Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Minister, helaas blijft racisme steeds weer de kop opsteken in ons voetbal. Op zaterdag 8 oktober was het weer zover, bij de wedstrijd RWDM-Beerschot in eerste klasse B, ook wel de Challenger Pro League genoemd. Een deel van de Beerschotsupporters bezondigde zich aan racistische gezangen in de richting van de supporters van RWDM. Lorin Parys, CEO van de Pro League, reageerde met een tweet waarin hij de racistische uitlatingen als ‘oliedom’ bestempelde. Hij gaf aan dat de bondsprocureur een onderzoek zal starten. Er wordt ook een supportersmeeting georganiseerd met de fans van Beerschot.
Dit incident is het zoveelste in een lange rij in ons voetbal. En wat we in het profvoetbal zien, zien we ook bij de jeugd. De Nationale Kamer in de strijd tegen Discriminatie en Racisme (NKDR) behandelde vorig voetbalseizoen 100 meldingen. Daarvan hadden er 12 betrekking op het profvoetbal, 46 op het volwassen amateurvoetbal en 42 op het jeugdvoetbal.
Zo’n vijftien jaar geleden was er, net als vandaag, ook al een opstoot van racisme in het voetbal. Toen werd een stappenplan ingevoerd. Dat ging van de stadionomroeper die een waarschuwing omriep, over de wedstrijd stilleggen en spelen zonder publiek, tot het daadwerkelijk aftrekken van punten. Die laatste stap, de aftrek van punten, bestaat vandaag niet meer maar is mogelijk cruciaal om clubs en fans toch te responsabiliseren.
Minister, hebt u over dit incident al contact opgenomen met Pro League-CEO Lorin Parys? Wat zijn de maximale straffen die deze fans en hun clubs kunnen verwachten?
In het profvoetbal kan men gaan naar een stadionverbod voor bepaalde fans, maar in het jeugdvoetbal is dat zeker niet zo eenvoudig en heerst er vaak straffeloosheid. Hoe wilt u in het jeugdvoetbal strenger optreden tegen racisme?
Hoe staat u tegenover puntenaftrek voor een club na het definitief stilleggen van een wedstrijd op basis van aanhoudende racistische of andere discriminerende uitlatingen door de fans van die club?
Minister Weyts heeft het woord.
Mijn kabinet heeft inderdaad onmiddellijk contact opgenomen met de Pro League. We zien bij verschillende incidenten de afgelopen tijd dat de CEO van de Pro League tracht op kordate wijze te reageren en deze incidenten natuurlijk afkeurt. Dit past in het nieuwe actieplan van de Pro League, de Koninklijke Belgische Voetbalbond (KBVB), Binnenlandse Zaken, de Voetbalcel en de politie.
De maximale straffen voor supporters zijn niet gering. Voetbalsupporters die zich bezondigen aan racisme en discriminatie in het kader van voetbalwedstrijden kunnen op twee manieren worden gesanctioneerd: enerzijds op basis van de antidiscriminatiewetgeving, anderzijds op basis van de Voetbalwet.
De feiten van racisme en discriminatie in het kader van voetbalwedstrijden vallen, afhankelijk van de locatie van de feiten, onder toepassing van de Voetbalwet. Dergelijke feiten worden gekwalificeerd als aanzetten tot haat of woede ten opzichte van een of meerdere personen. In dat geval zijn er straffen voorzien. Bij schuld kan een geldboete van 250 tot 5000 euro worden opgelegd. Een administratief stadionverbod van drie maanden tot vijf jaar kan worden opgelegd. Of een van die sancties alleen. Minderjarigen kunnen enkel een stadionverbod krijgen.
Deze acties en straffen werden in het kader van het actieplan ‘Samen voor Veilig Voetbal’ aangescherpt, zowel in de wetgeving als in de voetbalreglementering. Dat wil zeggen dat bijvoorbeeld een sanctie zoals een stadionverbod tot tien jaar kan worden opgelegd. Recidive kan zelfs leiden tot een levenslang stadionverbod. Dat is altijd ook gekoppeld aan een perimeterverbod. Dat wil zeggen dat de persoon de perimeter van een voetbalstadion niet mag betreden vanaf vijf uur voor tot en met vijf uur na het einde van een voetbalwedstrijd.
Ook clubs kunnen gestraft worden of aangemaand worden tot acties. De Voetbalwet voorziet sancties voor clubs, maar ook in de reglementen van de voetbalfederatie zelf zijn er ook nog eens mogelijkheden om clubs te bestraffen met onder meer geldboetes, het verbod om wedstrijden te organiseren op eigen terreinen, en het afwerken van wedstrijden achter gesloten deuren.
De Voetbalwet gaat, voor alle duidelijkheid, ruimer dan enkel het profvoetbal in 1A en 1B, en reikt ook tot het amateurvoetbal in eerste nationale en de amateurreeksen 2 en 3, het vrouwenvoetbal in de twee hoogste nationale afdelingen, de Belgische nationale voetbalploegen bij de mannen en de vrouwen, en de nationale jeugdwedstrijden vanaf U13 van de clubs die uitkomen in 1A, of de voetbalstadions waar de Belgische nationale voetbalploegen van de mannen, vrouwen en de jeugd vanaf U13 spelen.
Er zijn dus wel krachtige instrumenten voorhanden. Ik denk dat die beter kunnen worden ingezet vooraleer we nog nieuwe maatregelen bedenken.
Ik verwijs graag naar de hoorzitting met Voetbal Vlaanderen in deze commissie, die toch specifiek in dat kader werd georganiseerd. Zij hebben hier een duidelijk overzicht gegeven van initiatieven en maatregelen allerhande. Zij hebben blijk gegeven van het feit dat zij absoluut de wil hebben – en daartoe ook de middelen en de energie hebben geïnvesteerd – om structureel iets aan dit probleem te doen. Er is een nieuw actieplan. Ook de slogan ‘#doedegijdatthuisook’ is een duidelijke stap om de sportiviteit op alle vlakken verder aan te pakken. Ik heb dat vorige week nog aangehaald in de plenaire vergadering. Dit plan richt zich niet alleen tot spelers en trainers, maar probeert ook supporters en ouders te betrekken. Er wordt sinds dit seizoen in alle jeugdreeksen ook gewerkt met een fair play-klassement, naast de gewone rangschikking. Ook met betrekking tot de implementatie van de aanspreekpunten Integriteit in de voetbalclubs neemt Voetbal Vlaanderen echt wel een voortrekkersrol op.
Er is toch een wezenlijk verschil tussen de supporter bij de eerste ploeg in het profvoetbal of in de amateurreeksen en de supporter bij jeugdwedstrijden, waar het veeleer gaat over ouders en familieleden van de spelers in kwestie. Dat is een ander publiek, een andere en soms veel nauwere betrokkenheid ook. Dat vereist een andere set van maatregelen. Laat ons toch maar bewust zijn van de moeilijke evenwichtsoefening tussen preventie en repressie. Laat ons er toch ook van uitgaan dat we in het jeugdvoetbal via andere maatregelen dan straffen, die er ultiem misschien wel moeten kunnen zijn, tot gedragsverandering kunnen komen.
Dit is een werk van lange adem. De rol van ouders en supporters is effectief cruciaal, ook voor wat betreft de waardering en appreciatie van de scheidsrechter. Net daarom lanceerde het Centrum Ethiek in de Sport een nieuwe toolbox en organiseerde het een vorming over dit thema. Dat is nog niet naar buiten gekomen. Dat zal voor volgende maand zijn.
Dan is er nog de discussie over puntenaftrek voor foutief gedrag. Op die manier ga je de sporters op alle niveaus, zeker als je dit doortrekt tot de lagere niveaus, bestraffen voor zaken waar zij totaal geen controle over hebben. Dan voorspel ik heel veel discussies over competitievervalsing. Een sportwedstrijd wordt gespeeld om een resultaat te behalen. Als er dan enkelingen in de marge van het sportgebeuren zondigen en je straft daarvoor de prestaties van de sporter … Ik weet ook niet wat het effect daarvan is op jeugdige sporters, ook gelet op de hoeveelheid ouders en familieleden langs de zijlijn. Ik stel voor dat daarover toch wat meer wordt nagedacht vooraleer dat zomaar uit te vaardigen. Ik vind het alleszins prima facie geen goed idee. Bovendien komen beslissingen over dergelijke specifieke maatregelen niet mij maar de sportfederaties toe.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Minister, u geeft een heel lange opsomming. Maar als het allemaal zo goed zou werken, dan zouden we niet bijna elke week in de plenaire vergadering en in de commissie Sport vragen stellen over dat racisme en over geweld bij het voetbal. U zegt bijvoorbeeld dat preventie bij jongeren genoeg is, omdat straffen bij jeugdvoetbal niet tot gedragsverandering leidt. Het zal u misschien verbazen, maar ik geloof wel in strenge straffen bij jeugdvoetbal voor wie zich bezondigt aan racisme. Want als het zou helpen, dan zou ik hier niet zitten met mijn vragen. Week na week zien we voorbeelden van supportersgeweld of discriminatie terugkomen. Afgelopen week nog waren er vuurpijlen van de Anderlechtfans. Het geweld en de discriminerende opmerkingen die we zien in eerste klasse en tweede klasse zien we ook bij het amateur- en jeugdvoetbal. Daar mag u zich niet voor wegsteken, minister.
Voetbal Vlaanderen bevestigt dat het aantal klachten inderdaad zeer hoog ligt. Als gezinsuitstap naar het voetbal gaan, betekent de dag van vandaag een risico nemen. Respect voor elkaar is op vele plaatsen weg. In een eerdere hoorzitting van Voetbal Vlaanderen – u verwees ernaar – kregen we te horen dat de overgrote meerderheid van de klachten over discriminatie en racisme, maar liefst 88 procent ervan, uit het amateur- en jeugdvoetbal komt. En daarvoor bent ú bevoegd. Daarom stel ik die vraag hier.
Als je kijkt naar de straffen die door de Nationale Kamer in de strijd tegen Discriminatie en Racisme worden uitgesproken, dan zie je – en meten is weten – dat er op honderd sancties één keer sprake was van een match achter gesloten deuren. Het gaat vooral over alternatieve sancties voor de daders. De vraag die moet worden gesteld is of die wel genoeg effect hebben voor sommige hardleerse daders.
Minister, hoe staat u tegenover een hardere sanctie? U hebt een beetje aangegeven dat u daar niet voor bent en dat verwondert mij. Hoe staat u eigenlijk tegenover hardere sancties, zoals een wedstrijd zonder publiek, zodat de spelers en de scheidsrechters die match eens kunnen afwerken zonder gedoe langs de zijlijn? Ik dank u.
De heer Brusselmans heeft het woord.
Collega, het is mijns inziens volledig terecht dat u bepaalde problematieken die er nog steeds zijn, hier op tafel legt. Maar stellen dat een gezinsuitstap naar een voetbalwedstrijd vandaag de dag een risico inhoudt, is toch een beetje alles op flessen trekken. Ik weet niet hoe vaak u stadions zoekt, maar ik probeer, als de tijd het mij toelaat, zowel het professioneel voetbal als het amateurvoetbal en als het nog even kan de jeugdploegen ook af te schuimen tijdens het weekend en ik heb me daar zelden of nooit onveilig gevoeld. En ik denk de vele supporters met mij niet.
Integendeel zelfs, in die vijftien jaar dat ik stadions afschuim, zie ik voetbal veranderen in positieve zin. Er zijn naar mijn aanvoelen net mínder incidenten, het is allemaal braver geworden, het wordt allemaal meer gefnuikt. Er zijn bepaalde goede maatregelen bij, die verandering is ook positief in die zin. Maar we mogen daar toch ook niet te ver in gaan. Supporters worden vandaag al met een vergrootglas bekeken, we zitten op professioneel niveau met een verplichte combiregeling voor niet-risicowedstrijden. Dat is een bevoegdheid van de Pro League, maar toch. We hebben stadionverboden die worden uitgeschreven zonder enig bewijs. De procedure daar is verre van transparant. Zelfs Vlaamse leeuwen worden tegenwoordig bij sommige clubs en wedstrijden in beslag genomen wegens provocerend, terwijl de Waalse haan mag blijven wapperen, terecht overigens.
Dus kom, laten we alles toch in perspectief plaatsen. Het is goed dat er dingen gebeuren en dingen bewegen, zoals de campagnes waarover het trouwens ook al in de plenaire vergadering ging, maar laten we toch de redelijkheid wat bewaren. Wat bijvoorbeeld de puntenaftrek betreft, geef ik de minister volledig gelijk.
De heer Van Dijck heeft het woord.
Ik wil toch even inspelen op de verontwaardiging van collega Lambrecht naar deze minister toe. Als er echt gesanctioneerd moet worden, is dat niet de bevoegdheid van de minister van Sport. Er zijn verschillende instanties. De zeer extreme en daarmee bedoel ik de grote overtredingen, die moeten door het gerecht vervolgd worden. Anderzijds zijn er ook maatregelen die genomen kunnen worden door federaties en clubs.
Ik ga ook niet helemaal mee met het verhaal van te snel een stadionverbod of dergelijke. Met sommige zaken ben ik het wel eens. Ik herinner me Lens dat tegen Anderlecht kwam spelen en dat vanuit Noord-Frankrijk Vlaamse leeuwen bij had. Die werden in beslag genomen omdat het provocerend was, maar men wist blijkbaar niet dat die vlag ook het symbool was van die regio in Noord-Frankrijk.
Er mag wel degelijk streng opgetreden worden, maar het is ook een oproep naar diegenen die de bevoegdheid hebben om streng op te treden om dat ook te doen.
Minister Weyts heeft het woord.
De objectieve vaststelling – en ik kan dat getuigen als sportfan, ook als voetbalfan – dat er meer werk aan de winkel is in het voetbal dan in andere sportdisciplines is onmiskenbaar. Ik frequenteer regelmatig volleybal, basketbal, hockey, noem maar op. Daar zijn de incidenten veel beperkter dan bij het voetbal. Dat is juist. Ik moet dat erkennen. Maar evengoed weten we dat we die cultuuromslag niet met een straffer arsenaal zullen kunnen bewerkstelligen. Er zijn momenteel ongelooflijk veel acties die op het getouw gezet worden en waarbij Voetbal Vlaanderen toch ver zijn nek uitsteekt en concrete initiatieven neemt en daar de nodige middelen tegenover plaatst.
Ik wil daar nog aan toevoegen dat we misschien nog veel meer moeten kijken in de richting van de topsporters want er is het kopieergedrag dat je altijd vaststelt. Topsporters zijn een voorbeeld. Ze kunnen dat zijn in een positieve zin, maar ook in negatieve zin, waarbij bepaalde handelingen, het tonen van agressie of het vieren van een doelpunt op een obscene manier altijd zijn vertaalslag vindt naar de jeugdwedstrijden en de jeugdvelden. Ook daar moeten we toch wel eens het debat durven aangaan met de profvoetballers in kwestie, dat ze zich terdege bewust moeten zijn dat hun gedrag, zowel in positieve als in negatieve zin, altijd een effect en invloed heeft op jonge spelertjes en dat ze misschien ook meer naar die wetenschap mogen handelen.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Minister, dank u wel. 88 procent van de klachten over racisme en discriminatie komt uit het jeugdvoetbal, het amateurvoetbal. Ik vind dat niet uit. Dat zijn de cijfers. Ik vind die cijfers niet normaal. Ik hoop echt dat u dat nooit normaal vindt. Ik blijf erbij dat u als minister meer zou moeten zeggen dat er zeer streng moet worden opgetreden tegen die kleine groep die het verbrodt voor de kleine groep voetballers en supporters die daar eigenlijk ook niet mee akkoord gaan.
De vraag om uitleg is afgehandeld.