Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de economische gevolgen van de aanhoudende droogte voor de landbouwsector
Verslag
De heer Sintobin heeft het woord.
Voorzitter, na de discussie die we deze ochtend in de commissie hebben gevoerd, onderneem ik een tweede poging. Iedereen kan in elk geval zien dat vandaag de zoveelste warme, zonnige en vooral droge dag is. Voor de meesten onder ons is dit mooi meegenomen, maar voor onze Vlaamse land- en tuinbouwsector vormt dit een steeds groter wordend probleem.
Sommigen hebben het zelfs al over enkele tientallen miljoenen schade en over het slechtste voorjaar ooit. Meer nog, wanneer in de komende dagen geen neerslag van betekenis valt, dan dreigt voor onze Vlaamse land- en tuinbouwsector een ramp.
Collegas, in Frankrijk is de situatie nog erger. Daarom heeft de Franse minister van Landbouw Le Maire een initiatief genomen en aan de sector beloofd om het dossier voor te leggen aan de Europese Landbouwraad van 17 mei. Hij zou aan de Europese Commissie steunmaatregelen vragen om de negatieve impact van deze extreme droogte te beperken.
Minister-president, ik zou u kunnen vragen om het te laten regenen. Dat is echter niet uw bevoegdheid. Daarnaast zou het ook slecht zijn voor uw populariteit. Daarom vraag ik u wat het resultaat was van de Europese Landbouwraad van 17 mei.
De heer Callens heeft het woord.
Voorzitter, minister-president, het is erger dan wat mijnheer Sintobin zegt. Het gaat niet over tientallen miljoenen. In de laatste gegevens die we deze morgen hebben kunnen lezen in De Morgen, heeft men het al over een verlies van 100 miljoen euro voor de landbouw. Dat begint toch dramatisch te worden.
Vandaag worden al een aantal producten gerooid waarvan de opbrengst met de helft verminderd is. Denk maar aan spinazie. Als die opbrengst vermindert, dan betekent dat ook dat de verwerkende nijverheid automatisch problemen heeft qua personeel, machines, capaciteit.
Indien die producten niet meer groeien zoals het moet, worden we geconfronteerd met een indexprobleem. Dat betekent ook inflatie en misschien ook wel een verhoging van de lonen. Het economisch probleem van vandaag is veel groter dan we wel denken.
Minister-president, net zo min als de heer Sintobin vraag ik van u dat u een decreet uitvaardigt om het te laten regenen. Ik vraag u wel dat u vanaf vandaag denkt aan ernstige maatregelen om dat vooral financiële probleem in de landbouw in de toekomst te verzachten. Het is heel belangrijk de pijn bij de landbouwers te verzachten. Als u me een goed antwoord geeft, dan kunnen de landbouwers deze nacht goed slapen, ook als het vannacht niet regent.
Minister-president Peeters heeft het woord.
Voorzitter, collegas, stel u nu voor dat het morgen begint te regenen, dan wordt mij een bevoegdheid toegedicht die ik niet heb en waar ik, in alle bescheidenheid gezegd, ook niet naar hunker. Niets in dit leven is me echter vreemd, dus ook niet het probleem van de landbouw.
De huidige droogte heeft natuurlijk een zware impact op de land- en tuinbouwsector. Er werd verwezen naar de Europese Landbouwraad van mei, waar het ging over de vraag om de toeslagrechten en zoogkoeienpremies vervroegd uit te betalen. Frans minister van Landbouw Le Maire, die daarbij door ons werd gesteund, heeft de vraag gesteld. De Commissie heeft daarop positief geantwoord en het probleem zal lidstaat per lidstaat worden bekeken. Het beheerscomité zal op 7 juli de definitieve beslissing nemen. Dat is niet onbelangrijk. De Vlaamse administratie is er volop mee bezig om het vervroegd en mogelijk verhoogd uitbetalen van beide premies mogelijk te maken. Voor Vlaanderen zou het om tot 249 miljoen euro aan vervroegde voorschotten kunnen gaan. Als dat voorschot, zeker voor de zoogkoeienpremie, 80 procent in plaats van 60 procent mag bedragen, dan komen we aan dat bedrag van 249 miljoen euro.
Op 7 juli beslist dus het beheerscomité. Onze administratie is daar volop mee bezig. Het systeem kan dan in werking worden gesteld.
We gaan ook na of er nog mogelijkheden zijn inzake de beheersovereenkomsten, de agromilieumaatregelen. Ook dat bekijken we.
De droogte moeten we vrij ernstig nemen in de land- en tuinbouwsector. Er zijn beslissingen genomen of ze zitten in de pipeline. Uiterlijk tegen juli kunnen we die in gang steken. Ook al zou het niet regenen, we hebben de nodige initiatieven genomen.
Minister-president, u had het deze morgen over waterlopen, en daarom dichtte ik u een bepaalde bevoegdheid toe die niet de uwe is. Het ziet er veelbelovend uit dat het Europese niveau aankondigde dat er een vervroegde en misschien zelfs verhoogde uitbetaling zou komen van verschillende premies.
Ik zou kunnen méchant zijn en vragen waarom u het initiatief niet hebt genomen, en we moesten wachten op een initiatief van de Franse minister van Landbouw. Ik dank u voor uw antwoord, maar we zullen het beheerscomité van 7 juli moeten afwachten om daar verder vragen over te stellen in de commissie.
Minister-president, ook ik dank u, maar ik wil er toch twee zaken aan toevoegen. Open Vld en ikzelf hebben al enkele keren aangedrongen om de verzekeringsmaatschappijen te vragen een klimaatverzekering tot stand te brengen voor de landbouw. Vorig jaar hadden we problemen met de natte nazomer. Uw fonds heeft heel wat miljoenen euros moeten bijdragen. Dit jaar hebben we de droogte. Wat wordt het volgend jaar?
U had het moeilijk met de verzekeringsmaatschappijen, of die had het moeilijk met ons om die verzekering af te sluiten vanwege een te groot risico. Ik stel voor om hier nogmaals op aan te dringen. Het risico van de verzekeringsmaatschappijen kunnen we misschien deels aanvullen met de risicopot die wij hebben. Dit zou een interessante piste zijn.
Minister-president, ik vraag ook dat als er meer waterbekkens worden aangelegd, die mogen worden gebruikt door de landbouwers om hun velden te besproeien.
De heer Peeters heeft het woord.
Minister-president, ik heb geen probleem met de vervroegde uitbetaling. In deze omstandigheden is dat terecht. Maar ik heb twee bedenkingen bij deze droogte.
Ten eerste is er het probleem van ons landbouwlandschap. In het verleden werden beken rechtgetrokken en waren er ruilverkavelingen. Dat heeft ook een verdrogend effect op de totale landbouwomgeving. Het heeft ertoe geleid dat we grondwater moeten oppompen, en dat zorgt weer voor een verlaging van de grondwaterspiegel. Ik pleit voor het hermeanderen, in het kader van waterbeheersing, en voor het realiseren van overstromingsgebied.
Gelet op de droogte en de aanwezigheid van meststoffen op het veld nu, en het probleem van erosie bij hevige regenval, moeten we oppassen dat we niet te maken krijgen met een meststofafvloeiing. Die kunnen we op dit moment onmogelijk tegenhouden. Daarom vraag ik voorzichtigheid bij de realisatie van overstroming in natuurgebieden, en de invloed van de mestafspoeling te bewaken.
Mevrouw Robeyns heeft het woord.
Ik deel de zorg van de collegas. Het is positief dat de minister-president al maatregelen heeft genomen op korte termijn. Het is ook belangrijk te onderzoeken hoe de landbouw zich kan wapenen tegen die veranderende klimatologische omstandigheden op lange termijn. Droogte, overstromingen enzovoort zijn fenomenen die alsmaar vaker terugkeren. Het is belangrijk dat de landbouw zich hiertegen kan wapenen met teeltkeuze, maar ook met duurzaam waterbeheer. Daar is nog winst te boeken. Welke maatregelen plant u op lange termijn om de veranderde omstandigheden het hoofd te bieden?
Mevrouw Eerlingen heeft het woord.
Door de klimaatopwarming zullen we steeds meer te maken krijgen met wateroverlast en droogteperiodes. We zullen ons daar dus tegen moeten wapenen. In dat kader pleiten wij voor een duurzaam waterbeleid, zoals ook in de commissie Water aan bod is gekomen, en voor het beschouwen van water als een kostbaar goed. We moeten dat niet gaan uitvoeren, maar het integendeel goed bewaren en zien dat de infiltratiecapaciteit verbeterd kan worden.
Ik las vandaag in een krant dat er nieuwe initiatieven zijn waarbij boeren hun akkers niet omploegen, waardoor er een verbeterde infiltratie kan komen. Misschien moet er in de toekomst ook meer aan gedacht worden om nieuwe manieren van landbouw te bedrijven. Wat zijn daar eventueel de mogelijkheden? Wordt daar verder onderzoek naar gedaan?
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Water is in de land- en tuinbouw een element dat zowel bij droogte als bij overlast heel sterk speelt. De beperking van het gebruik is ook een element dat heel vaak wordt meegenomen in onderzoek. Natuurlijk zijn er bepaalde kritische momenten. En wat als er effectieve schade is? Er zijn inderdaad al heel wat initiatieven genomen om te zien hoe we ons kunnen indekken tegen landbouwschade. Is dat ook op Europees niveau een gespreksonderwerp, om te bekijken op welke wijze er een betere bescherming kan komen tegen schade door natuurfenomenen en dergelijke? Wordt dat op Europees niveau bekeken, of krijgen wij de ruimte om daarop in te zetten?
Bij wateroverlast is het belangrijk dat er een goede afwatering gebeurt met een gerichte infiltratie. Maar als er buffering moet gebeuren, is het belangrijk dat die buffering ook effectief benut kan worden. Gestuurde elementen zijn dan ook belangrijk. Ook dat is een element dat we vanuit de sector mee kunnen geven in het kader van het waterbeleid.
Collegas, ik wil nog eens onderstrepen dat de land- en tuinbouwers in eerste instantie geïnteresseerd zijn om bepaalde betalingen vervroegd uitbetaald te krijgen. Daar wordt aan gewerkt. Het opnieuw laten meanderen van beken die zijn rechtgetrokken, vraagt natuurlijk enige inspanning en enige tijd. Ik zou voorstellen dat ik alle suggesties die hier zijn gedaan, meeneem en verder bekijk, in overleg met minister Schauvliege. Maar nu moeten we ons vooral focussen op het zo snel mogelijk uitkeren van die 249 miljoen euro een ontzettend groot bedrag. Alle andere elementen zullen we meenemen in de duurzame langetermijnvisie op tal van vlakken.
Mijnheer Callens, u had het nog over de verzekering. Wij hebben dat al verschillende keren aangeboden aan de privésector, maar daar is weinig interesse voor. Ik kan dat nog eens proberen, maar men is daar blijkbaar niet direct in geïnteresseerd, omdat de risicos wat hen betreft te hoog liggen en zij dat niet willen verzekeren. Maar goed, daar is het laatste woord nog niet over gezegd.
Minister-president, misschien moeten we aan de overkant eens vragen hoe het zit met het Rampenfonds en daar eventueel schadeloosstelling halen wegens extreme droogte. Wij denken altijd dat het voor wateroverlast dient, maar de schade die nu wordt toegebracht door de droogte, is even groot als bij wateroverlast.
Collegas, het is niet omdat het één dag regent ik ben trouwens blij dat het vandaag niet regent, anders zouden onze vragen over de droogte nogal belachelijk overkomen dat de problemen in de sector zijn opgelost.
Minister-president, ik dank u voor uw antwoord. Ik wil er nog aan toevoegen dat de landbouwers die de grootste problemen zullen hebben door deze droogte, de jonge landbouwers zijn die zaken overgenomen hebben, die geleend hebben, die geïnvesteerd hebben.
Ik wil u dus vragen om vooral die groep van die sector te beschermen. (Applaus bij Open Vld)
Het incident is gesloten.