Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Segers heeft het woord.
Ik wil ook graag de collega's trakteren op een gedicht. Eigenlijk zijn het twee korte gedichten omdat ik niet kon kiezen tussen twee dichters van wereldformaat. De eerste is Donald Trump. Hij heeft een prachtige dichtbundel geschreven, maar weinigen weten dat. ‘It is a little known alternative fact that the 54th president Donald Trump has long been a remarkable poet.’
Very Dishonest Media
The BBC is in total disarray
The failing New York Times gets worse and worse by the day
The leaks are absolutely real.
The news is fake.
I’m turning to Fox News where we get a fair shake
Watched Saturday Night Live hit job on me
I don’t call it thin-skinned. I'm angry.
Geef toe, dit is toch wel een prachtig gedicht. Maar nu ernstig en in dezelfde sfeer over de constante zoektocht die wij allen hebben naar de waarheid. Het is een gedicht van Wislawa Szymborska, een Poolse dichteres die een Nobelprijs heeft gewonnen. Het heet ‘Utopia’.
Utopia
Het eiland waar alles wordt opgehelderd.
Hier kan men op vaste bewijsgrond staan.
Er zijn geen andere wegen dan de toegangsweg.
De struiken buigen door van alle antwoorden.
Hier groeit de boom van het Juiste Vermoeden
met eeuwig ontwarde takken.
De verblindend simpele boom van het Begrijpen
bij de bron die Ah Dus Zo Zit Het heet.
Hoe dieper het bos in, des te breder
het Dal der Vanzelfsprekendheden.
Rijzen er twijfels, dan verjaagt de wind ze.
De Echo neemt ongeroepen het woord
en verheldert graag de geheimen van de werelden.
Rechts de grot waar de Betekenis ligt.
Links het meer van de Diepe Overtuiging.
De waarheid maakt zich los van de bodem en drijft zachtjes omhoog.
Boven het dal torent de Onwankelbare Zekerheid op.
Vanaf haar top strekt zich het Wezen der Dingen uit.
Ondanks al deze verlokkingen is het eiland onbewoond
en de vage voetsporen die je op de kusten ziet
wijzen zonder uitzondering in de richting van de zee.
Alsof men hiervandaan alleen vertrekt
en onherroepelijk in het diepe onderzinkt.
In een leven dat niet te doorgronden is.
Minister, DPG Media, fusie van het vroegere Medialaan en De Persgroep, wil nog dit jaar een betalende streamingdienst lanceren. Of die de vorm zal aannemen van een Vlaamse Netflix die de content van de verschillende omroepen en distributeurs bundelt, valt vooralsnog te betwijfelen. De onderhandelingen zouden in het slop zitten, zo laat een waarnemer optekenen in De Tijd van 22 januari 2020. Tegenstrijdige visies over hoe het platform er moet uitzien en wie de touwtjes in handen kan of mag houden, zorgen ervoor dat een gezamenlijke streamingdienst nog niet voor morgen is.
Er wordt tevens opgetekend dat, mocht er wel een akkoord worden gevonden, er vervolgens nog zeer complexe discussies moeten worden gevoerd over rechtenverdeling, de abonnementsformule en de vraag of de VRT dan nog de verschillende doelgroepen kan bereiken zoals de beheersovereenkomst voorschrijft.
VTM waagt ondertussen alvast de sprong, met of zonder bijkomende partners, maar algemeen directeur van DPG Media, Dirk Lodewyckx, onderstreepte nogmaals in De Morgen van 22 januari 2020 dat men van de Vlaamse Regering verwacht dat die een Vlaamse Netflix faciliteert, niet sponsort – er is genoeg ondernemerschap om die paddenstoel vanzelf te laten groeien –, maar wel in een omgeving waar die risico's genomen kunnen worden.
Minister, u hebt oren naar die vraag, maar wilt geen uitspraken doen over hoe de verschillende mediaspelers in Vlaanderen de krachten moeten bundelen. U geeft aan in De Morgen van 22 januari 2020: “Wel heb ik aangegeven dat de openbare omroep en het Vlaams Audiovisueel Fonds belangrijke gesprekspartners zijn voor het aanbieden van een uitgebreide catalogus voor Vlaamse content. Ik wil de verschillende spelers rond de tafel brengen, ook om te kijken hoe we dit verder kunnen faciliteren (…)”
Minister, ik had graag een stand van zaken ontvangen omtrent dit dossier en wil u hierbij volgende vragen voorleggen. Hebt u reeds gesprekken gevoerd met DPG Media over de concrete verwachtingen die men heeft van de Vlaamse Regering en die ook in het regeerakkoord zijn meegenomen? Kunt u toelichten wat men bedoelt met een “omgeving waar risico’s genomen kunnen worden”? Hoe strookt dit met het voornemen in het Vlaams regeerakkoord dat de VRT vanuit een rendabel businessplan in dit project mee moet stappen?
Kunt u ondertussen aangeven in welke mate u geneigd bent om mee te gaan in eerdere verzuchtingen van DPG Media, zoals deze door Kris Vervaet verwoord werden op het VRM-symposium (Vlaamse Regulator voor de Media) van 18 november jongstleden, en dan met name dat bijkomende maatregelen wenselijk zijn om ‘ad-skipping’ onmogelijk te maken, financiering voor media-innovatie, zoals vanuit Media Invest, af te leiden naar een Vlaamse Netflix en onbeperkt gratis bingewatchen via VRT NU te ontmoedigen. Hebt u daarover gesprekken gevoerd met DPG Media? Zo ja, welke conclusies en eventuele beleidsacties verbindt u daaraan? Kunt u ons uw standpunt ter zake toelichten?
In welke mate kan volgens u de openbare omroep verplicht worden om zijn content niet langer gratis ter beschikking te stellen op VRT NU, maar voor te behouden voor een Vlaamse Netflix?
Hebt u ondertussen nog gesprekken gevoerd met experts over de haalbaarheid en financiële leefbaarheid van een Vlaamse Netflix, in het licht van de veranderende context, namelijk de komst van nieuwe streamingdiensten op de Vlaamse markt, sinds de laatste Econopolisstudie uit november 2018? Zo ja, wat is daar de uitkomst van? Zo nee, op welke basis zult u oordelen of er sprake is van een rendabel businessplan?
Minister Dalle heeft het woord.
Collega Segers, dank u voor uw vragen over een belangrijk thema. Het wordt de ‘Vlaamse Netflix’ genoemd. Als het gelanceerd wordt, zal het misschien een andere naam hebben, maar het is wel een belangrijk thema. Om twee redenen steunt de Vlaamse Regering dat.
Ten eerste gaat het over de belangen van de Vlaamse kijker. Wat wil de Vlaamse kijker? Die wil goede content beschikbaar hebben, een groot gratis aanbod, evident, maar ook een mooi betalend aanbod, waarbij die Vlaamse content prominent aanwezig kan zijn en waarbij al het mooie dat in Vlaanderen wordt gemaakt, op een goede manier beschikbaar kan zijn. Daarom staat de kijker centraal. Het gaat hier inderdaad over de belangen van de kijker.
Tweede punt is de rentabiliteit van de sector. We weten dat de volledige sector het moeilijk heeft. De openbare omroep en de private spelers zijn op zoek naar extra inkomsten. We hebben vastgesteld dat de ‘subscription video on demand’ (SVOD) een ‘booming business’ is die uit Californië naar hier komt en dat onze Vlaamse sector daar vandaag weinig inkomsten van heeft. Daarom vinden wij het belangrijk om dit goed te bekijken en daar de openbare omroep ook bij te betrekken. Ik heb natuurlijk contacten gehad met de private spelers, ook met DPG Media rond verschillende thema's en ook rond dit dossier. De analyse die wij maken en die gedeeld wordt in de sector is dat zo’n Vlaamse Netflix maar echt succesvol kan zijn als de verschillende spelers – de private en ook de openbare omroep – de handen in elkaar slaan. Dit is essentieel. Daarom ondersteunen wij dat effectief en brengen we de mensen daar graag rond samen, en hebben we ook aan de publieke spelers, de openbare omroep en het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF), aangegeven dat wij het goed vinden dat men daar op een constructieve manier in mee kan gaan.
Ook bij de VRT is men zich daarvan bewust. Er zijn al verschillende gesprekken geweest. Die worden de komende weken en maanden zeker voortgezet.
Het is inderdaad belangrijk – maar dat is een breder thema – dat er een goede samenwerking is tussen alle spelers. Dat is de essentie van mijn beleidsnota: een sterke openbare omroep maar zeker ook in een sterk medialandschap, waarbij men elkaar wederzijds versterkt door goede samenwerking.
Moeten we de openbare omroep verplichten om samen te werken, en wat betekent dat dan voor VRT NU? Natuurlijk gaat het erover dat er onderhandelingen moeten zijn. De VRT wordt verplicht om die onderhandeling aan te gaan, absoluut, maar het blijft een commerciële onderhandeling. Het gaat over de vragen wat de voorwaarden en vergoedingen zijn en hoe het zit met rechten en dergelijke meer. Dat is een commerciële onderhandeling en die moet gevoerd worden, op een constructieve manier. We moeten er natuurlijk ook rekening mee houden dat de VRT er conform de huidige en ook de toekomstige beheersovereenkomst moet zijn voor alle Vlamingen en dus moet streven naar een universeel bereik. Het kan dus niet de bedoeling zijn dat producties die voor de VRT gemaakt worden, enkel nog betalend beschikbaar zouden zijn. Dat is uiteraard niet de bedoeling. Een betalend aanbod via een Vlaamse Netflix is zeker te bekijken – en de voorwaarden daarvoor moeten het onderwerp zijn van een commerciële onderhandeling –, maar dat mag niet betekenen dat een Vlaamse Netflix de enige manier wordt om die content te bekijken. Los daarvan denk ik dat er afspraken moeten kunnen worden gemaakt, ook over de beschikbaarheid via VRT NU.
Wat de experts betreft, begrijp ik dat er hier vorige week nog een goede gedachtewisseling heeft plaatsgevonden, onder meer met een van de experts, Dirk Wauters. Ik heb ook begrepen dat die experts, van wie we er een aantal op het kabinet ontvangen hebben, vasthouden aan de conclusies van een studie, namelijk dat die SVOD-diensten doorgang vinden in Vlaanderen en dat er wel degelijk een rendabel businessmodel mogelijk moet zijn voor een Vlaams initiatief, op voorwaarde natuurlijk dat daar een goede samenwerking rond bestaat.
Als het gaat over de specifieke analyse van een rendabel businessplan op het niveau van die Vlaamse Netflix als dusdanig of op het niveau van die bijdrage van de openbare omroep, kan ik vandaag geen uitspraken doen, omdat dat natuurlijk deel moet uitmaken van de onderhandelingen, die lopende zijn. Ik kan daar geen uitspraak over doen en het is ook niet aan mij om die onderhandelingen te voeren, maar aan de openbare omroep. Ik ga ervan uit dat die onderhandelingen op een constructieve manier lopen, met als centrale belangen het belang van de Vlaamse kijker – uiteraard – en de welbegrepen commerciële belangen van de verschillende spelers.
Dank u wel, minister. U hebt me een beetje gerustgesteld. Ik vind het heel positief dat u zegt: ‘Ons uitgangspunt als beleidsmakers moet dat van de kijker zijn.’ Dat is een cruciale factor en het is ook de leidraad die ik zelf voor ogen houd. De Vlaming betaalt via zijn belastingen voor een sterke, krachtige en kwalitatieve openbare omroep. Dat moeten we zo houden. De Vlaming is trouwens ook bereid om te betalen, getuige het succes van Netflix bijvoorbeeld.
Nu, zoals u ook aangaf, spelen in tweede instantie ook de belangen van ons media-ecosysteem mee. We zitten met een geconsolideerde situatie, met nog twee sterke mediagroepen aan de ene kant en een sterke VRT aan de andere. Ook die commerciële belangen zijn belangrijk, want ook zij werken in het belang van de Vlaming. Dat DPG Media nu volop inzet op het digitale, is zeer begrijpelijk en ook belangrijk. Op Apache is onlangs een artikelenreeks verschenen die toch wel een ontluisterend beeld schetst van het management van DPG Media. Het zit in slechte papieren, ten eerste omdat de reclame-inkomsten dalen. De inkomsten op digitale reclame stijgen, maar gaan niet naar DPG Media, maar in eerste instantie naar Google en Facebook. Dat is een reëel probleem. Een tweede reden waarom het bij DPG Media niet zo goed gaat, is dat de inkomsten uit de digitale media nog te klein zijn en dat de inkomsten uit printmedia volop dalen.
Ik heb er dus absoluut begrip voor dat ze die digitale kaart trekken. Een platform à la Netflix is op twee vlakken zeer goed, enerzijds omdat het zekere inkomsten brengt, want per abonnement haal je toch zo’n 120 euro per jaar op. Via een streamingdienst kun je anderzijds ongelooflijk veel data verzamelen over wie naar welke programma’s kijkt, en die data zijn interessant voor adverteerders. Daar is DPG Media veel te laat mee begonnen, terwijl dat wel de data zijn waar Google, Facebook en Netflix al vele jaren keihard op inzetten. Het is goed dat ze op die digitale kaart inzetten.
Minister, wat de verplichting betreft, ben ik blij te horen dat u de VRT wilt verplichten hierover te onderhandelen, maar dat de uitkomst het resultaat van een commerciële negotiatie wordt. We zullen afwachten, maar ik vrees nog steeds dat de content van de VRT, waar nu op het platform VRT NU hard op wordt ingezet, zou worden uitgekleed. Ik ben blij dat u hebt aangekondigd dat er geen sprake van is het aanbod van de VRT, waarvoor de Vlaming met zijn belastinggeld al heeft betaald, achter een betaalmuur te plaatsen. Dat zou heel negatief zijn.
Als mensen worden verplicht een abonnement te nemen, zijn er eigenlijk twee mogelijkheden. We kunnen een gedeelte van het platform van de Vlaamse Netflix voor iedereen openstellen. Dat mag niet betekenen dat VRT NU wordt uitgekleed. De data die op deze manier worden verzameld, zijn voor de VRT minstens even belangrijk.
Aangezien dat heel moeilijke onderhandelingen zullen worden, is het goed dat we tijdens de hoorzitting van vorige week niet enkel professor Wauters, maar ook professor Donders van de VUB hebben gehoord. Er zijn voorbeelden van Europese openbare omroepen die al in een model zijn gestapt en er zijn al samenwerkingsinitiatieven tussen openbare omroepen en commerciële partners voor streamingdiensten. We kunnen zeker naar de internationale situatie kijken.
Het wordt een belangrijke stap. Dit is een horde die we de komende maanden moeten nemen en die een belangrijk onderdeel zal vormen van de beheersovereenkomst waarover we met de VRT moeten onderhandelen. Ik roep iedereen op hier samen naar te kijken, zodat de Vlaamse kijker er beter van kan worden.
De heer Slootmans heeft het woord.
Mevrouw Segers, ik sluit me voor een groot gedeelte aan bij wat u net hebt gezegd.
Minister, u hebt verklaard dat de kijker centraal staat, maar volgens mij zit er een contradictie in uw woorden. Enerzijds hebt u terecht gesteld dat we allemaal moeten inspringen, want anders wordt het een lege doos en zal het project van de Vlaamse Netflix niet slagen. Anderzijds moet u de voordelen garanderen die de kijker van de VRT nu heeft. Het is het een of het ander. Nu kan de kijker op VRT NU kosteloos kijken. Als bepaalde zaken achter een betaalmuur terechtkomen, is dat niet meer het geval.
Kunt u duidelijk maken welke garanties u zult inbouwen of bieden om de voordelen die nu worden geboden en waarvoor de Vlaamse belastingbetaler eigenlijk al heeft betaald kosteloos te houden? Ik weet dat de heer Van Thillo er natuurlijk op aast alles achter een betaalmuur te zetten, maar dan betalen we eigenlijk twee keer voor dezelfde producties. Welke garanties kunt u in dit verband geven?
Mijnheer Slootmans, hebt u geen poëtische inspiratie?
Mijn gedicht slaat op de federale coalitiebesprekingen. Wie het schoentje past, trekke het aan. Het is een gedicht van René De Clercq, een oud-lid van het Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond (KVHV). Ik vermoed dat hier nog wel ex-KVHV’ers in de zaal zitten. Hij was een Vlaams-nationaal dichter die van 1877 tot 1934 heeft geleefd. De titel is ‘Niet met elkendeen’.
Sluit niet tegen uw geweten,
om de macht een slecht verbond.
Die uit elke teil kan eten,
is een echte hond.
Die naast elke knie kan knielen,
heeft een slavenaard.
Slechts een volk van hoge zielen
is der vrijheid gaven waard.
Ik heb al spijt dat ik het heb gevraagd. (Gelach)
De heer Meremans heeft het woord.
Voorzitter, wat de Vlaamse Netflix betreft, zouden we eigenlijk een ander woord moeten zoeken. Is er enige inspiratie om in het vervolg een ander woord dan Netflix te gebruiken? We gebruiken nu steeds een merknaam en we moeten daar eens over nadenken. (Opmerkingen van minister Benjamin Dalle)
(Opmerkingen van minister Benjamin Dalle)
We moeten inderdaad iets zoeken. Misschien vinden we wel inspiratie in de geschiedenis.
We hebben het reeds gezegd, en het staat ook in het regeerakkoord, dat die ‘Vlaamse Netflix’ een goede zaak zou zijn voor de verspreiding van Vlaamse audiovisuele content en de stimulering van de creatie van programma’s.
Nogmaals, het zou geen goede zaak zijn, mocht dit gelanceerd worden zonder de VRT. Als het een succes wil worden, gebeurt dat het best in participatie met de openbare omroep.
Er moet een rendabel businessplan voorgelegd worden, dat hebben we ook op voorhand gezegd. Dat moet een stevige basis vormen voor het welslagen van dat project. Als we inderdaad tot een rendabel businessplan kunnen komen, dan lijkt het me logisch dat de VRT – dat de grootste collectie heeft wat Vlaamse fictieproducties betreft – daaraan participeert. De deur naar samenwerking moet zeker open blijven. Het is inderdaad geen gemakkelijk dossier, maar ik denk dat, als de goede wil er is, we toch tot een akkoord kunnen komen.
Ik begrijp de bezorgdheid van de collega’s wel. Inderdaad, ik zie ook wel een verschil. Je hebt wat je krijgt, als belastingbetaler, van de openbare omroep. Ik denk dat dat ook gegarandeerd moet blijven. Dat neemt niet weg dat daarnaast – ik zie dat toch veel, ook bij jonge mensen, ook bij mij thuis – nog iets gecreëerd kan worden voor die extra’s. Dat is er tegenwoordig voor sport ook: mensen die graag iets extra willen, kunnen daar dan ook gebruik van maken. Zo zie ik het. We moeten er wel zorg voor dragen dat de basiswerking voor de kijker gegarandeerd blijft. Ik denk dat we daar allemaal een beetje op dezelfde lijn zitten.
Dit zal iets extra zijn, voor diegenen die meer willen. Maar ik geloof er echt in dat dit een trigger zal zijn voor meer kwaliteitsvolle audiovisuele producties. Dan moeten we bekijken hoe we dat in een plan kunnen stoppen. Maar ik begrijp zeker en vast de bezorgdheid van de collega’s.
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u wel voor de bijkomende opmerkingen. Ik denk dat er in deze onderhandelingen een goed evenwicht gevonden moet worden tussen enerzijds de universaliteit van die dienstverlening, van die beschikbaarheid van programma’s, zeker ook van de openbare omroep en anderzijds de commerciële belangen die in het spel zijn. Daarbij spelen verschillende factoren een rol. Het gaat over het lineaire aanbod, het gewone aanbod, via onder meer de openbare omroep, dat uiteraard lineair gratis beschikbaar is en moet blijven. Daarnaast is er het niet-lineaire aanbod, dat voor de openbare omroep onder meer aangeboden wordt via VRT.NU, waar je natuurlijk niet alleen de beschikbaarheid hebt maar ook het moment van beschikbaarheid. Bijvoorbeeld, wat vaak gebeurt op Netflix, is dat je op één moment de lancering hebt van een hele reeks tegelijkertijd. Dat is ook iets dat op VRT.NU gebeurt en waar, denk ik, in commerciële onderhandelingen, afspraken over gemaakt kunnen worden. Dat maakt deel uit van die onderhandelingen. Ik denk dat daar een goed evenwicht gevonden zal moeten worden.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Minister, in het eerste deel zijn we inderdaad nog niet diep ingegaan op het element van het lineaire aanbod. De vraag zal zijn – en dat is eigenlijk een bijkomende vraag, waarop u nu niet meer zult kunnen antwoorden – wat er gebeurt inzake die ad-skipping. DPG is heel erg vragende partij om dat tegen te gaan. Ik zou het bijvoorbeeld niet kunnen accepteren als het gratis bingewatchen op VRT.NU ook tegengegaan zou worden. Het is een expliciete vraag van DPG aan u en aan de regering om die ad-skipping te beletten en op dat vlak ook de VRT aan banden te leggen, evenals de distributeurs. Dat wordt het voorwerp voor een volgende vraag.
De vraag om uitleg is afgehandeld.