Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Verstrepen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, heren ministers, dames en heren, ik zet hier een coca-cola neer omdat ik liever cola drink dan water. (Zet een flesje cola op het spreekgestoelte)
Mijnheer de minister, deze morgen, terwijl ik mij aan het scheren was met Gilette, en de bijbehorende vier mesjes, belde iemand mij op mijn Blackberry. Hij vroeg of er nieuwe gegevens waren bij de VRM. Ik moest daarover nadenken terwijl ik in mijn Mini Cooper, met ABS en nog enkele andere opties, naar Brussel reed. Ik ben gestopt bij Total Fina om een koffie te drinken. (Opmerkingen)
Ik geloof dat het koffie van Rode Pelikaan was, waarin ik wat melk van Nutroma gegoten heb. Daarna heb ik in het weekblad Knack, van de uitgeverij Roularta, een interview gelezen met de minister van Media.
Maar alle gekheid op een stokje. Waarom doe ik dit, mijnheer de minister? Dit is onvermijdelijke product placement in het parlement, en de VRT of een andere zender zou deze plenaire zitting wel eens kunnen uitzenden. Dat is dus onvermijdelijke reclame. En dat is nu precies de aanzet van de discussie die al een tijd aan de gang is.
Er heerst nu een pax media, omdat alle zenders, zelfs de grootste concurrenten, aan tafel zijn gaan zitten en met elkaar gepraat hebben. Ook nu hebben ze samen aan tafel gezeten, en ze stellen dat ze niet kunnen leven met de manier waarop de Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) het medialandschap in Vlaanderen vandaag beheert en ze vinden dat dit hun rechtszekerheid in gevaar brengt.
Tijdens een hoorzitting met de mensen van de VRM hebben we daar in de commissie voor Media over gediscussieerd. U was daar overigens niet aanwezig, en daarom kaart ik deze kwestie hier aan. Zij waren niet bepaald enthousiast over onze kritiek. Ik heb tijdens die hoorzitting bovendien een aantal zaken gehoord die mij gedwongen hebben om deze vraag nogmaals in te dienen.
De VRM is een onafhankelijk controleorgaan, en die scheiding der machten moet behouden blijven. Er moét een onafhankelijke regulator zijn, daar gaat de discussie niet over. Toen ik het tijdens de hoorzitting echter had over klantvriendelijkheid, kreeg ik het antwoord dat die klantvriendelijkheid enkel gold voor de mediaconsument en niet voor de zenders. Dat is een fraaie uitspraak.
Ik durf te denken dat ik niet alleen sta met mijn oordeel dat de Vlaamse Regulator voor de Media iedereen tegen zich in het harnas aan het jagen is. We zitten in een fase waarbij er nieuwe mediaregelgeving gecreëerd moet worden. We bevinden ons op dit moment in een soort vacuüm. En net op dit moment speelt de VRM een zeer harde rol, met een wel zeer letterlijke toepassing van de regels. De VRM speelt de rol van 'reclame-inquisitie', zoals het in de sector omschreven wordt. En dat is geen gezonde zaak.
De VRM heeft mijns inziens een loketfunctie in opdracht van de Vlaamse Regering en dus moet de daaraan gekoppelde vriendelijkheid daar ook aanwezig zijn. Uit de feiten blijkt echter dat dat niet het geval is. De Vlaamse zenders hebben samen een brief geschreven aan u en uw kabinet met een dringende vraag om overleg over de houding van de VRM. Mijnheer de minister, dat is een zeer duidelijk signaal. U moet, als minister van Media, die zaak eens ernstig bekijken. Ik weet dat u moeilijk rechtstreeks kunt ingrijpen, maar misschien zit er een breekijzer in de beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Regering en de VRM. Een rondetafel met de Vlaamse zenders en de VRM heeft alvast niet veel opgeleverd. De VRM blijft dezelfde, harde houding hanteren.
Bent u van plan om de beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Regering en de VRM opnieuw te bekijken? Wat vindt u van de definitie van klantvriendelijkheid van de VRM? Vindt u dat de huidige strategie van de VRM de juiste is om het mediabeleid van de Vlaamse Regering toe te lichten?
Minister Bourgeois heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer Verstrepen, ik had begrepen dat we de week na de hoorzitting een debat zouden voeren. Ik ga dat debat niet uit de weg. Ik vond het niet gepast om nog voor de hoorzitting te antwoorden op uw vraag die toen al ingediend was. Ik vond ook niet dat ik kon gaan debatteren op een moment dat er een hoorzitting was georganiseerd in het parlement.
Ik ga het debat niet uit de weg. Ik zou me ervan af kunnen maken door te zeggen dat het nut van de regulator bewezen is aangezien u zegt dat hij de pax media heeft bewerkstelligd. De regulator heeft als taak de decreten te handhaven en uit te voeren. Hij doet dat vooral door erkenningen en vergunningen te verlenen, adviezen te verstrekken, klachten te behandelen en geschillen te beslechten. Verder zijn er nog de specifieke taken voor de algemene kamer en de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen. Die zijn opgesomd in het decreet.
Ik weet dat er wat onvrede is bij de start van de werking van de regulator. Dat is enigszins normaal. Het is echter de taak van de decreetgever dat de regulator als onafhankelijk orgaan toekijkt op de naleving van de decreten.
Wat de klantvriendelijkheid betreft, verwijst u naar de beheersovereenkomst. In dit geval is de beheersovereenkomst niet direct van toepassing. Daarin staat dat de regulator in zijn contacten met klanten vriendelijk moet zijn. Dat slaat dan concreet op de afhandelingstermijn en de doorlooptijd van de erkenningen en vergunningen en op de behandeling van de klachten. Dat betekent dat men voorkomend moet omgaan met iedereen die daar verschijnt als 'beschuldigde'. Of het zo ver moet gaan dat de boete met een strikje wordt verpakt, is dan weer iets anders.
Er waren een aantal opmerkingen die de VRM zelf heeft verholpen. Ik denk dan aan de eerste opmerkingen van de omroepen dat de feiten niet exact werden omschreven. Ik heb begrepen dat het onderzoeksrapport nu wordt meegestuurd zodat dit probleem opgelost is.
Verder was er de vraag naar overleg met de regulator. Ik heb begrepen dat er overleg wordt gepleegd. Dat kan wellicht nog beter, maar het gebeurt dus wel.
Ik heb een bijkomende opdracht gegeven aan de universiteit van Leuven die een studie maakt over de omzetting van de nieuwe richtlijn, om een aantal bijkomende zaken te onderzoeken. Een van die zaken is de beroepsmogelijkheid. Nu vindt het beroep plaats bij de Raad van State. Dat is geen beroep ten gronde. Het is slechts een marginale toetsing ten gronde waarbij wordt nagegaan of de procedure wettig en regelmatig is. In bepaalde landen bestaat er een beroepsmogelijkheid ten gronde. Ik heb daar advies over gevraagd.
Ik heb ook gevraagd of het mogelijk is om een procedure van gezaghebbend advies uit te werken. Daarbij kan een omroep of vereniging van omroepen zijn of haar plannen voorleggen aan de regulator en vragen of dat kan. Een dergelijke ruling kan de rechtszekerheid bevorderen.
Daarnaast zijn er natuurlijk ook de decreten. De regulator moet die decreten toepassen. De decreten zijn goedgekeurd door de wetgever. Hij moet zich daar dus ook aan houden.
De vraag is ook of er aanleiding is om bepaalde regels aan te passen. We zullen dat sowieso doen, al is het maar omdat we de nieuwe richtlijn omzetten. U kent mijn schema. Ik wil dat met bekwame spoed doen. We hebben een afspraak gemaakt om daarover op 28 februari een besloten hoorzitting te houden in de commissie. Het onderzoeksteam van Leuven zal daar een toelichting geven over de stand van zaken en we zullen de grote lijnen schetsen. We zullen een open dialoog aangaan.
We werken heel snel. Ik hoop dat we de zaak voor het reces een eerste keer kunnen voorleggen aan de regering en onmiddellijk na het reces overgaan tot de finalisering. Er zitten heel wat zaken in die soms leiden tot fricties. We zullen keuzes maken waarbij de omroepen misschien meer vrijheden krijgen. Ook die vrijheden moeten passen in een decreet, dat natuurlijk moet worden nageleefd en waarop de regulator zal toezien.
We zullen goede maatregelen nemen. Bijkomende suggesties zijn uiteraard welkom. Ik heb wel één bemerking. De VRM is een onafhankelijke instantie. De regulator heeft meer middelen en meer mogelijkheden dan de drie vroegere instanties die instonden voor het toezicht op de naleving van de decreten. Hij kan ook aan monitoring doen en performanter optreden.
Een zaak is duidelijk: we mogen een onafhankelijke, rechtsprekende instantie niet onder de voogdij van de uitvoerende macht brengen.
Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik heb er nog even aan getwijfeld om een logo van Lijst Dedecker te dragen, maar dat is geen commerciële reclame.
We kennen de antwoorden die u hebt gegeven. Daarom wil ik even terugkeren naar de essentie. Dat de regulator nu begint op te treden, daar kunnen we niet tegen zijn. Maar hij baseert zich daarbij op wetten uit 1991 of daaromtrent, die helemaal niet meer zijn aangepast aan de huidige situatie. Daarom moet die regelgeving worden aangepast. We zijn het daar ook volledig over eens.
De vraag is alleen wanneer de beslissing valt en wanneer die regeling moet worden toegepast. In de huidige situatie interpreteert de regulator naargelang het hem uitkomt. Hij geeft boetes die hoog of laag zijn, ook naargelang het hem uitkomt. Dat leidt natuurlijk tot de situatie die we vandaag kennen. Het is dan ook nodig dat er een signaal wordt gegeven dat dit niet de bedoeling is. Heel Europa liberaliseert. De Vlaamse regelgeving moet worden aangepast, zeker op het vlak van product placement, reclame enzovoort. We weten dat. Ik vraag u niet wanneer die aanpassing exact moet worden doorgevoerd, maar intussen kampen we wel met de huidige situatie.
Het is spijtig dat u niet hebt gemerkt hoe vijandig de VRM ten opzichte van dit huis stond. Wij kregen de schuld, hij voerde enkel uit wat wij hadden beslist. Dat ging toch wel wat te ver. Natuurlijk vraag ik me af hoe u kunt ingrijpen. Het enige breekijzer is misschien de beheersovereenkomst. In de huidige situatie vrees ik dat, als de regulator verder optreedt als een inquisiteur, we nog verder van huis zijn. Misschien moet ik die vraag later nog eens stellen. Ik hoop van niet. Dat zou betekenen dat we er nog minder goed voorstaan. De sector heeft nood aan rust. Ze moet toekomstgericht zijn.
Ik ben het eens met de antwoorden die u hebt gegeven, maar ze bieden geen echt antwoord om het spanningsveld tussen de regulator en de media op te lossen.
De heer Marginet heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, de zorgen van de heer Verstrepen worden door alle fracties gedeeld. De afgelopen weken is er veel kritiek geleverd door de pers. Ook tijdens de hoorzitting en het werkbezoek aan de VRT van afgelopen week stak die kritiek de kop op.
We weten allemaal dat het geen onterechte kritiek is als we kijken naar het zeer restrictieve optreden van de VRM tegenover de verschillende Vlaamse omroepen. Er rijzen problemen, en de decreten moeten hier worden aangepast.
Het doet me genoegen dat de minister aankondigt deze zaak met bekwame spoed te willen behandelen. De rechtsonzekerheid bij de Vlaamse omroepen moet worden weggewerkt. Dit zal hier in huis moeten gebeuren, met name via een aanpassing van de decreetgeving. De kern van de zaak is dat de decreetgeving niet voldoet wegens te veel interpretatiemogelijkheden. Mijnheer de minister, we kijken ernaar uit wat u binnenkort allemaal zult ondernemen.
De heer Decaluwe heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik kan de kritiek van de heer Verstrepen bijtreden.
Mijnheer de minister, vorige week is er in de commissie voor Media een hoorzitting en debat geweest. Ik sta volledig achter de beslissing dat er een regulator is die onafhankelijk werkt en de wetgeving toepast. Ik heb wel problemen met zijn wereldvreemdheid. Ik geef het voorbeeld van de Discovery-boete versus Belgacom TV waarin de VRM zich volledig heeft vastgereden, want hij kon er geen uitleg aan geven. Nochtans verwijst hij naar hetzelfde decreet van 1991. Ik heb de moeite genomen om dit nog eens na te lezen, maar dit klopt niet. Er is een fout gemaakt.
Er bestaan evenmin criteria inzake boetes. Ik wil de heer Verstrepen niet verdedigen, maar de boete van 12.500 euro die hij kreeg, staat haaks op boetes van 5000 euro aan grote commerciële zenders. Er zijn geen criteria, en de VRM ontkent dat ook niet.
Mijnheer de minister, er moeten snel een aantal decretale aanpassingen gebeuren. De heer Vandenbossche heeft op dat vlak een aantal interessante denkkaders gecreëerd. Op die manier wordt vermeden dat in de toekomst met twee maten en gewichten wordt gewerkt. U verwijst naar het overleg, maar blijkbaar zijn dat dovemansgesprekken. De richtlijn komt er. U en de commissie voor Media zullen daar hard aan werken. Wat gebeurt er als de VRM in de boosheid blijft volharden en alle media-actoren in de grijze zone de gordijnen injaagt? Als dit zo doorgaat, dan voorspel ik dat VT4 en misschien ook andere commerciële zenders opnieuw zullen uitvlaggen. Dat is natuurlijk niet de bedoeling. Welke maatregelen kunnen we nemen in afwachting van de richtlijn als de regulator hardhorig blijft en verder doet? We hebben een signaal gegeven, het is aan hen om zelf op te treden en opnieuw rust te brengen in het medialandschap met een correcte toepassing van de wetgeving.
De heer Vandenbossche heeft het woord.
Mijnheer de minister, dames en heren, ik begrijp de frustratie van de heer Verstrepen ten aanzien van de regulator, maar ik ben het volkomen oneens met de analyse die wordt gemaakt.
Mijnheer Verstrepen, u zegt dat de regulator zich tijdens de hoorzitting vijandig heeft gedragen tegenover het parlement. Ik heb dat niet gemerkt, met uitzondering van één opmerking van de gedelegeerd bestuurder. Eigenlijk is het probleem te herleiden tot het feit dat de opvolger van het VCM voor dat deel van de controle actief is. Het VCM was dat in het verleden niet bij gebrek aan personeel. Dat is een vaststelling.
Ik ben het ermee eens dat er een probleem is met de mediadecreten. De VRM ziet conform het decreet toe op de naleving van de mediadecreten. Als die mediadecreten in de realiteit inderdaad niet overeenkomen met wat zich op de zenders afspeelt, dan is het onze taak om die decreten te wijzigen.
Het is juist dat ik een tussenvoorstel heb ingediend over de organisatie van de VRM. Ik stel voor een verplichte verzoeningsprocedure in te bouwen.
Als men de mediaregulator niet in volle onafhankelijkheid laat werken, is er wel een probleem. Deze discussie is de afgelopen jaren ook al gevoerd over de raad van bestuur en de gedelegeerd bestuurder van de VRT: we hebben het moeilijk met de autonomie van de instellingen. Dat is het centrale probleem. Het parlement vindt de beslissingen van die instellingen niet goed, maar eigenlijk voeren die instellingen de decreten van onze voorgangers of van onszelf uit. Daarbij kunnen ze dikwijls niet anders dan interpretaties geven aan teksten die soms al jaren geleden zijn opgesteld, zoals interpretaties op basis van de motivering voor de totstandkoming van bepaalde decreten.
Ik pleit ervoor om de procedure voor de mediaregulator te wijzigen, en de mediadecreten aan de realiteit te passen. Ik vrees wel dat er een permanente aanpassing van die mediadecreten nodig is, want de evolutie op het terrein gaat snel. Het is absoluut niet zo dat de VRM beslist naargelang het hem uitkomt en vrij interpreteert. Ik ben daar echt niet van overtuigd. Ik vind dat het de taak van de decreetgever is om de procedure van de mediaregulator aan te passen, en niet te schieten op de boodschapper. Als we dat doen, dan schieten we eigenlijk op onszelf, want wij hebben die decreten gemaakt. We moeten dus de decreten wijzigen en niet de autonomie van dat orgaan aantasten. Uiteindelijk hebben we het gecreëerd omdat we het niet eens waren met het vorige autonome orgaan.
De heer Stassen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, we hebben dit debat vorige week twee keer gevoerd: in de commissie en in een goed gesprek met de mensen van de VRT. Tot de heer Verstrepen wil ik zeggen dat het goed zou zijn als hij zou zeggen dat hij een persoonlijk belang heeft bij de uitkomst van dit debat. (Opmerking van de heer Jurgen Verstrepen)
Het is belangrijk dat mensen weten dat u bent veroordeeld. Of dat terecht was of niet, daar spreek ik me niet over uit. Het komt mij niet toe om dat te beoordelen. Ik geef het voorbeeld van het Brits parlement, waar een spreker met een persoonlijk belang dat ook altijd meedeelt bij de uitkomst van een discussie. Dat is dan duidelijk voor iedereen.
Als er problemen zijn met de mediaregulator, dan moeten we in de eerste plaats naar onszelf en naar de minister kijken, want wij hebben de mediaregulator de instrumenten gegeven om te werken. En als we die niet goed meer vinden, dan moeten we ze aanpassen of andere in de plaats geven. In elk geval kan de mediaregulator niet zelf het decreet anders toepassen of interpreteren. De mediaregulator moet de bestaande reglementering respecteren.
Ik weet dat er inmiddels een nieuwe Europese richtlijn is. Zolang die niet in de Vlaamse reglementering is opgenomen, bevinden we ons in een grijze zone. Ik hoop dat de mediaregulator daar rekening mee houdt. Ik roep ook op om inzake dit probleem een beetje terughoudend te blijven. Praten met elkaar is belangrijk. De VRM heeft begrepen dat er problemen zijn, en de VRT heeft begrepen dat er geen gemakkelijke oplossingen zijn.
En ten slotte wil ik herhalen wat ik vorige week achter gesloten deuren tegen de mensen van de VRT heb gezegd: misschien moeten we bewarende maatregelen overwegen, in de zin van wat de heer Vandenbossche heeft gezegd over de aanpassing van de procedure. Zo kunnen de mensen in de mediasector hun werk blijven doen, maar zorgen we er tezelfdertijd voor dat de VRM een goed werkende, onafhankelijke regulator is, want daar hebben we allemaal belang bij.
Ik blijf bij de twee grote lijnen die ik gebracht heb, en die ook verwoord zijn door de twee laatste sprekers. Ten eerste, als er een probleem is, moeten we nagaan of de decreten moeten worden aangepast. Ik sta open voor alle suggesties. Moet er een gradatie komen in de sancties? Moet de procedure worden aangepast? Moet er een verplichte waarschuwing zijn? Dat is in onze handen. Wij zijn de decreetgever, en de VRM moet de decreten toepassen.
Ten tweede moeten wij waken over de onafhankelijkheid van die instantie. We hebben dat zo gewild. Ik ben geen voogdijoverheid van de VRM. Ik ben geen beroepsinstantie ten aanzien van de VRM. Ik wil dat ook niet. Trouwens, als we evolueren naar een regulator die niet onafhankelijk is, zouden we binnen de kortste keren op de vingers worden getikt door Europa. Europa heeft geëist dat er een performante, onafhankelijke toezichter komt op onze mediadecreten.
Mijnheer de minister, ik heb goed geluisterd, maar ik blijf nog een beetje op mijn honger zitten.
Mijnheer Vandenbossche, ik ben verbaasd dat u zegt dat het VCM niet heeft gewerkt. Ik ga opzoeken hoe lang ze niet gewerkt hebben en hoeveel dat heeft gekost. Dat lijkt me een boeiende discussie.
Mijnheer Stassen, u, de handpop van de Reyerslaan en van de anticommerciële lobby, hebt een bloedhekel aan alles wat commerce is. Ik vermoed dat dit flesje van Coca Cola dat hier op dit meubel staat, heel irritant is voor u. U wou zelfs de cameraploegen regierichtlijnen geven over hoe ze dingen in beeld moesten brengen bij sport en nieuws. U wilt een staatsregie, staatscameraploegen en een staatsradio. Laten we eerlijk zijn, dat brengt uw geloofwaardigheid in gevaar.
Het incident is gesloten.