Verslag vergadering Commissie voor Binnenlands Bestuur, Gelijke Kansen en Inburgering
Verslag
De heer Warnez heeft het woord.
Vorige week heeft het burgerpanel We Need To Talk aanbevelingen gedaan om het systeem van partijfinanciering in België te hervormen. Het kiest voor strengere regels voor de communicatie van politieke partijen, onder meer voor een plafond op de uitgaven voor sociale media en de oprichting van een ethische commissie om fake news en boodschappen die tegen de wet ingaan te controleren.
Het panel benadrukt het belang van communicatie tussen de partijen en hun achterban, maar pleit voor een gelijk speelveld tussen kleine en grote partijen. Ze willen dat de regels voor communicatie tijdens de sperperiode ook gelden voor sociale media, met alleen zuivere partijstandpunten, die vier maanden voor de verkiezingen gepost mogen worden. Een ethische commissie zou moeten toezien op het verspreiden van fake news en van berichten die indruisen tegen de wet of de Grondwet.
Een groot deel van de partijfinanciering is natuurlijk op federaal niveau geregeld, maar de verkiezingsuitgaven bij lokale en provinciale verkiezingen zijn uiteraard Vlaamse bevoegdheid. We hebben het er al een paar keer over gehad naar aanleiding van de Europese ontwerpverordening die er aan zit te komen. We hebben dit al besproken in deze commissie op 18 april. Wat men voorstelt, is weer iets strenger.
Minister, wat is uw reactie op de aanbevelingen van het burgerpanel om strengere regels voor de communicatie van politieke partijen in te voeren?
Bent u het eens met het voorstel van het panel om een plafond op de uitgaven aan sociale media in te stellen tijdens de sperperiode, voor wat betreft de lokale en provinciale verkiezingen? Zo ja, hoe zou u dit plafond bepalen en handhaven?
Hoe staat u tegenover het idee van het panel om een ethische commissie op te richten om fake news en boodschappen die tegen de wet ingaan te controleren? Bent u bereid hier actie op te ondernemen?
Zult u met dit burgerpanel in gesprek treden over hun aanbevelingen?
Minister Somers heeft het woord.
Mijnheer Warnez, ik zal uw vragen gebundeld beantwoorden.
Eerst en vooral, participatieve initiatieven zoals We Need To Talk zijn een goede zaak voor onze democratie. Burgers die zich verenigingen om over maatschappelijke thema’s te discussiëren en aanbevelingen te doen aan de politiek vergroten het draagvlak voor ons democratisch bestel. Principieel is dit heel positief.
Ik heb daarnaast begrepen dat de initiatiefnemers hebben aangegeven dat we moeten opletten niet zomaar aan cherrypicking te doen. Zij zien dit als een bundeling van aan elkaar hangende maatregelen.
Wat betreft de aanbevelingen van het burgerpanel kan ik als bevoegd minister enkel uitspraken doen voor zover het gaat over de lokale en provinciale verkiezingen.
Wat betreft uw vraag om een plafond op de uitgaven aan sociale media in te stellen tijdens de sperperiode, kan ik u meegeven dat de Vlaamse Regering besloten heeft om geen nieuwe verboden of beperkingen op te leggen rond het gebruik van campagnemiddelen. Enkel het verspreiden en verkopen van gadgets en geschenken en het gebruik van commerciële telefooncampagnes blijven verboden. Het wijzigingsdecreet hieromtrent werd reeds tweemaal principieel goedgekeurd door de regering.
Wij werken dus in de schoot van de regering en binnen het kader van het regeerakkoord. Er kan met betrekking tot zo’n plafond voor socialemedia-uitgaven altijd een voorstel komen vanuit het parlement. Indien daar een draagvlak wordt gevonden of een meerderheid om dat te doen, dan is dat mogelijk. Gezien het draagvlak dat er nu is en het Vlaams regeerakkoord, het wijzigingsdecreet dat al voor de tweede keer is goedgekeurd, is dit het kader waarbinnen ik als minister kan en moet en wil werken.
U weet natuurlijk dat er voor de lokale en provinciale verkiezingen wel een plafond bestaat op het maximaal te besteden campagnebudget tijdens de sperperiode. Deze maximumuitgaven blijven ongewijzigd. Het feit dat ze ongewijzigd blijven en sinds 2006 niet meer zijn geïndexeerd, betekent dat het campagnebudget dat we bij lokale verkiezingen gebruiken in reële termen 34 procent lager ligt dan in 2006. De partijen zullen dus meer dan een derde minder kunnen uitgeven dan in 2006 doordat er niet werd geïndexeerd en doordat we de voorbije jaren toch ook een serieuze inflatie hebben gekend. Dat heeft een wezenlijke impact op de financiële mogelijkheden van partijen om campagne te voeren. Dat plafond is de facto toch met een derde gedaald.
Wat betreft het idee van het burgerpanel over de ethische commissie: desinformatie vormt zeker en vast een potentieel gevaar voor onze samenleving. We moeten echter opletten dat we geen Ministerie van Waarheid creëren, dat gaat bepalen wat iemand wel of niet kan zeggen. Als het gaat om boodschappen die tegen de wet ingaan, dan is het oordeel van de bevoegde rechtbank daarin voor mij toch het oriëntatiepunt. Als het gaat om het bestrijden van desinformatie, verwijs ik daarnaast naar de discussie die we daarover onlangs nog hebben gehad in deze commissie. We hadden het toen onder meer ook over de rol van Europa en de geplande Europese verordening specifiek rond politieke reclame, die strengere regels oplegt aan socialemediaplatformen in dat verband. Voor de Vlaamse Regering volgt collega-minister Dalle dit thema op vanuit zijn bevoegdheid voor Media.
Verder ben ik van mening dat politieke partijen ook zelf een verantwoordelijkheid hebben. Ze moeten deontologisch omgaan met het voeren van communicatie en aandacht hebben voor de risico’s van fake news.
Tot slot, en wat uw laatste vraag betreft, ben ik uiteraard bereid een delegatie van We Need to Talk te ontvangen. Het zou, denk ik, ook voor deze commissie interessant kunnen zijn om hen eens uit te nodigen. We zullen zelf een uitnodiging sturen om met hen van gedachte te wisselen en naar hun voorstellen te luisteren. Misschien, voorzitter, maar dat is de autonomie van het parlement, kan het ook eens interessant zijn om die mensen hier eens te ontvangen en naar hen te luisteren. Hun voorstellen en hun ideeën zijn best wel interessant en boeiend.
De heer Warnez heeft het woord.
Dank u wel, minister. Ik denk inderdaad dat we er niet één aanbeveling mogen uit halen. We moeten hier natuurlijk spreken over datgene waarvoor we bevoegd zijn, vandaar dat ik er twee dingen uit haalde waarover we bevoegd zijn.
Ik weet dat de regering al twee keer een beslissing heeft genomen over nieuwe kiesregels. Anderzijds is het niet omdat de regering al twee keer iets heeft beslist, dat het in steen gebeiteld staat. Als er intussen adviezen komen, is het aan de wijsheid van de regering om daar al dan niet rekening mee te houden. Het moet niet, maar het kan, uiteraard, anders moeten we geen adviezen meer vragen of geen vragen meer stellen aan mensen of adviesinstanties. Daar mogen we ons niet achter verschuilen.
Wat de ethische commissie betreft, volg ik u volledig. We moeten inderdaad geen minister van Waarheid hebben. Ik voel wel iets voor het socialemediaplafond. We krijgen geld van de belastingbetaler om politiek werk te leveren. De vraag is of je dan alles op sociale media moet gooien of aan Facebook moet geven. Ik heb het daar moeilijker mee.
Wat de politieke vernieuwing betreft is het tout court misschien een goed idee om daar de komende maanden nog rond te werken. Maar dan moeten we het wat breder trekken dan de twee aanbevelingen. We zitten niet alleen in voorbereiding van verkiezingen, maar ook van de volgende legislatuur. Dat is het ideale moment om politieke vernieuwing door te voeren.
De heer Tommelein heeft het woord.
Wat ons betreft is het het recht van elke partij om de middelen die ze krijgen te besteden waaraan ze willen. We hebben dat altijd al aangehouden. Ik vind een aantal zaken wel en niet. Ik denk dat je een budget geeft en dat je dat dan kunt besteden aan wat je zelf wilt. We zijn geen voorstander van een algemeen plafond op sociale media of strenge regels op dit moment.
Wat betreft de ethische commissie, volg ik de minister. We moeten opletten dat we geen instantie in het leven roepen die bepaalt wat er wel en niet mag worden gezegd. Want ja, wat is de waarheid? Wat is de correcte weergave? Meestal ligt de waarheid wel ergens in het midden.
Is de vraag, en wat hier is gesteld, dan of we dan de ogen moeten sluiten voor fake news? Absoluut niet. Ik denk dat we dat zeker niet mogen doen. We moeten waakzaam blijven. Maar een commissie zal zeker geen oplossing bieden. Het burgerpanel is heel vaag over hoe dat moet worden ingevuld. Misschien, minister, kunt u de vraag stellen als u hen ontvangt, hoe dat effectief moet worden ingevuld.
Het is een breder maatschappelijk probleem. Het gaat ook niet alleen over fake news, het gaat ook over de verschillende aanvallen die op sociale media worden gericht aan hogere personen met een publieke functie. Collega Van Miert heeft er ook in de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) al over gepraat. Ook op internationaal vlak wordt daarover gepraat. Wij hebben daar in Vlaanderen problemen mee, maar in het buitenland zijn die problemen zo mogelijk nog groter, heb ik begrepen. Daar kan de media ondersteunen, maar zal ook sociale media heel wat inspanningen moeten leveren.
Nu, wat betreft de boodschappen die ingaan tegen de wet is het duidelijk. Vandaag bestaat daar al een oplossing voor. Voor boodschappen die tegen de wet in de wereld worden ingestuurd, bestaat ons rechtssysteem om die aan te klagen en te veroordelen.
De heer Ongena heeft het woord.
Voorzitter, ik kan natuurlijk niet veel extra’s zeggen na de sterke tussenkomst van mijn collega en het misschien zelfs nog sterkere antwoord van de minister, maar toch verwijs ik voor de volledigheid heel graag naar het informatieverslag dat we daar in de Senaat over hebben gemaakt, met meer dan 55 aanbevelingen rond de aanpak van desinformatie en fake news. Daarin wordt voor alle duidelijkheid ook heel duidelijk gesteld dat er geen Ministerie van Waarheid moet komen, maar dat we vooral rekenen op de weerbaarheid van mensen. Dat is natuurlijk vooral een bevoegdheid van onze minister van Media, collega Dalle. Ik denk dat we vooral daarop moeten inzetten, zorgen dat mensen zich bewust zijn van wat er allemaal op hun tijdlijn verschijnt en dat ze daar met een zekere kritische blik naar kijken en het niet zomaar voor waar aannemen. Ik denk dus dat we vooral moeten inzetten op het weerbaar, sterker en kritischer maken van mensen, samen met natuurlijk een verantwoordelijkheid voor de socialemediaplatformen, maar ik geloof ook niet dat we heel veel extra regeltjes of beperkingen moeten opleggen.
Minister Somers heeft het woord.
Ik denk dat er heel veel verstandige dingen gezegd zijn. Het enige wat ik mij afvraag, is: wat is dat eigenlijk, de Senaat? (Gelach)
Zouden we die misschien ook niet eens kunnen uitnodigen om daar eens kennis mee te maken? Wat doen die? Wie zijn dat? Vanwaar komen ze? Waar gaan ze naartoe? (Opmerkingen. Gelach)
Ja, ze kunnen misschien hun afschaffing komen toelichten.
Voor de rest denk ik dat er verstandige dingen gezegd zijn. U weet wat het kader is. Ik denk dat we inderdaad partijen financieren om veel meer dingen te doen dan alleen maar op sociale media. Langs de andere kant laat democratie ook vrijheid toe aan politieke partijen om dingen te doen. Ik vind het een boeiend debat. Ik werk als minister binnen het regeerakkoord. En ook daarbinnen probeer ik die regelgeving te actualiseren. De tweede lezing is al gebeurd binnen de regering. Dat komt binnenkort ook naar het parlement.
De heer Warnez heeft het woord.
Ik volg uiteraard de redenering met betrekking tot de ethische commissie. Dat heb ik gezegd.
Wat betreft het belastinggeld dat wij als politieke partijen aan verkiezingsuitgaven besteden, vind ik dat we wel regels mogen opleggen. We doen dat aan lokale besturen en verenigingen ook. Als zij ons geld besteden, leggen we tal van regeltjes op. Dus waarom zouden we dat zelf ook niet mogen doen als het gaat over sociale media?
Wat de Senaat betreft, minister, stel ik in deze commissie vast dat het vooral collega Ongena is die altijd naar de Senaat verwijst en er dus een ongelooflijk geloof in heeft dat die belangrijk werk aan het leveren is. (Opmerkingen van Tom Ongena. Gelach)
De vraag om uitleg is afgehandeld.