Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmiddag heeft de heer Kris Van Dijck bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van resolutie van de heren Willy Segers en Paul Delva, de dames Fatma Pehlivan en Goedele Vermeiren, de heer Jos De Meyer en de dames Yamila Idrissi en Kathleen Helsen betreffende de monitoring en het beleid ten aanzien van anderstalige leerlingen in de Vlaamse Rand.
De heer Segers heeft het woord.
Voorzitter, collegas, het voorbije parlementaire jaar hebben we met enkele collegas van de meerderheidspartijen via schriftelijke vragen cijfers opgevraagd rond het NL-talig onderwijs in Brussel en de Vlaamse Rand. Dat heeft uiteindelijk geresulteerd in een interpellatie waarbij de meerderheid het plan had opgevat om dit als voorstel van resolutie naar voren te brengen. Aangezien ook de moties van de oppositie tot besluit van die interpellatie vandaag geagendeerd staan, leek het ons logischer en fraaier om het geheel samen te behandelen. Daarom roepen we de hoogdringendheid in.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Is het parlement het eens met dat voorstel tot spoedbehandeling? (Instemming)
Dan stel ik voor dat het voorstel van resolutie van de heren Willy Segers en Paul Delva, de dames Fatma Pehlivan en Goedele Vermeiren, de heer Jos De Meyer en de dames Yamila Idrissi en Kathleen Helsen betreffende de monitoring en het beleid ten aanzien van anderstalige leerlingen in de Vlaamse Rand onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van resolutie van de heren Willy Segers en Paul Delva, de dames Fatma Pehlivan en Goedele Vermeiren, de heer Jos De Meyer en de dames Yamila Idrissi en Kathleen Helsen betreffende de monitoring en het beleid ten aanzien van anderstalige leerlingen in de Vlaamse Rand.
De bespreking is geopend.
De heer Segers heeft het woord.
Op basis van het cijfermateriaal konden we concluderen dat er een praktisch probleem is in het Nederlandstalig onderwijs in de Vlaamse Rand. Er zijn diverse analyses naar voren gekomen in de commissie. We hebben gemeend een aantal elementen te mogen opnemen in dit voorstel van resolutie. Eén, we vragen een permanente monitoring. Er is gebleken dat het cijfermateriaal niet op consequente wijze wordt verzameld. Momenteel hangt dat vooral af van opvragen van de cijfers door een individueel parlementslid. Met deze resolutie vragen wij inderdaad dat dit jaarlijks wordt gemonitord.
Op basis van de interpellatie heeft de minister dit toegestaan zodat een transparant registratiesysteem van al het cijfermateriaal op eenvoudige wijze mogelijk wordt als onderdeel van beleidsvorming.
Deze telling wordt jaarlijks georganiseerd. De minister beloofde dit ook jaarlijks aan het Vlaams Parlement te communiceren.
Verder vragen wij ook een overleg met de Franse Gemeenschap. We mogen niet vergeten dat ook mensen van over de taalgrens naar de Vlaamse Rand of in Brussel, naar het Nederlandstalig onderwijs komen.
Wij vragen de nodige kwaliteitsmaatregelen te blijven nemen ten aanzien van het groeiend aantal TNN-leerlingen in de Rand en in Brussel.
We vragen tenslotte vanuit de Vlaamse Regering de schoolbesturen te steunen om de engagementsverklaring van anderstalige ouders te versterken. Dat zijn de zes aanbevelingen.
De heer Van Dijck heeft het woord.
Deze problematiek staat met de regelmaat van de klok op de agenda, zowel van de commissie Onderwijs als van de commissie Brussel. Ik herhaal het elke keer, en dat deed ik ook op 9 februari naar aanleiding van de interpellatie van de heer Segers.
Wat ik wil zeggen is dit: de enorme toestroom van anderstalige leerlingen in de brede Vlaamse Rand is lang niet nieuw. Al in vorige legislaturen kwam het onderwerp meermaals ter sprake. De hoogdringendheid van dit voorstel van resolutie ontgaat me dus enigszins, hoewel we ons niet hebben verzet tegen de behandeling ervan. De situatie is natuurlijk ernstig, maar dat is ze al jaren. Mij lijkt een behandeling in de commissie dus meer op zijn plaats. Maar we zullen het hier behandelen en ook goedkeuren. Ten gronde zijn we het immers met dit voorstel van resolutie en met de vragen aan de regering eens, zij het dat we verder willen gaan.
Ik herhaalde meermaals in de voornoemde commissies dat de Vlaamse Regering een totaalplan zou moeten opstellen dat de ontnederlandsing van Vlaams-Brabant in al zijn facetten zou moeten aanpakken. Er mocht zelfs een speciale ministerraad aan worden gewijd zoals dat ook voor andere onderwerpen het geval is geweest.
Ik dring erop aan dat de Vlaamse Regering minstens onderzoekt of het mogelijk is of de voorrangsregeling die in Brussel geldt, kan worden overgeplant naar de Vlaamse Rand. De minister verklaarde meermaals dat dit ongrondwettelijk zou zijn, maar ik ben niet de enige vragende partij voor zon overplanting. Ik ben ook niet overtuigd dat het ongrondwettelijk zou zijn.
De indieners maken een onderscheid tussen de verschillende categorieën anderstalige leerlingen. Er zijn er dus ook bij die uit een ander gewest komen. Misschien is op hen wel de Brusselse voorrangsregeling van toepassing aangezien ze in hun eigen gewest, het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest of het Waalse Gewest, wel een alternatief hebben. Ik ben in elk geval blij dat de indieners erkennen dat de grote toestroom van anderstalige leerlingen de kwaliteit van het onderwijs aantast, want dat is overduidelijk het geval. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Delva heeft het woord.
Ik wil drie elementen benadrukken die voor mij essentieel zijn in het voorstel van resolutie. Als we een volledige monitoring willen hebben van de gegevens, dan is het nodig dat we contacten leggen met de Franse Gemeenschap en dat we ook proberen relevante cijfers te ontvangen over een aantal deeldomeinen van het Franstalig onderwijs. Dat is nuttig als we een volledig overzicht willen behouden.
Het voorstel van resolutie legt de nadruk op de vraag naar kwaliteitsmaatregelen en verwijst hierbij expliciet naar wat vandaag al bestaat in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel. Ik ben overtuigd dat er elementen bij zijn die nuttig kunnen zijn, ook voor scholen in de Rand.
Ten slotte leg ik de nadruk op de meer verregaande engagementsverklaring die we voorstaan. We vragen aan de regering dat aan de schoolbesturen elementen worden aangereikt opdat ze een effectievere engagementsverklaring kunnen laten ondertekenen door de ouders dan vandaag het geval is.
Mevrouw Pehlivan heeft het woord.
Het probleem van de Vlaamse Rand leeft niet alleen in die Vlaamse Rand, maar ook in grote steden en kleine gemeenten. Het is het probleem van de kinderen met als thuistaal niet-Nederlands. Misschien is het aan te raden de expertise die men in die steden opdoet, te delen met de Vlaamse Rand.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Ik wil vragen aan de indieners wat ze met punt 6 bedoelen. In vele scholen in de Vlaamse Rand is het een probleem. Ze vragen een meer verregaande engagementsverklaring van de ouders met betrekking tot de onderwijstaal. Wat wil dat zeggen, een verregaande engagementsverklaring van de ouders?
De heer Van Dijck heeft het woord.
Dat betekent dat wanneer men de keuze voor het Nederlandstalig onderwijs maakt, men de kinderen faciliteert en ondersteunt, en dat dat niet alleen gebeurt in de school als Nederlandstalige omgeving, maar ook via tv, bibliotheekbezoek enzovoort. Men moet het engagement van die keuze uitstralen om dat te ondersteunen.
Het grote probleem is dat een aantal ouders in de scholen in de Vlaamse Rand gaat het over buitenlanders, niet-Belgen geen woord Nederlands kennen. Wat houdt dat engagement dan in? Er is gewoon geen communicatie mogelijk tussen de ouders en de schoolbesturen. Het is een enorm probleem. Het gaat niet over faciliteitengemeenten, maar over Nederlandstalige gemeenten zoals Zaventem en Vilvoorde.
Het is heel gemakkelijk om te spreken over een engagementsverklaring, maar wat houdt dat eigenlijk in? Ik vind dat het strakker zou moeten worden geformuleerd, maar goed. Ik denk dat dit te vrijblijvend is.
Even ter informatie voor collega Van Rompuy: het gaat bijvoorbeeld over het aanmoedigen van ouders om kinderen naar buitenschoolse activiteiten in het Nederlands te sturen en niet naar buitenschoolse activiteiten die in Brussel in het Frans worden georganiseerd. Dat is een voorbeeld waarbij een engagementsverklaring nuttig kan zijn.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.