Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Vrancken heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, het probleem van de auto-industrie is opnieuw actueel. Sommigen zeggen dat het voorbij is omdat de grootste stakingen voorbij zijn. De staking bij Ford is afgelopen.
Ik heb echter een actuele vraag ingediend, omdat het probleem volgens ons actueel is en zal blijven. Het gevaar bestaat dat wat gebeurd is bij de toeleveranciers van Ford en Ford zelf, uitdeint naar andere sectoren en andere autobedrijven.
Ik wil enkele citaten aanhalen, die in de context belangrijk zijn, ook voor de toekomst. "De toekomst van de fabriek staat op het spel. De directie van Ford Genk heeft weinig begrip voor de staking. De algemeen directeur Guy Martens noemt de eisen totaal onrealistisch en dringt aan op een snelle hervatting van het werk." Dat is intussen wel gebeurd.
"De stakers spelen met vuur, waarschuwt Guy Martens. Het is onbegrijpelijk. Met deze actie zetten ze de toekomst van de fabriek op het spel. En dat in een tijd waarin de automobielsector in België al zeer kwetsbaar is. Tijdens de herstructurering van 2003 gingen er 3000 banen verloren. Daarna beloofde de Europese directie van Ford ons drie nieuwe modellen die wij onder bepaalde voorwaarden zouden mogen produceren. De nieuwe modellen zijn er gekomen, maar nu blazen de arbeiders het akkoord eenzijdig op en eisen plots nieuwe arbeidsvoorwaarden. Dat is heel moeilijk uit te leggen aan het Europese hoofdkantoor van Ford."
En inderdaad, de top van Ford Europa waarschuwt nu ook: "De stakende arbeiders in Genk spelen met de toekomst." Ook op 19 januari stond er: "Wilde stakingen in de autosector hebben volgens de vakbonden alles te maken met de stijgende voedings- en energieprijzen. De bedrijven zijn verbolgen en roepen op tot kalmte.
Pieter Timmermans, topman van het VBO, roept de werknemers en de vakbonden op tot rust en kalmte. 'We zijn verbolgen over het dramatische sneeuwbaleffect en de negatieve spiraal van de wilde stakingen. De situatie dreigt te escaleren en blijkt over te slaan op vele andere bedrijven. De staking bij Ford Genk dreigt nu ook over te slaan naar de andere autoconstructeurs'."
We hebben het ondertussen meegemaakt, en niet alleen daar. De staking is ook overgeslagen naar Teneco in Sint-Truiden. Het sneeuwbaleffect is gevaarlijk. Ik hoop dat ik verkeerd ben, de toekomst zal het uitwijzen. Mevrouw de minister, u hebt gelijk dat u de wenkbrauwen fronst bij de houding van de vakbonden. U zegt dat er bepaalde indexeringen toepasbaar zijn op de koopkracht. Er zijn cao's afgesproken die moeten worden nageleefd.
Mevrouw de minister, u had gezegd dat de task force van de auto-industrie zou worden bijeengeroepen. Het is jammer dat dat nog niet is gebeurd. Het was beter gisteravond of deze ochtend gebeurd. Dan hadden we daar nu een debat over kunnen voeren. In de task force is er sprake van twaalf maatregelen die uw voorgangster in het leven heeft geroepen. In maart vorig jaar werd ze daarover ondervraagd. Toen zei ze dat er al twee of drie maatregelen ingang hadden gevonden. Hoever staat het daar nu mee? Wat zal er gebeuren met de overheveling van de vennootschapsbelasting?
We weten goed genoeg dat de automobielsector in hetzelfde bedje ziek is als de meeste vennootschappen en bedrijven in ons land. Er is een federale fiscale regeling. We vragen om de overheveling naar het Vlaamse niveau, en daarin zijn we niet alleen. De minister-president volgt ons daarin. Zult u daarvoor maatregelen treffen?
U hebt gezegd dat innovatie een belangrijke factor is in de automobielsector voor de concurrentiepositie van onze bedrijven ten opzichte van lageloonlanden. Auto's kunnen overal geassembleerd worden, maar de toegevoegde waarde van innovatie is wel belangrijk voor onze eigen bedrijven. Mevrouw de minister, hoever staat u daarin?
Minister Ceysens heeft het woord.
Ik vind inderdaad dat men in een model van CAO en van automatische loonindexering niet kan grijpen naar wilde stakingen als er problemen zijn in een sector. Dat hoort binnen het sociaal overleg.
Ik ben tussengekomen omdat de belastingbetaler al heel veel middelen heeft ingebracht in deze sector. Voor de voorbije twaalf jaar gaat dat over 70 miljoen euro. Voor de hele automobielsector gaat het over meer dan 200 miljoen euro. Ford Genk heeft daarvan het grootste deel gekregen.
We zetten ook in op innovatie in de sector met de competentiepool Flanders' DRIVE. We hebben nu ook een Flanders' DRIVE II afgesloten voor een bedrag van 28 miljoen euro. Daarbij komt dat de federale overheid in het kader van de task force een lastenverlaging op nacht- en ploegenarbeid heeft doorgevoerd van jaarlijks 500 miljoen euro. Samen vormt dat een indrukwekkende som.
De toekomst en het behoud van de sector is een gedeelde verantwoordelijkheid van werkgevers en werknemers, en ook van de overheid. Ik heb gisteren de drie vakbonden van de sector metaal ontvangen. Ze hebben enkele problemen aangekaart, bijvoorbeeld van de loonverschillen, die in Ford binnen het toeleveringsmodel spelen, omwille van de specifieke organisatie. Ook de interimarbeid kwam ter sprake.
Indien problemen rijzen, horen die binnen het sociaal overleg thuis. Wilde stakingen zijn niet aangewezen om de problemen op te lossen.
Zodadelijk, om 17 uur, zal ik de voorzitter van de task force, de heer Geysen, en de werkgeversorganisatie Agoria ontvangen. De heer Geysen is overigens een oude bekende in de automobielsector. De task force moet snel bij elkaar worden geroepen. Ik wil die vergadering goed voorbereid kunnen organiseren. Het gaat om iets minder dan 45 mensen. De task force bestaat uit vertegenwoordigers van de werknemersorganisaties, van de werkgeversorganisaties, van verschillende Vlaamse en federale kabinetten en van onze kennisinstellingen. Om dergelijke bijeenkomsten goed te laten verlopen, is een goede voorbereiding essentieel. Gisteren heb ik de werknemersorganisaties ontvangen. Zodadelijk zal ik de voorzitter van de task force en de werkgeversorganisaties ontmoeten.
De twaalf punten in het actieplan draaien rond vier verschillende thema's, met name de loonkosten en de flexibiliteit, de innovatie, de logistiek en de energiekost. Uit een eerste blik op het actieplan blijkt dat de meeste punten in ruime mate zijn uitgevoerd. We willen evenwel punt per punt nagaan waar we staan en hoe we wat nog niet is uitgevoerd, alsnog aan bod kunnen laten komen.
De huidige problemen doen snel een debat over de hele automobielsector ontstaan. Hierbij worden vaak vrij existentiële vragen over deze sector gesteld. In een persbericht van Agoria staat te lezen dat er wel degelijk een toekomst voor de automobielsector in Vlaanderen is. Het behoud van de sector valt in eerste instantie onder de gedeelde verantwoordelijkheid van de werkgevers en de werknemers. De overheid moet hierbij een faciliterende rol vervullen. Het behoud van de sector berust evenwel nog meer bij de investeringen in meer complexe wagens. Volgens Agoria moeten we ons vooral op een aantal marktniches richten.
Flanders' DRIVE kijkt steeds meer naar de wagen van de toekomst. Als er een wagen is die we in Vlaanderen kunnen houden, is het wellicht de wagen van de toekomst. Dit brengt ons bij het debat over innovatie. Flanders' DRIVE vertegenwoordigt een investering van 28 miljoen euro. Hiermee hebben we dit debat zeker aangevat.
Ik hoop de volledige task force tegen het einde van deze maand of het begin van volgende maand bij elkaar te krijgen. Ik ben uiteraard bereid om naderhand verslag uit te brengen over de bevindingen van de task force.
De aangehaalde loonkostproblematiek blijft natuurlijk een belangrijk punt. Op dit vlak wordt Vlaanderen enigszins door de federale overheid gegijzeld. Hoewel het hier om een van de belangrijkste elementen in de discussie gaat, kunnen we hier weinig aan doen. Een uurloon kost hier 32,5 euro. Hiermee zijn we eigenlijk de duurste regio ter wereld. Ik vraag me af hoe we de internationale automobielfabrikanten in deze omstandigheden in Vlaanderen kunnen houden, laat staan naar Vlaanderen halen.
Er wordt terecht in innovatie geïnvesteerd. Ik meen evenwel dat het standpunt van de minister slechts gedeeltelijk klopt: dit geldt enkel voor delen van de sector. De wagen van de toekomst zal hier niet worden ontwikkeld. Dergelijke wagens zullen in de hoofdzetels van de verschillende merken worden geconcipieerd. Ik betwijfel dat wij de wagen van de toekomst zullen uitvinden. Aangezien dit een grote toegevoegde waarde zou betekenen, zou ik dit natuurlijk wel willen.
De heer Van den Heuvel heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik deel de zorgen van de vorige sprekers over de levensvatbaarheid van de automobielsector.
Drie jaar geleden heeft de vorige minister van Economie met Flanders' DRIVE een goed initiatief genomen. Er zijn toen twaalf prioriteiten naar voren geschoven. Hoewel de loonkost belangrijk is, kunnen we hier weinig aan doen. Ik vind dat de Vlaamse overheid terecht in innovatie investeert. Maar liefst vier van de twaalf punten in het actieplan hebben betrekking op innovatie.
Ik denk dat het in dat opzicht belangrijk is dat Vlaanderen in bepaalde niches heel belangrijke spelers heeft. Ik denk dan aan Van Hool in Lier, waar de Vlaamse overheid, bijvoorbeeld met innovatief aanbesteden, specifieke bussen kan promoten.
Mevrouw de minister, kan een tandje worden bijgestoken voor die vier trajecten van innovatie, vooral naar het innovatief aanbesteden? Ik heb daarover een concrete vraag ingediend die we in commissie zullen behandelen, misschien volgende week.
Europa heeft de context geschetst. Het stond ook in uw beleidsbrief dat we niet mogen treuzelen. Ik denk dat het voor bepaalde niches, zoals de autobusnijverheid, heel belangrijk is dat Vlaanderen stimulansen geeft. Mevrouw de minister, zult u binnenkort initiatieven nemen op dat vlak?
De heer Van Malderen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, met een zekere regelmaat wordt hier gedebatteerd over de toekomst van de automobielsector, meestal naar aanleiding van herstructureringen. Dat bewijst dat de automobielindustrie een bedrijfstak is die onder zware internationale druk staat.
Ik wil me dan ook aansluiten bij het pleidooi om van deze sector een innovatief speerpunt te maken. We hebben daar morgen in de commissie een belangrijk debat over, naar aanleiding van de conclusies van de onderzoekscommissie-Soete.
Ik wil wel een aantal kanttekeningen plaatsen en relativeren wat hier werd gezegd over wilde stakingen en al dan niet stakingen buiten het stelsel van collectieve arbeidsovereenkomsten. Voor de mensen van Ford Genk die in staking zijn gegaan, lagen naast looneisen ook arbeidsorganisatie en arbeidsdruk aan de basis van hun ongenoegen. Dat ongenoegen werd in eerste instantie niet aangevuurd - wat daar ook over gezegd mag worden - door de plaatselijke vakorganisaties. Deze mensen werden door de organisaties gekanaliseerd naar klassiek sociaal overleg, dat er finaal toe heeft geleid dat akkoorden werden afgesloten. Ik denk dat iets anders beweren de waarheid geweld aandoet.
Mevrouw de minister, u had het ook over het belastinggeld - dat zijn uw woorden - die in het bedrijf werden gepompt. Dat was ook nodig op het moment van de herstructurering.
Ik hoop dat u uw zorg over het juiste en gepaste gebruik van overheidsgeld voor bedrijven ook zult uiten op het moment dat er over werkzekerheid wordt gepraat in deze sector. Ik heb uw voorganger - en ik hoop dat we met u naar een trendbreuk gaan - nooit zien interveniëren over het besteden van overheidsgeld toen we het hadden over de herstructurering bij Volkswagen of Opel.
De heer Stassen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, natuurlijk is het goed dat er een duurzame en innovatieve autoassemblage-industrie in Vlaanderen blijft en dat daarvoor een aantal maatregelen worden genomen.
Het is duidelijk dat het model Ford heel veel risico's inhoudt. Dat model wil omwille van een aantal interne besparingsmaatregelen een aantal taken outsourcen naar bedrijven die direct verbonden zijn met het moederbedrijf. Dat heeft een reeks besparingen opgeleverd, maar er is nu ook duidelijk gemaakt dat het een zeer kwetsbaar systeem is. Als er in een schakel iets gebeurt, ligt alles stil. Als er contestatie is, krijgt men ook een domino-effect. Ik denk dat dat een duidelijke conclusie is, maar het is aan de mensen van Ford om daarmee om te gaan.
Mevrouw de minister, ik wil het over u hebben. Ik vind dat u voor uw beurt en - ik zal het woord maar gebruiken - dom hebt gecommuniceerd. U hebt zondag de vakbonden hard aangepakt, maar u moet de vakbonden op uw blote knieën danken dat zij de zaak op zo'n rustige manier hebben aangepakt. Zij hebben de mensen in de verschillende bedrijven tot een meer beheerste manier van actievoeren doen overgaan. Zij hebben er vooral voor gezorgd dat er op relatief korte termijn een onderhandelde oplossing is gekomen, waarvan iedereen zegt dat het een goede oplossing is.
Hadden de vakbonden zich niet zo verantwoord opgesteld, dan was dat niet gebeurd. De vakbonden binnen Opel hebben zelfs proactief gezegd dat ze ervoor zullen zorgen dat dat bij Opel Antwerpen niet zal gebeuren. U moet de vakbonden niet kapittelen en zeggen dat ze wilde stakingen erkennen en het sociaal overleg in gevaar brengen. De vakbonden hebben zich zeer verantwoord opgesteld, gewrongen als ze zitten tussen enerzijds de terechte eis over de werkdruk en anderzijds de angst voor de gevolgen voor het bedrijf. Ze hebben zich op een zeer verantwoorde manier opgesteld. Uw uithaal van zondagmorgen was niet nodig. Een paar uur later is aangetoond dat die uithaal niets te maken had met de opstelling van de vakbonden. U had dat niet moeten zeggen.
De heer Peumans heeft het woord.
Mevrouw de minister, we hebben met uw voorgangster mevrouw Moerman een aantal keren van gedachten gewisseld over de taskforce. Volvo Gent is een goed voorbeeld van wat er gebeurt in de sector. Volvo moest eerst 1000 of 1500 functies kunnen invullen, en nu is men weer aan het afbouwen. In NedCar in Born, vlak bij de grens, werken heel veel Limburgers. Eerst dankt het bedrijf 700 mensen af, maar zoekt bij wijze van spreken drie weken later weer 500 mensen bij. Er is dus een jojo-beweging bezig.
Mevrouw de minister, is de taskforce nog samengekomen? Zo ja, houdt die zich ook bezig met de problematiek van hoe de assemblage in België er binnen tien jaar uitziet? Ik zie een aantal ontwikkelingen in de assemblagesector waarbij het er voor de toekomst niet zo goed uitziet. We kennen het voorbeeld van Volkswagen dat helemaal is afgeslankt. Komt die taskforce opnieuw bij elkaar omdat er problemen zijn in Gent en in Genk? Wanneer is die nog eens bij elkaar geweest? Wat is de visie op de toekomst van de assemblagesector in België?
De loonkost is een van de vier speerpunten waar het actieplan rond draait. Dat verhaal wordt federaal geschreven. Daarom is de taskforce ook gemengd samengesteld met Vlamingen en federale collega's. Ik breng die taskforce nu samen en zal ze voor de eerste keer zelf leiden. In 2005 is hij opgestart. Tussentijds heeft hij wel vergaderd om te kijken of het plan werd opgevolgd. Voor het weekend heb ik al het signaal gekregen van vooral de voorzitter van de taskforce dat het goed was dat ik de taskforce opnieuw zou samenbrengen. Ik wilde dat doen.
Ik heb ook een bezoek aan Volvo Gent gebracht. Er waren berichten over Volvo. Er was vervolgens de staking in de sector. Ik zal blijven herhalen wat ik zondag heb gezegd.
In de innovatie kan de Vlaamse bevoegdheid voluit spelen. We hebben die ook laten spelen. U zegt dat er een tandje moet worden bijgestoken. De vorige Flanders' DRIVE beschikte over een bedrag van 12 miljoen euro. We zijn van 12 naar meer dan 28 miljoen euro gegaan. Dat is niet niks. Je moet dan natuurlijk de capaciteit hebben om dat helemaal op te nemen en goed in de sector te laten verwerken. Flanders' DRIVE II is nog maar heel recent van start gegaan. De verhoging is dus heel recent. Ik wil vragen dat we dat bedrag van meer dan 28 miljoen euro goed kunnen implementeren. Geef Flanders' DRIVE II nu de kans om met de meer dan verdubbeling van de middelen goed aan de slag te gaan.
Als we het dan hebben over de wagen van de toekomst, wordt er uiteraard gekeken naar een aantal niches. U noemt een concreet bedrijf. Ik zou ook een paar bedrijven kunnen noemen, maar ik denk dat het beter is om te kijken naar de componenten waarin we goed zijn, welke ook de bedrijven zijn die dat kunnen opnemen. Vlaanderen blijkt bijvoorbeeld zeer goed te zijn in de lichtgewichtcomponenten, een niche in innovatie. Actieve beveiliging is ook een voorbeeld van een niche waar we goed in zijn en die we ten volle moeten laten spelen. Ik denk ook aan een aantal geluidssystemen.
De middelen voor innovatie zijn fors verhoogd. Ze zijn nog maar net ingezet. We moeten de sector de kans geven om die middelen goed te absorberen en daar iets mee te doen. Wat die innovatie en die wagen van de toekomst betreft, zal er moeten worden gekeken naar een aantal niches in de wagenconstructie waarin we goed zijn. Ik heb een paar voorbeelden gegeven van waar we kansen hebben. De complexe assemblage zal iets voor ons zijn. We moeten er rekening mee houden dat alleen die complexiteit een garantie biedt voor het behoud van de sector in Vlaanderen. Natuurlijk moeten we ook inzetten op een aantal marktniches.
Ik heb de werknemersorganisaties eerst ontmoet. Zo dadelijk ontmoet ik de werkgevers, en dan de hele taskforce. Als we dat dan punt per punt hebben afgehandeld, wil ik gerust verslag uitbrengen over wat we verder hebben afgesproken binnen de taskforce.
Mevrouw de minister, zoals ik al zei, zijn het deelaspecten van de assemblage waar er sprake is van innovatie. Ik zou nog een bijkomende vraag willen stellen.
Mijnheer Vrancken, het debat is afgesloten. We moeten afronden.
Wat de vakbonden betreft, wil ik ingaan op wat de heer Stassen heeft gezegd. De vakbonden zijn vrij passief gebleven in dit hele verhaal. Ze zijn misschien even wat temperend opgetreden, maar anderzijds spreken ze harde taal. Ik citeer wat ABVV-voorzitter De Leeuw gisteren nog verklaarde: "Als er niet snel maatregelen worden genomen, zullen de mensen dat niet langer pikken. Als vakbond zullen we onze basis dan niet in de steek laten." Dat lijkt me duidelijke taal, in tegenstelling tot wat u zelf hebt verklaard.
Het incident is gesloten.