Verslag vergadering Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën, Begroting en Justitie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Minister, ik heb deze vraag tijdens de zomer al ingediend, naar aanleiding van het uitstel dat u had aangekondigd voor de nieuwe regeling van de duolegaten. Het bleek echter een schijnbeweging te zijn, want u hebt vorige vrijdag de definitieve regeling wel op de ministerraad gebracht. De ministerraad heeft die dan goedgekeurd en u hebt die ook uitgebreid gepresenteerd, wat natuurlijk een heel goede zaak is, want we wachten daar al enige tijd op. Er zijn al veel vragen over geweest. Er is wat onzekerheid, zowel bij de mensen als bij notarissen en heel het systeem dat errond hangt. Het is dus goed dat daar duidelijkheid over is.
Ik heb daar een aantal vragen over, maar misschien is het goed dat u eerst de regeling uitlegt. Normaal ben ik heel hard op mijn tenen getrapt als ministers communiceren over iets waar ik naar vraag, voordat het aan het parlement gepresenteerd is, maar het maatschappelijke belang hiervan gaat mijn ego te boven, dus dat begrijp ik ook wel. Misschien is het goed dat u de regeling eerst even toelicht en aan de hand daarvan ook een aantal vragen kunt beantwoorden. Eén vraag die ik alvast heb, en dat zit waarschijnlijk ook in uw repliek, is hoe het zit met de budgettaire gevolgen. Er was oorspronkelijk 75 miljoen euro opbrengst voorzien. Dat zijn extra opbrengsten. Nu is er de afschaffing van het duolegaat en een nultarief voor goede doelen met een maatschappelijk belang. Blijft die 75 miljoen euro dan ook behouden? Het is ook uitgesteld, dus ik kan me inbeelden dat die inschatting misschien wat moet worden bijgesteld.
Minister Diependaele heeft het woord.
Eerst en vooral: mijn excuses als het zou lijken alsof we dit alleen maar hebben ingediend omwille van de vraag. Dat is zeker niet het geval. We hebben het inderdaad uitgesteld, om een heel eenvoudige reden. We zijn er van in het begin van uitgegaan dat als je zoiets doet – en dat is ook de reden waarom het al gecommuniceerd is – je de mensen de kans moet geven om hun testament eventueel bij te sturen. We zijn het er allemaal over eens dat mensen nog altijd de vrijheid hebben om zelf te beschikken over hun vermogen en dus te beslissen wat ermee gaat gebeuren. Op momenten dat die regels worden aangepast, moeten zij ook de kans krijgen om hun testament aan te passen. Tijdens corona was het niet mogelijk om bij de notaris te gaan. Ik had het eigenlijk al vroeger willen doen.
De regeling die we nu hebben, zullen we in detail bespreken bij het programmadecreet, maar ik denk dat de regeling die we uitgewerkt hebben, een correcte en rechtvaardige regeling is. We hebben ook heel wat contacten gehad met goede doelen. Want u weet dat die daar een negatief effect van zouden ondervinden. We hebben het erven aan goede doelen nu op nul procent gezet. In informele gesprekken geven goede doelen wel mee dat ze zich bij het duolegaat zoals het nu voorligt, een beetje misbruikt voelen. Ik klap daar niet mee uit de biecht. Ik denk dat heel wat goede doelen dat soms ook zo aanvoelen, dat zij enkel en alleen benaderd worden omwille van de fiscale planning, en niet het goede doel waar zij met hart en ziel mee bezig zijn. In die zin denk ik dat we hier een goede en correcte regeling uitwerken, ook ten aanzien van de goede doelen en zeker ten aanzien van mensen die geen gebruikmaken van een duolegaat en dus de volle pot betalen.
De reden van het uitstel heb ik aangegeven. De budgettaire inschatting blijft gelijk. Dat komt ook voor in de begroting. Ik wil daar wel eerlijk en correct in zijn: het is zeer moeilijk om daar een correcte budgettaire inschatting van te maken. We gaan daar niet flauw over doen. Zowat alles bij erfenisrechten is zeer moeilijk: het aantal overlijdens, de grootte van vermogens. We baseren ons daarbij altijd op historische reeksen, maar we weten niet wat een burger in zijn of haar testament schrijft. Een testament kan trouwens ook onderhands zijn. Dat hoeft niet geregistreerd te worden. Wij weten niet wat mensen in hun testament schrijven. En in alle eerlijkheid vind ik ook niet dat de overheid daar zaken mee heeft.
En dat maakt het wel moeilijk. Dat is het principe, maar dat maakt het praktisch zeer moeilijk om dat correct uit te voeren. Want we weten niet hoeveel duolegaten er zijn. We weten wel hoeveel legaten er zijn en aan welk tarief die aangegeven worden bij de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL), maar we weten niet welke bewegingen daarachter zitten. Dat maakt het natuurlijk heel moeilijk om een inschatting te maken. Ik denk wel dat we er met die 75 miljoen euro dichtbij komen. Is dat vatbaar voor discussie? Ja.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Zoals ik al zei, zijn we het ermee eens dat het goed is en dat er nu duidelijkheid is. We staan ook achter de regeling. Er wordt vaak gezegd dat het gaat om een afschaffing, maar het is natuurlijk geen afschaffing. Het altruïstische karakter wordt versterkt. Dat is een goede zaak.
Wat me wel opviel – en misschien kunnen we dat tijdens het programmadecreet verder bespreken, maar kunt u er enige duidelijkheid over geven – is dat het nultarief voor goede doelen enkel zou gelden voor een bepaalde groep van goede doelen, namelijk goede doelen met een algemeen belang. Dat is een vage omschrijving. Er zijn ook heel wat private stichtingen. We moeten daar niet flauw over doen, sommige daarvan zijn inderdaad opgericht om fiscale motieven, maar er zijn er ook een heel aantal die, zeg maar, het goede in de wereld willen bevorderen. Kijk maar naar het Amerikaanse systeem, waar het altruïsme bij miljardairs echt ingebakken is. In Vlaanderen begint het ook meer en meer op te komen dat mensen soms goed willen doen voor de wereld als ze op het einde van hun leven komen. Dan is het misschien gek dat je een onderscheid gaat maken tussen de private stichtingen en andere. Ik vraag me af wat de reden is waarom er een onderscheid is gemaakt tussen die twee soorten goede doelen. Waarom kunnen ze niet allebei van een nultarief genieten?
Mevrouw Smeyers heeft het woord.
Minister, ik neem het u ook niet kwalijk dat u gecommuniceerd hebt ondanks het feit dat ik hierover al veel vragen heb gesteld. Nee, alle gekheid op een stokje: ik ben blij met het resultaat. Er zijn in het verleden al verschillende parlementaire vragen gesteld over de implementatie en de uitwerking van de hervorming van het duolegaat. In het begin leek het erop dat u in de richting van een afschaffing zou gaan, maar eigenlijk is het dat helemaal niet. Het duolegaat an sich blijft ook mogelijk na 1 juli 2021 – want dat is de inwerkingtredingsdatum van de nieuwe regeling –, maar het zal niet meer die fiscale optimalisatie opleveren als het de bedoeling is om puur de belastingfactuur van een familielid of een goede vriend te zien dalen.
Om te vermijden dat goede doelen door die aanpassing helemaal op droog zaad kwamen te zitten, hebt u samen met de Vlaamse Regering vrijdag beslist om de erfbelasting voor goede doelen af te schaffen. De schenkbelasting verdwijnt en zakt van 5,5 naar 0 procent voor goede doelen. Dat is al bij al een goede en evenwichtige hervorming. Ik kan u daar alleen maar voor bedanken. U weet dat ik daar toch ook wel wat bezorgdheden over heb geuit, met de beste bedoelingen.
Zoals de heer Vande Reyde zegt: de onzekerheid bij de burgers en bij de notarissen bestond er effectief. Daarom zou ik u willen vragen, minister, en ik vermoed dat u daarover hebt nagedacht gelet op de tijd die er nog rest tussen vandaag en de inwerkingtreding van de nieuwe regel, om een voldoende communicatie op te zetten om de notarissen voldoende te informeren. Zij moeten zichzelf uiteraard informeren als openbaar ambtenaar en jurist. Maar ook om vooral de burger voldoende te informeren over die nieuwe wetgeving en de mogelijkheid om, als ze dat nodig vinden na overleg met hun notaris of iemand anders, hun testament nog te herzien.
Naar een overgangstermijn heb ik u in het verleden al een paar keer gevraagd. Daar hebt u op geantwoord dat u dat geen goede zaak vond. Ik begrijp dat omdat we dan negentig jaar op een tweesporenbeleid zitten. Maar één vraag wil ik toch nog stellen, voorzitter, als u me toestaat. Ik blijf op mijn honger zitten wat betreft mensen die toen ze wilsbekwaam waren een duolegaat in hun testament hebben gezet en ondertussen wilsonbekwaam zijn geworden. Dat is deels ook federale materie, maar misschien moeten we daar, met de beste bedoelingen en vanuit maatschappelijk belang, over nadenken of we daarvoor toch geen systeem kunnen bedenken dat vrederechters aan bewindvoerders per uitzondering een machtiging kunnen geven om dit te herzien. Ik weet dat het moeilijk is, want je kent niet altijd de inhoud van een testament. We zouden daar toch iets op moeten vinden.
De heer Van Peteghem heeft het woord.
Ik denk dat het goed is dat er duidelijkheid is. Er was sinds de aankondiging in het regeerakkoord wel wat onduidelijkheid. Mensen waren aan het twijfelen of ze het duolegaat nog konden gebruiken als manier om hun nalatenschap veilig te stellen en aan goede doelen te schenken. Ook bij de goede doelen was er twijfel over of ze dat nog konden aanbieden aan personen die iets willen nalaten. Op zich vind ik het heel goed dat er duidelijkheid en transparantie is.
U weet ook dat ik altijd heb gezegd dat bij deze hervorming drie zaken vooropgesteld worden en dat we die nooit alle drie kunnen nastreven. Een eerste zaak is het altruïstische karakter versterken. Ik denk dat dat gebeurd is met de hervorming die u doet. U schaft het duolegaat niet in de feiten af, maar in principe is het wel afgeschaft want iedereen zal moeten bijdragen zoals het hoort.
Ten tweede willen we 75 miljoen euro binnenhalen. Ik vrees daar een beetje voor. Ik heb dat ook altijd gezegd. Ik ben bang dat, waar eigenlijk via de duolegaten nog een groot deel van de erfbelasting binnenkwam bij de overheid, die weggewerkt wordt en verschoven wordt naar goedkopere oplossingen, net omdat u nu ook de schenkingen goedkoper gaat maken.
Ten derde, en dat is mijn grootste bezorgdheid, moeten we ervoor zorgen dat de goede doelen ook nog altijd voldoende inkomsten hebben. We kunnen de duolegaten altijd op twee manieren bekijken. Het kan fiscale optimalisatie zijn, maar de feiten spreken tegen dat het echt fiscale optimalisatie is. Het kan ook zijn dat die duolegaten als een soort fiscale stimulans bekeken worden om effectief iets na te laten aan een goed doel. Ik ben bang dat, doordat die fiscale stimulans nu wegvalt, de goede doelen in de toekomst een negatieve impact op hun inkomsten zullen hebben. Ik weet dat we dat debat later zullen houden, op het moment dat dit ontwerp van decreet in de commissie wordt besproken, maar ik vind het wel belangrijk dat we daarover ook durven na te denken en dat we de impact van die zaken in de gaten houden.
Minister Diependaele heeft het woord.
… (onverstaanbaar) …
We zijn nu elk detail van hetgeen nog komt, aan het voorleggen aan het parlement. Dat is geen enkel probleem. Ik ben blij, de meeste reacties zijn positief en ondersteunend. Maar er zijn ook enkele bedenkingen.
Eerst en vooral wat betreft de private stichting: we hebben daar wel degelijk over nagedacht en geprobeerd om te kijken hoe we dat het best opzetten. Maar we vertrekken natuurlijk vanuit een rechtvaardigheidsprincipe en dan willen we niet een nieuw poortje gaan openzetten waar potentieel misbruik van gemaakt zou worden. Voor alle duidelijkheid: private stichtingen, ook vakbonden en ziekenfondsen blijven natuurlijk op het gunsttarief staan waar ze op stonden. Ze worden ook niet slechter behandeld. Die blijven op 8,5 procent. In die zin denken we dat dat een correcte manier van werken is. Niemand zegt dat private stichtingen slechter zijn voor de mensen, dat zeker niet. Maar ik denk wel dat, mochten we dat verlaagd hebben, we alweer een nieuwe opening gemaakt zouden hebben voor fiscale optimalisatie, en dat wilden we vermijden.
Mevrouw Smeyers, we hebben nauw overleg gepleegd met het notariaat. Dat werd daar altijd bij betrokken, want je moet weten hoe die dingen op het terrein lopen.
Wat uw vraag over de wilsonbekwamen betreft: we moeten voor hen natuurlijk een oplossing vinden. We hebben door de coronacrisis heel wat meer tijd gekregen om daarover na te denken, maar voor hen bestaat geen sluitend systeem. Het enige wat we kunnen doen, is verplichten dat elk testament bekend moet zijn bij de overheid zodat we dus weten wat daarin staat. Alleen dat zal er 100 procent voor zorgen dat we kunnen uitsluiten dat er geantidateerd wordt. Als je zou zeggen dat wilsonbekwamen nadien nog, in welke vorm dan ook, hun duolegaat kunnen bijsturen, dan krijg je natuurlijk heel veel mensen die op een onderhandse akte een datum van voor de aanpassing van de regelgeving zetten. Dat zet faliekant de deur open voor misbruik en dat leek mij echt geen goede keuze. Dat zou een slechte zaak zijn geweest. U haalt ook al een andere reden aan dat dit een hele tijd meeloopt.
Er zijn nog twee zaken die voor een gewoon testament gelden. Als ik vandaag een testament opmaak, ik rij daarna naar huis, krijg een ongeluk en loop hersenschade op – als die er al niet is – zodat ik wilsonbekwaam word, dan kan ik mijn testament ook niet meer aanpassen. In die zin blijft dat gelijk. Als er ten tweede ook sprake is van fiscale planning, dan zal het voordeel voor het goede doel niet groot genoeg zijn. Dan komt alles toe aan het familielid of de erfgenaam aan het normaal tarief.
Mijnheer Van Peteghem, ik denk dat we op de drie punten een antwoord hebben geboden. Er is uw vraag over de 75 miljoen euro. Het principe dat we altijd bij erfrecht hebben gebruikt, is dat we er steeds de voorkeur aan geven dat mensen bij leven al nadenken over wat er met hun vermogen moet gebeuren. Je kunt dat zien aan de hervormingen die de laatste tien jaar bij erfrecht en schenkrecht zijn gebeurd. We hebben er altijd voor gezorgd dat het tarief voor schenkingen lager is dan dat voor een erfenis. Dat principe huldigen we. We hebben ook met de coalitiepartners afgesproken dat we er altijd voor moeten zorgen dat dat tarief lager is, omdat we mensen aanmoedigen om bewust om te gaan met hun vermogen. Ik weet niet hoe groot het effect is, maar dit zijn natuurlijk centen die niet ergens op een bankrekening staan te slapen tot iemand zal overlijden. Ze komen sneller bij een goed doel of een begunstigde van die schenking terecht.
Als het over de opbrengst zelf gaat: die discussie zullen we nooit helemaal kunnen beslechten. Wie heeft daarin gelijk of ongelijk? Ik denk dat deze schatting redelijk correct is, maar ik ontken niet dat die voor discussie vatbaar is.
Uw derde punt gaat over de goede doelen. Dat was ook onze grootste bezorgdheid. In het regeerakkoord staat dat we het tarief voor de goede doelen zouden verlagen. We hebben onmiddellijk voorgesteld om dat op 0 procent te zetten. We hebben met zeer veel goede doelen gesproken en daar waren wat twijfels over. We hebben er door de band genomen wel positieve reacties op gekregen. Vorige week heeft bijvoorbeeld GAIA onmiddellijk gereageerd dat zij hierover tevreden waren. Ook het Rode Kruis Vlaanderen en Kom op tegen Kanker hebben positief gereageerd. Dat geldt ook voor enkele professoren, zoals professor Maus. In die zin denk ik dat we naar de goede doelen een zeer grote geste doen. Ik ben ervan overtuigd dat vele van die goede doelen inzien dat dit een correcte aanpassing is en dat ze op deze manier niet meer worden gebruikt voor fiscale planning. Wat hun inkomsten betreft, zullen we dat ook in de gaten moeten houden. Dat staat niet in de weg dat deze regeling eerlijk is voor iedereen in Vlaanderen.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Het was zeer duidelijk.
Ik vind het nog het fairst om zowel successierechten als schenkingsrechten tot 0 procent te brengen, maar mijn collega, de heer Van Peteghem, die ik zeer waardeer, heeft me vorige keer op dat vlak van populisme beticht, dus ik zal die opmerking in dit parlement zeker niet herhalen. Daarbuiten misschien wel.
U weet dat in het parlement alles gezegd kan worden als het een beetje beleefd en met respect gebeurt. De discussie of het nu 100 of 0 procent erfbelasting moet zijn, kunnen we ongetwijfeld nog tussen pot en pint voeren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.