Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, een vol jaar nadat Dieselgate losbarstte, kopte De Standaard op 13 september 2016 op de voorpagina: ‘Gesjoemel autosector neemt voortdurend toe.’ Een studie van de Toulouse School of Economics analyseerde de data van tankkaarten van Nederlandse chauffeurs van een bedrijfswagen en concludeerde dat het spagaat tussen het officiële en het reële brandstofverbruik de laatste jaren alsmaar groter is geworden. Dat geldt voor zowel diesel- als benzinewagens van zowat alle merken. Op Europees niveau werkt men wel aan nieuwe normen, maar die leggen de lat te laag en laten te veel ruimte om zelfs die lage lat niet te hoeven halen.
Het voorbije jaar bedongen de Amerikaanse autoriteiten met Volkswagen een meer dan symbolische vergoeding voor alle getroffen dieselgebruikers. Parijs bant auto’s in een groot deel van de stad en Duitse steden overwegen dieselwagens in het geheel te verbieden. Overal ter wereld begrijpen beleidsmakers de noodzaak om het gesjoemel met onze luchtkwaliteit en gezondheid krachtdadig aan te pakken. U als bevoegd minister in Vlaanderen hebt klacht ingediend tegen Volkswagen, maar het lijkt erop dat dat het is. Er is geen verder onderzoek, geen verhoogde aanpak van stikstofuitstoot, geen confrontatie met Volkswagen, geen vergoeding van getroffen autobezitters, geen prioriteit aan de lucht die Vlamingen inademen.
Minister, er is veel meer nodig dan een logge, slome juridische procedure. Geen Vlaming die nog begrijpt waarom de overheid niet meer doet om de lucht properder te maken en autobezitters te beschermen tegen het bedrog van de constructeurs.
Er is een interfederale werkgroep die zich over Dieselgate buigt, maar u gaf in deze commissie vlak voor het zomerreces nog aan dat “die wat sputtert”.
Nog in september publiceerde de Europese ngo Transport & Environment de studie ‘Dieselgate: Who? What? How?’. Daaruit blijkt dat Volkswagen wat de Euro 6-normen betreft de beste resultaten kan voorleggen op vlak van NOx-uitstoot. De andere merken doen het in tests op de baan – real driving emission – nog slechter. Geen enkel merk zit in die tests onder de Euro 6-normen: “Not one single brand complies with the latest air pollution limits for diesel cars and vans in real-world driving”. Een laatste bevinding uit de studie van Transport & Environment is dat er “in België meer dan 1,3 miljoen vervuilende diesels rondrijden (Euro 5 + Euro 6). In absolute cijfers is dat het EU-land met het zesde grootste aantal, maar België met grote voorsprong koploper wat betreft het aantal vuile diesels per inwonersaantal.”
Kortom, de laatste weken en maanden zijn verschillende alarmerende studies gepubliceerd, die de nood aan verantwoord overheidsoptreden alleen maar versterken.
Minister, wat is de stand van zaken van de interfederale werkgroep met betrekking tot dieselgate? Wanneer komt deze werkgroep met concrete resultaten? Hoeveel keer is die samengekomen? Is ze al gereactiveerd sinds juni? Hebt u kennis genomen van de verschillende studies omtrent de NOx-uitstoot? Deelt u de bezorgdheid van vele burgers over de luchtkwaliteit in Vlaanderen? Welke maatregelen zult u nemen om de Vlaamse luchtkwaliteit, en dan in het bijzonder de NOx-concentraties, versneld te verbeteren? Welke prioriteiten schuift u naar voren bij de Belgische standpuntvorming over uitstootnormen en fraude om het Europese beleid vorm te geven?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mevrouw Meuleman, gisteren was er hier in Brussel in de KBC een studiedag over de stand van zaken over onder andere de luchtkwaliteit in Vlaanderen. Het laatste rapport werd er voorgesteld en er werd vooruitgekeken naar de toekomst. Hans Bruyninckx, directeur van het Europees Milieuagentschap, heeft er duidelijk gezegd dat er in Vlaanderen heel veel inspanningen gebeuren. We behoren tot de goede leerlingen van de klas en zijn met onze aanpak een voorbeeld voor heel wat andere lidstaten en regio’s in Europa. We zien dat jaar na jaar de luchtkwaliteit op alle parameters verbetert. Wil dat zeggen dat we er zijn? Neen, er zijn bijkomende maatregelen genomen, waarover straks meer.
Uw betoog alsof er niets gebeurt en alsof we leven in de slechtste luchtkwaliteit van Europa, wil ik ten stelligste ontkennen. We werken verder aan een nog betere luchtkwaliteit.
Ik kan u geruststellen: het is niet zo dat we ons als gevolg van de dieselgate plots bewust zijn geworden van het feit dat er iets moest worden gedaan aan de luchtkwaliteit. We waren daar al veel langer mee bezig en de resultaten zijn ook te zien. Sinds enkele jaren halen we de Europese normen.
Het actieplan luchtkwaliteit is al vaak aan bod gekomen in deze commissie. We hebben ook extra maatregelen om de concentratie van stikstofdioxide versneld te verbeteren. Al deze maatregelen staan in de luchtkwaliteitsplannen en de rapporteringen die jaarlijks worden voorgesteld. Voorbeelden zijn de hervorming van de belasting op de inverkeerstelling, die dateert van 2012. Daar is reeds rekening gehouden met de NOx-uitstoot. In januari 2016 werd net om die reden het BIV-tarief voor dieselwagens opgetrokken. We hebben de Euro 6-norm erbij genomen omdat we die opportuun vonden. De effecten zijn er. Er is niet alleen de BIV, maar ook de jaarlijkse verkeersbelasting en de kilometerheffing voor vrachtwagens. We zien dat er steeds minder dieselwagens op onze Vlaamse wegen rijden. We hebben een trendbreuk teweeggebracht.
Daar blijft het niet bij. U verwijst naar heel veel mooie voorbeelden uit het buitenland, waar een aantal steden die vervuilende wagens bannen. Maar hier kan dat ook, we hebben het wettelijke kader daartoe aangepast. Antwerpen gaat ermee van start en Gent is van plan om hetzelfde te doen. Die lage-emissiezones en het bannen van vervuilende wagens uit de stad heb ik mogelijk gemaakt. Waar wachten onze steden nog op om het te doen?
Er zijn ook tal van andere maatregelen, ik heb u een aantal voorbeelden gegeven.
De aanpak van Dieselgate gebeurt in eerste instantie op Europees beleidsniveau. Er was gisteren een heel scherpe uitspraak van de directeur van het Europees Milieuagentschap. Het ging over de commissie in het parlement. Vraag was waarom men niet vroeger iets had gedaan op het Europese niveau terwijl iedereen wist dat die wagens vervuilender waren dan werd gezegd.
Voertuigen die op de Europese markt worden verkocht, moeten voldoen aan de Europese regels. Een van de lidstaten is het controleorgaan waarna alle andere lidstaten de goedgekeurde voertuigen moeten inschrijven. Fraude moet dus aangepakt worden door goede Europese regels die toegepast worden door de goedkeurende instanties. Verder onderzoek moet gebeuren door de lidstaten waar het voertuig werd gehomologeerd. In Vlaanderen worden er geen personenwagens gehomologeerd.
Via de totstandkoming van de Real Driving Emissions (RDE)-testprocedure doe ik wat mogelijk is om ervoor te zorgen dat de NOx-emissies in reëel verkeer drastisch dalen. Ik beschouw het dan ook als een belangrijke stap vooruit dat vanaf midden volgend jaar nieuwe types dieselwagens aan de RDE-testregels moeten voldoen. Om fraude tegen te gaan, wordt parallel de typegoedkeuringsprocedure aangepast. Dit valt echter onder de bevoegdheid van minister van Mobiliteit, Ben Weyts.
Ik heb een jaar geleden besloten om onmiddellijk juridische stappen te ondernemen vanuit mijn bevoegdheid Leefmilieu en ik heb een aangifte gedaan van strafbare feiten middels een verklaring van benadeelde persoon. Tijdens de interfederale werkgroep waarnaar u verwijst, heb ik dat ook meegedeeld. Ik hoor trouwens dat er interesse zou zijn van andere gewesten om daarbij aan te sluiten.
Ook op 8 juli werd daar binnen de interfederale werkgroep opnieuw over gesproken. Ik denk dan ook dat dit de correcte aanpak is.
Intussen zijn er ook stappen gezet op het federale niveau, met name vanuit Economie.
Het is wat mij betreft ook wenselijk om zelfs op een nog hoger, namelijk het Europese niveau, eensgezind actie te ondernemen. Dat wordt verder besproken in de schoot van Eurojust.
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, er waren drie werkgroepen. Bij de werkgroep Natuur en Milieu bent u rechtstreeks betrokken. Hoe vaak is die samengekomen? Is die werkgroep opnieuw geactiveerd?
Wat de luchtkwaliteit in Vlaanderen betreft, mogen we zeker niet op onze lauweren rusten. U hebt gelijk dat er een trage verbetering is maar we blijven wel onder de normen van de Wereldgezondheidsorganisatie. Die inspanningen moeten dan ook worden voortgezet.
Die wagens blijven een groot probleem. U zegt dat door de belasting op de inverkeerstelling het aantal dieselwagens fors is gedaald. Wanneer we echter het rapport bekijken van Transport & Environment, dan stellen we vast dat wij in absolute cijfers op de zesde plaats staan. Er rijden 3,4 miljoen dieselwagens rond in ons land, 1,4 miljoen zijn vervuilende dieselwagens. Per inwoner betekent dit dat België op 12,18 procent zit. Frankrijk staat op de tweede plaats met 8,3 procent, het Verenigd Koninkrijk op 6,7 procent, Duitsland op 6,5 procent enzovoort. Wij zijn absolute koploper wat het aantal vervuilende dieselwagens betreft.
Tegen die verdieseling, die nog altijd plaatsvindt, kunt u als minister toch actief optreden. Ik denk dat u daar nog veel te weinig actie tegen onderneemt.
De heer Vandaele heeft het woord.
Of de verdieseling wild om zich heen grijpt, durf ik te betwijfelen aangezien blijkbaar nog een op de vijf Vlamingen een diesel koopt sinds de vergroening van de belasting op de inverkeerstelling (BIV) enerzijds en de verkeersbelasting anderzijds. Dat er een discrepantie bestaat tussen de testbankresultaten en de werkelijke uitstoot, wisten we al heel lang, nog voor Dieselgate. Specialisten sloegen ons daarmee om de oren. Het werd gisteren ook nog eens aangetoond op een mooi beeld tijdens de studiedag van de Vlaamse Milieumaatschappij.
Ik betreur dat de werkgroep die zich daarover buigt, mede op uw verzoek, toch wat is ingeslapen, om het zacht uit te drukken.
Iedereen is het erover eens dat het niet kan dat producenten sjoemelsoftware verspreiden. We kunnen wel discussiëren over de manier waarop we daarmee moeten omgaan. Er moet een duidelijk signaal gaan naar die producten dat het niet kan dat de consument op die manier in het ootje wordt genomen. Ik hoop dan ook dat die werkgroep opnieuw van start gaat en iets doet om dat signaal te geven. Misschien kunt u, zoals ook mevrouw Meuleman vraagt, verduidelijken hoe met zit met die werkgroep.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Ik herhaal dat de ontdieseling in Vlaanderen is ingezet dankzij de maatregelen die we hebben genomen. We hebben dus zeker gestuurd op basis van de beslissingen over BIV, de jaarlijkse verkeersbelasting, de emissiezones. We zien daar een effect van.
U zegt dat het sneller zou moeten gaan. Wij hebben vooral gekeken naar het huidige wagenpark en we hebben daar een sociale component ingebracht, mevrouw Meuleman. Het is toch niet de bedoeling om van vandaag op morgen elke Vlaming die met een dieselwagen rijdt, te straffen en te verplichten een nieuwe wagen te kopen. We hebben een sociale component ingebouwd, en niettegenstaande die sociale component zien we dat de ontdieseling van de nieuwe wagens is ingezet. Ik zie niet in wat we nog meer kunnen doen. Wanneer u over een sociaal en rechtvaardig beleid praat, is het toch ook belangrijk om daarin rekening te houden met mensen die niet zo kapitaalkrachtig zijn en met een oudere of tweedehandse wagen rijden. Het kan niet de bedoeling zijn dat zij in de problemen komen door het beleid dat wij uittekenen.
De lage-emissiezones houden daar wel rekening mee. In steden zullen die wagens worden geweerd. Die steden zullen wel een aantal sociale maatregelen kunnen invoeren, bijvoorbeeld voor mensen die geen alternatieven hebben of die zich niet op een andere manier kunnen verplaatsen.
Die component is ook van groot belang. We kunnen de ontdieseling bevorderen, de luchtkwaliteit verbeteren en toch ook een sociaal beleid voeren.
Die interfederale werkgroepen, waaronder ook de werkgroep milieu en gezondheid, komen samen. Er is een specifiek onderzoek gebeurd in Wallonië. De resultaten daarvan zouden worden overgemaakt, waarna de werkgroep opnieuw zou samenkomen. Ik zal vragen wat daar de stand van zaken is.
We hebben een duidelijk signaal gegeven aan de fabrikanten en een klacht ingediend. Daar kwamen wel wat sceptische reacties op, maar nu vindt iedereen het goed dat we dat hebben gedaan.
Dat onderzoek loopt bij het parket. We kunnen daar niet zomaar in tussenkomen. We blijven dat uiteraard wel verder opvolgen. We hebben recent trouwens inzage in het dossier gevraagd bij het parket, om de stand van zaken te kunnen nagaan.
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, een jaar later lijkt het erop alsof het stof wat is gaan liggen en er nog bijzonder weinig vooruitgang wordt geboekt. De twee rapporten waar ik naar verwees, gepubliceerd in september, zijn vrij scherp en stellen dat er een grote verantwoordelijkheid bij Europa is. Ik volg u daar voor een stuk in, met betrekking tot het vastleggen van normen en zo. Maar ze zeggen ook dat het aan de lidstaten is om ervoor te zorgen dat de auto’s met sjoemelsoftware worden teruggeroepen en verdwijnen, en dat de controles verscherpt worden. Als landen te weinig doen, zullen zij aan Europa vragen om die landen op het matje te roepen.
Het kan nooit kwaad om een proactief beleid te voeren. Ik zie dat zeer weinig in uw beleid wat dit thema betreft. Integendeel: wat de luchtkwaliteit betreft, bevat het beleid toch wel een aantal tegenstrijdigheden. We leggen nog steeds ringwegen aan en nemen beslissingen die ervoor zullen zorgen dat het autoverkeer nog zal toenemen. Er is dus nog werk aan de winkel op het vlak van luchtkwaliteit, en in dit dossier in het bijzonder.
Ik zal inderdaad bewaken dat die werkgroep zal samenkomen en dat u er samen met uw collega-ministers – want het is natuurlijk een gedeelde verantwoordelijkheid, over beleidsniveaus en over de verschillende ministers op Vlaams niveau heen – voor zorgt dat er stappen vooruit worden gezet.
De vraag om uitleg is afgehandeld.