Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Nevens heeft het woord.
U weet dat ik een politicus ben die veel terreinervaring heeft. Dit is weer zo’n vraag vanop het terrein, vanuit de buik. Het gaat over de lokale handhaving van de ruimtelijke ordening op het terrein.
Het handhavingsbeleid inzake ruimtelijke ordening en omgeving gaat uit van een gedeelde verantwoordelijkheid tussen het Vlaamse en gemeentelijke bestuursniveau. Conform het Handhavingsprogramma Ruimtelijke Ordening geeft het aan dat elk niveau haar eigen prioriteiten bepaalt en haar verantwoordelijkheid inzake handhaving ten volle opneemt. Sinds 1 maart kunnen lokale besturen hierbij ook gebruik maken van de administratieve handhavingsinstrumenten. Zo zal de gemeente bijvoorbeeld een ‘last onder dwangsom’ kunnen opleggen om een overtreding ongedaan te maken.
Op lokaal niveau kan het college van burgemeester en schepenen een gemeentelijke stedenbouwkundige inspecteur aanstellen, zowel uit het eigen personeelsbestand als via een intergemeentelijk samenwerkingsverband. Ook de agenten en de officieren van gerechtelijke politie zijn bevoegd voor het luik handhaving.
We zijn er allemaal van overtuigd dat handhaving een essentieel onderdeel uitmaakt van het vergunningenbeleid. Heel wat lokale besturen zijn ook bereid dit te doen – mits de nodige ondersteuning – maar botsen vaak op een discussie met de lokale politie over ‘kerntaken’. De taken van de gewestelijke inspectie, de lokale politie én de gemeentelijke inspecteurs lijken ook bemoeilijkt te worden door het digitale verhaal, aangezien het niet langer vereist is om de goedgekeurde plannen op de werf te leggen tijdens de uitvoering van de werken.
Hebt u intussen reeds het signaal gekregen dat het handhavingswerk wordt bemoeilijkt doordat men niet langer de goedgekeurde plannen op de werf moet leggen? Ondergraaft dit niet de noodzaak aan een correcte en adequate handhaving? Zo ja, op welke manier zult u dit oplossen?
Werd deze problematiek ooit besproken in de gesprekken met de lokale handhavingsactoren of de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG)? Welk gevolg is hier dan aan gegeven?
Op welke manier kunnen we ervoor zorgen dat de gewestelijke inspectie, de lokale politie en de gemeentelijke inspecteurs ter plaatse kunnen nagaan of de werken conform de plannen worden uitgevoerd?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mijnheer Nevens, bedankt om uw buikgevoel met ons te delen.
Vanuit mijn diensten heb ik nog geen signaal gekregen dat de handhaving bemoeilijkt wordt door het feit dat de goedgekeurde plannen niet langer op de werf moeten liggen. De gewestelijke stedenbouwkundige inspecteurs hebben daarover nog geen opmerkingen geformuleerd. Het zou nogal archaïsch zijn om in een wereld waar alles digitaal verloopt en ook de omgevingsvergunningen digitaal worden ingediend, er een papieren afdruk zou moeten zijn om mee te nemen op de werf.
Mijn administratie is rechtstreeks in gesprek met de lokale handhavingsactoren in het kader van enkele infosessies omtrent de nieuwe handhavingswetgeving. Verder hebben de lokale handhavers ook een rechtstreeks kanaal om vragen te stellen aan mijn administratie. Het feit dat de goedgekeurde plannen niet langer aanwezig moeten zijn op de werf, werd tot op dit moment nog niet als een pijnpunt naar voren gebracht door deze lokale handhavers. Ook de VVSG heeft dit punt vooralsnog niet aangehaald op de vele overlegmomenten.
Gewestelijke en gemeentelijke inspecteurs kunnen via de geëigende weg toegang krijgen tot het omgevingsloket, waar alle plannen in zitten. Inspecteurs van politie kunnen via de gemeentelijke dienst omgeving eveneens inzage verkrijgen. Ik ben er ook zeker van de officiële vergunde plannen kunnen worden geconsulteerd. In het verleden hebben we vastgesteld dat de plannen op de werf niet ondertekend waren en kunnen afwijken van de vergunde. Door consultatie van het omgevingsloket is dat probleem uit de wereld geholpen. Maar het is goed dat u het signaleert. Als we nog signalen krijgen, moeten we kijken hoe we dat kunnen oplossen, maar ik zie niet direct een oplossing. Ik denk dat we er vooral een digitale oplossing voor moeten hebben.
Ik denk dat er inderdaad geen weg terug is wat de digitalisering betreft. We moeten ervoor zorgen dat er inderdaad voldoende geïnvesteerd wordt zodat ook de mensen die op het terrein de handhaving moeten doen, goed zijn uitgerust, dat ze de mogelijkheden hebben om via het digitale loket de plannen te bekijken en op te vragen. Ik kan u geruststellen: vandaag zijn er nog wel papieren plannen op de werf. De aannemer en de metser werken nog graag met papieren plannen. Ze zitten nog niet met hun iPad te metsen op de bouwwerf.
Ik zou toch graag ook willen bekijken hoe we de handhavers kunnen ondersteunen. Als het gemeentehuis om de hoek ligt, is dat dikwijls geen probleem, maar ik kan me inbeelden dat op sommige bouwwerven, waar bijvoorbeeld geen internetverbinding is, het moeilijk is om in te loggen op het digitale loket, de nodige maatregelen te nemen of afspraken te maken met inspectie, met handhaving, ook met de lokale besturen. We moeten kijken hoe we die praktische kant van de zaak opgelost kunnen krijgen, zeker voor de toekomst, als de papieren versie van de plannen niet meer ter beschikking zal zijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.