Verslag plenaire vergadering
Voorstel van resolutie betreffende de verspreiding van asbest in het milieu
Verslag
Bespreking
Dames en heren, de bespreking is geopend.
De heer Callens, verslaggever, verwijst naar het schriftelijk verslag.
Mevrouw Van den Eynde heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, is de minister niet aanwezig?
Het gaat om een voorstel van resolutie, dus is dat niet echt noodzakelijk. Daarenboven is de Vlaamse Regering vertegenwoordigd door minister Vervotte.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, laat me beginnen met te stellen dat het Vlaams Belang zeer tevreden is dat de asbestproblematiek door de commissie Leefmilieu zeer uitvoerig met de nodige hoorzittingen en een plaatsbezoek behandeld werd. De problematiek werd door de commissie zeer rationeel benaderd zonder doemscenario's of hypes te creëren over de mogelijke gevolgen voor de toekomst. Het werd een sereen debat, waarbij iedereen zich bewust is van het leed dat asbest mogelijk binnen enkele jaren zal veroorzaken. Het werd ook een overtuigend debat, waaruit bleek dat bijkomende maatregelen van de overheid absoluut noodzakelijk zijn.
De minister heeft onlangs een zeer uitgebreid asbestactieplan uitgewerkt, waarin hij 23 actiepunten naar voren schuift. Daarbij moeten vooral de burgers worden geïnformeerd, de gemeenten ondersteund en - niet het minst - het risico op contact met asbest worden beperkt.
Ik had in de commissie mijn bezorgdheid geuit over de informatiedoorstroming. Hoewel er ondertussen een duidelijke brochure is, blijf ik van mening dat een aantal doelgroepen niet worden bereikt. Brochures leiden niet altijd tot de sensibilisering van de juiste doelgroep. Ik heb begrepen dat de minister geen voorstander is van een televisiespotje vanwege de overheid over asbesthoudende producten. Misschien zou hij toch nog eens in overweging kunnen nemen of, onder meer in het kader van een andere afvalproblematiek, bijvoorbeeld bij een sorteerboodschap, het asbesthoudend afval niet zou kunnen worden gevisualiseerd. Dat zal ongetwijfeld burgers bereiken die mogelijk niet worden bereikt via brochures.
Naast het actieplan van de minister heeft de commissie voor Leefmilieu zich tijdens verscheidene vergaderingen eveneens verdiept in de asbestproblematiek. Het voorstel van resolutie dat de leden van de meerderheid vandaag ter stemming voorleggen, toont dit aan. Het Vlaams Belang kan dit voorstel in grote lijnen steunen. Hoewel de asbestproblematiek onder de bevoegdheid van zowel de Vlaamse als de federale regering valt, doet het voorstel vooral belangrijke aanbevelingen aan de federale regering. Onder meer het oprichten van een asbestfonds voor slachtoffers van blootstelling aan omgevingsasbest en slachtoffers van asbest als oorzaak van beroepsziekte, is een belangrijke aanbeveling, waar de federale regering dringend werk van moet maken.
Toch meen ik dat er hier en daar nog aanvullingen nodig zijn. Ik heb in de commissie voor Leefmilieu een drietal amendementen ingediend om het voorstel van resolutie te vervolledigen en mogelijk nog krachtiger te maken, door eveneens alertheid te vragen voor asbestvervangende producten. Wij zullen deze amendementen deze namiddag dan ook opnieuw ter stemming voorleggen. Mevrouw Schauvliege, door in de resolutietekst de nodige aandacht te schenken aan de mogelijke gevaren van asbestvervangende producten, wordt het voorstel vollediger en mogelijk nog belangrijker. Nog eens een bijkomende resolutie maken over de gevaren van en de voorzorgsmaatregelen met betrekking tot asbestvervangende producten, lijkt me slecht parlementair werk. Vandaar mijn voorstel om door middel van een amendement mee de vraag aan de federale regering te richten om die asbestvervangende producten met de nodige voorzorgen te behandelen, en ook een uitgebreid productenonderzoek te voeren naar deze producten.
Tot slot kan ik alleen maar hopen dat, door middel van dit voorstel van resolutie, net als door het ondertussen uitgewerkte actieplan asbest van minister Peeters, de Vlaamse overheid de gevolgen van asbestverontreiniging en de daarmee gepaard gaande besmetting in de toekomst in grote mate kan vermijden. De signalen aan de federale overheid zijn zeer omvangrijk, maar ook zeer belangrijk. Ik durf dan ook te hopen, geachte leden, dat uw federale collega's deze problematiek even ernstig zullen nemen en daadwerkelijk kortelings tot initiatieven met betrekking tot deze asbestproblematiek zullen overgaan. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, geachte leden, mevrouw Van den Eynde, ik volg u wanneer u zegt dat we inderdaad steeds meer worden geconfronteerd met de gevolgen voor onze gezondheid van milieuverontreiniging in onze leefomgeving. Al te vaak springt iedereen op dat onderwerp naar aanleiding van persartikelen over een of ander wetenschappelijk onderzoek. Dan zegt iedereen dat er dringend iets moet gebeuren. We hebben dat onlangs meegemaakt naar aanleiding van berichten over de straling van gsm's en gsm-masten. Daar bestaat eigenlijk nog geen volledige duidelijkheid over. Minister Vervotte heeft daar heel terecht op gereageerd door voorzorgsmaatregelen te nemen.
Met dit dossier is er echter sprake van een heel andere situatie. Het verschil is dat wetenschappelijk onderzoek unaniem bevestigt dat asbest gevaarlijk is, dat het longkanker veroorzaakt. Het was dus dringend nodig om initiatieven te nemen. Onderzoeksjournalisten hebben een reeks gepubliceerd in het tijdschrift Knack. Ze wezen erop dat in Vlaanderen heel wat mogelijke maatregelen nog altijd niet zijn genomen.
We hebben deze problematiek in de commissie grondig besproken op vraag van de Groen!-fractie, ere wie ere toekomt. We hebben ons in dit onderwerp verdiept met heel wat hoorzittingen. Vanuit onze fractie heb ik samen met mevrouw Crevits een enquête ondernomen bij 75 Vlaamse gemeenten over de inzameling van asbest in containerparken. Hoe gebeurt dit in praktijk? Gebeurt het op een veilige manier? Er zijn tal van parlementaire vragen gesteld. Ik heb zelf schriftelijke vragen gesteld over de aanwezigheid van asbest in schoolgebouwen, overheidsgebouwen, tunnels, wegen enzovoort. De commissie is zelfs op bezoek geweest bij de firma Eternit, de enige overblijvende asbestproducent in ons land. Uit dit alles is de voorliggende resolutie gegroeid.
Ik licht kort de uitgangspunten van de resolutie toe. Het wordt niet meer betwist dat asbest schadelijk is en longkanker kan veroorzaken. Het is heel lang gebruikt in allerlei toepassingen in de bouw: vloertegels, gevel- en dakleien, regenpijpen, isolatieplaten, noem maar op. Die komen in veel gebouwen voor. Asbest is niet gevaarlijk als het is vastgemaakt, zolang het niet wordt bewerkt met een hogedrukreiniger of door kappen en boren.
Volgens OVAM zou er in Vlaanderen in totaal 3 miljoen ton asbesthoudend materiaal aanwezig zijn. Daarvan zou jaarlijks 50 tot 60.000 ton vrijkomen bij sloopwerken of werken in de bouw. De gezondheidsrisico's zijn groot.
De bevoegde minister Peeters heeft ingezien dat ingrijpen noodzakelijk was. Tegelijk met het neerleggen van onze resolutie in het Vlaams Parlement, heeft hij zelf een actieplan voorgesteld op 24 januari. Hij heeft het voornemen om de burger intensief te informeren en de gemeenten beter te ondersteunen om het risico op contact met asbest te beperken. Minister Peeters gaat voor een globale en integrale aanpak, wat noodzakelijk is.
Mijnheer Daems, u hebt wel het initiatief genomen om in de commissie grondig op de problematiek in te gaan, maar ik stel vast dat er nooit een actieplan gekomen is toen Groen! verantwoordelijk was op dit departement. Minister Peeters heeft nu duidelijke stappen gezet.
De heer Sannen heeft het woord.
Het verbaast me dat u zegt dat er nooit een actieplan is gekomen.
Ik bedoel een integraal globaal actieplan.
Ik denk dat er heel wat acties ondernomen zijn, waarschuwingen en informatie gegeven. Er zijn ook heel interessante brochures gemaakt om de mensen en de medewerkers van containerparken te waarschuwen voor het probleem.
Toch is er nooit één integraal globaal actieplan gekomen vanuit de regering.
What's in a name?
Dat is toch een belangrijk verschil, mijnheer Sannen. Ik richt me overigens niet tot u, maar tot de partij Groen!, die om dringende maatregelen vraagt, terwijl ze zelf nooit een integrale globale aanpak in een actieplan heeft gegoten. Dat is de verdienste van minister Peeters: hij heeft alles samengebracht en de te nemen acties duidelijk omschreven in dit plan.
U zegt zelf dat brochures belangrijk zijn. Ik heb een geactualiseerde brochure bij. Ik heb de indruk, en daarin volg ik gedeeltelijk mevrouw Van den Eynde, dat de brochures niet altijd terechtkomen bij de mensen die ze zouden moeten krijgen. Daarom is staat in onze resolutie dat de stedenbouwkundige ambtenaar een persoon die een bouwvergunning vraagt of een oude woning wil verbouwen, er heel actief op wijst dat asbest in het gebouw aanwezig kan zijn. Wees voorzichtig en lees deze brochure grondig om de risico's te beperken.
Mevrouw Van den Eynde, ik denk dat dit een grote stap vooruit is en gedeeltelijk tegemoet komt aan uw bekommernissen. Spotjes op tv kunnen wel effect hebben, maar we weten dat dit relatief is en voor een beperkte periode. Mensen staan er niet altijd lang bij stil.
De gemeentebesturen vormen een ander aspect van de resolutie. Ik heb daarnet verwezen naar ons onderzoek over de containerparken, waarbij we gemerkt hebben dat de parkwachters niet altijd weten wat asbest is en hoe het te herkennen. Dat schommelt sterk. In sommige gemeenten is men goed opgeleid, in andere is men niet zo voorzichtig in het omgaan met die producten.
Daarom vragen we in het voorstel van resolutie dat de parkwachters actief worden opgeleid, bewust worden gemaakt van de gevaren van asbest en leren hoe ze met asbest kunnen omgaan. Minister Peeters heeft reeds een aantal stappen gezet. Hij kondigde aan dat de parkwachters zullen worden opgeleid.
De ondersteuning van gemeenten houdt ook in dat plekken met bodemvervuiling worden gesaneerd. In tal van gemeenten werden asbestdraailingen gebruikt voor onder meer het verharden van opritten en wegen. Minister Peeters kondigde reeds aan dat hij 3,8 miljoen euro zal uittrekken voor het saneren van de bodemverontreiniging.
Heel belangrijk om te vermelden is dat we in het voorstel van resolutie ook vragen dat er een Vlaams meld- en steunpunt voor asbest wordt opgericht waar iedereen met vragen terecht kan en er de juiste informatie kan ontvangen.
We hebben het ook over het oriënterend bodemonderzoek. We merken immers dat bij een bodemonderzoek niet systematisch wordt gepeild naar de aanwezigheid van asbest. Nochtans is dat cruciaal.
Het voorstel van resolutie bevat ook een hoofdstukje over het onderwijs. Leerlingen in het technisch onderwijs en het beroepsonderwijs worden geconfronteerd met de materialen, bijvoorbeeld bij dakwerken. Ook zij moeten in hun opleiding bewust worden gemaakt van de gevaren van het product.
Het voorstel bevat ook een internationaal luik. We zijn de heer Daems daarin gevolgd en hebben het internationale hoofdstuk in het voorstel van resolutie opgenomen. In de VS, Canada, Zuid-Amerika en Azië wordt asbest nog dagelijks op grote schaal geproduceerd en gebruikt. We moeten de stappen die we op Europees vlak gezet hebben, ook internationaal uitdragen. We moeten vanuit Vlaanderen hard aandringen op een internationaal verbod op het gebruik en de productie van asbest.
Heel kort vermeld ik nog dat we in het voorstel van resolutie ook een federaal luikje hebben opgenomen. We willen immers een aantal zaken vragen aan de federale regering, want niet alles valt onder de Vlaamse bevoegdheden. Zo moet er een bijsturing komen van de schuldvraag, de verjaring en dergelijke. Ik ga er nu niet verder op in. In de marge hiervan wil ik even reageren op de amendementen die mevrouw Van den Eynde daarnet opnieuw heeft ingediend. In het laatste amendement heeft zij het over een normering van en onderzoek naar de producten die asbest moeten vervangen.
Mevrouw Van den Eynde, ik wil u erop wijzen dat alles wat de productnormering betreft, federaal is, en dus moet er vooral op het federale niveau aandacht aan worden besteed. De Vlaamse Regering draagt op dat vlak weinig verantwoordelijkheid.
Mevrouw Schauvliege, uw voorstel van resolutie staat bol van de aanbevelingen aan de federale regering. Het kan dus niet moeilijk zijn om dit punt mee op te nemen in het hoofdstuk federale aanbevelingen. Mijn amendement dient ter vervollediging van die aanbevelingen.
Mevrouw Van den Eynde, onze aanbevelingen aan de federale overheid hebben specifiek betrekking op asbest zelf, op de verjaring, de schuldvraag en de erkenning als beroepsziekte. Een bijkomend gedachtestreepje dat betrekking heeft op asbestvervangende producten, is er absoluut niet op zijn plaats. Ik kan uw redenering volgen dat er misschien productnormering nodig is, maar misschien is dat meer iets voor een afzonderlijke resolutie op federaal niveau. Het lijkt me echt niet aangewezen om het toe te voegen aan ons punt 'ten 16e'.
Collega's, ik wil graag nog een tekstuele verduidelijking aanbrengen. In de voorliggende definitieve tekst staat onder ten 16e, het laatste gedachtestreepje, dat "asbest pas na vele jaren optreedt". Dat moet natuurlijk zijn dat "de negatieve gevolgen van asbest pas na vele jaren optreden". Ik zou willen vragen dat dit straks als tekstuele aanpassing aan de voltallige vergadering wordt voorgelegd. Het is geen inhoudelijke aanpassing, maar betreft het corrigeren van een fout geformuleerde zin.
Ik heb het belang van dit voorstel van resolutie voldoende benadrukt. Ik ben blij dat er een totale en integrale aanpak komt, dat alles in een actieplan is verenigd, en dat het voorstel van resolutie bijkomende vragen stelt aan de Vlaamse Regering om daar dringend werk van te maken. Vlaanderen was heel laat met een verbod op het gebruik van asbesthoudend materiaal. We moeten daar lessen uit trekken voor andere producten. We moeten sneller grondig wetenschappelijk onderzoek doen en daar voldoende aandacht aan besteden. Zo kunnen we tijdig uitmaken of een product of de toepassing ervan schadelijk is voor onze gezondheid. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Daems heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, de vorige regering had geen integraal actieplan. Er is wel veel gebeurd in de vorige legislatuur op het vlak van asbest. De onderzoeken naar de werken die vandaag in Kapelle-op-den-Bos en omgeving gebeuren, zijn gestart in 2002. Er zijn ook enkele asbestsoorten gesaneerd. De folder 'Asbest in en om het huis' is de eerste keer gepubliceerd in 2004. In 2008 moet elk gemeentelijk containerpark een ontvangstinstallatie hebben voor astbestcementen golfplaten. Dat stond in het uitvoeringsplan 2003-2007. In het vorige uitvoeringsplan van ex-minister Kelchtermans kwam het woord asbest niet voor. De vorige regering heeft dus een heel pak werk gedaan.
Ik wil even terugblikken op negen maanden werk in de commissie voor Leefmilieu over het asbestdossier. De aanleiding was een verzoek van onze fractie om een parlementaire onderzoekscommissie op te richten over de politieke en bedrijfsverantwoordelijkheid van de vervuiling van de leefomgeving met asbestvezels in Vlaanderen. In tegenstelling tot vijftien jaar geleden twijfelt vandaag niemand in ons land er nog aan: voor geen andere stof is het oorzakelijke verband tussen asbest en bepaalde vormen van kanker - waaronder het dodelijke mesothelioom - zo helder aangetoond als voor asbest. Asbest is een sluipende moordenaar, in de eerste plaats voor de mensen die er professioneel mee in contact komen, maar ook steeds meer voor toevallige contacten, wat in een verzamelnaam 'omgevingsslachtoffers' wordt genoemd.
Uiteindelijk hebben de meerderheidspartijen ons voorstel voor de oprichting van een onderzoekscommissie weggestemd, en is er het compromis van een hoorzitting gekomen. We hebben met onze fractie 100 percent meegewerkt aan deze hoorzitting, maar we hebben steeds geprobeerd een dubbel doel voor ogen gehouden: concrete aanbevelingen doen om de risico's van asbest zo klein mogelijk te maken.
Mijnheer Daems, ik geloof dat uw voorstel om een onderzoekscommissie op te richten niet is weggestemd. U bent zelf akkoord gegaan om uw voorstel in te trekken en een hoorzitting te organiseren. Dat is wat anders dan wat u hier zegt.
Mevrouw Schauvliege, we zijn inderdaad akkoord gegaan om een hoorzitting te houden, maar wel onder de dubbele voorwaarde dat we performante beleidsaanbevelingen zouden doen, en
dat we de vraag zouden stellen naar de verantwoordelijkheid voor hoe het allemaal zo ver is kunnen komen. Wie heeft boter op het hoofd? Zijn het enkel de producenten die al van de jaren 50 en 60 wetenschappelijk zeker wisten dat asbest kankerverwekkend was? Of draagt de overheid - zowel de Vlaamse, federale als lokale - ook een verantwoordelijkheid door zo lang de kop in het zand te steken?
Als we negen maanden later de balans opmaken van het werk in de commissie, blijkt dat de verwachting rond de eerste doelstelling vrij goed ingelost is. Het mag gezegd worden: deze commissie heeft goed werk geleverd. Er zijn deskundigen geweest van zeer hoogstaand niveau. Dat heeft geleid tot een set van beleidsaanbevelingen voor zowel de Vlaamse als de federale regering, die het probleem helpen indijken. Er zijn enkele belangrijke voorstellen van ons overgenomen, zoals het Vlaams meldpunt, het asbestattest - weliswaar beperkt tot een aantal gebouwen -, het onderzoek naar asbest in scholen en het opnemen van een voorlopersrol op internationaal vlak, zoals bij de landmijnen.
Rond de beleidsaanbevelingen zie ik toch twee belangrijke minpunten. We hebben daar ook in de commissie al uitgebreid over gedebatteerd. Een eerste minpunt is de bescherming van de burger in zijn eigen woning. Er zijn een aantal aanbevelingen opgenomen, maar die zijn tot nu toe te veel blijven steken op het niveau van de sensibilisering. De mensen weten intussen wel dat ze bijvoorbeeld hun golfplatendak niet met een hogedrukreiniger mogen afspuiten. Men weet echter niet altijd dat er grote problemen zijn met het verwijderen van het meer problematische asbest, het losse asbest en het spuitasbest dat zich in kelders bevindt. De kennis daarover is niet alleen te beperkt, de particulier wordt vooral ook te weinig begeleid om, als hij het asbest wil verwijderen, dat op een goede manier te doen en daarvoor financiële ondersteuning te krijgen.
Het tweede punt dat ik in de beleidsaanbevelingen mis, is het aspect milieu en gezondheid, met name de vraag of de asbestslachtoffers via epidemiologisch onderzoek goed in kaart kunnen worden gebracht. In het voorstel van resolutie staat nu dat men een doctoraatsstudie gaat maken. Ik vind dat nogal gemakkelijk. Er is een grondig epidemiologisch onderzoek nodig. Wij hebben een aantal Italiaanse deskundigen gehoord die een gelijkaardig gebied als Vlaanderen epidemiologisch in kaart gebracht hebben.
Mijnheer Daems, in ons voorstel van resolutie wordt uitdrukkelijk gevraagd om een epidemiologisch onderzoek uit te voeren.
Ik kom nu tot dat punt. In het voorstel van resolutie staat inderdaad dat er epidemiologisch onderzoek moet gebeuren, maar dat wordt doorgeschoven naar het federale niveau.
Dat is niet waar. Lees punt één van het voorstel, mijnheer Daems.
Dat gaat over de doctoraatsstudie. Het epidemiologisch onderzoek van de professoren Magnani en Mirabelli wordt door het voorstel van resolutie doorgeschoven naar het federale niveau. Dat kunt u onderaan de tekst lezen.
Ik ga over tot de discussie rond de aansprakelijkheid. Onze evaluatie is op dat vlak vrij negatief. Dat punt is eigenlijk nauwelijks aan bod gekomen tijdens de hoorzitting. Wij hebben één keer kunnen spreken met de algemeen directeur van Eternit, en die heeft strategisch alle vragen en opmerkingen die verwezen naar verantwoordelijkheid, afgewezen als niet relevant.
Onze vraag was concreet om een asbestfonds op te richten, mede gespijsd door asbestproducenten a rato van hun productieaandeel in het verleden, dat de burgers zou helpen om hun woning asbestvrij te maken. Ik heb dat daarnet geïllustreerd. Dat is nodig, omdat het verwijderen van probleemasbest heel gevaarlijk en heel duur is. Het voorstel van resolutie van de meerderheid heeft een schuchtere formulering opgenomen in verband met het asbestfonds. Wij vrezen dat die verdronken zal worden in de onderhandelingen over een milieubeleidsovereenkomst. Bovendien is het aspect van de financiering van de particuliere woning niet voorzien.
Ik stel vast dat de Vlaamse Regering, als ze deze resolutie zal volgen, in de voetsporen zal treden van de paarse regering op federaal niveau. Die heeft via een recente programmawet wel een asbestfonds opgericht voor alle omgevingsslachtoffers, maar heeft juridisch de muur zodanig dichtgemetseld dat elke vorm van producentenaansprakelijkheid niet langer mogelijk is. Dat is nochtans ook een aanbeveling van de collega's van de meerderheid. Eigenlijk gebeurt op federaal niveau iets wat het tegengestelde is van wat hier gezegd wordt.
Dat is ook de reden waarom wij uitdrukkelijk hebben gevraagd om in plenaire vergadering te stemmen over ons voorstel van resolutie dat de asbestproducenten zoals Eternit, duidelijk op hun verantwoordelijkheid wijst. Op die manier kunnen alle parlementsleden zich individueel uitspreken. Ik denk dan vooral aan de collega's die producentenverantwoordelijkheid hoog in het vaandel voeren.
Mijnheer Daems, hoe ziet u die producentenverantwoordelijkheid? Wie moet volgens u de kosten dragen?
Ons analyse is dat zowel de producten als de overheid verantwoordelijkheid dragen. Zij hebben allebei fouten gemaakt in het verleden. Ons voorstel is dat er een asbestfonds komt, dat voor de helft wordt gefinancierd door de overheid en voor de helft door de producenten. Die groep van producenten wordt gedefinieerd a rato van hun productieaandeel van asbestproducten in het verleden.
U beseft toch ook dat nagenoeg alle producenten failliet zijn. U kunt een bedrijf toch niet laten opdraaien voor alle problemen uit het verleden.
Dat is een terechte opmerking. Dat is ook de reden waarom we spreken over de verantwoordelijkheid a rato van de productie. Ik zeg niet dat Eternit of andere bedrijven die vandaag nog actief zijn op het vlak van asbest, de volledige 50 percent moeten dragen. Zij moeten het aandeel dragen a rato van hun productie in het verleden. Wanneer die bedrijven niet kunnen worden gedetecteerd, dan zal de overheid jammer genoeg moeten bijspringen.
Tot slot, en dat is misschien wat ongewoon, wil ik een persoon vernoemen die voor ons een belangrijke inspirator is geweest in heel het asbestdossier. Het gaat om een collega- provincieraadslid in Vlaams-Brabant en de voorzitter van Groen! in Kapelle-op-den Bos, Willy Vanderstappen. Hij heeft dit dossier twintig jaar lang getrokken. Het cynische is dat hijzelf sinds enkele maanden weet dat hij asbestslachtoffer is geworden en het dodelijke mesothelioom heeft ontwikkeld.
Onze fractie zal tegen het voorstel van resolutie van de meerderheid stemmen, ook al bevat het goede punten. Ikzelf zal me onthouden omdat een aantal punten die ik in de commissie heb voorgesteld, effectief zijn opgenomen.
Er zijn nog amendementen ingediend door het Vlaams Belang.
Mevrouw Schauvliege, wat amendement nummer 7 betreft, heeft de minister zelf geantwoord dat hij in zijn actieplan geen bijkomend onderzoek heeft gevraagd naar de invloed van directe en omgevingsblootstelling aan asbest omdat er voldoende studiewerk is gebeurd. Het klinkt natuurlijk altijd goed om de steun te vragen van het Steunpunt Milieu en Gezondheid. Ik vind dat een heel belangrijk orgaan maar we moeten het niet overbelasten met bijkomend studiewerk. Ik heb in dit amendement dan ook gevraagd om het tweede streepje te schrappen.
In het eerste punt van het voorstel van resolutie vragen we uitdrukkelijk dat er middelen worden vrijgemaakt, onder andere voor het Steunpunt Milieu en Gezondheid, maar ook voor een speciale doctoraatstudie die het epidemiologisch onderzoek moet verrichten in Vlaanderen.
Mevrouw Schauvliege, er moet eigenlijk geen doctoraatstudie meer gebeuren over het aspect epidemiologie. Wanneer we de methodiek volgen die ons heel uitgebreid is toegelicht vanuit Italië, dan hebben we de basis en dan komt het er gewoon op aan middelen uit te trekken om effectief epidemiologisch onderzoek te verrichten.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen om 16 uur de stemmingen over de amendementen en de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.