Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Minister, onder impuls van het partnerschap Levenslang Leren werd een actieplan Levenslang Leren uitgewerkt. Recent werd het jaarrapport 2022 voorgesteld. Daarin lezen we onder andere een stand van zaken over de uitrol van de verschillende acties. Uit het overzicht blijkt dat er het laatste jaar al heel wat gebeurd is rond levenslang leren. Maar ondanks het geleverde werk zijn er nog extra inspanningen nodig om de beoogde versnelling te realiseren. Dat erkent ook het partnerschap in het jaarrapport. Men is van mening dat we niet alleen met acties en projectmatig te werk moeten gaan, maar levenslang leren ook structureel en systematisch moeten kunnen doorbreken. Daartoe moeten de verschillende beleidsdomeinen samen tot één strategie komen. Verder stellen de partners ook dat de link tussen het domein Werk en de onderwijs- en opleidingsactoren beter moet worden gelegd. Op beleidsniveau maar ook op het werkveld zijn heel veel partners betrokken in dit verhaal. Dat is heel boeiend, maar uiteraard ook heel complex.
Minister, hoe leest u het tussentijdse rapport van het actieplan?
Welke realisaties uit het beleidsdomein Onderwijs springen er voor u in het oog? Waar moet volgens u nog extra inspanningen gebeuren?
Welke plannen hebt u om de schotten tussen de domeinen Onderwijs en Werk op het vlak van levenslang leren verder weg te halen? Hoe zult u hierin de nodige versnelling realiseren?
Minister Weyts heeft het woord.
Het gaat natuurlijk over een regeringsbrede inspanning en aanpak, om van Vlaanderen een lerende samenleving te maken. Dit is een ambitieuze doelstelling, om tegen 2030 60 procent van de Vlamingen te laten deelnemen aan opleidingen.
U kunt met mij vaststellen dat zowel het partnerschap als het onderwijs veel initiatieven hebben genomen ter zake. Het tussentijdse rapport geeft aan dat er nog werk aan de winkel is om de beoogde versnelling te realiseren. Dat onderschrijf ik volledig.
Het is wel positief om vast te stellen dat de leden van het partnerschap de lat hoog leggen. Het aantal levenslang lerenden kan inderdaad nog steeds sterk groeien. Het partnerschap blijft tweemaandelijks samenkomen om de versnelling te kunnen realiseren.
Welke acties nemen wij in onderling overleg?
Het partnerschap werkt in 2023 aan drie verdiepingsthema’s: begeleiding en ondersteuning van organisaties; begeleiding en ondersteuning van burgers; een systemische visie op levenslang leren.
Op een vorige bijeenkomst heeft VDAB het Loopbaanplatform en het werk rond de competentiechecks voorgesteld. Daardoor kan daaromtrent worden doorgewerkt.
Daarnaast worden ook samen mobiliserende events opgezet, bijvoorbeeld het levenslang leren als evenement tijdens het Belgisch voorzitterschap van de EU in 2024, en de OESO Skills Summit in datzelfde jaar.
Vanuit Onderwijs hebben we in het kader van Vlaamse Veerkracht enkele specifieke initiatieven gestalte gegeven. We zetten in op de leerloopbaanbegeleiding. Via de projectoproep voor leerloopbaanbegeleiding konden organisaties in Vlaanderen een project indienen. Vijf projectaanvragen werden goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Dat leidde tot een impuls van 1,5 miljoen euro. De projecten lopen tot eind 2025. Deze initiatieven leiden toe naar vorming en opleiding, met specifieke doelgroepen voor ogen.
We willen volwassenen mogelijkheden geven om op een flexibele manier een leertraject aan te vatten en af te werken. Daarom zetten we ook in op het erkennen van elders verworven competenties (EVC). Zo moet een cursist niet van nul beginnen om een kwalificatie te behalen.
Deze zogenaamde EVC-trajecten worden in de beleidsdomeinen Onderwijs en Werk vormgegeven op basis van beroepskwalificatie, die door de sector werd opgesteld. Ook de selectie van de EVC-trajecten gebeurt gezamenlijk. Dit heeft ertoe geleid dat zowel in 2022 als in 2023 een aantal EVC-trajecten bijkomend ontwikkeld werden in het kader van de Edusprong.
Door niet alleen studiebewijzen te registreren in de Leer- en Ervaringsbewijzendatabank, maar ook verworven competenties kan een lerende een traject opbouwen bij verschillende aanbieders, zowel binnen Werk als binnen Onderwijs. In het kader van de Edusprong wordt op dit moment een haalbaarheidsanalyse uitgevoerd om deze databank uit te breiden. Ook daar is natuurlijk het beleidsdomein Werk betrokken.
Voor sommige volwassenen is het moeilijk om de juiste opleiding te vinden, om door de bomen het bos nog te kunnen zien, want wij hebben vanuit verschillende beleidsdomeinen, maar ook vanuit verschillende entiteiten, een heel groot aanbod. Daarom zullen we het Opleidingskompas lanceren. Dat is een online toepassing waarmee we volwassenen met een opleidingsvraag wegwijs proberen maken in het aanbod, om via die weg levenslang leren te stimuleren. Een grondig onderzoek naar de behoeften en de mogelijke gebruikers, en een uitgebreide analyse van de huidige situatie en de informatie die voorhanden is, liggen aan de basis van dit initiatief. Wij zouden ongeveer midden dit jaar een eerste versie willen lanceren. We zouden ook een communicatiecampagne willen koppelen aan dat Opleidingskompas, om duidelijk maken dat dat het loket is waar je een grondig overzicht kunt krijgen, waar je vragen beantwoord worden en je wordt toegeleid naar specifieke aanbiedingen.
De acties binnen Onderwijs gaan dus vooral over het voorzien van flexibele leermogelijkheden, de weg daarnaartoe vinden en ook de registratie van wat er geleerd is. Dat staat natuurlijk niet los van het gehele plan, maar kadert in de strategische doelen die wij hebben opgenomen, naast acties bij Werk en bij de leden van het partnerschap zelf. Het belangrijkste element ter zake is de communicatiecampagne die we plannen rond het Opleidingskompas, in de hoop het aanbod van het volwassenenonderwijs en de centra voor basiseducatie (CBE’s) een nieuwe schwung te kunnen geven en het nog eens extra voor het voetlicht te kunnen brengen.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw uitgebreide antwoord. Uit de lengte van uw antwoord blijkt alvast dat er heel veel gebeurd is. Rond levenslang leren hebben we hier in de commissie al heel veel vragen gesteld. Het zou de legislatuur worden van het levenslang leren, en ik denk dat we er altijd wel nog iets bij kunnen doen, maar toch alvast proficiat met wat er allemaal al gerealiseerd is.
Toch zijn er vanuit het partnerschap nog wat vragen en opmerkingen om vooral in te zetten op strategie, op continuïteit en op niet-projectmatig werken. Dat is toch wat er in het veld ook gevraagd wordt, om die continuïteit te bieden. Het is in elk geval belangrijk – en dat lezen en horen we ook bij uw collega Brouns, want dezelfde vraag werd ook gesteld in de commissie Werk – dat er bruggen gebouwd worden om die leergoesting bij elke Vlaming te kunnen aanwakkeren, want u geeft het inderdaad aan: onbekend is onbemind, men ziet door de bomen het bos niet meer. Ik geef aan dat het ook als parlementslid interessant, maar toch moeilijk is om het hele overzicht te bewaren van wat er allemaal gebeurt.
Een heel concrete vraag, minister, over de reclamecampagne rond het loket Opleidingskompas: is dat de campagne waarnaar altijd verwezen werd om de centra voor volwassenenonderwijs (CVO’s) in de kijker te zetten? Is dat die campagne of is er nog een ander budget waarmee de CVO’s en CBE’s aan de slag kunnen om hun eigen werking in de kijker te zetten? Staat dat naast elkaar of is dat de campagne rond het Opleidingskompas?
Collega’s, voorzitter, in de commissie Werk werd het ook al even besproken, en daar zijn we tot de conclusie gekomen dat het misschien goed is – en ik weet dat we weinig tijd hebben, maar het lijkt mij toch interessant – om daarvoor de commissie Werk en de Commissie Onderwijs even samen te brengen, om dit belangrijke thema te bespreken. Ik leg het hier dus ook graag voor en wil samen met de collega’s alvast bouwen aan een soort Levensweg – jullie kennen dat gezelschapsspel wel. Er zijn al verschillende belangrijke stappen gezet, maar willen we echt goed landen, dan denk ik dat blijvende inzet nodig is.
Dank u wel, mevrouw Vandromme. Ik heb zelf ook nog enkele bedenkingen genoteerd. Bedankt ook voor de suggestie om samen te zitten met de commissie Werk. Dat zullen we zeker bespreken in de regeling der werkzaamheden.
Ik onthoud dat het in ieder geval de goede richting uitgaat, er is deze legislatuur ook veel meer aandacht voor levenslang leren. Dat is ook wel absoluut nodig, met een Vlaamse arbeidsmarkt die voortdurend en sneller in beweging is. Enkel als we goed geschoolde en gemotiveerde mensen hebben, kunnen we Vlaanderen draaiende houden. Het is dus essentieel om te blijven bijleren. Het gaat de goede richting uit, maar het kan uiteraard altijd nog beter. De opleidingsdeelname ligt nog een stuk lager in Vlaanderen dan bijvoorbeeld in het buurland Nederland.
Het initiatief van het Opleidingskompas lijkt mij zeer zinvol. Het toeval wil dat ik zelf enkele dagen geleden heb gezocht naar een opleiding die ik zelf nog wilde volgen, en ik heb inderdaad vastgesteld hoe versnipperd alle initiatieven zijn. Het is heel moeilijk om daar het juiste uit te kiezen, en er is ook heel veel verschil in kostprijs. Ik kijk er dus ook echt naar uit, en ik maakte mij toen ook de bedenking dat het Opleidingskompas, dat er begin juni zal zijn, er eigenlijk perfect op tijd komt, minister, om dan weer in september te starten.
Ik heb nog een korte vraag: Zijn er nog specifieke acties die laag- en middengeschoolden kunnen stimuleren om te blijven leren?
Minister Weyts heeft het woord.
Wat de communicatiecampagne betreft, is het de bedoeling dat er één campagne wordt gevoerd waarbij we het aanbod van het volwassenenonderwijs voor het voetlicht willen brengen. Maar het is daarnaast ook zo dat we de CVO’s extra middelen hebben bezorgd, om een eigen communicatie te voeren naar de spelers en mogelijke geïnteresseerden die zij ter zake regionaal relevant achten.
Het kompas zal geleidelijk aan worden uitgebreid. Daarbij willen we dat eerst voor het volwassenenonderwijs op punt zetten, maar willen we dat snel uitbreiden met een ander aanbod, zowel binnen het onderwijs als voor andere aanbieders. We vertrekken dus van het aanbod van het volwassenenonderwijs, maar we proberen vervolgens ook zo breed mogelijk te gaan, en dus ook andere partners te betrekken.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Dank u wel, minister.
Het is goed dat er ook middelen worden gegeven aan de CVO’s en de CBE’s zelf, want de context is wel belangrijk. We moeten niet alles vanuit Brussel regelen, het is dus goed dat men dat lokaal kan inbedden.
Ik las dat er vanuit het volwassenenonderwijs wordt aangegeven dat heel veel mensen die opleidingen volgen ook mensen zijn met een rugzakje. Straks bespreken we het ontwerp van Leersteundecreet. Ik denk dat er een volgende vraag al aan het broeden is, namelijk hoe we cursisten die opleidingen volgen met een rugzak, toch kunnen begeleiden naar die opleidingen, of hoe we er ook voor kunnen zorgen dat ze die opleiding goed afronden. Maar dat is voor een volgende keer.
Alvast bedankt voor het uitgebreide antwoord.
De vraag om uitleg is afgehandeld.