Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Minister, mantelzorgers bieden toegewijde zorg aan mensen met een chronische ziekte, mensen met een beperking, mensen die wat meer zorg nodig hebben door ouderdom enzovoort, en dit zodat ze zolang mogelijk thuis in de eigen omgeving kunnen blijven wonen. Maar ook voor bewoners van woonzorgcentra is de hulp en aandacht die mantelzorgers bieden, vaak onmisbaar.
Vorig jaar werden maar liefst 167.835 mantelzorgers geregistreerd in het kader van de Vlaamse sociale bescherming. Zij namen de toegewijde zorg en ondersteuning op zich voor 144.435 zorgbehoevenden. De coronacrisis heeft het belang van mantelzorgers, zowel ter ondersteuning van mensen die zorg nodig hebben, als ter ondersteuning van professionele hulpverleners, nog eens uitvergroot. Al was en is het voor mantelzorgers zeker niet altijd even evident om de zorg te blijven opnemen.
Zo waren de woonzorgcentra tijdens de lockdown afgesloten voor bezoekers. Nu geldt er een absoluut minimum van één bezoeker per persoon per week, maar het is aangewezen – en ik heb daartoe ook al meermaals opgeroepen – om, als het weer veilig kan, de bezoekregeling veel breder toe te passen.
Tijdens de lockdown en wanneer de bezoekregeling zeer strikt wordt toegepast, was en is de toegang voor mantelzorgers gebaseerd op afspraken met het woonzorgcentrum zelf. Voor elke bewoner kan er worden aangegeven of men een mantelzorger heeft en die persoon mag dan binnen. Dat kan natuurlijk wel zorgen voor verwarring en onduidelijkheid, want welke criteria bepalen of iemand al dan niet mantelzorger is.
Moeilijke beslissingen waren en zijn er ook, want een zorgbehoevende kan natuurlijk meer dan één mantelzorger hebben. Daarenboven moet contact tussen mantelzorgers en zorgbehoevenden veilig kunnen gebeuren. Dat vereist niet alleen het nodige beschermingsmateriaal, maar toch ook toegang tot meer testmogelijkheden, zowel voor mantelzorgers die de zorg opnemen voor bewoners in een woonzorgcentrum, als voor wie een hulpbehoevende thuis verzorgt.
Bij het opmaken van deze vraag om uitleg – we worden ingehaald door de realiteit – was er opnieuw sprake van een stijgend aantal besmettingen. Wanneer dat zou leiden tot opnieuw strengere maatregelen, lijkt er toch nood te zijn aan een duidelijker kader voor mantelzorgers. Gezien de belangrijke rol die zij vervullen, is het ook aangewezen dat de mantelzorgers mee worden vertegenwoordigd bij de besluitvorming.
Op woensdag 7 oktober keurden we in de plenaire vergadering de tussentijdse conclusies en aanbevelingen van de coronacommissie goed. Rode draad in die conclusies was onder meer dat de aanpak van de coronacrisis voor onze ouderen veel menselijker moest zijn en dat sociaal contact te allen tijde mogelijk moet blijven. In punt 18 van de resolutie wordt gevraagd om de rol van mantelzorgers en vrijwilligers te erkennen en te betrekken bij de maatregelen die worden genomen, en om mantelzorgers tijdens een crisis te erkennen als essentiële dienstverleners.
Minister, mensen kunnen zich momenteel laten registreren als mantelzorger bij de ziekenfondsen om eventueel mantelzorgverlof te kunnen opnemen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming of bij het lokale bestuur om eventueel aanspraak te kunnen maken op een lokale mantelzorgpremie. Op welke manier kan er een eenvormige afbakening gebeuren van wie mantelzorger is? Hoe worden mantelzorgers, ongeacht of zij zorg opnemen voor iemand in een woonzorgcentrum of voor iemand in een niet-residentiële setting, mee opgenomen in maatregelen met betrekking tot beschermingsmateriaal en testings? Op welke manier kan de groep van mantelzorgers beter worden vertegenwoordigd bij de besluitvorming die ook hen beïnvloedt? Op welke manier kunnen mantelzorgers worden erkend als essentiële dienstverleners, zoals opgenomen in de resolutie ?
Minister Beke heeft het woord.
Er bestaat vandaag inderdaad geen uniforme registratie van mantelzorgers. Dat is onder meer te verklaren door het feit dat de bevoegdheden rond mantelzorg verdeeld zijn over zowel het federale, Vlaamse als lokale niveau.
Deze vraag naar een eenvormige afbakening dient in twee stappen verder te worden onderzocht. Als eerste stap moet worden nagegaan of het een meerwaarde zou betekenen voor mantelzorgers dat er iets als een uniform registratiesysteem voor mantelzorgers zou worden ontwikkeld. Een bedenking is of dit niet tot te veel administratieve overlast zou leiden voor zowel de mantelzorgers als de overheid of overheden. De eventuele opportuniteit hiervan kan worden bekeken in de evaluatie van het huidige mantelzorgbeleid. Het mantelzorgplan 2016-2020 zal in 2021 immers worden geëvalueerd.
Als inderdaad blijkt dat dit een issue is dat prioritair moet worden aangepakt, kan als tweede stap worden onderzocht in welke mate er tot meer uniformiteit kan worden gekomen. Desgevallend zal overleg tussen de verschillende beleidsniveaus hierover uiteraard nodig zijn.
Mantelzorgers vallen, zoals alle individuele burgers, onder de algemene richtlijnen van de Nationale Veiligheidsraad en het Overlegcomité. Daarin is onder meer opgenomen wat is toegelaten en hoe we moeten omgaan met sociale contacten. Mantelzorgers vallen ook onder het testbeleid dat geldt voor alle burgers.
Op Vlaams niveau werden in de eerste piek van de COVID-19-crisis aanvullend specifieke richtlijnen voor mantelzorgers geschreven die hun een houvast kunnen bieden bij de zorg en ondersteuning die ze opnemen. Voor de meest recente richtlijnen specifiek voor mantelzorgers of de woonzorgcentra, met inbegrip van de bezoekersregeling en testings in de woonzorgcentra, verwijs ik u door naar de website van het agentschap Zorg en Gezondheid.
De Vlaamse overheid voorziet momenteel op geregelde basis leveringen van chirurgische mondmaskers en handalcoholgel aan onder meer woonzorgcentra en bepaalde residentiële voorzieningen. Het is aan de voorzieningen zelf om het beleid rond de inzet van deze beschermingsmiddelen te bepalen en uit te voeren conform de richtlijnen die van toepassing zijn voor deze voorziening. Er vinden geen rechtstreekse leveringen van materiaal plaats aan mantelzorgers.
De verenigingen voor mantelzorgers en gebruikers vertegenwoordigen mantelzorgers en behartigen hun belangen. Dat is hun decretale opdracht binnen het Woonzorgdecreet. In mijn beleidsvoering waarbij mantelzorgers worden geïmpacteerd, streef ik er dan ook naar deze verenigingen zoveel mogelijk te betrekken. Ook voor mijn toekomstig beleid zal ik een beroep blijven doen op deze vertegenwoordiging.
Ik geef hier enkele belangrijke voorbeelden mee. Zoals reeds aangehaald, zal het huidige mantelzorgplan worden geëvalueerd. Op basis van de resultaten van deze evaluatie, zal het mantelzorgbeleid worden bijgestuurd en zal een nieuw plan worden opgemaakt.
De mantelzorgverenigingen zullen in al deze stappen worden betrokken, zoals zij ook steeds werden betrokken bij de opmaak en uitvoering van het huidige mantelzorgplan. Er zullen ook individuele mantelzorgers worden bevraagd in het kader van dit evaluatietraject.
Dergelijke bevraging van mantelzorgers zal gebeuren in de lopende studie rond informele zorg van het Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. De resultaten van deze contextanalyse zullen samen met de beleidsevaluatie de basis vormen voor het toekomstige mantelzorgbeleid.
In het kader van de eerstelijnshervorming moet de cluster personen met een zorg- en ondersteuningsvraag, waartoe ook de mantelzorgverenigingen behoren, verplicht vertegenwoordigd zijn in de samenstelling van de zorgraden van de eerstelijnszones.
In het kader van COVID-19 zijn in de verschillende werkgroepen van de taskforce ook deelnemers betrokken die een nauwe band hebben met mantelzorgverenigingen om op die manier mantelzorgers te vertegenwoordigen. In de werkgroep richtlijnen van de taskforce werden ook reeds topics rond mantelzorg besproken.
Als uw laatste vraag betrekking heeft op de beleidsaanbevelingen van de commissie, kan ik zeggen dat hierover verder overleg nodig zal zijn met de andere beleidsniveaus. Zoals reeds gezegd, is mantelzorg geen uitsluitend Vlaamse bevoegdheid.
Het uitgangspunt moet steeds zijn dat we er alles aan moeten doen opdat mantelzorgers in deze crisis de zorg en ondersteuning die ze bieden, kunnen blijven opnemen. De vraag is of het op dit moment een prioriteit is om een onderzoek te starten naar de opportuniteiten van het uitwerken van een erkenningsprocedure voor mantelzorgers.
De mantelzorgverenigingen zijn mee vertegenwoordigd in de werkgroep richtlijnen van de taskforce en in de klankbordgroep actieplan mentaal welzijn. Verdere bespreking met deze vertegenwoordigers om de voorstellen uit de aanbevelingen verder te bekijken en uit te voeren, is uiteraard mogelijk. Mantelzorgers worden in de hele richtlijnenbenadering als volwaardige partners gezien en benoemd. Waar nodig wordt hun functie geëxpliciteerd tot op het organisatorische en operationele niveau. Zo wordt duidelijk gemaakt wat wel of niet kan en onder welke modaliteiten.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Minister, we erkennen allemaal het enorme belang van mantelzorgers. Dat is elke dag zo, en dat is in de coronacrisis nog meer zo. U hebt gelijk, de bevoegdheden zijn ter zake zeer verdeeld. Het federale niveau is bevoegd, het Vlaamse niveau heeft een aantal bevoegdheden en er zijn ook heel wat gemeenten die initiatieven nemen. Gelukkig maar, want zij zien welke noden er op hun grondgebied bij hun mensen bestaan. Dat maakt natuurlijk dat het voor mantelzorgers niet eenduidig is op welke manier ze zich moeten laten registreren of erkennen en waar ze allemaal een beroep op kunnen doen.
Minister, het is absoluut goed dat u wilt nagaan of een uniform registratiesysteem een opportuniteit kan zijn. Ik begrijp dat er momenteel dringendere zaken zijn, maar als het mantelzorgplan wordt geëvalueerd en er komt een nieuw mantelzorgplan, dan kunnen die elementen worden meegenomen. Ze kunnen de basis vormen voor een coherentere ondersteuning van mantelzorgers.
Minister, ik ben heel tevreden dat u zegt dat de verenigingen van mantelzorgers mee worden betrokken bij het uitschrijven van de richtlijnen. Momenteel wordt er met betrekking tot het uitvoeren van de aanbevelingen van de coronacommissie verder overleg gevoerd.
De heer Daniëls heeft het woord.
De mantelzorgers zijn cruciaal in de vermaatschappelijking van de zorg, maar ook in de menselijkheid en betaalbaarheid van de zorg. Mantelzorgers staan veel dichter bij mensen met een nog grotere inzet, en dat moeten we absoluut vergemakkelijken. Als je vandaag een erkenning kunt krijgen als mantelzorger, maar ook een erkenning met een sociaal voordeel – het ene moet je federaal aanvragen, het andere is met een verklaring op eer via het ziekenfonds –, dan is dat voor mensen niet zo evident, temeer omdat je al je aandacht stopt in degene voor wie je wil zorgen.
Minister, als u vraagt of het een opportuniteit is, of we dat moeten overwegen, dan zou ik heel affirmatief ja antwoorden. Een registratie als mantelzorger was een van de 95 aanbevelingen in de resolutie die we hebben goedgekeurd naar aanleiding van corona in de eerste cyclus. Het probleem was dat we de mantelzorgers niet altijd rechtstreeks konden bereiken, want we wisten niet wie dat waren. Het is dan ook absoluut noodzakelijk een dergelijk registratiesysteem te hebben. Een vrij eenvoudige registratie, daar wil ik echt toe oproepen.
Sommige gemeenten hebben mantelzorgpremies. In het kader van energetische huizen en gebouwen hebben we de premiezoeker. Hier moeten we gaan naar een zeer eenvoudige registratie van al wie mantelzorger is. Die moet dan automatisch de info krijgen in zijn mailbox. Dan hebben we ook een punt waar de mantelzorger zijn vragen kan stellen. Dat is de zeer duidelijke oproep van de N-VA-fractie.
Mevrouw De Martelaer heeft het woord.
Minister, ik ben blij te horen dat u de mantelzorgverenigingen betrekt bij uw beleid en dat u ervoor gaat zorgen dat woonzorgcentra voldoende kunnen rekenen op testen en op beschermingsmateriaal. Onze fractie is niet echt vragende partij om een officieel statuut voor mantelzorgers te maken. We hebben nu al een kakofonie van maatregelen, zowel van lokale besturen als van de Vlaamse sociale bescherming en de ziekenfondsen.
Minister, kunt u de mantelzorgers niet gewoon als volgt erkennen: als iemand zegt dat hij mantelzorger is, beschouw die dan ook als mantelzorger, zeker nu in deze periode van corona. Ziet u het niet zitten om heel actief te communiceren naar alle mantelzorgers die vandaag zorg opnemen, om de samenwerking die ze moeten doen met professionelen, te faciliteren en te ondersteunen zodat dat heel goed loopt?
Als iemand zegt dat hij mantelzorger is, aanvaard dat dan zonder allerlei registratie en ondersteun de mantelzorger vandaag zo sterk mogelijk.
Minister Beke heeft het woord.
Zoals gezegd gaan we een nieuw beleidsplan opmaken. Dat zal gebeuren samen met alle betrokkenen, waaronder ook het Vlaams Expertisecentrum Mantelzorg en het Vlaams Mantelzorgplatform. Dan zullen we een aantal suggesties die hier werden gedaan, ter sprake brengen. We zullen dat inderdaad samen met hen doen, en dan ook samen uitkijken naar wat de resultaten daarvan zijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.