Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de verbetering van de rechtsbescherming van de studenten hoger onderwijs
Verslag
Mevrouw Soens heeft het woord.
Ons hoger onderwijs wordt steeds internationaler: steeds meer buitenlandse studenten komen aan onze universiteiten en hogescholen studeren en dat is uiteraard positief. Nu blijkt echter uit een jaarverslag van de Vlaamse ombudsman dat er geen Engelstalige procedure bestaat om indien nodig een examen te betwisten.
Dat lijkt me toch een probleem te zijn. De buitenlandse studenten wier moedertaal niet het Nederlands is, blijven zo in de kou staan. Voor sp.a is het belangrijk dat elke student het recht heeft om een examen te betwisten indien dat nodig zou zijn.
Bent u bereid om een initiatief te nemen om dit recht aan de buitenlandse studenten te geven?
De heer Durnez heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik sluit me ook aan bij het verslag van de ombudsman over de teruggave van leerkrediet. Elke student krijgt zijn 140 studiepunten mee in zijn startrugzak en probeert die daar ook in te houden door goede resultaten te halen, door te procederen wanneer iets niet goed is of door te bewijzen dat er overmacht is.
We hebben daarvoor een instelling, een raad die de betwistingen behandelt. De ombudsman stelt dat de rechter overbelast is. We lezen ook dat 20 procent echte betwistingen van examenresultaten betreft en dat 80 procent gaat over overmacht. Hieraan is iets te doen door de raad te versterken of door iets te doen op het vlak van de instroom van bezwaren of oefeningen over de bewijsvoering bij overmacht.
Dit heeft een effect op de student op het vlak van rechtszekerheid en rechtsbescherming. Het heeft ook effect op de hogescholen en universiteiten zelf. Het gevolg van de laattijdige uitspraken is dat universiteiten en hogescholen in de zomer permanent examens moeten inrichten. Dat is qua organisatie niet eenvoudig.
Minister, ziet u mogelijkheden om initiatieven te nemen om hetzij de raad te versterken, hetzij via delegatie aan de hogescholen om zelf uitspraken te doen wat de overmacht betreft, het onderzoeken van de doktersattesten of van de sociaalpsychologische elementen bij een overlijden. Zo zouden we veel tijd kunnen winnen en zou de rechter misschien minder overbelast zijn.
Minister Crevits heeft het woord.
Voorzitter, dames en heren, dat u hier beiden een vraag over stelt, toont het belang aan van het rapport dat de ombudsman jaarlijks kan maken. Het biedt ook nieuwe inzichten bij een aantal zaken.
Wat betreft de raad, heb ik uiteraard ook het bezoek gekregen van de rechters, die vastgesteld hebben dat het aantal zaken de laatste jaren gestegen is. Het is zo dat de echte zaken, de betwistingen, al sinds een aantal jaar stabiel blijven, maar de betwistingen over het leerkrediet zijn echt fors aan het toenemen. We moeten bekijken op welke manier we kunnen ingrijpen.
Mijnheer Durnez, u stelt voor om dit in een eerste fase door de hogescholen administratief te laten bekijken. Voorlopig hebben wij de keuze gemaakt om 28.000 euro extra te geven aan de cel die de betwistingen doet, om een extra kamer in te richten waardoor het sneller vooruit kan gaan en om het secretariaat wat meer te laten doen.
Uit het verslag van de rechters heb ik begrepen dat de oorzaak van het probleem dat de ombudsman aanhaalt, te wijten was aan de onderbestaffing in 2015. Die is ondertussen weggewerkt. Dit is natuurlijk een zaak van de rechters zelf.
De Vlaamse Onderwijsraad (Vlor) heeft mij een advies bezorgd over een aantal mogelijke wijzigingen. We kunnen die samen bekijken.
Ik ben ook bereid om naar het leerkrediet te kijken, maar zoals u weet is dat niet iets dat enkel de student aanbelangt, maar hangt daar ook een stuk financiering aan vast. We kunnen dus niet zomaar zeggen dat we het afschaffen.
Ik sta er zeker voor open om ofwel de betwistingen over het leerkrediet wat administratiever te bekijken dan wel om ze via het secretariaat van de rechters te laten doen.
U zou ook kunnen vragen waarom ik die examenbetwistingen geen onderdeel laat zijn van de andere raden voor betwistingen die we hebben. Ik doe dat liever niet. Het gaat om mensen die ook een andere job hebben. Ik vind het goed dat ze feeling met het onderwijs hebben. Ze vragen het zelf ook niet, ze willen heel graag blijven doen wat ze doen. Ze vragen wel om voldoende equipes te hebben.
Mevrouw Soens, ik heb begrip voor uw vraag over de taal, maar de bestuurstaal in het hoger onderwijs is het Nederlands. Dat is overal zo: ook voor de interne beroepsprocedures doen instellingen het nodige om anderstalige studenten te helpen met de taal of door in vertalingen te voorzien. De proceduretaal voor de raad is het Nederlands. Ik ben niet van plan om dit op korte termijn te veranderen. Ik meen ook niet dat er grote problemen mee zijn. Bovendien kunnen de instellingen helpen. Er is dus een verschil in de taal waarin je onderwijs kunt genieten, omdat er inderdaad een aantal vakken in andere talen worden gegeven. Maar de bestuurstaal, dus ook de taal om een beroep bij ons aan te tekenen, is het Nederlands en dat zal het ook blijven.
Minister, ik ben toch wel wat teleurgesteld in uw antwoord. U zet heel fel in op internationalisering en we steunen dat ook. Maar daar zijn een aantal consequenties aan verbonden. We hebben een deel Engelstalig onderwijs. Het onderwijs- en examenreglement kan in het Engels verkrijgbaar zijn. Van een aantal studenten wordt ook niet verwacht dat ze Nederlands kunnen. Het is natuurlijk jammer dat het afhangt van welke taal je spreekt of van welk land je komt of je al dan niet een examen kunt betwisten. Ik vind het jammer dat u niet bereid zou zijn om op zijn minst een opening te maken om daar pragmatischer mee om te gaan en die studenten dat recht te bieden om hun examen te betwisten indien dat nodig zou zijn.
Minister, dank u voor uw antwoord. Bij universiteiten en hogescholen gaat het over vijf vragen per tweeduizend studenten. De concentratie van die vragen in juni en juli is een bijkomend probleem. Het element om een behandeling met beroep en toezicht van een regeringscommissaris dichterbij te laten verlopen, is misschien een kans om die zomertermijn korter te maken. Ik laat het echter aan de minister om dit verder te bekijken. 28.000 euro voor de rechters, dat is toch al de moeite.
De heer Van Dijck heeft het woord.
Minister, als ik de cijfers bekijk van de omvang die de Raad voor betwistingen moet verwerken, dan stel ik vast dat er op een goede 10 jaar een stijging is van 48 dossiers naar 694. Dat is exponentieel. Gaan we dan niet naar een juridificatie van ons onderwijs? Ik maak me daar zorgen over. Ik sluit me deels aan bij de vraag van de heer Durnez ter zake: in hoeverre kunnen we maatregelen nemen om dat in te perken? Ik onderschrijf die vraag.
Wat betreft de opmerking over de taalregeling, denk ik dat we moeilijk kunnen afstappen van een Nederlandstalige behandeling ter zake. Als we dat straks in het Engels doen, waarom dan ook niet in het Frans, of in het Spaans voor Spaanse studenten die naar hier komen? Er is echt wel een onderscheid tussen de manier waarop we ons onderwijs organiseren en de manier waarop er bepaalde vakken in een andere taal gedoceerd worden.
Collega Soens, ik begrijp wat u zegt, maar studenten die naar Vlaanderen komen, weten dat het Nederlands de bestuurstaal is. Het is ook een uitdaging. Als onze studenten naar Spanje of god-weet-waar gaan, en er zijn problemen, dan moeten ze daar ook de bestuurstaal hanteren.
Wat de juridisering betreft, wil ik u een beetje geruststellen. Sinds 2011 is het aantal gewone dossiers niet meer gestegen. Mijnheer Van Dijck, ik heb dat proberen duidelijk te maken. Het aantal blijft ongeveer stabiel op ongeveer tweehonderd dossiers per jaar. Maar wat er exponentieel gestegen is, zijn de overmachtsituaties voor het leerkrediet. Als je dat dreigt kwijt te spelen omdat je ziek bent geweest, dan moet je daar nu ook een dergelijke procedure voor starten.
Je kunt daar twee dingen mee doen. Je kunt zeggen dat het te log is en het administratiever maken, maar dan heb je misschien een groter risico op misbruiken. Ofwel stel je de rechters in staat om dat op een minder formalistische manier af te handelen. Ofwel ga je hen extra ondersteunen. Maar de stijging zit eigenlijk uitsluitend op het leerkrediet. Dan zeggen dat de juridisering sterk toeneemt, is een te zwaarwegende uitspraak omdat we dat niet kunnen afleiden. Het is normaal dat de dossiers van de leerkredieten stijgen, want het bestaat nog maar sinds 2008. We krijgen jaar na jaar meer studenten die daarmee worden geconfronteerd. We moeten vooral bekijken of we dat leerkrediet helemaal kunnen hervormen. Dat is complex omdat het met financiering samenhangt. Of we kunnen de overmachtsbetwistingen op een eenvoudigere manier laten afhandelen. Ik heb de voorstellen van de Vlaamse Onderwijsraad bekeken. We moeten dat samen eens bekijken.
Er komen natuurlijk wel studenten uit het buitenland naar hier om een Engelstalige opleiding te volgen. We kunnen toch niet verwachten dat ze meteen Nederlands kennen. Ik blijf het jammer vinden dat die studenten niet het recht zouden hebben om een examen te betwisten in een Engelstalige procedure en dat de drempel voor hen wordt verhoogd. Ik blijf het een jammere zaak vinden dat u hun dat recht niet wilt geven.
Elke lus over Brussel die korter kan, is een goede zaak voor iedereen die betrokken is. Ik heb vertrouwen in de minister omdat ze vertrouwen heeft in de universiteiten en hogescholen.
De actuele vragen zijn afgehandeld.