Verslag vergadering Commissie voor Wonen en Onroerend Erfgoed
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer D'haeseleer heeft het woord.
Op 15 juni 2023 sprak het Grondwettelijk Hof een arrest uit waarbij meerdere bepalingen vernietigd werden van het Vlaams decreet van 9 juli 2021 die het sociaal huurstelsel wijzigen. De uitspraak kwam er na de klacht die een achttal organisaties ingediend hadden.
Twee belangrijke pijlers uit dit decreet werden vernietigd. Ten eerste, de beslissing om geen financiering voor sociale huurwoningen meer aan te bieden aan gemeenten die al 15 procent sociale huurwoningen hebben in verhouding tot het aantal huishoudens. Ten tweede, de zogenaamde zwarte lijst van huurders die hun woning verwaarloosden of overlast veroorzaakten. De verplichte inschrijving bij VDAB en de hogere taalkennisvereiste uit hetzelfde decreet overleefden de gerechtelijke toets wel. U gaf in de Commissie Wonen van 29 juni 2023 dat u achter het idee van de regionale spreiding en het inschrijvingsverbod blijft staan.
De regionale spreiding zou verder uitgewerkt worden in het nieuwe bindend sociaal objectief (BSO), die het huidige BSO, dat afloopt in 2025, zal vervangen. U kon toen nog niet vooruitlopen op de resultaten van de lopende werkzaamheden hierrond. Het was echter wel duidelijk dat de regionale spreiding hier deel zou van uitmaken. U stelde dat uit de enveloppe van 1000 sociale woningen, die voorzien was in de zesde oproep sociale woonbeleidsconvenanten, er eind 2022 269 sociale woningen waren aangerekend op deze enveloppe. Voor het realiseren van de overblijvende sociale woningen binnen deze enveloppe, werd begin 2023 Wonen in Vlaanderen gemandateerd voor het afsluiten van convenanten met gemeenten.
Wat de vernietiging van het inschrijvingsverbod betreft, bevestigde u dat verder zou worden onderzocht of er op een of andere manier tegemoet kon worden gekomen aan de onrechtvaardigheid die deze vernietiging met zich meebrengt. Sociale huurders die door de vrederechter hun huurovereenkomst beëindigd zien worden wegens ernstige overlast, kunnen zich zonder probleem terug inschrijven en aanmelden voor een sociale woning en er in sommige gevallen nog voorrang bovenop krijgen. U benoemde dit toen terecht als een onrechtvaardigheid.
Ik heb dan ook volgende vragen.
Ten eerste, kunt u al meer informatie geven over de vorderingen in de lopende werkzaamheden rond het nieuwe BSO? Indien niet, is het dan mogelijk om een tijdspad mee te delen?
Op welke manier zal in het nieuwe BSO de regionale spreiding verzekerd worden? Kunt u dit verder toelichten?
Zijn de resterende sociale woningen uit de enveloppe van de zesde oproep sociale woonbeleidsconvenanten inmiddels toegekend? Hoeveel sociale woningen zijn er inmiddels aangerekend op deze enveloppe? Wat is de prognose van het resultaat tegen eind december 2023?
Mijn laatste vraag is hoe het onderzoek verlopen is naar een eventuele aangepaste versie van het inschrijvingsverbod. Op welke manier en tegen wanneer zal er een alternatieve regeling voorliggen? Zal er rekening worden gehouden met recidief gedrag en meerdere uithuiszettingen om eventueel te bepalen hoelang dergelijke huurder zich niet opnieuw zal kunnen inschrijven of kans maken op een sociale woning?
Minister Diependaele heeft het woord.
Dank u wel, mijnheer D’haeseleer, voor uw vragen waarvan ik een en twee samenneem. Het huidige BSO liep van 2009 en loopt tot 2025. Om klaar te staan met scenario’s voor de periode vanaf 2026 heb ik gevraagd aan mijn administratie om de nodige voorbereidingen voor het volgende BSO te treffen. Ik heb er daarnet bij de andere vragen ook al een paar zaken aan toegevoegd. Om in te gaan op de concrete inhoud van dit nieuwe kader, is het uiteraard nog te vroeg. Daarvoor dienen eerst de concrete regelgevende krijtlijnen getrokken te worden. Qua timing zal dat in 2024 en 2025 dienen te gebeuren, zodat de lokale besturen vanaf 2026 kunnen opereren in het nieuwe kader.
Wat uw derde vraag betreft: er zijn 3795 woningen toegekend aan in totaal 65 gemeenten tijdens de zesde oproep, die geldig is tot februari 2025. Hiervan zijn reeds 1242 woningen opgenomen in geplande projecten. Wat betreft de convenanten via enveloppe werden er al 577 woningen toegekend, waarvan 564 opgenomen in geplande projecten, aan in totaal 25 gemeenten. Binnen de toegekende enveloppe zijn momenteel dus nog 423 woningen beschikbaar. Wat betreft de prognose voor eind 2023 zijn er nog een aantal projecten waarvoor een lokale woontoets werd aangevraagd door de initiatiefnemers. Het is echter moeilijk in te schatten welke lokale besturen deze nog dit jaar zullen behandelen. Een concreter antwoord zal ik dus op een later moment moeten meegeven.
Wat uw laatste vraag betreft: op 8 september 2023 is het besluit Vlaamse Regering (BVR) tot wijziging van het besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 definitief goedgekeurd. Met dit besluit, dat de uitbreiding van de vermogenstoets bij potentiële kandidaat-huurders voor een sociale huurwoning regelt, zijn ook een aantal bepalingen opgeheven die te maken hebben met het arrest van het Grondwettelijk Hof van 15 juni 2023. Het betreft onder meer de bepaling in verband met het inschrijvingsverbod gedurende drie jaar na gerechtelijke beëindiging van de huurovereenkomst vanwege ernstige overlast of verwaarlozing van de woning. In de plaats daarvan werd een weigeringsgrond voor het versneld toewijzen van een woning opgenomen. De verhuurder zal de versnelde toewijzing van een sociale woning voortaan moeten weigeren aan een kandidaat-huurder die voordien een huurovereenkomst bij dezelfde verhuurder had, die gerechtelijk werd beëindigd vanwege ernstige overlast of verwaarlozing van de woning. Op die manier wordt er een einde gemaakt aan een systeem waarbij sociale huurders die ernstige overlast veroorzaken, bij wijze van spreken, onmiddellijk een nieuwe woning toegewezen kunnen krijgen, de zogenaamde draaideur. Deze bepaling is opgenomen in het wijzigingsbesluit waarover nu advies wordt ingewonnen bij de Raad van State. De bepaling zal in werking treden op 1 januari 2024.
De heer D’haeseleer heeft het woord.
Ik noteer dat we, wat het BSO betreft, nog altijd in de voorbereidingsfase zitten en dat we daar in 2024-2025 meer duidelijkheid over zullen krijgen zodat de woonmaatschappijen het nieuwe kader vanaf 2026 kunnen toepassen.
Ik ben in ieder geval verheugd dat, wat het inschrijvingsverbod betreft, er, als ik het goed begrepen heb, minister, een ontwerp bij de Raad van State ligt, dat nu zijn advies zal moeten geven over een bepaling die zegt dat versnelde toewijzingen onmogelijk zullen worden bij mensen die inderdaad een gerechtelijke uitspraak hebben moeten ondergaan als gevolg van wangedrag in hun sociale woning. We kunnen dat alleen maar toejuichen en we hopen ook dat de Raad van State daar positief over zal adviseren, zodat dat ook effectief van kracht kan worden.
U kent ook ons standpunt hierover. Wij zouden nog het liefste zien dat voor dat inschrijvingsverbod met gradaties zou worden gewerkt, zodat voor mensen die meer dan eens de boel op stelten zetten, zich niet gedragen in de sociale woning en als gevolg daarvan uit de sociale woning worden gezet, de straffen gradueel kunnen stijgen tot zelfs een levenslang verbod om ooit nog toegang te krijgen tot een sociale woning.
Maar goed, ik ben in ieder geval verheugd dat wat het inschrijvingsverbod betreft, er stappen vooruit worden gezet. We kijken uit naar het advies van de Raad van State, waarvan we hopen dat het geen probleem zal opleveren om dit principe tot uitvoering te brengen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.