Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Coudyser heeft het woord.
De Vlaamse Regering heeft vorig jaar een divers pakket maatregelen genomen in het kader van de coronacrisis om aan de culturele sector nog meer zuurstof te geven. Een van de maatregelen was het opzetten van een campagne om de Vlaming aan te sporen opnieuw culturele voorstellingen bij te wonen. Uiteraard is dit maar zinvol als alle beperkende covidmaatregelen opgeheven zijn. Dit was dit voorjaar gelukkig het geval.
Op 9 mei van dit jaar werd de publiekscampagne ‘Beleef weer meer’ gelanceerd. Deze campagne van de Vlaamse overheid gebeurt in samenwerking met de VRT, de kunstinstellingen en de hele culturele sector. Aan de hand van tv-spots en online advertenties op sociale media wil men de Vlaming het plezier en de emoties tonen die bij een live culturele performance ontlokt worden, de beleving en de ontmoeting tussen mensen zodat er opnieuw goesting is voor cultuur en vrijetijdsbeleving.
Deze zomer zou het tweede luik van de campagne gelanceerd worden. Het klopt dat mensen maar moeilijk opnieuw naar cultuur gelokt worden. Eind mei las ik in de Nederlandse pers een interessant artikel, waarin Nederlands onderzoeker Hendrik Beerda aangaf dat de tegenvallende bezoekerscijfers niet alleen toe te schrijven zijn aan een vorm van corona-angst, dat het sterkst zou spelen bij de oudere bezoekers, maar dat er meer factoren spelen. Volgens hem is de cadans in het aanbod wat verstoord. De veelheid aan voorstellingen die door corona werden uitgesteld, vinden nu plaats in het voorjaar samen met het nieuwe aanbod, waardoor het aanbod zodanig breed is en het publiek wordt uitgesmeerd over verschillende voorstellingen en er keuzes moeten worden gemaakt. Soms zien mensen door de bomen het bos niet meer.
Ook wordt in het artikel aangehaald dat het wegblijven van bezoekers toe te schrijven is aan de inhoudelijke programmering. De culturele huizen zouden – begrijpelijk – behoudender programmeren door in te zetten op grote successen die veel volk aantrekken, waarmee ze uiteraard heel erg blij zijn. Bezoekers kampen natuurlijk ook met de hoge inflatie waardoor men nog meer de vinger op de knip houdt. Dat helpt uiteraard ook niet.
Hoe evalueert u het eerste luik van de campagne? Hoe ziet de tweede luik eruit dat deze zomer gelanceerd wordt? Kunt u daar meer toelichting bij geven? In welke mate denkt u dat de redenen die in het Nederlandse artikel worden aangehaald voor de trage terugkeer van bezoekers naar de culturele zalen ook in Vlaanderen van toepassing zijn? Deelt u die mening?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Onder het eerste luik van de campagne verstaan we de uitingen voor de brede culturele of socioculturele sector die in mei geadverteerd werden. Gedurende de maanden juni, juli en augustus zal er vanuit Toerisme Vlaanderen op hetzelfde campagneconcept Beleef weer meer verder gebouwd worden met uitingen voor festivals. Deze nemen we momenteel nog niet mee in de evaluatie, aangezien dat campagneluik nog loopt.
Voor de evaluatie voor de brede culturele sector kunnen we terugvallen op het cijfermateriaal van het mediabureau. Ik geef enkele cijfers mee. De tv-spot bereikte 40 procent van de Vlamingen die de spot gemiddeld 3,4 keer te zien kregen. De campagne verscheen op 500 affichageborden en bereikte potentieel 10 miljoen voorbijgangers. De digitale affichage werd bijna 900.000 keer getoond met een sterke focus op grote steden. Ook de digitale bannercampagne was performant met 4 miljoen impressies die voornamelijk werden getoond op mobiele toestellen.
De combinatie van de verschillende media die werden ingezet voor de centrale campagne heeft goed gewerkt en zorgde voor een breed bereik onder de Vlamingen. De mix van aangekochte media zou nog sterker zijn geweest als deze allemaal op hetzelfde moment werden ingezet. Maar hier werd bewust gekozen om nog budget te behouden om de start van het nieuwe socioculturele seizoen te ondersteunen in september.
De campagne liep ook via UiTinVlaanderen – er waren ongeveer 1 miljoen sessies – en ze werd opgenomen in de nieuwsbrieven naar 150.000 ontvangers en op social media.
De campagne zette sterk in op een decentraal luik waarbij cultuurhuizen en partners zelf met de campagne aan de slag gingen. Daarvoor werd een toolkit gemaakt en konden de bronbestanden van het campagnemateriaal gedownload worden. Zo’n 420 organisaties downloadden het materiaal. Een bevraging bij deze downloaders gaf aan dat zo’n 60 procent er ook effectief mee aan de slag is gegaan. Er was heel wat animo bij de grote spelers. Zij zetten eigen media in, gebruikten het materiaal en maakten eigen materiaal. Voor de kleinere actoren was het materiaal aanvankelijk te hoogdrempelig. Daartoe werden de bronbestanden ook in het gratis designprogramma Canva beschikbaar gesteld.
Wat het tweede luik van de campagne betreft: de resultaten van de eerste golf werden zonet gedeeld met de sector. Momenteel loopt een bevraging om de campagne bij de sector te evalueren. Het is nog even wachten op de resultaten om te bekijken wat we daaruit kunnen meenemen voor de golf van het najaar. Wel is reeds beslist dat de volgende centrale mediagolf start op 5 september 2022 met een radiospot, digitale affichage en digitale bannering. TV en fysieke affichage versterken deze mix de week erop, dus vanaf 12 september 2022. Net als in de eerste golf wordt ook sterk op het decentrale luik van de campagne ingezet. Hiertoe heeft Publiq intussen een tool ter beschikking gesteld om op een meer laagdrempelige manier met het materiaal aan de slag te gaan. Dat zijn dus die Canva-files.
Er is helaas in Vlaanderen op dit moment geen afdoend cijfermateriaal beschikbaar om de tendensen, zoals ze worden genoemd in het Nederlands artikel, te bevestigen of te ontkrachten. Ik hoor in mijn gesprekken met de sector heel veel extremen. Sommigen zijn momenteel heel tevreden over de ticketverkoop, bij anderen loopt het minder. Het is moeilijk te vatten wat de reden daarvoor is.
Uit de onderzoeken van Publiq in 2020 en in 2021, in volle coronaperiode dus, in samenwerking met verschillende universiteiten naar cultuurparticipatie tijdens corona, werd enkel gepeild naar de intenties tot deelname, zodra de situatie zich opnieuw zou normaliseren. Men heeft niet meer gepeild naar het effectieve gedrag als de coronamaatregelen voorbij waren.
Er zijn wel twee onderzoeksrapporten op komst die meer inzicht zullen geven rond postcovidcultuurparticipatie.
Ten eerste is er de participatiesurvey, uitgevoerd door het Kenniscentrum Cultuur- en Mediaparticipatie. Verschillende ‘waves’ van dit onderzoek vonden plaats in opeenvolgende coronaperiodes, waardoor er wellicht participatietendensen zullen kunnen worden waargenomen. Op 8 november 2022 plant het departement Cultuur, Jeugd en Media in samenwerking met het Kenniscentrum hieromtrent een studiedag om de volledige resultaten te delen met de sector.
Daarnaast wordt er ook uitgekeken naar de resultaten van Cultuur21, een onderzoek dat werd opgezet en gefinancierd door de cultuurhuizen, gecoördineerd door Cult! en uitgevoerd door UAntwerpen. Dit gebruikersonderzoek focust op de redenen waarom men al dan niet participeert, hoe gebruikers staan tegenover cultuurbeleving na corona en zo meer. De resultaten worden nog verwerkt en de deelnemende huizen ontvangen een individueel rapport. Een overkoepelende studie zal pas in de loop van augustus 2022 beschikbaar zijn en finaal worden voorgesteld op een studiedag half oktober, maar dat moet nog worden bevestigd. De eerste resultaten die prof. Annick Schramme vorige week deelde op een studiedag van Cultuurconnect zijn wel hoopgevend. Zo geeft meer dan 90 procent van de respondenten aan om terug te willen keren naar het cultuurhuis. De looptijd van de campagne ‘Beleef Weer Meer’ en dit onderzoek is verschillend, dus een rechtstreeks verband kan hier zeker niet uitgetrokken worden. En uiteraard hebben de cultuurhuizen uit het netwerk non-stop acties en campagnes ontwikkeld.
Ook stellen we op basis van de UiTDatabank vast, dat het aanbod terug op precoronaniveau zit, met een gelijkaardig aantal ingevoerde activiteiten als in 2019. Dus momenteel ben ik wel tevreden over de campagne, maar kijken we uit naar de effectieve resultaten van de verschillende onderzoeken die lopen.
Mevrouw Coudyser heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor het antwoord. We hebben in de relanceresolutie als parlement de nadruk gelegd op de nood aan een campagne om mensen opnieuw uit hun kot te lokken en weer goesting te doen krijgen in cultuur. Met het eerste deel van de brede campagne is dit in elk geval geprobeerd en het was ook nodig om die campagne te voeren. Het is een goede keuze om niet alles in één keer te lanceren, maar zeker ook middelen te voorzien om de campagne verder te zetten in september bij het begin van het nieuwe cultuurseizoen.
U gaf aan dat de campagne zich tijdens de zomer ook richt op festivals. We kijken daar ook naar uit.
Inzake de oorzaken en hoe daar verder mee aan de slag moet worden gegaan, zullen de onderzoeksrapporten die op komst zijn ons een breder beeld kunnen geven. Als professor Schramme in een symposium al heeft aangegeven dat uit de eerste resultaten hoop blijkt, dan kan ik alleen maar mee hopen dat we volgend seizoen zoveel mogelijk mensen uit hun kot lokken om cultuur te beleven. Emoties zijn daar belangrijk in, maar ook het ontmoeten van mensen. We moeten er ook de nadruk op leggen hoe belangrijk dat is zodat we een brede, actieve socioculturele sector en cultuursector hebben waar mensen graag naartoe gaan. Ook dat is van levensbelang voor de sector.
Minister, we hadden hier vorige week het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF) op bezoek. Zij merken ook dat er nog altijd een daling is in het cinemabezoek. Zij lanceren de campagne voor de Belgische film 1+1 gratis. Dat is natuurlijk nog iets meer dan alleen een communicatiecampagne. Dat is echt wel een campagne die mensen dat extra zetje geeft om aan, in dit geval, filmbeleving te doen. Het kan misschien een idee zijn, mochten we zien dat in het najaar de cijfers van de cultuurbeleving toch nog niet op punt staan, om ook dergelijke initiatieven vanuit het departement of zo – er moet dan bekeken worden wie dat op zich neemt – te initiëren. Het VAF is natuurlijk een fonds, maar misschien zijn er ook wel mogelijkheden om zoiets te doen, wat echt voor een stimulans kan zorgen.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Die 1+1 valt samen met de twee premières van films die toch wel heel prestigieuze prijzen in Cannes hebben gehaald. We zullen zien. Als uit die studies zou blijken dat de bedreiging van de koopkracht een element is, dan moet dat zeker meegenomen worden en moeten we zien hoe we daar het beste op inspelen, samen met de sector. Die dialoog met de sector is lopende.
Mevrouw Coudyser heeft het woord.
Ik kan alleen maar ondersteunen dat een brede communicatieve actie nuttig is en dat we in de toekomst zullen moeten zien hoe we verder omgaan met de koopkracht, maar ook met het probleem van personeelstekorten. Elk initiatief dat vanuit bepaalde deelsectoren komt om meer mensen naar de film, naar boeken of andere kunstvormen te brengen, kan zeker aangemoedigd worden.
De vraag om uitleg is afgehandeld.