Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer Deckmyn heeft het woord.
Minister, het skaten wordt steeds populairder in Vlaanderen. Dat is uiteraard niet vreemd aan het feit dat skateboarden zijn debuut heeft gemaakt op de Olympische Spelen van 2020 in Tokio. Er blijkt wel een verschil te bestaan tussen het skaten als vrijetijdsbesteding en competitief skaten. Dat het skaten duidelijk beter scoort, blijkt ook uit de cijfers die we van de sportfederatie Skate Vlaanderen krijgen: van 1 club met 132 leden in 2019 is de federatie nu gegroeid naar 10 clubs met 1276 leden.
Minister, u kondigde ondertussen samen met Sport Vlaanderen aan hierin verder te willen investeren en te starten met de bouw van een indoorskatehal. Deze nieuwe skatehal is bedoeld voor zowel recreatieve als competitieve skaters in wedstrijdverband. Recreatieve spelers en wedstrijdspelers zijn alvast blij dat ze een eigen park krijgen. Men hoopt dat het bouwen van een dergelijke infrastructuur op lange termijn voor meer beloftevolle jongeren kan zorgen.
Uit mediaberichten blijkt wel dat skaters vaak niet echt in een structuur binnen sportclubs en federaties actief zijn. Toch wijst Sport Vlaanderen erop dat de nieuwe indoorinfrastructuur ook topskaters de mogelijkheid zal bieden om aan te sluiten bij de wereldtop.
De motivatie voor de bouw van de nieuwe skatehal is ook dat de investering in nieuwe infrastructuur een breder draagvlak creëert voor het skaten. In het kader van de bouw van de nieuwe infrastructuur wordt er ook verwezen naar de technische vakkennis van het bedrijf California Skateparks. Toch wordt her en der ook aangegeven dat er in Vlaanderen nu reeds bedrijven werkzaam zijn die ook over de nodige technische kennis beschikken om dergelijke skate-infrastructuur aan te leggen.
Ik heb hierover de volgende vragen.
Zullen de investeringen door Sport Vlaanderen in een indoorskatehal resulteren in een skatesportorganisatie binnen de structuren van sportclubs en de sportfederatie Skate Vlaanderen?
Welke engagementen zijn er vanuit Sport Vlaanderen en de sportfederatie Skate Vlaanderen aangegaan voor de komende jaren?
Waarom wordt er in eerste instantie samengewerkt met het bedrijf California Skateparks? Zijn er op dat vlak ook andere actoren aangeschreven?
Minister Weyts heeft het woord.
Ik wil eerst de context schetsen. Skate Vlaanderen is een vrij jonge unisportfederatie maar omvat wel meer disciplines dan enkel skateboarden, bijvoorbeeld inlineskaten en steps. De federatie is op korte termijn sterk gegroeid en telt ondertussen ongeveer 4700 leden, waarvan er ongeveer 1300 skateboarden. Daarnaast zijn er natuurlijk ook skateboardclubs die aangesloten zijn bij multisportfederaties en dus niet bij de unisportfederatie. Zo telt Fros al meer dan 1000 skateboarders. Die groep boomt dus.
Sport Vlaanderen heeft California Skateparks voor alle duidelijkheid niet aangeduid om een skatepark te bouwen maar wel om het te ontwerpen. Daar is namelijk de specifieke expertise aanwezig. Het is natuurlijk de bedoeling dat dat park niet alleen fungeert op het recreatieve vlak maar dat het ook de mogelijkheid biedt om onze topsporters voor te bereiden op wereldkampioenschappen en op de Olympische Spelen. Op dat vlak is het betrokken bedrijf natuurlijk dé referentie want het heeft de skatepiste voor de laatste Olympische Spelen ontworpen. In ons land zijn er op dit moment geen bedrijven die dergelijke adelbrieven kunnen voorleggen.
De uitvoering van het ontwerp zal natuurlijk gebeuren via een Europese aanbesteding conform de wet op de overheidsopdrachten. Om dus te antwoorden op uw eerste vraag: de investering in de skatehal in Hofstade zal een mogelijkheid bieden aan de federatie om een topsportwerking vanuit Skate Vlaanderen op te zetten waar alle topsporters zich het hele jaar door kunnen voorbereiden op belangrijke wedstrijden. Nu moeten ze daar namelijk voor naar het buitenland, bijvoorbeeld naar Frankrijk en Nederland, en moeten ze dus serieuze afstanden afleggen. Daarnaast is de kans reëel dat er ook een clubwerking zal worden opgestart, gezien de infrastructuur. Er is ook een goede lokale samenwerking. Er zal ook een mogelijkheid zijn om vrij te skaten in het outdoorgedeelte. Dat wordt dus echt een centrum voor het skaten in Vlaanderen.
Daarnaast kunnen skateparken in het algemeen steun genieten binnen het decreet ter ondersteuning van bovenlokale sportinfrastructuur. Daar zijn natuurlijk wel wat voorwaarden aan verbonden. Van 2017 tot nu zijn er zo dertien grotere nieuwbouw- en renovatieprojecten ondersteund met daarbij een skatepark. Vlaanderen heeft een totaalbedrag van 6,7 miljoen euro bijgedragen, voor de hele renovatie van de projecten en dus niet alleen voor de skateparken. De projecten kunnen ook nog andere infrastructurele onderdelen bevatten. Het grootste skatepark is dat van Gent, gelegen aan de Blaarmeersen, dat in maart 2020 geopend werd, als ik het me goed herinner. Maar daarnaast waren er ook projecten in Heers, Aalst, Holsbeek, Eeklo, Stekene, Heverlee, Begijnendijk, Putte, Oudsbergen, Destelbergen en Middelkerke.
Sport Vlaanderen heeft een Spakki-databank, die een inventaris bevat van alle sportinfrastructuur in Vlaanderen en permanent geactualiseerd wordt en voor iedereen toegankelijk is. Momenteel zijn er 255 specifieke skateparken opgenomen in de databank, waarvan evenwel slechts 10 overdekte.
De samenwerking tussen Sport Vlaanderen en Skate Vlaanderen is reeds vroeger opgestart omdat men natuurlijk eerst de behoefte voelde aan dergelijke topsportinfrastructuur. Men wou dat ook aftoetsen bij de belangrijkste stakeholders. Zij hebben ook input gegeven over hoe zo’n infrastructuur er moet uitzien. Zij zijn ook betrokken bij het ontwerp.
De concrete invulling van de capaciteit en het inplannen van de trainingsmomenten zal gebeuren tijdens de bouwfase, maar uiteraard zal Skate Vlaanderen een aanzienlijk deel van zijn trainingen in Hofstade laten doorgaan. Voor de toppers, die tot nu toe voor dergelijke indoorinfrastructuur naar het buitenland moesten, is dat een aangewezen alternatief.
De aanwezigheid van het sportverblijf van Sport Vlaanderen geeft ook de mogelijkheid om meerdaagse stages te organiseren. Dus we hebben daar al wel een degelijke infrastructuur.
Aangezien er een goede band is met het lokale bestuur, zal er ook ruimte zijn voor een meer lokale werking. Ook sportkampen en skateboardkampen binnen Sport Vlaanderen kennen al een lange traditie. Ook daar zie je een groei.
Daarnet hadden we het al over het ontwerp om centres of excellence uit te bouwen, en zeker in functie van een topsporttrainingscentrum wordt er natuurlijk gekeken naar de beste ontwerpers in de wereld. Indien we willen aansluiten bij die wereldtop, zijn er in België geen ontwerpers die referenties kunnen voorleggen.
Sport Vlaanderen heeft hier gekozen om een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking in de markt te plaatsen. Zij hebben hiervoor drie bedrijven aangeschreven, zijnde het Zwitserse Vertical Technic, California Skateparks, en het Nederlandse Nine Yards Skateparks. Er hebben twee bedrijven gereageerd, waarbij Sport Vlaanderen en Skate Vlaanderen een beoordeling hebben gedaan op prijs, kwaliteit en planning. Daar kwam California Skateparks als eerste uit.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Dank u, minister, voor uw uitgebreide en ook interessante antwoord. California Skateparks is niet aangeduid om te bouwen, maar om te ontwerpen. Dat is al een hele verduidelijking. Ik denk dat het toch belangrijk is om die te maken. Het zou, als ik goed begrepen heb, de beste ontwerper zijn. Twee van de drie aangeschreven firma’s hebben gereageerd. Daar kwam California Skateparks dan als beste uit.
Ik heb begrip voor de manier waarop de situatie dan uitgerold is. Ik vraag me af of de firma die tekent voor het ontwerp, natuurlijk geen competitief voordeel heeft bij een Europese aanbesteding, maar dat zal de toekomst wel uitwijzen. Ik hoop dat de beste inderdaad de deal zal krijgen.
Ik wil zeker niet negatief klinken, integendeel. Het is een goede zaak dat men wil investeren in een sport die booming is. En dat er nieuwe indoorinfrastructuur komt, zal ongetwijfeld verder ondersteuning bieden, zowel aan de topsporters onder het skaten als aan de beloftevolle amateurs.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik denk dat het echt een goed project is, waarbij we toch meesurfen op de golf van groeiende populariteit van skateboarden. Het is een sport waarbij we ook mensen op heel jonge leeftijd aanspreken. Er zijn dertienjarigen die al op topniveau presteren, en die dus op quasi dagelijkse basis skaten en die op wekelijkse basis naar het buitenland trekken – op de leeftijd van dertien jaar – om gebruik te maken van top-notch infrastructuur. We willen zeker de boot niet missen.
En dan hebben we het voordeel van de lokale inplanting daar in dat centrum, met een leegstaand zwembad. Historisch is men, heb ik me laten vertellen, in Californië bij grote droogte leegstaande zwembaden beginnen gebruiken om te skaten. Hier gebeurt een beetje hetzelfde. De link is er dus ook.
Het gaat voor alle duidelijkheid niet enkel om het skatepark, het is natuurlijk de volledige aanpassing van het hele gebouw – dus inclusief de sporthal – die we een nieuwe bestemming kunnen geven – en daarbuiten zal er ook wat gebeuren – en dat allemaal op een locatie waar we al veel sportverblijven hebben en ook een ruime accommodatie en parkeergelegenheid ter beschikking hebben. Het is eigenlijk toch wel leuk dat we daar een nieuwe, toekomstgerichte bestemming aan kunnen geven.
De vraag om uitleg is afgehandeld.