Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Vraag om uitleg over het voorstel van moslimpolitici om tijdelijke slachtvloeren te laten erkennen als slachthuis
Verslag
De heer Engelbosch heeft het woord.
Minister, voortaan is het verboden om dieren onverdoofd te slachten buiten de erkende slachthuizen. U hebt terecht komaf gemaakt met het omzeilen van de Europese regelgeving en het onverdoofd slachten op de 57 tijdelijke slachtvloeren afgevoerd.
Het hoeft natuurlijk geen betoog dat de moslimgemeenschap hier erg ontevreden over is. Het dreigt hun Offerfeest natuurlijk te hypothekeren. De reguliere slachthuizen kunnen de slachtingen tijdens het Offerfeest, we spreken dan over ongeveer 22.000 schapen, niet verwerken.
Volgens mijn redenering is er nochtans een heel simpele oplossing: de omkeerbare verdoving. Enerzijds is er het onomkeerbaar verdoven, dat blijkbaar niet als halal wordt beschouwd, omdat die dieren sowieso niet meer kunnen recupereren indien ze niet zouden worden geslacht. Dat onomkeerbaar verdoven gebeurt met een pin in het hoofd. Anderzijds is er de omkeerbare verdoving, die met een elektroshock gebeurt. Als het beest dan niet gedood wordt, kan het opnieuw recupereren. In heel wat landen wordt dat aanvaard als halalslachting. Ik heb begrepen dat de Belgische Moslimexecutieve dat hier blijkbaar niet aanvaardt, waardoor de slachtingen niet meer kunnen gebeuren op een tijdelijke slachtvloer.
De moslimgemeenschap zelf gaat op zoek naar oplossingen. Ik moet zeggen: ze zijn nogal creatief in hun voorstellen. Zo stelden ze onlangs in Het Belang van Limburg dat ze u zullen vragen om de tijdelijke slachtvloeren te erkennen als slachthuis.
Minister, is de erkenning van slachtvloeren als slachthuis technisch gezien mogelijk voor de tijdelijke locaties? Wil u hierover nadenken of vindt u het een stap in de foute richting?
Het opheffen van de tijdelijke slachthuizen brengt natuurlijk heel wat vragen met zich mee. Die vragen kwamen in het recente verleden ook al aan bod. U gaf toen te kennen in dialoog te willen gaan met de moslimgemeenschap om tot oplossingen te komen. Is er al overleg geweest? Wat is de stand van zaken?
Ziet u in de verre toekomst een algemeen verbod op onverdoofd slachten zitten? Hebt u plannen in die richting?
Klopt mijn redenering dat de tijdelijke slachtvloeren zouden kunnen blijven bestaan als men gebruik zou maken van de omkeerbare elektroverdoving?
De heer Janssens heeft het woord.
Ik wil eerst de cijfers corrigeren die mijn collega Engelbosch heeft vernoemd. Minister, op basis van een schriftelijke vraag hebt u gezegd dat er in 2014 ter gelegenheid van het Offerfeest een recordaantal schapen is geslacht: bijna 36.000, waarvan 9000 schapen werden geslacht in een slachthuis en bijna 27.000 op een van de 59 tijdelijke slachtvloeren die er bij het Offerfeest verleden jaar waren.
Bovendien hebt u in die cijfers ook verteld dat er op 17 tijdelijke slachtvloeren overtredingen werden vastgesteld van de dierenwelzijnsreglementering.
Eind vorig jaar hebt u aangekondigd dat er inderdaad niet meer zou mogen worden geslacht op die tijdelijke slachtvloeren omdat dat strijdig zou zijn met de Europese wetgeving. U hebt toen gezegd dat er, in afwachting van een – terecht – volledig verbod op het onverdoofd slachten dat u zou invoeren, enkel nog maar zou kunnen worden geslacht in de erkende slachthuizen.
U hebt vorig jaar inderdaad overleg gevoerd met de Moslimexecutieve die daar, althans wat dat betreft, toch oren naar heeft. Voor de rest ligt die organisatie, zoals u ongetwijfeld evengoed weet, op apegapen. U hebt ook nog een aantal andere gesprekken gepland met andere partijen, zo gaf u aan in uw antwoord op mijn schriftelijke vraag van november vorig jaar.
Zoals verwacht, stuiten de plannen die u hebt aangekondigd op hevig verzet bij de moslims die zich tot nu toe in het debat hebben gemengd. Als ik vandaag in de krant lees dat uit een onderzoek van het Berlijnse Centrum voor Sociale Wetenschap blijkt dat 70 procent van de ondervraagde moslims in België zegt dat godsdienstregels belangrijker zijn dan wetten, dan is het niet verbazingwekkend dat de moslims zich in dezen hevig verzetten tegen de aanpassing van de wetgeving, die op dit moment nog een uitzondering maakt voor religieuze slachtingen.
Vooral de Limburgse moslims hebben zich verzet. Ze wilden proberen het verbod op tijdelijke slachtvloeren te omzeilen door bij het Offerfeest de slachtvloeren te laten erkennen als slachthuis. Wat achterpoortjes in de wet betreft, zijn mijn Limburgse collega’s in ieder geval zeer goed geïntegreerd.
Minister, naar verluidt hebt u van Genkse en Hasseltse schepenen berichten gekregen om een en ander te herzien en aan te passen. Een aantal islamitische schepenen van de twee grootste Limburgse steden proberen u te overtuigen om uw geplande wijziging van de regelgeving weer in te trekken. De vraag is u hoe omgaat met die pogingen tot omzeiling van uw eigen regelgeving.
Minister, hoe reageert u op de vragen van die Limburgse moslims? Wat is hierover uw standpunt?
Wat is de stand van zaken betreffende het overleg met de Moslimexecutieve? Wat is het standpunt van de Executieve met betrekking tot de organisatie van het Offerfeest eind dit jaar?
Welke gesprekken hebt u nog gevoerd of zult u nog voeren met betrekking tot de organisatie van het Offerfeest dit jaar? Met welke andere betrokken partijen, waarover u sprak in uw schriftelijk antwoord, hebt u al overlegd of zult u nog overleggen?
Zult u alsnog op zoek gaan naar bijkomende slachtgelegenheid of andere initiatieven nemen om het onverdoofd slachten verder te faciliteren? Zo ja, hoe ziet u dat dan? Is dat niet in tegenstrijd met uw eerder aangekondigde plannen om het onverdoofd slachten volledig in te voeren?
Zult u dit jaar extra toezicht vragen op de illegale thuisslachtingen, aangezien er geopperd wordt dat mogelijk opnieuw meer thuis zal worden geslacht indien het niet kan gebeuren op de tijdelijke slachtvloeren?
Overweegt u alsnog een verbod in te voeren op het onverdoofd ritueel slachten?
Mevrouw Claes heeft het woord.
In deze commissie hebben we al verschillende keren over dit thema gedebatteerd. Verschillende wetgevingen kruisen elkaar, en daar moeten we rekening mee houden. In de eerste plaats is er het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM) waarin godsdienstvrijheid wordt gegarandeerd. In de tweede plaats is er de Europese wetgeving die zegt dat ritueel slachten alleen kan in het slachthuis. De vraag die dan moet worden gesteld, is: wat is een slachthuis? Kunnen de slachtvloeren zoals ze werden ingericht, worden erkend als slachthuis?
Minister, u hebt uitspraken gedaan dat slachtvloeren niet meer zouden worden erkend in 2015, maar u hebt ook aangekondigd dat u in overleg zou gaan met de moslimgemeenschap. Als we het als wetgever onmogelijk maken om nog ritueel te slachten, zijn we in overtreding met het EVRM.
Minister, u hebt ook overleg gehad met de executieve. Die heeft advies gevraagd aan de raad van theologen en die heeft aangegeven dat verdoofd slachten niet kan. Zij kunnen zich dus niet vinden in een verdoving. Over dat gegeven kunnen we misschien leuk doen, maar uiteindelijk zijn het niet wij die bepalen of een bepaald gebruik in een bepaalde godsdienst kan of niet kan. Het is aan de raad van theologen om aan te geven wat zij daar zelf van vinden. Dan kunnen we daar leuk over doen, maar daar gaat het uiteindelijk niet over.
Er is ook overleg geweest met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG). Als er 22.000 of 26.000 schapen moeten worden geslacht tijdens het Offerfeest in september, zullen daar waar veel moslims wonen, de gemeentebesturen ermee worden geconfronteerd. We hebben er in Limburg – het gebeurt niet overal op dezelfde goede manier – 15 jaar over gedaan om de moslimgemeenschap ervan te overtuigen dat tijdelijke slachtvloeren een betere oplossing zijn dan thuis slachten. Wat is het alternatief? Als het niet kan op een georganiseerde, door ons gecontroleerde en diervriendelijke wijze, dan zal er opnieuw thuis worden geslacht. Voor dat alternatief zijn we helemaal niet te vinden. Dat is voor ons zeker geen oplossing.
Minister, u hebt aangegeven dat u voor 1 maart duidelijkheid zult geven aan de moslimgemeenschap over hoe u met dit dossier voortgaat. De andere Europese landen moeten aan dezelfde wetgeving voldoen. In Wallonië is er geen slachtverbod, anders dan u had gezegd tijdens een van de vorige besprekingen in deze commissie. Ook Duitsland heeft een andere oplossing met de erkenning van tijdelijke slachtvloeren. Dat is ook een Europees land. Hoe verhoudt zich dat ten opzichte van de Europese wetgeving? Wat is dan het slachthuis?
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Minister, u hebt inderdaad aangegeven dat u uitvoerig overleg zou plegen met de Moslimexecutieve en met de jodengemeenschappen. Ik ben heel benieuwd naar de stand van zaken. Overleg in deze materie is in het kader van dierenwelzijn heel belangrijk, en ik hoop dat dat heel uitvoerig is gebeurd en dat we er een gedetailleerd overzicht van kunnen ontvangen. Het dierenwelzijn zal enkel door overleg kunnen zegevieren.
Minister, hebt u met hen ook alternatieve methodes besproken, zoals de elektronarcose, en wat was hun reactie daarop? Ik wil hier ook nog even onze bezorgdheid herhalen om tijdens de piekmomenten toch voldoende capaciteit te hebben voor die rituele slachtingen.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Het wetenschappelijk onderzoek is duidelijk over onbedwelmd slachten versus regulier slachten. Onbedwelmd slachten zorgt voor meer dierenleed dan de reguliere slachtingen. Zo eenvoudig is dat. De vraag is of we dat aanvaardbaar vinden of niet. Wat mij betreft is dat niet aanvaardbaar. Dus ik kijk naar de minister. Welke initiatieven zult u nemen?
De discussie wordt vaak toegespitst op de moslimgemeenschap. Uiteraard is er een concentratie tijdens het Offerfeest, maar het debat over onbedwelmd slachten gaat wel over meer dan de moslimgemeenschap alleen. Ik denk aan de joodse gemeenschap die overigens een veel grotere gevoeligheid heeft over dit thema, zeker in de internationale context. Internationaal wordt er halal geslacht met bedwelming. Andere gevoeligheden zijn sterker aanwezig dan in de moslimgemeenschap alleen. Ook landbouworganisaties zijn niet voor een verbod op onbedwelmd slachten. De problematiek is dus ruimer dan alleen de moslimgemeenschap.
Minister, u hebt verschillende keren aangegeven dat u aan tafel gaat zitten met de betrokken organisaties en gemeenschappen. Wie zijn dat dan? Met wie zit u samen? Wat is ondertussen het resultaat?
Minister Weyts heeft het woord.
De tijdelijke slachtvloeren kunnen theoretisch inderdaad worden erkend als een slachthuis, op voorwaarde dat ze vanzelfsprekend voldoen aan de voorwaarden zoals gesteld door de federale wetgever. Dat is een redelijk zware procedure. De eisen waaraan moet worden voldaan, zijn niet gering en zitten vervat in specifieke regelgevingen: de verordening 852/2004 van het Europees Parlement en van de Raad van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne, de verordening van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong, de verordening van 2001 die gaat over de regels voor preventie, controle en de uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën, een KB inzake levensmiddelen van dierlijke oorsprong en een KB inzake de traceerbaarheid, de autocontrole en de meldingsplicht in de voedselketen. Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) heeft al die voorwaarden gebundeld in een overzicht van 29 bladzijden. Het is dus zeer uitvoerig.
Dat tijdelijke slachtvloeren kunnen blijven worden gehanteerd wanneer verdoofd slachten wordt toegepast, spreekt voor zich, want dan is dat volledig conform de Europese verordening waarover sprake. Ik overleg momenteel met verschillende partijen. Net omwille van het welslagen en het zorgen voor een afdoend draagvlak, ga ik niet op het publieke forum gooien wie wat heeft gezegd. Dat lijkt me evident om het beoogde resultaat niet in het gedrang te brengen. Speculatie over de inhoud van die gesprekken laat ik aan u over. Alleszins is het niet mijn taak om religieuze bepalingen te gaan interpreteren: het is enkel mijn taak om ervoor te zorgen dat de regelgeving wordt gehandhaafd.
De doelstelling dat alle betrokken partijen er mee op zullen toezien dat de regelgeving ook tijdens het Offerfeest wordt gerespecteerd, is evident. Het is ook niets nieuws dat er een wettelijk verbod is op onverdoofd thuis slachten. Ik weet niet of ik dat in herinnering moet brengen, maar dat is al een tijdje zo.
Een algemeen verbod op onverdoofd slachten, is nu niet aan de orde. We zijn heel concreet bezig met een gedragen, adequate organisatie van het Offerfeest. Dat is de doelstelling. Ik denk dat dat op zich al een ambitieuze doelstelling is, gelet op het gegeven dat de voorgaande jaren ter zake weinig gebeurd is.
De heer Engelbosch heeft het woord.
Minister, dank u voor uw antwoord. Voor mij is het zeer duidelijk: de bal ligt in het kamp van de Moslimexecutieve. U hebt gezegd dat tijdelijke slachtvloeren kunnen blijven bestaan als men naar bedwelming gaat. In meer dan de helft van de moslimlanden wordt de omkeerbare elektronarcose door de moslims aanvaard als halal. Sorry, dan moeten de moslims hier daar maar aan toegeven. Hun probleem is meteen opgelost als ze daar willen aan toegeven. Het is kiezen of delen. Wij zijn bereid om in overleg te gaan. Er is al heel veel overleg geweest. Er is een heel eenvoudige oplossing, maar als zij het been stijf willen houden, dan zie ik dat wel als een probleem, maar eerder als hun probleem.
Mevrouw Claes, ik wil toch even reageren op uw uitspraak dat er zoiets is als de rechten van de mens en het recht op godsdienstvrijheid. Ik weet dat wel allemaal, maar ik mag toch wel hopen dat dierenwelzijn boven het recht op godsdienstvrijheid gaat.
De heer Janssens heeft het woord.
Ter attentie van mevrouw Claes, die een aantal elementen heeft aangehaald die behoorlijk choquerend zijn te noemen, vooral wat betreft de mensenrechten, wil ik zeggen dat er in het buitenland voorbeelden zijn die aantonen dat verplicht verdoofd slachten mogelijk is zonder welke mensenrechten dan ook te schenden. Er zijn Europese landen, zoals Zweden, Noorwegen, Zwitserland, Oostenrijk en IJsland, waar enkel verdoofd geslacht mag worden. Zijn die landen volgens u dan in overtreding met het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden? Ik denk het niet. Ik ben er zelfs van overtuigd van niet. Als dat daar kan, waarom zou dat hier in Vlaanderen dan niet kunnen?
Wat betreft de godsdienstvrijheid is er natuurlijk een groot verschil tussen godsdienstvrijheid binnen de grenzen van de wet enerzijds, en godsdienstvrijheid waarvoor men de wet moet aanpassen om ze wettelijk te kunnen maken. Dat is wat men in België heeft gedaan met betrekking tot religieuze slachtingen. Men heeft een uitzondering gemaakt op de wetgeving op het dierenwelzijn door te zeggen dat men onverdoofd kan slachten indien het binnen een religieuze context gebeurt. Voor alle duidelijkheid, mevrouw Claes, slachtingen binnen een religieuze context worden door niemand gecontesteerd, door niemand in twijfel getrokken en door niemand verhinderd. Maar de slachtingen die binnen een religieuze context gebeuren, moeten wel gebeuren zonder vermijdbaar dierenleed. Dat is toch wel essentieel.
Minister, u hebt een heel aantal vragen onbeantwoord gelaten. U laat voorlopig nog niet in uw kaarten kijken en dat maakt me een beetje ongerust.
Minister, als ik het op die manier interpreteer, laat u voorlopig nog de mogelijkheid van de tijdelijke slachtvloeren open. Theoretisch kunnen ze als slachthuizen worden erkend. U laat die mogelijkheid voorlopig open. Op die manier geeft u toe en zwicht u nu al voor de chantage vanuit de Moslimexecutieve en islamitische hoek.
Waarom zegt u nu niet openlijk en duidelijk dat de onverdoofde slachtingen en het onnodig dierenleed voor u niet kunnen? U wilt met de Moslimexecutieve in overleg treden. Het minimum minimorum moet het uitgangspunt zijn dat onnodig dierenleed ook niet in het geval van religieuze slachtingen kan.
Om dergelijke debatten in de toekomst niet meer te moeten voeren en om geen twijfel meer te zaaien, moet u vooral een zaak doen, namelijk werk maken van een decretaal verbod op het onverdoofd slachten. Op die wijze zult u duidelijkheid creëren. Iedereen hoeft zich dan enkel aan de decreten te houden.
Mevrouw Claes heeft het woord.
De godsdienstvrijheid maakt, voor alle duidelijkheid, deel uit van de rechten van de mens. De vraag is niet of de godsdienstvrijheid boven het dierenwelzijn staat. Het gaat gewoon om twee belangrijke wetgevingen. Het Universeel Verdrag van de Rechten van de Mens is voor mij geen vod papier. Om die reden is de godsdienstvrijheid voor mij ook geen vod papier.
Minister, ik kan, net zoals u, niet bepalen op welke manier iemand die godsdienstvrijheid beleeft. U hebt dit juist aangepakt. U hebt de Moslimexecutieve gevraagd hoe die godsdienstvrijheid moet worden geïnterpreteerd. De Moslimexecutieve heeft op haar beurt aan de Raad van Theologen gevraagd hoe de moslims de godsdienstvrijheid interpreteren. Wat het antwoord van de Raad van Theologen betreft, hebben wij geen mening te formuleren. Uiteindelijk bepalen de moslims zelf welke rituelen bij hun godsdienst horen.
De voorbije jaren hebben we getracht beide elementen te verzoenen. Die verzoening bestaat uit tijdelijke slachtvloeren. De tijdelijke slachtvloeren zijn geen slachthuizen, maar er gelden wel heel wat regels en er worden heel wat controles uitgevoerd. Er zijn inbreuken vastgesteld. In die gevallen moet ook worden ingegrepen. Als we terug naar thuisslachtingen zouden evolueren, zouden we volgens mij enkel een stap achteruit zetten. Het onverdoofd thuis slachten, is trouwens ook verboden. Een goede controle op de tijdelijke slachtvloeren en een goede regelgeving zouden ons een stap vooruit helpen.
Minister, ik heb begrepen dat u met de verschillende partners wilt overleggen. U wilt hierover geen informatie geven. Het is echter essentieel dat we over die informatie beschikken om te kunnen mee nadenken over een manier om hier uit te geraken.
Er is nog een laatste vraag onbeantwoord gebleven. Hoe gaan Wallonië en de andere Europese landen met deze problematiek om? Uiteindelijk botsen we hier immers op Europese regelgeving.
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Minister, ik vind dat we in het verleden opener debatten over dit thema hebben gevoerd. Ik zit ook nog met een aantal onbeantwoorde vragen. Ik hoop dat u hier in de tweede ronde zeker een antwoord op kunt geven. Het is toch de bedoeling van deze commissievergadering dat de vragen van Vlaamse volksvertegenwoordigers worden beantwoord.
In eerste instantie zou ik graag een gedetailleerder overzicht van de stand van zaken in verband met het overleg krijgen. Met wie hebt u overleg gepleegd? Indien het niet mogelijk zou zijn die vraag nu te beantwoorden, zou ik graag later een mail met het antwoord ontvangen. Het interesseert me immers enorm.
Het overleg met deze gemeenschappen is zeer belangrijk voor het dierenwelzijn. Overleg kan ons ver brengen. We moeten zeker vermijden dat er opnieuw meer thuisslachtingen komen. Ook in dat licht zou ik heel graag een wat uitgebreider antwoord ontvangen.
Wat de alternatieve methodes betreft, zou ik graag gedetailleerd vernemen hoe uw gesprekspartners hebben gereageerd.
Daarnaast is er nog een eventueel capaciteitsprobleem tijdens spitsmomenten. Hoe wilt u dat oplossen?
De heer Sanctorum heeft het woord.
Elke fractie vertrekt natuurlijk vanuit haar eigen gevoeligheden. De ene fractie heeft een zekere antipathie ten aanzien van een specifieke religie. Een andere fractie stelt de godsdienstvrijheid boven alles. Volgens mij moeten we vanuit de feiten vertrekken. Uiteindelijk gaat het hier om het dierenleed. Het dierenleed bij onbedwelmd slachten, is onaanvaardbaar.
Minister, ik merk enige goodwill bij u. U wilt overleg plegen met de betrokken actoren. Dat is allemaal heel goed. Het Vlaams Parlement biedt u ook die kans. Ik vraag u zelfs niet de details in verband met dat overleg in deze commissie te grabbel te gooien. We hebben hierover echter al een paar keer gedebatteerd. We krijgen steeds hetzelfde antwoord. De gesprekken zijn vertrouwelijk en u kunt hierover niets zeggen. Er is echter nog steeds geen resultaat.
Volgens mij worden we allemaal een beetje ongeduldig. Het wordt tijd dat u minstens de status van het overleg weergeeft. Hoever staat het? Gaat het de goede richting uit of zitten we op een dood spoor? Wat moeten we van dat overleg denken?
Minister Weyts heeft het woord.
U vraagt me om overleg te voeren, en ik doe dat uitvoerig en grondig. Overleg kan ons ver brengen, maar niet wanneer ik hier op tafel gooi wie wat heeft gezegd en wie welke standpunten heeft ingenomen. Dat lijkt me contradictoir in functie van het behalen van de doelstellingen.
Ik weet dat u op uw honger blijft, maar dit draagt niet bij tot het bereiken van de doelstellingen. Ik moet die verantwoordelijkheid aan de dag leggen.
In Nederland en Duitsland gebruikt men geen tijdelijke slachtvloeren, daar werkt men met slachthuizen. Daar worden de regelgeving en de Europese verordening gerespecteerd.
De heer Engelbosch heeft het woord.
Minister, u geeft aan dat het te vroeg is om te communiceren, en dat moeten we aanvaarden. Discreet overleg maakt inderdaad de meeste kans op slagen. Zodra er een beslissing is genomen, zal ons dat worden meegedeeld. (Opmerkingen van de heer Hermes Sanctorum-Vandevoorde)
Ik stel mijn vraag om te weten in welke fase het overleg zich bevindt. Ik vraag dus naar een stand van zaken.
Mevrouw Claes, godsdienstvrijheid is ook voor onze partij geen vodje papier, maar geen enkel recht is absoluut. Zodra een bepaald recht een probleem stelt voor een ander recht, mogen we ons daar toch wel vragen bij stellen.
De heer Janssens heeft het woord.
Ik blijf met verbazing vaststellen dat CD&V ervoor pleit dat het mogelijk moet zijn om dieren met heel veel leed en pijn, op gruwelijke manier te laten slachten omdat wij ons als overheid niet te mengen hebben in de islamitische gebruiken. Mevrouw Claes, ik val bijna van mijn stoel als ik u dat allemaal hoor zeggen.
Minister, het onverdoofd slachten is bij de publieke opinie een van de belangrijkste thema’s in het kader van uw bevoegdheid Dierenwelzijn. Ik ben ervan overtuigd dat een heel grote meerderheid van de Vlaamse bevolking, zoals enquêtes in het recente verleden trouwens hebben uitgewezen, wil dat de uitzondering wordt geschrapt die wij enige tijd geleden in onze wetgeving hebben ingeschreven, op de verplichting om dieren te verdoven voor ze worden geslacht. Ik wil u dan ook vragen om werk te maken van de plannen die u eerder hebt aangekondigd in uw persbericht waarin u zei dat u het verbod op onverdoofd slachten decretaal wilt invoeren. Ik vraag u om daar werk van te maken en om uw been wat dat betreft stijf te houden.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.