Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Vraag om uitleg over de handhavingsdossiers in het kader van het verplichte terugkommoment in de rijopleiding
Verslag
– Deze vragen om uitleg werden via videoconferentie behandeld.
De heer Van Miert heeft het woord.
Eerst en vooral, mijn oprechte dank aan collega Brouns voor zijn flexibiliteit in het herhaaldelijk uitstellen van deze vraag. Ik zal mijn inleiding dan ook vrij kort houden, het is duidelijk waar het over gaat.
Het terugkommoment is al heel veel aan bod gekomen in deze commissie en het liep niet allemaal van een leien dakje. Ik heb daarom ook nog eens de getallen vernoemd: 6500 beginnende bestuurders die het terugkommoment nog niet gevolgd hebben en toch meer dan 4000 die in een handhavingsprocedure zijn terechtgekomen.
Minister, ik had voor u dus deze meer dan voor de hand liggende vragen.
Wat is de stand van zaken met betrekking tot de beginnende bestuurders die zich nog moeten inschrijven?
Hoeveel van die jongeren die eigenlijk met dat proces-verbaal zitten, hebben zich alsnog opnieuw geregistreerd?
De heer Brouns heeft het woord.
Het is een gekoppelde vraag, dus de inhoud gaat inderdaad over hetzelfde: vragen over het verplichte terugkommoment in de rijopleiding. Misschien is het toch goed om eens heel even op de cijfers in te zoomen, zodat ze ook voor iedereen heel duidelijk zijn.
Door de sluiting van de rijscholen ten gevolge van de lockdown in het kader van corona – die gelukkig en hopelijk voor heel lang achter ons ligt, wat mij betreft definitief –, is de termijn van het terugkommoment verlengd met vier maanden. Volgens de cijfers die wij van het kabinet recentelijk hebben ontvangen, moesten 41.885 beginnende bestuurders in 2021 dat terugkommoment volgen. Vorig jaar hebben 34.900 beginnende bestuurders dit ook daadwerkelijk gedaan binnen hun eerste termijn. De andere groep van 6980 bestuurders heeft dus een aanmaningsbrief ontvangen, waarop nogmaals 2672 bestuurders het moment binnen hun aanmaningsperiode hebben gevolgd. Van de overblijvende groep hebben 1698 bestuurders het moment ondertussen wel gevolgd, maar niet meer in hun eerste of in deĀ aanmaningsperiode, en hebben 2610 bestuurders het moment nog steeds niet gevolgd.
Dit betekent dat inderdaad 4308 handhavingsdossiers zijn opgemaakt voor de jonge autobestuurders die het opvolgingsmoment niet of niet tijdig hebben gevolgd. Voor de volledigheid, zo’n opvolgingsmoment kost 108 euro.
Minister, welke verklaring hebt u voor de hoge afwezigheidscijfers?
Welke acties zult u ondernemen om die cijfers naar de toekomst toe te verminderen om zo het absenteïsme zo laag mogelijk te houden?
Wilt u in de context van de evaluatie ook kijken of er enigszins invloed zou kunnen zijn geweest door de kost van dat opvolgingsmoment? Heeft die daar eventueel een impact op gehad? Is dat al bevraagd of bekeken in relatie tot diegenen die het moeten organiseren? Tot daar mijn vragen.
Minister Peeters heeft het woord.
Bedankt voor de vragen rond het terugkommoment en dan zeker de inschrijvingen en de afwezigheidscijfers daaromtrent.
Wat weten we op dit ogenblik? De 23.131 beginnende bestuurders van wie de initiële periode om het terugkommoment te volgen in 2022 ligt, hebben dit op dit ogenblik nog niet gevolgd. Heel wat van die mensen zullen intussen wellicht ingeschreven zijn, maar op de juiste cijfers van wie zich allemaal heeft ingeschreven, van wie allemaal geregistreerd is, hebben we tot nu toe nog geen zicht.
Deze cijfers bereiken ons pas nadat de beginnende bestuurders effectief het terugkommoment hebben gevolgd bij een erkende instelling. Vandaag kunnen we daar nog niet heel veel duidelijkheid rond geven.
Van de 6980 beginnende bestuurders die een aanmaningsbrief ontvingen, volgden er 2672 het terugkommoment nog in de aanmaningsperiode; 1698 bestuurders volgden het terugkommoment na hun aanmaningsperiode, maar er werd wel een handhavingsdossier opgemaakt; 2610 bestuurders hebben het terugkommoment nog niet gevolgd, ook voor deze groep wordt er uiteraard een handhavingsdossier opgemaakt. Dat betekent 4308 handhavingsdossiers.
De erkende instellingen hebben voor voldoende capaciteit gezorgd om de wachttijden, naar aanleiding van de verplichte sluiting door covid, weg te werken. Men kan het excuus ‘ik kan nergens terecht’ niet gebruiken. Er is meer dan voldoende capaciteit.
De redenen waarom het terugkommoment niet gevolgd wordt, kunnen zeer divers zijn: brieven die niet gelezen of ontvangen worden; informatie met betrekking tot het terugkommoment in de media die niet wordt opgepikt; studies, vakantiejobs, hobby’s die de prioriteit krijgen; uitstelgedrag; financiële redenen; uitstel bijvoorbeeld wegens ziekte. Elke denkbare reden wordt gebruikt.
Er wordt momenteel gewerkt aan een nieuwe campagne om de betrokken jonge bestuurders nog makkelijker de weg te laten vinden naar het terugkommoment. We denken aan social media en YouTube. We roepen ook op om zich tijdig te registreren. Het is de bedoeling dat deze campagne nog dit voorjaar wordt uitgerold. Gekoppeld aan deze nieuwe campagne zal ook de brochure die de kandidaat meekrijgt, meteen na het slagen voor het praktijkexamen, een update krijgen zodat iedereen op de hoogte is.
De kostprijs is uiteraard afhankelijk van de inhoud. Het terugkommoment bestaat zowel uit een theoretisch als uit een praktisch gedeelte. Er moet dus niet alleen een lokaal worden voorzien. Erkende instellingen hebben een vrij ruim oefenterrein nodig, meerdere lesvoertuigen, meerdere lesgevers enzovoort. Bovendien draagt de overheid op dit ogenblik al een kost van 20 euro per deelnemer, om de kost voor de deelnemer te drukken. Het is niet de intentie om daar direct verandering in te brengen.
De heer Van Miert heeft het woord.
Minister, in ieder geval bedankt voor uw antwoord. Ik heb geen bijkomende vragen, wel twee zaken die ik nog even wil meegeven.
De voldoende capaciteit is een heel belangrijk gegeven, denk ik, en vooral de nieuwe campagne die u daar aangeeft, via de kanalen waarmee we de jeugd het beste kunnen bereiken. Als die dit voorjaar nog opstart, worden de zaken gedaan die gedaan moeten worden om de redenen die u allemaal opnoemt, de heel diverse redenen om dingen niet te doen, en doen we er als organiserende overheid alles aan om de zaken in orde te houden.
Ik kijk dus uit naar de nieuwe campagne. We zullen kijken welk effect dat in de toekomst zal hebben om de mensen opnieuw te krijgen naar waar ze moeten komen. Ik heb dus geen bijkomende vragen, minister, en dank u voor uw antwoord.
De heer Brouns heeft het woord.
Dank u voor uw antwoord, minister. We moeten dit toch zeer nauw blijven opvolgen. Het afwezigheidspercentage ligt op dit ogenblik toch veel te hoog. We gaan ervan uit dat het terugkommoment een heel belangrijk moment is in de ontwikkeling naar goede en veilige chauffeurs. Dat is noodzakelijk opdat je je optimaal veilig kunt bewegen in het verkeer. Een grondige analyse van al de verschillende redenen van afwezigheid is op zijn plaats. Daarom is er ook de vraag naar het financiële aspect. Alles heeft zijn kosten, dat begrijp ik ook, niets kan meer gratis in deze tijd. Maar als blijkt dat een substantieel aandeel van die afwezigheid toch te maken heeft met dat bedrag, moeten we daar misschien naar durven te kijken. Dat zou eigenlijk de laatste drempel moeten zijn, wat mij betreft.
Ik denk ook dat het goed is dat we dat terugkommoment blijven evalueren en ook het belang ervan aantonen, dat we er eventueel studiegewijs naar kijken wat het verschil kan zijn tussen degenen die dat volgen en degenen die dat niet volgen. We moeten aantonen via campagnes en dergelijke dat het heel belangrijk is om te komen tot die competenties en vaardigheden die je echt wel nodig hebt in het verkeer. Dat zal dan misschien ook een deel zijn van de grondigere evaluatie die nog loopt in het kader van de rijopleiding.
Ik heb verder ook geen bijkomende vragen.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.