Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Maertens heeft het woord.
U weet dat het Seine-Scheldeproject mij al jaren boeit en mij bezighoudt. Ik vind het heel belangrijk voor de Vlaamse bedrijven en de Vlaamse economie. Het is niet onbelangrijk de link te leggen met het buitenland. Het project is grensoverschrijdend. Er is ook een groot Frans onderdeel. Verschillende grote deelprojecten van het Seine-Scheldeproject komen er op gang. Zo wordt er een gloednieuw kanaal, een cruciale tussenschakel, gerealiseerd tussen Compiègne en Cambrai, met een lengte van 107 kilometer. Een waterwegenproject van dergelijke omvang kunnen wij ons in Vlaanderen niet meer voorstellen. Ook op het kanaal Duinkerke-Valenciennes, de Deule enzovoort gebeuren verbeteringen voor de binnenvaart die de inzet van grotere schepen mogelijk maken.
Ik ondervroeg u hierover al verscheidene keren, minister, bijvoorbeeld in deze commissie op 9 juli 2020. Toen ging het heel concreet over het engagement van Frankrijk voor dat project. Dat engagement is cruciaal. Wij kunnen in Vlaanderen ons deel wel realiseren, en dan is dat goed voor de binnenvaart in Vlaanderen zelf. Maar voor de export hebben wij de Fransen en hun initiatieven zeker nodig. In uw antwoord gaf u toen aan dat er in het kader van het nieuwe kanaal Seine-Nord Europe de nodige grondverwervingen waren gebeurd en dat er op dat moment studies en terreinonderzoeken lopende waren. Eind 2020 zouden een aantal voorbereidende werken in de eerste sector tussen Compiègne en Passel van start gaan. Midden 2021 zouden dan de effectieve werken in die sector gestart worden. De nodige aanbestedingsprocedures waren daarvoor aan de gang.
Intussen is de politieke context in Frankrijk enigszins veranderd. In april waren er presidentsverkiezingen in Frankrijk – de zittende president is gebleven - en daarna ook parlementsverkiezingen. Daarom heb ik de volgende vragen. In hoeverre beïnvloeden de verkiezingsresultaten het engagement van Frankrijk inzake het Seine-Scheldeproject? Hebt u daar nieuws over? Wat is de laatste stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van het project Seine-Nord Europe, dus het kanaal tussen Compiègne en Cambrai? Nam u de voorbije twee jaar extra initiatieven om de samenwerking met Frankrijk in dit project te stimuleren? Zo ja, welke?
Minister Peeters heeft het woord.
Eerst wil ik het hebben over de weerslag van de verkiezingsresultaten op het Seine-Scheldeproject. Het project wordt internationaal gecoördineerd en opgevolgd door de Intergouvernementele Commissie (IGC) Seine-Schelde. Tijdens de laatste bijeenkomsten van de IGC, op 18 maart en 31 mei, zijn vanuit de Franse projectpartners alleszins geen signalen gegeven dat de recent herkozen Franse president Macron het project zou willen stopzetten. In zijn vorige ambtsperiode heeft hij het project steeds actief ondersteund. Ook in de Franse pers zijn tot op heden geen dergelijke signalen te bespeuren.
U vraagt naar de laatste stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van het project Seine-Nord Europe. De voorbereiding en implementatie van dat project wordt in Frankrijk zonder meer voortgezet, waarbij in de jongste maanden enkele belangrijke mijlpalen zijn gerealiseerd. Zo werden vorig jaar alle benodigde vergunningen verworven voor de uitvoering van de werken voor de sector 1 van het nieuwe kanaal, een traject van 18,9 km tussen Passel en Compiègne. In deze sector zijn ook reeds de eerste voorbereidende werken uitgevoerd. Er zijn momenteel ook twee nieuwe kaaimuren in aanbouw en het nieuwe kanaaltracé wordt bouwrijp gemaakt. De eigenlijke kanaalwerken in deze sector zijn aanbesteed en zullen later dit jaar nog starten.
Ook voor de overige kanaalsectoren, 2 tot en met 4, een traject van in totaal 89 kilometer, zijn de technische voorontwerpen reeds goedgekeurd en wordt de uitvoering volop voorbereid, zowel qua studies als qua procedures. Hetzelfde geldt voor de zes nieuw te bouwen sluizencomplexen en de kanaalbrug over de Somme. De start van de werken in deze overige sectoren wordt momenteel verwacht tegen eind 2023, begin 2024.
U vraagt welke initiatieven ik de voorbije twee jaar nam om de samenwerking met Frankrijk in dit project te stimuleren. Net zoals voorheen hebben wij de afgelopen twee jaar zeker niet stilgezeten. Ondanks de covidcrisis zijn wij altijd de rol als volwaardige projectpartner binnen dit Europese project blijven waarnemen. In de eerste plaats gebeurt dit uiteraard door ons eigen aandeel in het programma consequent en volgens planning uit te voeren. De afgelopen twee jaar werden hierbij een aantal belangrijke mijlpalen gerealiseerd, zoals de indienststelling van de nieuwe sluizen in Harelbeke en Sint-Baafs-Vijve en de start van de kalibreringswerken van het pand 140 van de Leie tussen Deinze en Sint-Baafs-Vijve. In 2020 en 2021 werd binnen de lopende subsidieovereenkomst een totaalbedrag van 98,57 miljoen euro aan studies en werken uitgevoerd.
Daarnaast is de goede samenwerking met Frankrijk en Wallonië in dit dossier de afgelopen twee jaar verder uitgediept binnen de werkzaamheden van de IGC en het Europees Economisch Samenwerkingsverband (EESV). Ter illustratie hiervan kan verwezen worden naar de voltooiing van het ratificatieproces van de Kaderconventie voor de Grensleie op 27 juli 2021 en naar de gezamenlijke opmaak en indiening op 19 januari 2022 van een nieuw subsidiedossier voor Seine-Schelde in het kader van de eerste oproep tot projectvoorstellen onder het CEF2-mechanisme (Connecting Europe Facility).
Kortom, zetten wij onze engagementen in de uitvoering van het Seine-Scheldeproject onverminderd voort. De samenwerking met de andere partners binnen deze internationale samenwerking loopt heel goed. Ik hoop dat wij binnen de timing blijven.
De heer Maertens heeft het woord.
Het is inderdaad een intergouvernementeel, Europees project. Daarbij is het belangrijk dat elk partner zijn beloofde bijdrage levert. Het verheugt mij te horen dat de werken aan de Leie vooruitgaan. Er zijn uiteraard nog stappen te zetten. Maar ik ben blij dat het pad dat ooit is uitgestippeld, wordt gerealiseerd met grote investeringen. In de marge daarvan wil ik u oproepen om zeker het aspect natuurherstel rond de Leie niet te vergeten. Ook dat is van belang. Wat de Franse houding betreft, merk ik dat die heel constructief is. Laat ons hopen dat het ook zo is voor de windmolens voor de kust van Duinkerken en onze Vlaamse kust.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Ook mij boeit dit project. Een schip van 4500 ton kan een vracht vervoeren van 220 vrachtwagens, die van de weg kunnen gehaald worden. Ik vind het heel belangrijk om het transport over het water nog meer te promoten. Enkele weken geleden hadden wij hier in de commissie een debat over de files en het toenemend aantal vrachtwagens op ons wegennet. Wij moeten zeker met deze commissie en met de regering het transport over water ondersteunen.
Ik wil nog even iets zeggen over de vergroening van de sector. Ik weet dat er een Green Deal Binnenvaart is, met als einddoel een zero emissie voor de logistieke sector en dus ook voor de binnenvaart, tegen 2050. Minister, ik hoop dat er ook in deze commissie en in de Vlaamse Regering genoeg aandacht is voor de vergroening van de binnenvaart.
Minister Peeters heeft het woord.
Wij moeten inderdaad het natuurherstel rond de Leie blijven opvolgen, en dat doen wij ook. Ik wil u hierover zeker geruststellen, mijnheer Maertens. Hetzelfde geldt ook voor de vergroening van de sector, mevrouw Fournier. Ik bekijk hoe wij de binnenvaart kunnen stimuleren om de doelstelling van zero emissie in 2050 te kunnen halen. Wij hebben die doelstelling voor alle vervoersmodi, zowel die die over het water gaan als die over de weg.
De vraag om uitleg is afgehandeld.