Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Verslag
De heer De Reuse heeft het woord.
Minister, uw federale collega Vandenbroucke stelde recent zijn nieuwe antitabaksplan voor. Zijn opzet is om tegen 2040 van onze eerste rookvrije generatie te kunnen spreken. Zijn plan bevat tal van maatregelen om roken minder aantrekkelijk te maken en te weren van sommige publieke plaatsen. Momenteel zou bijna een op de vijf Belgen ouder dan 15 jaar dagelijks roken. Dat aantal moet drastisch omlaag, vandaar dat dit radicale plan werd opgesteld.
De accijnzen zouden volgend jaar wederom fors stijgen. Zo zal een pakje al snel ongeveer 2 euro duurder worden. Vooral in 2025 gaan er heel wat veranderingen in. Zo zullen tegen dan sigaretten en vapes uit het zicht moeten verdwijnen in de winkels. Bovendien zal de verkoop ervan worden verboden in winkels groter dan 400 vierkante meter en ook op tijdelijke evenementen. Ook zal het verboden zijn te roken op bepaalde publieke plaatsen zoals binnen 10 meter van scholen en ziekenhuizen.
Ook op Vlaams niveau werden er reeds een aantal initiatieven genomen om roken te voorkomen, maar ook om mensen te begeleiden bij het stoppen van roken.
Minister, hoe reageert u op het plan van uw collega? Werd u betrokken bij de uitwerking ervan? Zal dit een impact hebben op Vlaamse bevoegdheden?
Neemt u nog aanvullende acties ter preventie van roken?
U gaf in het verleden in een antwoord op mijn vraag aan dat er zou worden onderzocht of het mogelijk is om medewerkers van de centra algemeen welzijnswerk (CAW’s) beter te ondersteunen om hun cliënten te motiveren om te stoppen met roken. Hoever staat het hier momenteel mee?
U wees in het verleden ook op de terugloop van het aantal rookstopsessies. Er zou worden bekeken hoe die vraag opnieuw zou worden verhoogd. Hierbij werd gedacht aan een betere bekendmaking van het aanbod en zorgen voor meer doorverwijzing vanuit de eerste lijn, maar ook binnen een ziekenhuiscontext. Welke initiatieven zijn er hiervoor momenteel nog lopende?
Minister Crevits heeft het woord.
Collega De Reuse, dank u wel voor uw vraag.
U weet dat de recent aangekondigde regelgevende maatregelen door de federale minister van Volksgezondheid zich situeren binnen zijn federale bevoegdheid, maar wij waren wel betrokken bij de voorbereiding. Een aantal maatregelen leunen sterk aan bij de Vlaamse bevoegdheden. Mijn kabinet en het Departement Zorg zijn vertegenwoordigd in de interfederale Algemene Cel Drugsbeleid (ACD), waaronder ook de tabakspreventie valt.
De maatregelen zijn een onderdeel van de ‘Interfederale strategie 2022-2028 voor een rookvrije generatie’, goedgekeurd op 14 december 2022, in de schoot van de ACD. De interfederale strategie is gericht op het terugdringen van tabaksgebruik onder jongeren om tot een rookvrije generatie te komen, maar ook op een drastische vermindering van het tabaksgebruik bij de bevolking in het algemeen.
De aangekondigde maatregelen zijn belangrijk, maar niet voldoende om te komen tot een rookvrije generatie.
Vanuit mijn Vlaamse bevoegdheid binnen het preventieve gezondheidsbeleid stuur ik aan op het doelgericht uitvoeren van de Vlaamse gezondheidsdoelstelling ‘De Vlaming leeft gezonder in 2025’. In dat kader voert het Consortium Tabak, een samenwerking tussen de Vlaamse Vereniging voor Respiratoire Gezondheidszorg en Turberculosebestrijding (VRGT), het Vlaams Instituut Gezond Leven, Stichting tegen Kanker en Kom op tegen Kanker, meerdere concrete acties uit. Voorbeelden hiervan zijn het project ‘Bullshit Free Generation’ – mijn excuses voor het woordgebruik –, dat zich richt naar alle Vlaamse scholen om jongeren kritischer en weerbaarder te maken tegenover roken en vapen, en het project ‘Rookvrije Start’, dat zich richt naar rokende aanstaande ouders.
De actie specifiek rond de CAW’s werd geheroriënteerd naar een nieuwe tabakscampagne, die we hebben gelanceerd op 5 september 2023. Onder het motto ‘Klaar voor een frisse start?’ moedigen we rokers aan om hun rookstopintenties om te zetten in concrete acties. De campagne werd doelgroepgericht ingezet, onder andere via sociale media, naar mannen tussen de 25 en 44 jaar, omdat de meeste rokers zich in deze leeftijdscategorie bevinden.
Intussen heeft de campagnewebsite 103.000 weergaven gegenereerd en hebben 75.000 unieke bezoekers de website gevonden. Het gebruik van sociale media was een succes, met in totaal 7.947.992 impressies en 33.427 linkclicks. Het is nog wachten op de resultaten van verdere analyses en evaluatie, maar we bekijken momenteel of het opportuun is om deze campagne te herhalen.
De tarieven voor de uitbetaling van de tabakologen zijn vanaf 1 mei 2023 verhoogd. We hopen daarmee voldoende tabakologen gemotiveerd te krijgen om rookstopsessies aan te bieden. Ook in de zonet vermelde tabakscampagne Frissestart.be wordt doorgelinkt naar bestaande en correcte informatie over de zes verschillende soorten van ondersteuning die kunnen helpen bij rookstop. Een rookstopsessie onder begeleiding van een tabakoloog maakt daar deel van uit. De voorlopige evaluatie geeft aan dat de website door een groot aantal mensen is opgepikt. Dit draagt bij tot een betere bekendmaking van het aanbod rond rookstopsessies.
De keuze voor een bepaalde rookstopmethode blijft echter aan de individuele roker zelf. Uit recente cijfers van de preventiebarometer weten we dat een groot aantal van de rokers met een intentie om te stoppen er de voorkeur aan geeft om dat te doen zonder specifieke hulp of methode. Dat blijkt ook uit een beperkte enquête via de campagne Frissestart.be. Maar dat staat helaas in tegenstelling tot de resultaten uit wetenschappelijk onderzoek, waaruit net blijkt dat stoppen onder begeleiding meer kans op slagen heeft. We hebben dus nog wat werk voor de boeg als het gaat over de ondersteuning.
Binnen de ziekenhuiscontext loopt momenteel het project ‘Rookvrije zorg’, ter ondersteuning van het uitbouwen van een goed rookbeleid. Het consortium Tabak bekijkt ook welke rol de tabakoloog daarbij kan opnemen. Een goede doorverwijzing naar de tabakoloog is belangrijk, maar volstaat niet binnen een kwalitatief rookbeleid. Vanuit het interfederale tabaksplan wordt dan ook gesteld dat het de taak is van elke zorgverlener om rokers aan te moedigen om rookstoppogingen te ondernemen. Dat valt onder het medisch handelen en gaat daarom ruimer dan enkel de taak van een tabakoloog. Het gaat dus om een ruime gedeelde verantwoordelijkheid.
Via de lopende beheersovereenkomst met het Vlaams Instituut voor de Eerste Lijn (VIVEL) tot slot proberen we de aandacht van de eerstelijnsactoren te vestigen op verschillende aspecten van gezonde leefstijl, waaronder stoppen met roken.
Tot hier een overzicht van al onze inspanningen, waarin ik heb gepoogd om volledig te zijn.
De heer De Reuse heeft het woord.
Dank u wel, minister. De prijsstijging is inderdaad een factor die ervoor zal zorgen dat mensen stoppen, of beter, niet starten. Daar is genoeg onderzoek rond. Het is ook heel goed dat u mee betrokken bent bij de voorbereiding van dit nieuwe antitabaksplan. Want om succesvol te stoppen, moet je natuurlijk als eerste stap mentaal klaar zijn om te kunnen stoppen. Je moet stoppen tussen je oren. Je moet die stap niet enkel willen, maar mentaal ook kunnen zetten. Daarom is de rol van preventie, de Vlaamse bevoegdheid, inderdaad zo belangrijk. Dat kan niet genoeg benadrukt worden.
Ik had ook nog enkele vragen over rookstopbegeleiding, maar in uw uitvoerige antwoord hebt u al mijn vragen al preventief beantwoord. Dank u. (Opmerkingen. Gelach)
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Wij zijn vanuit onze fractie blij dat er nu ook wat duidelijkheid en vooral uniformiteit is. Ik heb hierover voor het herfstreces ook nog een actuele vraag gesteld aan ontslagnemend minister Bart Somers. Ik had toen de bijkomende vraag gesteld of hij met u in overleg wou gaan om te kijken of het label ‘Rookvrije Gemeente’ en het label ‘Gezonde Gemeente’ van het aspect rookbeleid zouden kunnen worden uitgebreid. Vandaag hebben heel veel lokale besturen immers het label van ‘Gezonde Gemeente’, en zij willen daar ook wel verder in gaan, maar we zien dat in dat label het luikje rond rookbeleid nog vrij beperkt is. Als we nog verder willen inzetten, ook vanuit de lokale besturen, op het streven naar een rookvrije generatie, zou het ook wel goed zijn, mocht dat luikje uitgebreider kunnen zijn, zodat meer lokale besturen aan een uitgebreider rookvrij beleid kunnen werken. U had toen dus alle steun van Bart Somers, misschien zult u die steun ook nog van andere mensen krijgen. In ieder geval is mijn vraag om dat nog eens te bekijken, zodat ook de lokale besturen daar hun steentje toe kunnen bijdragen.
Minister Crevits heeft het woord.
Collega De Rudder, we zullen dat label ‘Gezonde Gemeente’ meenemen in onze toekomstige acties.
De vraag om uitleg is afgehandeld.