Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister-president, op 10 maart 2022 berichtten verscheidene media dat er een voorbereidend akkoord zou bestaan rond zogenaamde transnationale lijsten. Dat zou zijn afgesproken door de grotere Europese fracties in het Europees Parlement. De overeenkomst voorziet dat elke Europese burger, naast zijn eerste stem binnen zijn eigen land – en in ons land binnen zijn eigen deelstaat – ook nog een tweede stem zou kunnen uitbrengen voor een lijst met kandidaten vanuit meerdere lidstaten. Deze transnationale lijst zou 28 nieuwe zetels beslaan, in aanvulling van de bestaande 705 zetels die nog steeds verkozen worden door nationale of deelstatelijke lijsten.
De transnationale lijst kent, zeker voor ons land, mogelijk negatieve gevolgen. Er zijn bijvoorbeeld veel meer inwoners, meer kiesgerechtigden in de grotere lidstaten zoals Duitsland, Frankrijk, Spanje en Italië dan dat er zijn in België, Oostenrijk en Denemarken. Bij de Europese verkiezingen bestaat het zeer reële risico dat een aanzienlijk deel van de kiesgerechtigden vooral kijkt naar de nationale oorsprong van de kandidaten en op basis daarvan zijn stem uitbrengt. Want laten we eerlijk zijn, wie kent kandidaten uit andere lidstaten? Men volgt uiteindelijk de nationale media en men kent eigenlijk amper kandidaten uit andere lidstaten.
Het gevolg hiervan zou een oververtegenwoordiging kunnen zijn van Duitse, Franse en Spaanse kandidaten voor die 28 zetels. Op die manier knippen de transnationale lijsten de band tussen Europese parlementsleden en hun kieskringen door, die net zo belangrijk is voor de legitimiteit van het Europees Parlement.
In een volgende stap zal het Europees Parlement stemmen over die overeenkomst. Het is dus een deal die is gesloten tussen de grotere fracties. Finaal zal de Europese Raad met unanimiteit over dit akkoord moeten beslissen, en dat is natuurlijk een heel belangrijke stap.
Minister-president, gelet op het belang van deze ontwikkeling krijg ik graag een antwoord op mijn vragen. Heeft de Vlaamse Regering hierover een positie ingenomen? Vond er al intra-Belgisch overleg plaats hierover, aangezien dit onder meer naar de Europese Raad zal gaan? Wat werd er dan besproken? Met welke output? Wordt er binnenkort zo’n overleg gepland? Welk standpunt wordt finaal door België ingenomen?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Het besluitvormingsproces over de kieswetgeving voor de komende Europese verkiezingen, met daarin ook de optie om te werken met transnationale lijsten, loopt momenteel, zoals u zelf hebt geschetst, nog binnen het Europees Parlement. De plenaire vergadering van het Europees Parlement heeft zich hierover nog niet uitgesproken.
Wanneer het zover komt – maar dat is dus nog geen zekerheid – zal deze kwestie ook aan de orde worden gebracht in de Raad Algemene Zaken. Momenteel is de discussie hierover tussen de lidstaten binnen de Raad nog niet opgestart. Dat kan ten vroegste eind mei of begin juni worden verwacht.
Bijgevolg is een Vlaamse of Belgische standpuntbepaling momenteel nog niet aan de orde. De Vlaamse Regering heeft daar ook nog niet over gesproken.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister-president, ik begrijp dat het nog in een voorbereidende fase zit. Einde maart is gebleken dat het principe eigenlijk wel is goedgekeurd in de commissie Institutionele Zaken. Daar is al een stemming geweest om op de transnationale lijsten ook de spitzenkandidaten te zetten. U zult zich herinneren dat dit bij de laatste verkiezing was afgevoerd, maar bij de verkiezing daarvoor enorm werd gepusht. Blijkbaar is het de bedoeling om die spitzenkandidaten op zulke transnationale lijsten te zetten. Dit werd in de commissie Institutionele Zaken van het Europees Parlement al gestemd.
Anderzijds zou er ook sprake van zijn dat er in de grootste lidstaten wordt gewerkt met een kiesdrempel van 3,5 procent. Dat is een wijziging ten opzichte van het moment waarop ik mijn vraag om uitleg heb ingediend.
Ik begrijp dat het nog niet ter sprake is gekomen op het intrafederaal overleg, maar ik hoop dat de Vlaamse Regering hierover een duidelijk standpunt inneemt zodat we daar vanuit Vlaanderen rekening mee zouden houden en dat we daar niet mee worden geconfronteerd op het ogenblik dat de Raad dit zou beslissen en de 28 kandidaten via transnationale lijsten worden opgedrongen. Ik blijf erbij dat daarvoor geen enkele democratische legitimiteit is. Ik hoop dat de Vlaamse Regering zich daar goed op voorbereidt.
De vraag om uitleg is afgehandeld.