Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Vraag om uitleg over de afdwingbaarheid van het bezoekrecht in woonzorgcentra
Vraag om uitleg over de versoepelingen van het bezoekrecht in de woonzorgcentra
Vraag om uitleg over de coronaversoepelingen voor de woonzorgcentra
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werden deze vragen om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Parys heeft het woord.
Minister, met uw goedvinden ga ik mijn vraag een beetje anders stellen dan ik ze heb ingediend, omdat het antwoord op de vraag ondertussen ook al in de pers is verschenen. De vraag was welke bezoekregelingen er nu mogelijk gaan zijn in de woonzorgcentra, nu de vaccinaties volop lopend zijn. Het agentschap Zorg en Gezondheid was daar eerst zeer terughoudend over, maar ondertussen zijn er vanuit de taskforce nieuwe richtlijnen gekomen. Zoals ik het begrijp, minister, worden in centra waar 90 procent van de bewoners en 70 procent van het personeel twee dosissen heeft gekregen, na tien dagen meer contacten mogelijk, zowel onderling als met bezoekers.
506 van de 824 Vlaamse rusthuizen hadden tien dagen geleden hun tweede vaccinatiemoment en voldoen zo aan die eerste voorwaarde. Nagenoeg alle woonzorgcentra zouden voldoen aan de andere voorwaarde. We zijn blij dat er eindelijk een streep licht komt aan het einde van die lange coronatunnel. Bewoners, personeel en familie hebben de afgelopen maanden heel veel te verduren gekregen. Bij Iriscare zal men voor 1 maart niet versoepelen. De woonzorgcentra volgen de taskforce, die zich dan weer baseert op de beslissingen van het Overlegcomité.
Minister, wat als je in een woonzorgcentrum woont waar niet genoeg personeel zich wil laten inenten? Wat is dan de regel? Geldt diezelfde regel voor woonzorgcentra die met de 90 procentdrempel gaan spelen wanneer er een aantal bewoners overlijden en er nieuwe bewoners binnenkomen? Sommige voorzieningen hebben ondertussen ook laten weten dat de versoepelingen niet ver genoeg gaan. Kunnen zij, mits een aantal veiligheidsgaranties, iets meer doen?
In de Brusselse woonzorgcentra ligt de vaccinatiegraad een pak lager. Geldt dat ook voor de Vlaamse voorzieningen in Brussel? Kunnen die acht Vlaamse woonzorgcentra in Brussel versoepelen? Of worden er extra maatregelen voorzien omdat ze in Brussel liggen?
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Ik heb ook een vraag over het bezoekrecht in de woonzorgcentra. De maatregelen met betrekking tot het toelaten van bezoek die momenteel in de woonzorgcentra gelden, waren nog steeds dezelfde als die in de brede maatschappij. Dat wil zeggen dat elke bewoner slechts één vast knuffelcontact mag ontvangen en daarnaast nog een bezoeker, die echter altijd afstand moet bewaren en die om de twee weken kan wisselen. Daarbij moesten steeds de hygiënemaatregelen gerespecteerd worden, bijvoorbeeld het dragen van een mondmasker.
Ondertussen was er een bespreking in de taskforce en zijn de aanbevelingen ter zake sedert 17 februari veranderd. Mijn vraag is dan ook veranderd. In heel veel woonzorgcentra bleven de bezoekmogelijkheden toch minimaal en nog strenger gemaakt of werd zelfs een volledig bezoekverbod opgelegd.
In antwoord op mijn vraag om uitleg van 2 februari antwoordde u nog dat in de week van 19 tot 26 januari niet minder dan 152 voorzieningen een bezoekverbod hadden gemeld. Nochtans zijn er nu in tegenstelling tot begin vorig jaar wel voldoende mogelijkheden voor een veilig bezoek. Ik heb daar toen ook naar verwezen. Soms zijn het de bewoners zelf die zich uit angst voor het virus liever aan beperkingen houden. Ook dat moeten we als nuance inbrengen.
De situatie kan zich voordoen dat een groep bewoners verkiest zich nog aan beperkingen te houden, terwijl andere bewoners en hun familieleden hun bezoekrecht wel willen uitoefenen. We krijgen berichten in die zin. De voorbije periode hoorden we nog tal van schrijnende oproepen van bewoners en familieleden over het gebrek aan contact en over de onmogelijkheid om bij een partner, vader of moeder op bezoek te gaan.
Op welke manier zijn de bewoners van woonzorgcentra en hun families mee vertegenwoordigd in de taskforce? Hoe kunnen zij participeren aan het advies- en beslissingsproces met betrekking tot eventuele algemene versoepelingen? Op welke manier gebeurt het participatieproces voor bijvoorbeeld verstrengingen en versoepelingen op het niveau van een woonzorgcentrum zelf?
Is het bezoekrecht een individueel recht, of zijn medebewoners mee afhankelijk van beslissingen die in overleg met de andere bewoners worden genomen?
Hoeveel woonzorgcentra of andere residentiële voorzieningen hebben de voorbije twee weken nog een bezoekverbod gemeld?
Hoeveel meldingen en klachten ontving de Woonzorglijn de voorbije weken over de bezoekregelingen of over bezoekverbod in woonzorgcentra? Hoe werd daarop gereageerd?
Op welke termijn en in welke mate zullen de aanpassingen van de huidige richtlijnen gebeuren? Hoe gebeurt de implementatie dan op het niveau van het woonzorgcentrum zelf? Zijn er richtlijnen over het betrekken van de bewoners daarbij?
Hoe verhouden de coronamaatregelen die gelden in de woonzorgcentra zich tot de nationale coronamaatregelen? Is het mogelijk om binnen de woonzorgcentra meer toe te laten op het vlak van sociaal contact dan in de brede maatschappij?
De heer De Reuse heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, minister, nu de vaccinatie in de woonzorgcentra stilaan achter de rug is, werden de eerste versoepelingen aangekondigd door de taskforce COVID-19, op basis van een advies van de Groep van Experts voor de Managementstragegie van COVID-19 (GEMS).
Als de woonzorgcentra een voldoende hoge vaccinatiegraad realiseren, mogen ze onder voorwaarden de eerste versoepelingen doorvoeren. Er moeten hiervoor twee belangrijke voorwaarden zijn vervuld. Enerzijds moet 90 procent van de bewoners gevaccineerd zijn, anderzijds moet 70 procent van het personeel volledig gevaccineerd zijn.
Als dit zo is, mogen de woonzorgcentra – ten vroegste tien dagen na de tweede prik – meer contact en bezoek toelaten voor de bewoners. Als de vaccinatievoorwaarden zijn vervuld, mogen woonzorgcentra ook hun interne werking aanpassen. Concreet zal elke bewoner twee knuffelcontacten mogen zien, waarbij fysieke nabijheid dus toegelaten wordt. Bovendien mogen die twee contacten om de twee weken wisselen. Voor de bewoners is dit een verademing na de strikte coronarestricties die in onze woonzorgcentra golden.
Minister, zult u een richtlijn uitsturen naar de woonzorgcentra met minimumversoepelingen eens de vooropgestelde vaccinatiegraad bereikt is? Of kiest u ervoor om elk woonzorgcentrum zelf de maatregelen te laten uitkiezen die ze wenst?
Zijn er woonzorgcentra waar de vaccinatiegraad onder de medewerkers onvoldoende is – minder dan 70 procent dus – waardoor de versoepelingen niet gelden? Over hoeveel woonzorgcentra gaat dit? Zal daar extra worden ingezet op bewustmaking rond de vaccinatie? Welke maatregelen zal de minister voorstellen om de bewoners die resideren in een dergelijk woonzorgcentrum toch perspectief te geven naar de versoepelingen?
Zijn er woonzorgcentra waar de vaccinatiegraad onder de bewoners onvoldoende is – minder dan 90% dus – waardoor de versoepelingen niet gelden? Over hoeveel woonzorgcentra gaat dit? Zal daar extra worden ingezet op bewustmaking rond vaccinatie?
Er is een ‘sterke aanbeveling’ om externen die onze woonzorgcentra betreden vooraf te testen. De sneltesten zijn hiertoe een aangewezen instrument. De inzet is echter afhankelijk van de epidemiologische situatie in het woonzorgcentrum. Blijft dit zo? Momenteel kan elk woonzorgcentrum één keer per maand maximaal zestien sneltesten per bewoner/zorggebruiker aanvragen. Zijn er voldoende sneltesten beschikbaar voor alle woonzorgcentra? Zullen die worden aangeleverd aan alle woonzorgcentra en in welke hoeveelheden? Stelt u een verhoogde aanvraag vast sinds de nieuwe maatregelen?
Als het Overlegcomité nieuwe regels zal uitvaardigen voor de samenleving, zullen die automatisch ook gelden voor de woonzorgcentra, aldus Karine Moykens van de Taskforce Zorg. Zal dit ook telkens zo worden gecommuniceerd om verwarring in communicatie te vermijden?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, er is al heel veel gezegd. Voor de woonzorgcentra waar meer dan 90 procent van de bewoners en 70 procent van het personeel is gevaccineerd, zullen de preventiemaatregelen zoals ze gelden voor alleenstaanden worden toegepast. Dat wil zeggen dat de bewoners twee knuffelcontacten mogen hebben en buiten met vier mensen op afstand mogen samenkomen. Binnen de woonzorgcentra gelden er ook extra versoepelingen. Mensen mogen opnieuw samen eten in de eetzaal en de leefgroepen mogen opnieuw contact hebben met elkaar.
Wellicht zullen over drie weken alle woonzorgcentra voldoen aan de voorwaarden. We zien ook zeer goede vaccinatiecijfers voor bewoners en personeel.
Ik ben persoonlijk zeer blij met deze versoepelingen voor de bewoners van woonzorgcentra. Ze zijn enorm belangrijk voor deze groep mensen die nu terug meer familieleden kunnen zien. Dat zal hun welbevinden enorm verbeteren.
Evenwel moeten we ook de nodige aandacht blijven hebben voor de bezoekers die niet gevaccineerd zijn, vaak ouder zijn dan 65 jaar en dus behoren tot de risicogroep.
Minister, worden bezoekers verder getest met een sneltest om besmettingen bij bezoekers te voorkomen ?
We zien dat er een zeer goede vaccinatiegraad is voor bewoners en personeel. Hoe zal de vaccinatie worden georganiseerd van nieuwe bewoners en van bewoners of personeelsleden die zich vooralsnog willen laten vaccineren ?
Hoe zal de naleving van de versoepelingen in woonzorgcentra worden opgevolgd ?
Dit is de eerste stap, er komen er nog. Welke zijn de voorwaarden om verdere versoepelingen door te voeren ?
Minister Beke heeft het woord.
Collega’s, de taskforce heeft op 17 februari naar aanleiding van de vaccinaties een aantal maatregelen in de woonzorgcentra kunnen herbekijken.
In de eerste plaats zijn er terug meer mogelijkheden in de interne werking van de woonzorgcentra. Zo kunnen bewoners op bezoek gaan bij andere bewoners die niet op hun afdeling wonen en zijn afdelingsoverschrijdende activiteiten opnieuw mogelijk.
Daarnaast wordt de bezoekregeling in de woonzorgcentra aangepast naar analogie met de regeling over contacten waaraan singles zich in de hele samenleving moeten houden. Dit heeft tot gevolg dat elke bewoner twee knuffelcontacten mag hebben. Die mogen om de twee weken wisselen, maar mogen niet tegelijkertijd op bezoek komen.
Die maatregelen kunnen in elk woonzorgcentrum ingaan op de tiende dag nadat de bewoners en personeel een tweede dosis van het vaccin hebben gekregen. Voorwaarde daarbij is wel dat er een vaccinatiegraad van 90 procent bij de bewoners en 70 procent bij het personeel bereikt moet zijn. Voorzieningen monitoren zelf hun vaccinatiegraad.
Op 18 februari werden die nieuwe mogelijkheden aan alle erkende en aangemelde ouderenzorgvoorzieningen, coördinerend en raadgevend artsen en medisch verantwoordelijken en eerstelijnszones/zorgraden in Vlaanderen verstuurd.
In de taskforce hebben vertegenwoordigers van de Vlaamse Ouderenraad, van mantelzorgverenigingen en van het Expertisecentrum Dementie Vlaanderen zitting. Zij zijn ook actief betrokken bij de projectgroepen van de taskforce. Zo hebben zij onder meer ook input gegeven bij de vertaling van het GEMS-advies in de nieuwe richtlijnen.
Binnen een woonzorgcentrum wordt er al sinds de eerste richtlijnen over bezoek de aandacht op gevestigd dat de bezoekregeling op een participatieve manier moet tot stand komen. Dat geldt zowel voor de algemene bezoekregeling in een voorziening als voor eventuele tijdelijke verstrengingen vanwege de epidemiologische situatie. In de richtlijnen wordt de bewoners- of gebruikersraad als forum daarvoor naar voren geschoven.
De richtlijnen stellen dat een bezoekregeling zoveel mogelijk op maat van de bewoner moet afgestemd zijn. Dat vertaalt zich in mogelijke afspraken en afwijkingen voor individuele bewoners. Zo kan in een woonzorgcentrum de algemene regel zijn dat bezoek in de cafetaria moet plaatsvinden, maar dat er een uitzondering mogelijk is, bijvoorbeeld voor een bewoner die slechthorend is en toch bezoek op de kamer kan ontvangen.
De afgelopen twee weken hadden 122 voorzieningen nog een tijdelijk bezoekverbod: 14 assistentiewoningen en 108 woonzorgcentra. Van die voorzieningen stelden er 38 een bezoekverbod in op basis van een besluit van een lokaal bestuur.
De Woonzorglijn heeft sinds het begin van deze maand 41 meldingen over de bezoekregeling gekregen. De Woonzorglijn verduidelijkt in zo’n geval de richtlijnen of neemt contact op met de voorziening.
De richtlijnen in de woonzorgcentra liggen sinds 17 februari in lijn met de richtlijnen die in de samenleving voor singles gelden. We willen ons op korte termijn graag aan die filosofie houden. De doelgroep zelf blijft kwetsbaar en een soepelere regeling in woonzorgcentra dan in de rest van de samenleving door bijvoorbeeld meer contacten toe te laten of een hogere circulatie tussen personen, houdt het risico in van een negatief effect op het aantal besmettingen in de samenleving.
Het is op dit ogenblik nog onduidelijk of er voorzieningen zouden zijn die die vaccinatiegraden niet zouden halen. Ook nog niet alle voorzieningen hebben hun vaccinaties kunnen afwerken. Het is wel duidelijk dat zowel de bewoners als het personeel zich in grote getallen laat vaccineren. Daar ben ik zeer blij om. Als een voorziening de vaccinatiegraad niet zal halen, zullen we daarover contact nemen.
Sinds de start van dit aanbod op 1 februari tot nu hebben 248 woonzorgcentra – dat is ongeveer 30 procent van alle woonzorgcentra – sneltesten voor bezoekers besteld. In totaal gaat het over 173.842 sneltesten.
Als een woonzorgcentrum op dat aanbod wenst in te gaan, kan het via een aanvraagformulier in de Covidmodule van het e-loket een keer per maand een maximale hoeveelheid van zestien sneltesten per bewoner aanvragen om bezoekers mee te testen. In de regel worden alle aanvragen goedgekeurd en worden de bestelde sneltesten binnen de vijf werkdagen geleverd.
Vanaf volgende maand zal moeten blijken of het aantal bestellingen van sneltesten voor bezoekers eerder stabiel blijft, daalt of toeneemt. De huidige voorraad laat toe om de komende maanden sneltesten te leveren bij alle woonzorgcentra die dat wensen.
Bovendien zijn we momenteel de optie aan het bekijken om extra sneltesten aan te kopen als zou blijken dat de vraag toeneemt en het aanbod zou overstijgen.
De tekst van de richtlijnen stelt duidelijk welke richtlijnen automatisch de nationale regels volgen, en voor welke richtlijnen de taskforce de beslissing dient te nemen.
De voorziening kan de Ag-sneltest aanbevelen voor bezoekers, maar niet verplichten. Sneltesten zijn nuttig om personen te detecteren met een hoge virale lading. Op deze manier worden bijvoorbeeld de zogenaamde ‘superverspreiders’ snel gedetecteerd. Uit wetenschappelijke evidentie is gebleken dat de nieuwe varianten van het COVID-19 virus ook snel een hoge virale lading kunnen bereiken.
Hoe de vaccinatie georganiseerd zal worden voor nieuwe bewoners of personeelsleden, zijn we nog aan het bekijken binnen de Taskforce vaccinatie.
Hoe zal de naleving van de versoepelingen worden opgevolgd? Als er signalen zijn dat er problemen zijn, dan zal er, waar nodig, contact worden opgenomen. De Woonzorglijn zal uiteraard de verdere klachten blijven behandelen.
De voorwaarden voor verdere versoepelingen zullen in samenspraak met de experten verder worden bepaald. Een belangrijk moment zal al zeker zijn wanneer de 65-plussers gevaccineerd zijn.
De heer Parys heeft het woord.
Dank u wel, minister. Ik heb niet op elke vraag een antwoord gehoord, misschien dat u daar nog eens naar kan kijken. Straks komen we in de paradoxale situatie terecht waarin er geen veiliger plek op aarde is dan in een woonzorgcentrum. Als je daar zowel personeel als bewoners helemaal hebt gevaccineerd, dan komen we in de vreemde situatie dat zij even strenge regels als de rest van de samenleving zullen moeten hanteren, terwijl daar nog geen vaccinaties hebben plaatsgevonden. Dus is mijn vraag aan u: zult u er bij het Overlegcomité van vrijdag of bij het volgende Overlegcomité op aandringen om een aantal extra versoepelingen mogelijk te maken via de taskforce of via een Overlegcomité, al naargelang de aard van de beslissing of wie de bevoegdheid heeft? Dat is voor mij wel een cruciale vraag.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
De bezoekregeling en het bezoekrecht is iets wat me heel nauw aan het hart ligt. Ik verwijs nogmaals naar de coronacommissie, waar we een heel duidelijk statement hebben gemaakt als commissieleden, en het hele parlement nadien trouwens ook, door de goedkeuring van de aanbevelingen. De taskforce heeft nadien die aanbevelingen ook gevolgd. Het is heel goed dat er nu, na de vaccinaties van zowel bewoners als personeelsleden in de woonzorgcentra, een versoepeling komt. Maar die versoepeling blijft er in de richtlijnen, minister. En we hebben in de voorbije periode gezien dat de woonzorgcentra lang niet altijd die richtlijnen respecteerden. Daar kunnen een aantal mogelijke redenen voor worden aangegeven, zoals angst voor het virus en dergelijke. Maar ik denk dat dit nu toch ook wel zou moeten wegebben na de vaccinaties. Hoe gaan we garanderen dat die richtlijnen als minimale richtlijnen door alle woonzorgcentra worden uitgevoerd, en dat mensen niet verder in angst moeten leven dat er beperkingen zijn of dat er opnieuw beperkingen gaan komen? In die zin vraag ik me af in hoeverre het niet aangewezen zou zijn dat we echt dat bezoekrecht op een veel sterkere manier ook vanuit het Vlaams Parlement verankeren, zodanig dat mensen die in een woonzorgcentrum wonen, maar ook de thuisomgeving, dat recht sowieso altijd kunnen uitoefenen.
De heer De Reuse heeft het woord.
De getuigenissen in de coronacommissie, vertaald in de aanbevelingen, geven inderdaad het belang aan van bezoek en wat vrijheid, voor het mentaal welzijn van onze mensen in de woonzorgcentra. Ik denk inderdaad – zoals ik in mijn initiële vraag stelde – dat het zeer belangrijk zal zijn dat u, zodra de vaccinatiegraad bereikt is, afdwingbare minimumversoepelingen voorstelt.
Het kan niet dat – zoals we meegemaakt hebben – het ene woonzorgcentrum het wel doet en het andere niet, dat de ene groep het wel doet en de andere niet. Het is echt in het belang van onze bewoners dat we daar toch een afdwingbaar recht van maken.
Verder zegt u, minister – en we zijn daar heel blij om – dat de vaccinatiegraad in Vlaanderen positief is, dat u niet direct een probleem ziet. Mijn vraag is de volgende: waar er nu nog niet voldoende vaccinaties zijn, waar de vaccinaties nog lopen, wilt u dat alstublieft toch goed in het oog houden, opdat u, mocht er zich een probleem voordoen, direct kunt ingrijpen en direct contact kunt opnemen?
Tot slot heb ik nog een bijkomende vraag. Collega Parys, u had het over de ‘veiligste plaats op aarde’ en pleitte dan voor verdere versoepelingen. Kunt u inschatten hoe de rest van de bevolking daarop zal reageren? Want we hebben het er al dikwijls over gehad in deze commissie. Wat als de jeugd dit ook wil? Er wordt gezegd dat de jeugd zich toch nog aan de regels moet houden. Wat als de werkende mensen dit willen? Ook zij moeten zich toch nog aan de regels houden. Zonder er te veel op vooruit te lopen, welke inschatting maakt u op dat vlak?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Minister, ik hoor u zeggen dat er toch nog 122 voorzieningen zijn waar er een verbod geldt. Ik weet niet of dat cijfer correct is, maar ik dacht verstaan te hebben dat het ging over 122 voorzieningen. U zei dat de lokale besturen nog altijd een verbod opleggen. Dan rijst natuurlijk de volgende vraag. U hebt uw richtlijnen uitgevaardigd. Daarvoor was er de richtlijn van 1 bezoeker per bewoner per week. Zullen deze richtlijnen dan wel nageleefd worden? We hebben namelijk gezien – daarover werden hier al veel vragen gesteld door mezelf en door mevrouw Schryvers – dat die regels toen al niet werden nageleefd. Ik maak me er dus zorgen over of deze regels dan wel effectief nageleefd zullen worden. Hoe zullen we dat controleren? Want u zegt zelf dat sommige lokale besturen een verbod opleggen. Ik weet natuurlijk niet wat de redenen daarvoor zijn. Maar als men ziet dat de besmettingsgraad in een gemeente stijgt, dan kan men te pas en te onpas weer woonzorgcentra op slot doen. Dat kan toch echt niet de bedoeling zijn? We hebben hier altijd gezegd dat er rekening gehouden moet worden met het mentale welzijn. Als die mensen gevaccineerd zijn, zou het onvoorstelbaar zijn mocht men die richtlijnen niet hanteren. Ik wil vooral dat daar goed op toegezien wordt.
Minister, u spreekt over de nieuwe bewoners en het personeel dat zich toch nog zou willen laten vaccineren en de manier waarop daarmee omgegaan moet worden. U zegt dat u dat nu aan het bekijken bent. Ik vind dat eigenlijk een beetje raar omdat er op dit moment al in heel wat woonzorgcentra volledig gevaccineerd werd. Ik vraag me af hoe het komt dat dit niet vroeger op de tafel lag. Wanneer zult u dan wel een bepaalde richtlijn hanteren? Want woonzorgcentra zitten toch wel met heel wat vragen op dat vlak.
De heer Anaf heeft het woord.
Ik zal het kort houden. Er zijn heel veel dingen gezegd waarmee ik het eens ben. Ik wil kort ingaan op de slotbemerking van collega De Reuse. Ik ben daar zelf namelijk ook heel gevoelig voor. Jongeren zijn zich na al bijna een jaar aan heel strenge maatregelen aan het houden, net om oudere mensen – bijvoorbeeld in de woonzorgcentra – te beschermen. Maar in dit geval vind ik het wel heel erg terecht dat we, ook in de woonzorgcentra, als mensen daar voldoende gevaccineerd zijn, hen een aantal rechten teruggeven. Want de situatie is wel dat er beperkingen gelden in die woonzorgcentra die veel verder gaan dan de algemene regels in de samenleving. Dus als we de mogelijkheid hebben, als er voldoende gevaccineerd is, om de mensen in die woonzorgcentra weer dezelfde mogelijkheden te geven als de rest van de samenleving, dan vind ik de vraag die voorligt wel zeer terecht en zeker te verdedigen. Ik denk dat dat nog een groot verschil is in benadering.
De heer Daniëls heeft het woord.
Ik wilde nog even tussenkomen. Na de coronacommissie ben ook ik hier heel gevoelig voor.
Minister, ik wil twee zaken aanhalen. Het is op dit moment nog altijd zo dat in een aantal woonzorgcentra een vorm van permanente quarantaine bestaat. Als je iemand op bezoek wilt laten komen, krijg je een A4 met regeltjes waar je je aan moet houden. Je mag maar bezoek krijgen van twee mensen die pas om de veertien dagen mogen wisselen. Er mag maar een persoon per dag langskomen, enzoverder. Ik denk dat we nu echt moeten stoppen met die permanente quarantaine. Het is eigenlijk raar dat we net de gevaccineerden in de woonzorgcentra in quarantaine zetten.
Een tweede punt dat ik wil aanhalen, minister, is de creativiteit die ik in woonzorgcentra zie om toch nog extra voorzorgregels te maken. Die zijn dan eigenlijk opnieuw een inperking van het vrij bezoekrecht of van het recht dat de bewoners hebben om naar buiten te gaan. Dat kan toch niet de bedoeling zijn.
Tot slot wil ik niet doemdenken, maar de kans bestaat dat we in de toekomst nog andere virussen of een zware griepgolf zullen krijgen. Ik hoop dat men dan niet opnieuw naar de bezoekersreglementen grijpt die men nog heeft liggen van in de coronaperiode. We moeten dan toch heel duidelijk de streep trekken. Dit mag nooit meer gebeuren. Daar moeten we ook heel duidelijk over zijn.
Minister Beke heeft het woord.
We hebben de voorbije maanden een bezoekregeling gehad, die in vergelijking met de andere regio’s een stukje soepeler was. Die regeling vonden we in dit parlement allemaal samen heel belangrijk.
U weet dat we sinds april 2020 een taskforce hebben. Ik leg uw vragen aan hen voor om tot gedragen antwoorden te komen en om zo alle actoren op het terrein te kunnen responsabiliseren. Die taskforce heeft nu al gezegd dat de toepassing van de regels die in de samenleving voor alleenstaanden van kracht zijn een eerste belangrijke stap is. Dat is ook een impliciet antwoord op de vraag van de heer Parys. Als men zou beslissen dat het aantal binnen- of buitencontacten voor alleenstaanden mag toenemen, of een aantal andere zaken waar ik nu niet op zal vooruitlopen, dan zal men op dat ritme ook beslissingen voor de woonzorgcentra nemen. Ik denk dat dat een belangrijke principiële stap is die we nu zetten: wat in de samenleving geldt, geldt ook voor de mensen in de woonzorgcentra.
Waarom is er nu nog enige voorzichtigheid? Ik heb begrepen dat de GEMS nog enige voorzichtigheid aan de dag legt omdat het voor het Pfizervaccin, dat in hoofdzaak in onze woonzorgcentra is gebruikt, nog niet ondubbelzinnig is bewezen dat het de transmissie doorbreekt. Wanneer iemand in een woonzorgcentrum komt – laat ons niet vergeten dat het gros van de bezoekers 65-plusser is, want ook de kinderen en partners zijn vaak al 65-plussers – en men is niet meer ziek, maar nog steeds besmettelijk, dan maakt men kans dat men het virus nog altijd doorgeeft. Er zijn een aantal onderzoeken die zeggen dat het Pfizervaccin die transmissie zou doorbreken. Als dat bevestigd wordt, komt dat zeker op tafel en zal dat een belangrijk nieuw element zijn. Daar is nog geen 100 procent zekerheid over.
Als er klachten zijn over het bezoekrecht en het niet-naleven van de regels, dan zal er door de koepels worden opgetreden. Daarom is het ook belangrijk om dat samen in die taskforce te beslissen. Zo wordt iedereen in de vergadering geresponsabiliseerd en voelt men zich gebonden om zijn verantwoordelijkheid daarover op het terrein op te nemen.
Dat betekent dat zowel de Woonzorglijn als de koepels daar dan een stuk van hun verantwoordelijkheid kunnen opnemen.
De heer Parys heeft het woord.
Ik ga me optrekken aan dat laatste antwoord van de minister, waarin hij effectief zegt dat, als er wetenschappelijke vaststaande evidentie is dat de transmissie na vaccinatie effectief gestopt wordt, het dan niet gaat om het geven van extra rechten aan bewoners van een woonzorgcentrum, collega De Reuse, maar gewoon om het terugschroeven van een aantal beperkingen die niet meer wetenschappelijk te verantwoorden zijn. Ik denk dat iedereen het daar toch wel over eens zou moeten zijn. Dus, minister, dank u wel. Wij zullen zeker achter uw veren blijven zitten om ervoor te zorgen dat dit zo snel mogelijk kan, zodra de voorwaarden vervuld zijn.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Collega’s, bezoek kunnen krijgen van uw partners, kinderen, kleinkinderen of vrienden is uitermate belangrijk voor het mentaal welzijn van bewoners in de woonzorgcentra. Daar zijn de voorbije periode veel beperkingen opgezet en die hebben schrijnende situaties met zich meegebracht. Niettegenstaande de richtlijnen na de aanbevelingen van de coronacommissie hebben heel wat woonzorgcentra alsnog de deuren gesloten. We hebben daarnet nog cijfers gehoord: de voorbije 2 weken 122 woonzorgcentra en er waren ook een aantal klachten bij de Woonzorglijn. Ik betreur dat toch wel, want bewoners mogen niet worden afgesloten van diegenen die hun lief zijn en mogen ook niet in de angst leven dat ze van hen zullen worden afgesloten. Het is goed, minister, dat de taskforce nu nieuwe richtlijnen heeft uitgevaardigd na de vaccinaties. Ook van mijn kant wil ik een oproep doen om verder te versoepelen, zodra er meer duidelijkheid over is dat er na de vaccinatie geen transmissie meer zou zijn.
We moeten er ook absoluut op toezien dat die richtlijnen worden uitgevoerd. De richtlijn met versoepelingen uitvaardigen is één zaak. Als ze op het terrein niet worden opgevolgd, dan zijn de bewoners er in de praktijk niets mee. Vandaar dus mijn oproep om zeker toe te zien op de toepassing van de richtlijnen. Voorts denk ik dat we, als we verder in de toekomst kijken, na de coronacrisis, moeten bekijken op welke manier we dat bezoekrecht en dat recht op sociaal contact voor die bewoners in een woonzorgcentrum of in een thuisvervangende omgeving beter kunnen garanderen.
De heer De Reuse heeft het woord.
Vooreerst wil ik een onduidelijkheid uit de wereld helpen: het ging er mij niet om dat ik de terugkeer van de bewoners in onze woonzorgcentra naar de maatschappij wil verhinderen, helemaal niet. Maar het is wel belangrijk om dit bij de communicatie – want op dat vlak is al veel misgelopen – niet te laten overkomen alsof de versoepelingen waar iedereen naar vraagt, daar wel al doorgaan. Maar inderdaad, die mensen weer kunnen laten deelnemen aan het maatschappelijk leven, zoals wij allemaal, weliswaar beperkt, dat is natuurlijk de bedoeling. Dat is ook de insteek van mijn vraag, zoals u duidelijk hebt kunnen lezen. We moeten ervoor zorgen dat we die versoepelingen snel maar veilig kunnen doorvoeren. Die versoepelingen zouden afdwingbaar moeten zijn als er voldaan is aan de vaccinatiegraad. We moeten die deuren weer kunnen openzetten en de lentelucht in onze woonzorgcentra laten binnenwaaien.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Ik denk dat het heel goed is, wanneer de nodige vaccinatiegraad gehaald is, dat dezelfde preventiemaatregelen gelden als voor alleenstaanden in onze maatschappij. We mogen niet vergeten dat een woonzorgcentrum geen gevangenis is; het is een thuisvervangende situatie en dat is een beetje te veel vergeten, vaak uit angst. En ik heb daar alle begrip voor, maar als ik nu nog steeds hoor dat er toch wel heel wat woonzorgcentra de deuren gesloten houden, dan blijft dat toch een bezorgdheid. We moeten er zeer goed op toezien dat die richtlijnen toegepast worden. Zo niet, dan gaat die angst blijven en gaan die woonzorgcentra op slot blijven gaan. En dat kan echt niet. We moeten daar dus absoluut op toezien.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.