel 8 wel degelijk het nodige gevolg kan en zal worden gegeven. KANTL heeft niet het hele transformatietraject doorlopen om nu pas op de plaats te maken en geen verdere vooruitgang te boeken. Zij zal inderdaad die afspiegeling van de maatschappij verder uitvoeren binnen haar organen en bij haar leden. Dat is een van de voornaamste elementen die zij in het oog wil houden om maatschappelijk relevant te blijven, en niet alleen wetenschappelijk.
De heer Caron heeft het woord.
Minister, ik doe niets af aan een toelichting van artikel 8 en de benadering ervan, die ik deel met u. Alleen, wat wij voorstellen ligt in lijn met wat in andere decreten, bijvoorbeeld het Kunstendecreet en het uitvoeringsbesluit ter zake, opgelegd wordt aan door Vlaanderen gesubsidieerde instellingen. Ik zou het eigenlijk maar normaal gevonden hebben dat we dat ook doen voor een Vlaamse instelling zelf.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Ik wil de woorden van collega Caron onderstrepen. In artikel 8 van het ontwerp van decreet staat dat er wordt gestreefd naar die diversiteit of afspiegeling. Alleen hadden wij graag gewild dat dit iets explicieter en iets dwingender was geformuleerd, in die zin dat we ook expliciet verwijzen naar de streefcijfers van de Vlaamse overheid die als leidraad zouden moeten dienen. Oké, het engagement van KANTL is er, maar wij vonden het nodig om decretaal toch een zekere beweging voorwaarts te kunnen vastleggen. Want als je kijkt naar de website, dan zie je een lijst van hooggeleerde mannen met witte baarden. Ik heb niets tegen mannen met witte baarden, maar daar ontbreekt toch wel elke diversiteit. Dat hadden wij graag in de toekomst veranderd gezien, vooral omdat je ziet dat ons Vlaams letterenveld een zeer divers en zeer vrouwelijk veld is geworden.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het ontwerp van decreet.
De door de commissie aangenomen tekst wordt als basis voor de bespreking genomen. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2017-18, nr. 1626/3)
– De artikelen 1 tot en met 7 worden zonder opmerkingen aangenomen.
Er is een amendement op artikel 8. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2017-18, nr. 1626/4)
De stemmingen over het amendement en over het artikel worden aangehouden.
– De artikelen 9 tot en met 11 worden zonder opmerkingen aangenomen.
Er is een amendement op artikel 12. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2017-18, nr. 1626/4)
De stemmingen over het amendement en over het artikel worden aangehouden.
– De artikelen 13 tot en met 21 worden zonder opmerkingen aangenomen.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het ontwerp van decreet houden.