Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
Mevrouw Gennez heeft het woord.
Voorzitter, de problematiek van het luxeverzuim situeert zich voornamelijk net voor de schoolvakanties. Het einde van het schooljaar nadert. Nu ploeteren heel wat leerlingen door hun laatste examens. Voor velen onder hen is de laatste examendag van dit schooljaar 23 juni 2015. Dit blijkt althans uit een rondvraag die de krant De Morgen met een kleine steekproef heeft gedaan.
De rapporten volgen meestal pas een week later. Dat is natuurlijk normaal. De evaluaties, de klassenraden en dergelijke moeten nog plaatsvinden. Het probleem is dat tijdens de week tussen de laatste examendag en de officiële start van de zomervakantie op school heel weinig te beleven valt. De leerkrachten zijn aan het evalueren. De scholieren zijn klaar. Veel jongeren of hun ouders vinden dat ze goedkoper op vakantie kunnen vertrekken en vragen zich af waarom ze dat niet zouden doen.
Minister, u hebt aangekondigd het verplichte doktersbriefje af te schaffen. De vraag is echter hoe we het luxeverzuim kunnen aanpakken. We kunnen controleren als het zo ver is, maar dit betekent dat we het fenomeen zouden sanctioneren zodra het al te laat is. Dat is wat het doktersbriefje deed of probeerde te doen.
We kunnen echter ook kijken naar de wat bredere opdracht die de school kan hebben. Die opdracht kan meer zijn dan enkel kennisoverdracht, examinering en evaluatie. Hoe zouden we ervoor kunnen zorgen dat de laatste dagen voor de vakantie ook zinvol kunnen worden ingevuld?
Daarnet is hier onder meer een vraag om uitleg gesteld over EHBO op school. We zijn het er allemaal over eens dat we hiervoor de eindtermen niet hoeven aan te passen. Dit staat er eigenlijk zwart op wit in. De vraag is dan waarom we dit niet zouden aanbieden tijdens de dagen waarop er op school weinig te beleven valt.
De leerkrachten hoeven dit uiteraard niet zelf te doen. Hiervoor kan worden samengewerkt met het Rode Kruis, het Vlaamse Kruis of een andere partner. Dit kan er natuurlijk voor zorgen dat de leerlingen op school zijn en de ouders gemotiveerd zijn erop toe te zien dat hun kinderen naar school komen.
Op die manier kunnen we aan een actieplan werken. Dit kan misschien in het actieplan leerrecht passen. Door de blanke dagen op school een zinvolle invulling te geven, kunnen we preventief het luxeverzuim aanpakken.
Minister, ik heb enkele concrete vragen. Wat zult u ondernemen om de zinvolle invulling van de blanke dagen voor de schoolvakantie te garanderen? Wat is de timing van het actieplan leerrecht? U hebt daarstraks verklaard dat dit plan er nog voor het reces zou komen. Kunt u iets concreter zijn of is dit vooralsnog onmogelijk? Hoe zult u, na het signaal dat u met de afschaffing van het doktersbriefje hebt gegeven, proberen het luxeverzuim voor de komende grote vakantie alsnog in te perken?
Mevrouw Brusseel heeft het woord.
Voorzitter, volgens mij zit het probleem van het luxeverzuim enigszins in de organisatie van ons secundair onderwijs ingebakken. Er wordt veel tijd voor de evaluatie uitgetrokken. Tweemaal per jaar worden alle vakken tijdens de examenperiodes geëvalueerd.
Men besteedt er jaarlijks ongeveer de hele maanden december en juni aan, en dan is er nog tijd nodig om te delibereren, te vergaderen, enzovoort. Sommige scholen nemen iets minder tijd voor die vergaderingen en maken er een soort van marathon van, waarvoor ik zeker alle begrip heb. Daardoor kan men de periode met mogelijk luxeverzuim inkorten. Wanneer een schoolteam echter meer tijd wil of moet uittrekken voor die vergaderingen, dan wordt het een goedgevulde week en dan is het misschien iets moeilijker om die dagen opgevuld te krijgen of om aan de ouders het signaal te geven dat het menens is.
Veel ouders zouden enkel bang zijn voor een C-attest als sanctie. Maar als dat niet het geval is, als alles dus goed gaat en de leerling kan overgaan naar het volgende jaar, dan kan men evengoed al op vakantie vertrekken. Dat lijkt me een beetje de houding te zijn van veel mensen en dus vertrekken zij effectief wat vroeger op vakantie wanneer alles goed gaat. Dat is spijtig, want men verliest daar tijd mee, niet alleen tijd om interessante dingen te doen maar ook om te remediëren of om goede gesprekken te hebben over de oriëntatie. Er moeten meer inspanningen worden gedaan om die tijd nuttig in te vullen.
De afschaffing van de doktersbriefjes vond ik een heel goed idee. Dan zitten alleen artsen gedwongen met een soort van trouw aan hun patiënten om toch een briefje te schrijven, wat redelijk ongezond is. Onze fractie was verheugd over de afschaffing van het doktersbriefje maar vindt wel dat het aan de scholen is om een goede invulling te geven aan de vrijgekomen tijd.
Mevrouw De Meulemeester heeft het woord.
Het gaat over een gekende problematiek. 29 en 30 juni vallen dit jaar op een maandag en dinsdag. Dit jaar valt ook Rock Werchter, waar 15 procent van die jongeren naartoe gaat, niet alleen in dat weekend, maar ook de donderdag en vrijdag voordien. Niet alleen dat festival maar ook andere problematieken geven ouders een reden om vroeger met vakantie te gaan, waarbij zij het afhalen van de rapporten niet afwachten.
Minister, hoe evalueert u het aantal problematische afwezigheden van jongeren die bijvoorbeeld naar die festivals gaan?
Minister Crevits heeft het woord.
Er is een verschil tussen luxeverzuim en niet naar school komen tijdens de laatste dagen. Die mogen niet door elkaar worden gehaspeld. Scholen hebben dertig dagen voor examens en de beoordeling van de examens en dan kunnen ze beslissen dat de leerlingen niet moeten komen. Wanneer kinderen die dagen niet op school moeten zijn, dan is dat geen luxeverzuim. Men kan dat die kinderen niet verwijten.
Wanneer kinderen niet op school zijn wanneer die school evalueert, dan is dat geen luxeverzuim. Nu kunnen scholen perfect beslissen niets te doen of te voorzien in een klein aanbod voor de leerlingen die toch komen. Scholen zouden ook interessante zaken kunnen geven zoals eerste hulp bij ongevallen (EHBO) of iets anders, en dan is de kans groot dat veel leerlingen zullen komen. Vraag is of we scholen kunnen stimuleren om een interessant aanbod te doen. Dat heeft niets te maken met luxeverzuim, dat heeft alleen te maken met het nuttig invullen van die laatste schooldagen. Scholen zijn daar vrij in maar er is natuurlijk ook een reglementering. Ik vind het wel belangrijk dat er veel aandacht wordt besteed aan de evaluatie. Die moet inderdaad tweemaal per jaar gebeuren.
Een andere zaak is het luxeverzuim, bijvoorbeeld wanneer leerlingen niet opdagen wanneer zij worden verwacht om hun rapport of evaluatie op te pikken. Nochtans zijn die momenten cruciaal. Dat is ook het moment waarop tijd wordt gemaakt om die evaluatie met de ouders en leerlingen te bespreken. Die groep is niet zo groot maar het gaat hier echt wel om een verantwoordelijkheid van de ouders.
Als er wordt gespijbeld om luxeverzuim, dan is de stap snel gezet om nog eens om een andere reden niet te komen, en zo zit men voor men het weet aan een aantal dagen die problematisch kunnen worden. Dat is het begin van de ketting, en daar moeten we hard op ingrijpen. We zijn momenteel aan het kijken hoe we dat kunnen doen, bijvoorbeeld via verplichte registratie. Mensen zullen het niet fijn vinden wanneer dat wordt doorgegeven. Ik zoek nog naar maatregelen om daar op gepaste wijze mee om te gaan. We moeten echter een duidelijk onderscheid maken tussen het zinvol invullen van dagen waarop leerlingen niet noodzakelijk naar school moeten komen en de dagen dat leerlingen verplicht hun evaluatie of rapport moeten oppikken.
Ik dank u voor het antwoord, minister. Ik weet dat het probleem veel facetten heeft. Luxeverzuim is iets anders dan evaluatiedagen waarop leerlingen niet op school worden verwacht. Ik denk dat veel ouders – ook werkende ouders – die niet met vakantie gaan, de laatste dagen van het schooljaar soms met de handen in het haar zitten omdat hun kinderen niet op school terechtkunnen. Het is dan wel zinvol om die kinderen een nuttige bezigheid aan te bieden. In mijn tijd eindigde dat met een bezoek aan het café. Ook daar kan men veel leren, maar niets zo nuttig als EHBO of sport.
Sommige mensen zeggen dat het misschien beter is om een aantal dagen vrij te stellen. (Opmerkingen van minister Hilde Crevits)
Vandaag zijn er zo vier dagen. Officieus toch. Bekijken ouders dat op die manier, en wilt u die dagen daarvoor ook gebruiken? Men heeft het er vaak over wanneer het gaat over niet-erkende religieuze feesten, zoals het Offerfeest en het Suikerfeest. Misschien zou het goed zijn om het probleem eens in zijn geheel te overzien en te proberen om daarin een lijn te trekken. Ik heb alleszins het gevoel dat vandaag veel ouders de bomen door het bos niet meer zien.
Ik dank u voor het uitvoerig antwoord. Er is inderdaad een verschil tussen luxeverzuim en afwezigheden bij deliberaties. In dat laatste geval mag dat. Mevrouw Gennez stelt terecht dat mensen met kinderen in de eerste graad of het derde jaar middelbaar toch graag vat hebben op wat ze doen. De vakantie duurt twee maanden, en het is voor veel ouders al moeilijk genoeg om dat georganiseerd te krijgen. Ik kan me voorstellen dat ouders erg tevreden zouden zijn wanneer de school interessante activiteiten zou aanbieden.
Wat het luxeverzuim betreft: als men niet toekomt met vier baaldagen, dan vind ik de houding van de ouders tegenover de school problematisch. Tenslotte is het onderwijs het instrument om in te leven hogerop te geraken en als individu sterker te worden. Als ouders dan het verkeerde signaal geven, dan is er een probleem. Ik vind het moeilijk om te stellen dat het Vlaams Parlement en de Vlaamse Regering op die houding moeten inwerken. Scholen zelf kunnen op dat vlak wel een en ander ondernemen. In elk geval moeten we dat waakzaam blijven opvolgen.
Minister, wat ik in uw antwoord erg belangrijk vind, is de rol van de ouders. Niet de school is de opvoeder, maar de ouders. Zij zijn het die beslissen dat er luxeverzuim is. Ook 15- of 16-jarigen moeten mee het vliegtuig op als de ouders dat zo beslissen. We moeten de rol van de ouders en hun taken dus heel sterk blijven benadrukken.
Ik ben het volledig eens met mevrouw De Meulemeester. Minister, u geeft een belangrijk signaal dat evaluaties belangrijk zijn en dat daarvoor dus tijd moet worden uitgetrokken. Ik wil dat benadrukken. Voorts wil ik wijzen op de rol van de ouders. Het is inderdaad essentieel dat we hun rol niet onderschatten. Ik weet ook dat het voor de scholen niet altijd gemakkelijk is om leerlingen met activiteiten op te vangen. Maar ik stel ook vast dat de cultuur van scholen op dat vlak heel erg verschilt van school tot school. Sommige scholen zouden van andere kunnen leren. Het is juist wat mevrouw Brusseel hier zei: als minister kunt u op dat punt moeilijk ingrijpen. Ik denk ook dat dit niet uw taak is.
De vraag om uitleg is afgehandeld.