Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
De heer Ceyssens heeft het woord.
Minister, we zijn allemaal overtuigd van het nut van de hervorming van de rijopleiding en het vernieuwde rijexamen. Vanaf 1 juni treedt alvast het vernieuwde rijexamen in werking. Het bevat een aantal goede dingen, zoals extra manoeuvres, werken met behulp van gps of met een herkenningspunt naar een locatie kunnen rijden.
Hoewel het vernieuwde rijexamen de veiligheid en de bekwaamheid van onze nieuwe bestuurders moet waarborgen, lijken sommige kandidaat-bestuurders niet meteen die mening toegedaan en is er nog een rush op de examencentra.
Wie na 1 juni een niet-vernieuwd rijexamen wil afleggen, kan dat in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest of in het Waalse Gewest.
Minister, het feit dat men dat probeert te omzeilen, is misschien een bewijs van het feit dat de perceptie nog steeds leeft van: ‘We moeten dat rijexamen zo snel mogelijk achter de rug hebben, zodat we het verkeer in kunnen.’ De perceptie zou echter moeten zijn: ‘Hoe kan ik zo veilig mogelijk leren rijden? Hoe kan dat zo juist mogelijk worden getest?’
Naast die attitude is het ook belangrijk mee te geven dat we op 1 juni een nieuw rijexamen hebben, maar dat we nog geen nieuwe rijopleiding hebben. In uw conceptnota van 4 december stond als eerste punt het faseren, als tweede punt het verlengen van de rijopleiding waardoor we meer oefenen, en als derde punt het aangepast examineren. Op 1 juni hebben we dus een nieuw rijexamen, maar nog geen nieuwe rijopleiding.
Minister, hoever staat u met de hervorming van de rijopleiding? Als ik het goed heb, staat die morgen op de agenda van de regering.
Hoe krijgt het aanleren van de juiste attitude een plaats in de rijopleiding?
Zult u de volledige conceptnota, zoals ze momenteel op tafel ligt, laten goedkeuren? Zo niet, welke wijzigingen plant u?
Wat is de concrete timing voor alle onderdelen van de hervorming van de rijopleiding?
Minister Weyts heeft het woord.
Mijnheer Ceyssens, net omdat 90 procent van de verkeersongevallen te wijten is aan menselijk gedrag of menselijke fouten, leggen we daar in de vernieuwde rijopleiding de focus op. Dat geldt ook voor het verplicht begeleidersmoment. Er worden daarbij praktische tips gegeven en een opfrissing van de wegcode en er wordt vooral stilgestaan bij de rol van de begeleider. Het doel is de kandidaat-chauffeur de juiste attitude in het verkeer aan te leren. Cruciaal is de voorbeeldrol die de begeleider op dat vlak speelt. Daarom hebben we met het Vlaams huis voor de Verkeersveiligheid expliciet de keuze gemaakt om een begeleidersmoment te organiseren. Een begeleider die achter het stuur zelf de verkeersregels aan zijn laars lapt of niet de goede attitude heeft, zal een weinig stichtend voorbeeld zijn.
Ook bij de aanpak van de examens ligt de focus op het gedrag. Het meest risicovolle gedrag, dat zich vertaalt in overtredingen van een hogere graad, zullen we in het theoretisch examen zwaarder sanctioneren. Voor grote overtredingen worden er dus meer punten afgetrokken. Ook in het praktische examen focussen we met de risicoperceptietest op defensief rijgedrag en mogelijke menselijke fouten. Het vademecum van de rijexaminatoren, dat is het handboek om de kandidaat-chauffeurs te beoordelen, wordt overeenkomstig aangepast. Belangrijker dan het éénmalig overschrijden van een witte lijn is natuurlijk of de kandidaat zich gedraagt als een defensieve, sociale chauffeur die aantoont te kunnen inschatten welke risico’s rijden in het hedendaags verkeer meebrengt. Ook in het terugkommoment willen we daarop inzoomen, zowel met een rit op de openbare weg als in een klassikaal gedeelte, waar zaken zoals omgaan met vermoeidheid en rijden onder groepsdruk bij de beginnende chauffeur aan bod komen.
Dan komen we bij de timing. Wat voorafging, zal ik u besparen. Zoals u zelf ook aangaf, plan ik het besluit over de aanpassing van de stageduur en het vormingsmoment voor begeleiders deze week aan de Vlaamse Regering voor te leggen. Het terugkommoment zullen we in een derde fase uitwerken. Het is de bedoeling dat elke kandidaat die vanaf 1 oktober van dit jaar met de rijopleiding start, ook in de toekomst een terugkommoment zal moeten volgen. Dat terugkommoment valt natuurlijk pas na het behalen van het rijbewijs, tussen zes en negen maanden nadien. We spreken dus over een hele periode.
Ik verheel niet dat ik graag ook op 1 juni met die tweede fase van start was gegaan, maar er zijn een paar perikelen geweest, in de vorm van de aanpassing van de driejaarregel. De federale overheid zegt dat zij, en niemand anders, daarvoor bevoegd is. Ik heb het ontwerpbesluit in vertaalde vorm aan de federale collega en de administratie bezorgd, in de hoop dat we de timing van 1 juni zouden halen en beide onderdelen gelijk konden laten sporen. Dat zal echter niet lukken, zo blijkt uit de contacten die we hebben gehad. Daardoor moeten wij ons deel uitstellen naar 1 oktober. Ik hoop dat de federale overheid tegen dan eindelijk klaar is met gewoon het omzetten van wat wij kant en klaar hebben aangeleverd, maar ook daar zijn de signalen nog niet zo positief over. Ik heb laten weten dat wij hoe dan ook voor 1 oktober gaan en niet langer kunnen wachten.
Intussen hebben we wel enkele maatregelen genomen in verband met het theoretisch examen. De maatregel met betrekking tot de examens met bijstand van een tolk is ingegaan op 1 maart. Vroeger kon men zich via een tolk bij het rijexamen van een hele reeks talen bedienen. Dat hebben we beperkt tot de drie landstalen en het Engels. Het theorie- en praktijkexamen wijzigt op 1 juni. Ik had graag ook de tweede fase, meer bepaald de hervorming van de rijopleiding, op datzelfde moment laten ingaan, maar ik plan de duur van de stage op 1 oktober aangepast te hebben, indien de federale overheid op tijd haar deel van het werk rond heeft. Het vormingsmoment voor de begeleiders zal ook op 1 oktober van kracht worden en intussen kunnen de kandidaat-begeleiders ook al aan de slag. Het wetgevend werk voor het terugkommoment loopt, en het is de bedoeling het op 1 maart 2018 in werking te laten treden.
De heer Ceyssens heeft het woord.
Dank voor uw antwoord, minister. Ik heb daar nog twee vragen bij.
Ik begrijp dat het terugkommoment voor later is. Het besluit daarover komt dus nog terug. Het terugkommoment zit ook later in de rijopleiding, dus dat kan wel. Was het echter geen goed idee om tegelijk daarmee de hele procedure van het opnieuw aanvragen van het voorlopig rijbewijs goed te keuren en nu al met de rest van de hervorming voort te gaan? Of zie ik ergens iets over het hoofd?
Of zie ik daar iets over het hoofd?
Vanaf 1 oktober moeten de begeleiders worden gevormd. Zal er op dat moment voldoende capaciteit zijn om die begeleiders te vormen? Ik ga ervan uit dat er in het begin een piek zal zijn. Ik ga er ook van uit dat zodra de begeleiders gevormd zullen zijn, die vorming een bepaalde houdbaarheid heeft. Zijn we erop voorbereid dat er een piek kan zijn?
Minister Weyts heeft het woord.
Het terugkommoment is sowieso pas 6 tot 9 maanden na het behalen van het rijbewijs. We spreken nu over de start van de nieuwe formule. Dat terugkommoment is voor later. Er is geen enkel probleem dat de regelgeving daaromtrent nu nog niet is vastgelegd.
Het voorlopig rijbewijs en de driejaarregel heb ik uit handen moeten geven. Ik had gehoopt dat tegen 1 juni de aanpassing van de driejaarregel voor het hele Belgische grondgebied ingang had kunnen vinden. Nogmaals, we hebben een kant-en-klaar, vertaald besluit aan de minister en de administratie bezorgd. Op dat vlak is er zeker geen enkel beletsel. Ik stel vast dat dit nog niet is gebeurd.
Voor het terugkommoment is er trouwens een decreet nodig. We konden dat niet gewoon in besluiten regelen, maar dat is niet zo erg.
Met de begeleidersopleiding zijn we bezig. Er is heel wat capaciteit voorhanden. Ik denk dat we aan de vraag zullen kunnen beantwoorden.
De heer Ceyssens heeft het woord.
Mijn vraag blijft of het niet meer opportuun was geweest om de verlenging van het voorlopig rijbewijs te koppelen aan het terugkommoment. Dan hadden we sneller kunnen starten met de rijopleiding, aangezien u dat als voornaamste reden aanhaalt van het achteruitlopen van de rijopleiding.
Zo kunnen we blijven doorschuiven. Ik moet ergens beginnen en niet al te veel respijt tonen. Als de besluiten kant-en-klaar zijn en zelfs vertaald, hoeveel tijd moet ik dan nog geven? Nog tot maart 2018? Dan denk ik dat het terug in de onderste schuif zal verdwijnen. Daarom focus ik nu op 1 oktober.
De vraag om uitleg is afgehandeld.