Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmiddag heeft mevrouw Irina De Knop bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van resolutie van mevrouw Irina De Knop en de heren Sas van Rouveroij en Hermes Sanctorum betreffende de steun van de Vlaamse Regering aan de oprichting van de Brusselse Hoofdstedelijke Gemeenschap
Mevrouw De Knop heeft het woord.
Voorzitter, collegas, het is inderdaad zo dat alle gemeenteraden in Vlaams-Brabant deze weken gevat worden door een aantal moties van de N-VA om zich te verzetten tegen de Brusselse Hoofdstedelijke Gemeenschap.
Ik wil graag nog even in herinnering brengen dat ondertussen in de mogelijkheid is voorzien tot zo een Hoofdstedelijke Gemeenschap door de bijzondere wet van 19 juli 2012 en dat de gemeenten daar van rechtswege deel van uitmaken. Het is wel degelijk zo dat de Vlaamse Regering met de andere gewestregeringen samen tot een kader moet komen voor deze Brusselse Hoofdstedelijke Gemeenschap. De bijzondere wet voorziet er immers in dat de gewesten een samenwerkingsakkoord sluiten om de nadere regels en het voorwerp van dit overleg vast te leggen. De N-VA kan dus vanuit die Vlaamse Regering zelf op autonome wijze de grenzen bepalen waarbinnen dit vehikel moet functioneren. Uiteraard is het daarvoor wel noodzakelijk dat alle regeringspartijen daarvoor hun verantwoordelijkheid nemen binnen deze Vlaamse Regering.
Het is immers heel erg duidelijk dat zonder een samenwerkingsakkoord er geen sprake is van een Brusselse Hoofdstedelijke Gemeenschap aangezien duidelijk is omschreven in de bijzondere wet: Bij wijze van overgangsmaatregel heeft het in het derde lid bedoelde overleg plaats buiten de hoofdstedelijke gemeenschap in afwachting van het sluiten van het in het tweede lid bedoelde samenwerkingsakkoord.
Mevrouw De Knop, u bent een toelichting aan het geven. Waarom vraagt u de spoedbehandeling? Is er iets wat dringend is? Kan het niet naar de commissie worden verwezen? Dat is de vraag.
Dat kan niet. De motie die wordt ingediend in de gemeenteraden, geeft duidelijk aanleiding tot enige duidelijkheid van deze Vlaamse Regering, met name of ze al of niet bereid is om tot een dergelijke samenwerkingsovereenkomst te komen en of ze met andere woorden de bereidheid heeft om concretisering te geven aan dit vehikel.
De heer Diependaele heeft het woord.
Voorzitter, ik zal me heel strikt beperken tot de hoogdringendheid en alleen maar door te verwijzen naar de kalender die voor mijn neus ligt. Het bericht waar mevrouw De Knop naar verwijst, is van 25 januari. Dat betekent dat ze de plenaire vergaderingen van 30 januari en 6 februari al heeft overgeslagen om een resolutie van amper één pagina in te dienen. Men is blijkbaar nog een handtekening van de heer Sanctorum vergeten. (Opmerkingen van de voorzitter)
Ik stel me in elk geval vragen bij de hoogdringendheid als men een maand de tijd heeft om één pagina op te stellen.
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Voorzitter, om tegemoet te komen aan de heer Diependaele hebben we een amendement ingediend dat iets langer is dan de resolutie zelf en een herneming is van een tekst van een belangenconflict dat we hebben ingediend over de Brusselse Hoofdstedelijke Gemeenschap, die we niet genegen zijn, laat dat duidelijk zijn.
Maar de hoogdringendheid is wel degelijk aan de orde. Men moet in het Vlaams Parlement en binnen de Vlaamse Regering nu eens duidelijk maken hoe het nu zit met het standpunt en de houding van de Vlaamse Regering ten aanzien van die Brusselse Hoofdstedelijke Gemeenschap. Op 30 januari heeft de heer Sanctorum hier een actuele vraag gesteld daarover. De minister-president is een beetje in het ijle gebleven. Hij heeft gezegd dat hij overleg prima vindt maar hij is op de vlakte gebleven wat betreft het goedkeuren door de Vlaamse Regering van dat samenwerkingsakkoord. Dat vinden wij voor alle duidelijkheid een goede zaak.
Het gaat niet op om op dit ogenblik in gemeenteraden moties in te dienen tegen de Brusselse Hoofdstedelijke Gemeenschap, die wij allemaal gaan goedkeuren, maar hier in het Vlaams Parlement ten aanzien van de Vlaamse Regering geen duidelijkheid te verschaffen. In die zin is de hoogdringendheid wel degelijk op zijn plaats. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Sanctorum heeft het woord.
Voorzitter, ik denk dat de hoogdringendheid wordt gemotiveerd doordat de Vlaamse Regering eigenlijk een sleutel in handen heeft. Ofwel gebruikt ze die sleutel, ofwel doet ze dat niet. De drie gewesten moeten immers een samenwerkingsovereenkomst ondertekenen.
De gemeentebesturen waar al die moties aan de orde zullen zijn, hebben recht op duidelijkheid vanuit de Vlaamse Regering. Stel nu dat de Vlaamse Regering beslist dat ze die zesde staatshervorming inderdaad gaat uitvoeren en die Brusselse Hoofdstedelijke Gemeenschap oprichten, dan is dat een duidelijk signaal aan de gemeentebesturen in de Vlaamse Rand. Als dat niet zo is, als de Vlaamse Regering daar afstand van neemt, dan is dat ook duidelijk. In elk geval moet er transparantie zijn.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Dan stemmen wij bij zitten en opstaan over het voorstel tot spoedbehandeling.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel wensen aan te nemen, wordt verzocht op te staan.
De tegenproef.
Het voorstel tot spoedbehandeling is niet aangenomen. Derhalve blijft het voorstel van resolutie van mevrouw Irina De Knop en de heren Sas van Rouveroij en Hermes Sanctorum betreffende de steun van de Vlaamse Regering aan de oprichting van de Brusselse Hoofdstedelijke Gemeenschap naar de Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand verwezen.
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Het voorstel tot spoedbehandeling is verworpen, maar dat betekent dat het voorstel van resolutie en het amendement naar de commissie gaan. De vraag is: wanneer? Men kan dat natuurlijk over zes maanden eventueel op de agenda zetten, maar ik neem aan dat een dergelijk voorstel van resolutie naar de Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting zal gaan. Ik vraag aan de voorzitter van die commissie, de heer Van Rompuy, of aan de voorzitter van de Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand, dat dit alleszins volgende week op de agenda zou worden gezet.
Ik geef het woord aan de kersverse voorzitter van de commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand.
De heer De Bruyn heeft het woord.
Wij zullen dat met bekwame spoed op de agenda van de commissie plaatsen. (Rumoer. Opmerkingen van mevrouw Irina De Knop)
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Ik heb twee weken geleden een vraag om uitleg ingediend. Ik heb zonet, in tempore non suspecto, gesproken met mevrouw De Ridder, de voorzitter van de commissie Binnenlands Bestuur. Zij zegt dat die vraag in de Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand thuishoort. De heer De Bruyn is de nieuwe voorzitter van die commissie, als opvolger van de heer Demesmaeker. Hij zal waarschijnlijk volgende week zijn eerste commissievergadering houden. Dat kan daar perfect worden besproken. Het gaat trouwens over de Vlaamse Rand. Voilà, mijnheer Diependaele, mijn wijs oordeel.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Ik weet dat deze problematiek meer leeft in de Vlaamse Rand dan elders, maar het gaat over meer dan de randgemeenten in die Vlaamse Rand. Het gaat over Brussel, het Waalse Gewest, het Vlaamse Gewest, de gemeenten van Vlaams-Brabant en de gemeenten van Waals-Brabant. Het spijt me, maar dit gaat over meer dan Brussel en de Vlaamse Rand. Dit hoort dus eigenlijk thuis in de Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting.
Mevrouw De Knop heeft het woord.
Voorzitter, u hebt daarnet mijn microfoon afgezet, dus ik zal het nog even herhalen. Ik ben het volledig eens met de heer Sanctorum. Het is helemaal niet correct om dat eventjes te verwijzen naar die commissie. Dat moet worden behandeld in de commissie waar dat thuishoort. Het lijkt me duidelijk dat dit de Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting is.
Wat stellen de andere fracties voor? De Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand? (Instemming)
Ik stel vast dat het voorstel is om dit te verwijzen naar de Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand.
Voorzitter, volgende week dan?
Volgende week.
Derhalve blijft het voorstel van resolutie van mevrouw Irina De Knop en de heren Sas van Rouveroij en Hermes Sanctorum betreffende de steun van de Vlaamse Regering aan de oprichting van de Brusselse Hoofdstedelijke Gemeenschap naar de Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand verwezen.
Het incident is gesloten.