Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed
Vraag om uitleg over het tegenbezoek van de Koerdische delegatie en de samenwerking met de Koerdische Autonome Regio in Irak
Verslag
De heer Hendrickx heeft het woord.
Minister-president, een half jaar geleden hebt u de Koerdische Autonome Regio in Noord-Irak bezocht. Dat was een mooi initiatief. U weet dat ik dit ten volle steun. Het was tevens een sterk signaal naar de Vlaamse en Koerdische publieke opinie. Afgelopen zomer hebben minister Muyters en u dan een Koerdisch-Iraakse delegatie te gast gehad. Daarbij zijn ambities uitgesproken inzake de handelsbetrekkingen en een eventuele maatschappelijke samenwerking. Ik ben zeer benieuwd naar de praktische opvolging van beide bezoeken.
Op welke manier werd en wordt in de toekomst voorzien in een permanent diplomatiek contact met de Koerdische Autonome Regio? In hoeverre wordt hierover overleg gepleegd met de federale vertegenwoordiger in Irak en Jordanië? Is er sprake van voldoende informatiedoorstroming en wederzijdse aansturing?
Hoe ervaart u de voorlopige resultaten van de Vlaamse samenwerking met de Koerdische Autonome Regio in Irak? In hoeverre wordt voorzien in een bestuurlijke opvolging? Zijn nog concrete acties gepland? Zo ja, om welke acties gaat het dan?
Hoe evalueert u de huidige diplomatieke houding van de internationale gemeenschap en van België in het bijzonder ten aanzien van de ambities tot verregaande zelfstandigheid of onafhankelijkheid van de Koerdische Autonome Regio in Noord-Irak? In hoeverre strookt deze houding met de houding van de Vlaamse Regering?
De heer Kennes heeft het woord.
Ik verwijs naar dezelfde contacten. Eind augustus en begin september 2016 hebt u een delegatie ontvangen onder leiding van dokter Ali Sindi, minister in de regionale regering. Eerder dit jaar hebt u Irak zelf bezocht. Daarover hebben we het in deze commissie al gehad.
Tijdens die contacten is gesproken over de oorlog tegen Islamitische Staat (IS), een onderwerp dat ons allemaal aangaat, en over de humanitaire gevolgen van die oorlog voor de vluchtelingen en voor de Koerden die hen opvangen. Verder stonden ook een onderhoud met minister Muyters, een onderhoud met het Rode Kruis, een bezoek aan het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO) en contacten met bedrijven en Europese instellingen op het programma.
Minister-president, u verklaarde dat werd onderzocht of er naast handelsbetrekkingen ook bredere maatschappelijke samenwerking mogelijk is. Aangezien de Koerdische Autonome Regio in Irak een factor van stabiliteit is, komt dat volgens u rechtstreeks ten goede aan de situatie in het Midden-Oosten, een regio die, zoals we in de vorige vraag al hoorden, nog altijd een explosieve regio is.
In uw antwoord op een eerdere vraag van 12 april 2016 naar aanleiding van uw werkbezoek, gaf u een overzicht van de humanitaire en andere projecten waarvoor in de regio steun wordt voorzien door Vlaanderen, en ook van de mogelijkheden tot samenwerking die verder worden onderzocht. Dat laatste was onder meer het geval voor de behandeling van trauma’s van Jezidi-kinderen en de mogelijkheid tot universitaire samenwerking.
Minister-president, wat is de stand van zaken met betrekking tot de samenwerking voor de projecten die ter sprake kwamen bij uw bezoek aan de Koerdische Autonome Regio in april? Op welke wijze worden de handelsbetrekkingen met de Koerdische Autonome Regio concreet versterkt? Acht u na uw tegenbezoek naast handelsbetrekkingen ook een bredere maatschappelijke samenwerking mogelijk op terreinen zoals landbouw, onderwijs of gezondheid? Zo ja, werden hierover afspraken gemaakt?
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, mijn bezoek aan Erbil in april van dit jaar en het tegenbezoek van de Koerdische delegatie aan Vlaanderen op 30 augustus jongstleden hebben inderdaad de banden tussen de beide deelstaten aangehaald. Het tegenbezoek kreeg trouwens heel wat weerklank in de Koerdische media.
U kent de steun die wij in het verleden hebben gegeven aan Koerdistan. Ik ga dat hier niet herhalen. We bekijken nu volop, in overleg met de Koerdische vertegenwoordiging in Brussel, hoe we in 2017 invulling zouden kunnen geven aan de projecten die ter sprake kwamen tijdens onze wederzijdse contacten.
De Koerdische delegatie werd tijdens het tweedaagse bezoek hier ontvangen door een bedrijf in Mechelen, dat voornemens en concrete plannen heeft om eventueel te investeren in de Koerdische Autonome Regio. Dat moet nog allemaal ingevuld worden. Minister Muyters werd tijdens de lunch met de Koerdische delegatie uitgenodigd om op missie te komen in de Koerdische Autonomie Regio. Naar aanleiding van die vraag werd voorgesteld dat Flanders Investment & Trade (FIT) voorbereidend werk doet. Daarbij pleit ook de Koerdische Autonome Regio voor een stapsgewijze aanpak. Je kunt niets méér verkeerd doen dan halsoverkop een dergelijke economische missie te organiseren. Je moet eerst zorgen dat er voldoende interesse is, dat er een voorafgaand seminarie is, dat er voldoende interesse is van bedrijven om een handelsmissie te kunnen doen.
Het ILVO heeft de Koerdische delegatie ontvangen. De Koerdische delegatie heeft zeer veel belangstelling voor samenwerking op dat terrein. Er is ook overleg over de mogelijkheden om de therapeutenopleiding in de Koerdische Autonome Regio te ondersteunen. U weet dat we daar ook nog bekijken of we al dan niet deel kunnen uitmaken van een project in Duitsland. We begrijpen dat de Koerden heel veel noden hebben. Maar als we een groot project zouden doen, zou heel ons budget voor noodhulp daarin opgaan. Dat kan natuurlijk niet. In het verleden zijn dat bedragen geweest van 200.000 tot 400.000 euro. We zijn aan het bekijken in welke mate we kunnen bijdragen aan die zeer grote noden.
Wat de diplomatieke contacten betreft, hebben de Koerdische vertegenwoordigers in Brussel nauwe contacten met mijn Departement internationaal Vlaanderen.
Mijnheer Hendrickx, we zullen zien of de Koerden een referendum organiseren. Dat werd toen aangekondigd. Dat is een van de mogelijkheden. Ik stel vast dat het nog niet gehouden is. Het is in dit geval aan de Koerden om zich uit te spreken over hoe zij hun toekomst en autonomie zien. Ik vind, zoals ik dat ook ten aanzien van de Schotten heb gezegd, dat je de keuze van de bevolking moet respecteren. Hoe de internationale gemeenschap daarop zal reageren, is mij niet bekend. Het is een enorm belangrijk geostrategisch gebied. Zij krijgen steun vanuit Duitsland en Amerika, maar het is natuurlijk een zeer heikel gebied.
De heer Hendrickx heeft het woord.
Ik noteer dat er in 2017 opvolging komt van de afspraak en concrete invulling van een aantal zaken. Ik noteer ook dat minister Muyters op missie zal gaan nadat FIT de nodige voorbereidingen zal hebben getroffen. Het is inderdaad aangewezen dat dat goed wordt voorbereid.
We gaan ook zien wat het aangekondigde referendum brengt. Ik ben ervan overtuigd dat we in deze commissie zeker en vast zullen terugkomen op dit dossier. Dan zal ik een van de eersten zijn om u daarover te ondervragen.
De heer Kennes heeft het woord.
Minister-president, ik noteer dat er goede contacten zijn, maar ook dat een aantal zaken betreffende mogelijke vormen van samenwerking niet zo concreet zijn. De piste van de therapeutenopleiding voor een bevolking die sterk getraumatiseerd is door geweld en onrecht, lijkt me zeker iets om verder uit te diepen. Als dat kan in samenwerking met andere partners, is dat wellicht de goede keuze.
Wat het referendum betreft, kunnen we enkel zeggen dat dat autonoom wordt beslist. Het is wel een zeer explosief gebied. We weten dat. Dat is al sinds het Verdrag van Sèvres een heel explosieve zaak. Ik denk dat we ter zake heel voorzichtig moeten zijn om daar veel uitspraken over te doen. Maar we moeten dat natuurlijk ook opvolgen met veel betrokkenheid en sympathie voor de Koerden.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.