Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmiddag heeft Wilfried Vandaele bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van decreet van Wilfried Vandaele, Peter Van Rompuy en Willem-Frederik Schiltz tot het verlenen van noodleningen in de sportsector aan sportfederaties, sportclubs en sportgerelateerde rechtspersonen naar aanleiding van de coronacrisis.
De heer Muyters heeft het woord.
Voorzitter, ik zal enkel de vraag tot spoedbehandeling toelichten.
Mijnheer Muyters, dat is alles wat u mag.
Voorzitter, ik heb geen andere intenties. COVID-19 heeft uiteraard ook een effect op de sportfederaties en sportclubs. We zien dat heel wat activiteiten worden geschrapt of op een laag pitje worden gezet, waardoor een aantal van die organisaties het financieel moeilijk krijgen.
We denken dat het dan ook nodig is om dringend maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat zij niet ten onder gaan. Vandaar dat wij een voorstel van decreet voorstellen om een wettelijke basis te creëren die noodleningen mogelijk maakt.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Dan stemmen we nu bij zitten en opstaan over het voorstel tot spoedbehandeling.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel tot spoedbehandeling wensen aan te nemen, drukken op ‘Ik sta op’.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel tot spoedbehandeling niet wensen aan te nemen, drukken op ‘Ik blijf zitten’.
Het voorstel tot spoedbehandeling is aangenomen. Dan stel ik voor dat het voorstel van decreet van Wilfried Vandaele, Peter Van Rompuy en Willem-Frederik Schiltz tot het verlenen van noodleningen in de sportsector aan sportfederaties, sportclubs en sportgerelateerde rechtspersonen naar aanleiding van de coronacrisis onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van decreet van Wilfried Vandaele, Peter Van Rompuy en Willem-Frederik Schiltz tot het verlenen van noodleningen in de sportsector aan sportfederaties, sportclubs en sportgerelateerde rechtspersonen naar aanleiding van de coronacrisis.
De algemene bespreking is geopend.
De heer Muyters heeft het woord.
Met dit voorstel van decreet voor een sportnoodlening willen we de sportfederaties, hun clubs en ook hun sportgerelateerde rechtspersonen de nodige financiële ruimte geven om aan de sportieve continuïteit te kunnen werken. Belangrijk daarbij is dat we zeggen dat alleen die sportfederaties in aanmerking komen die ook intrinsiek gezond zijn. Dat wil zeggen dat zij ook zonder corona niet in financiële moeilijkheden zouden gekomen zijn. Artikel 5 bepaalt wat zij moeten aantonen om te bewijzen dat zij intrinsiek gezond zijn.
Met dit voorstel van decreet zorgen we ervoor dat Sport Vlaanderen en de PMV/Z-leningen (Participatiemaatschappij Vlaanderen/Z) gemachtigd worden om, wat Sport Vlaanderen betreft, de aanvragen te beoordelen, en de leningen toe te kennen. Het gaat over leningen tussen 25.000 euro en 1 miljoen euro, met een rentevoet van 1 procent en een maximale looptijd van negen jaar. We voorzien in het voorstel van decreet een budget van 50 miljoen euro om die leningen toe te kennen.
Tot slot, en dat hoort ook bij een nooddecreet, voorzien we ook een tijdelijkheid van de noodleningen. Geïnteresseerden kunnen hun vraag en hun dossier indienen tot en met 31 december 2022.
Ik hoop dat er voor deze noodlening veel steun is. Een aantal sportorganisaties en sportclubs hebben dit echt wel nodig.
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Collega’s, veel sportclubs zien door corona hun inkomsten verdwijnen. Daarom komen we vandaag naar het parlement met een voorstel van decreet voor het verlenen van sportnoodleningen voor de Vlaamse sportclubs tot een maximum van 1 miljoen euro, met een rentevoet van 1 procent.
Als CD&V-fractie steunen we natuurlijk dit voorstel van decreet. Namens onze fractie wil ik kort een aantal punten aanhalen. Eerst en vooral wil het voorstel van decreet op een laagdrempelige manier leningen ter beschikking stellen van de sportclubs, de sportfederaties en de met hen verbonden organisaties, zodat zij hun sportieve werking kunnen voortzetten.
Ten tweede moeten die noodleningen organisaties ook in staat stellen om de financiële gevolgen van de coronamaatregelen op te vangen. Doet de Vlaamse overheid dat immers niet, dan dreigt het voortbestaan van de talrijke organisaties in de sportsector in het gedrang te komen. Zoals jullie wellicht weten, zijn de normale inkomstenbronnen van de sportclubs weggevallen en zijn er ook nog altijd vaste kosten die blijven doorlopen.
Ten derde is dit een tijdelijke maatregel, zoals de collega ook al heeft aangehaald. De noodleningen kunnen worden aangevraagd tot eind 2022. Het is echter ook een dringende maatregel. Daarom hebben we er ook voor geopteerd om de volledige regeling op te nemen in het voorstel van decreet, zodat er ook geen uitvoeringsbesluit nodig is en het decreet dus meteen na de bekrachtiging van de Vlaamse Regering kan worden uitgevoerd door Sport Vlaanderen, want Sport Vlaanderen zal de klantgerichte werking op zich nemen.
De Vlaamse overheid voorziet dus in 50 miljoen euro om die sportnoodleningen toe te kennen. De sportorganisaties kunnen minimaal 25.000 euro en maximaal 1 miljoen euro lenen, tegen een rente van 1 procent, over een looptijd tot maximaal negen jaar. Collega’s, het is ook geen blanco cheque: wie dit aanvraagt, moet ook aantonen dat de organisatie vóór de coronapandemie financieel gezond was. De financiële schade moet dus zijn aangericht door de gevolgen van de coronamaatregelen.
Tot slot, de noodleningen zijn ook geen toverformule, maar slechts een van de steunmaatregelen die de Vlaamse Regering neemt en ook in het verleden al heeft genomen om toch ook de zwaar getroffen sportsector door deze crisis te loodsen.
Collega’s, sportclubs zijn toch ook wel meer dan een plaats waar sport wordt beoefend. Onze sportclubs vormen toch ook wel een belangrijk deel van het maatschappelijk weefsel. Ze zijn enorm belangrijk voor ons mentaal welzijn. Met dit voorstel van decreet, met deze mogelijkheid tot het opnemen van de leningen, nemen we een belangrijke zorg weg bij de sportclubs, zodat ze snel weer ten volle hun plaats in ons maatschappelijk weefsel kunnen innemen. Onze CD&V-fractie zal dit voorstel van decreet straks dan ook met veel enthousiasme goedkeuren.
De heer De Gucht heeft het woord.
Voorzitter, er is het risico in herhaling te vallen. Beste collega’s, net als voor tal van andere maatschappelijke sectoren, denk maar aan de cultuursector, zijn het ook voor onze sportclubs financieel woelige tijden. Bij vele clubs staat het water ondertussen aan de lippen. Ik heb deze problematiek een aantal weken geleden in het kader van een actuele vraag aangekaart, en ik moet u zeggen dat de reacties die daarop zijn gekomen voor zich spreken. Er is echt een gigantisch probleem op dat vlak. Als we niet dringend ingrijpen, dan is de kans reëel dat we aan het einde van deze crisis, en laten we hopen dat dat zo snel mogelijk is, een groot probleem hebben wat alle professionele sportclubs betreft, niet het minst in onze streek.
Het is dan ook een goede zaak dat de Vlaamse overheid noodleningen aan deze sportclubs zal voorzien. Die leningen zal de sportfederaties en sportclubs in staat moeten stellen om de financiële schade van de coronamaatregelen op te vangen, en zo hun continuïteit te verzekeren. Als er niet wordt ingegrepen, bedreigt die immers het voortbestaan van diverse organisaties in de sportsector. Het voorliggende voorstel van decreet zorgt voor de nodige rechtsgrond hiervoor.
Een belangrijke voorwaarde tot het verkrijgen van de noodlening is evenwel dat de sportfederatie of sportclub moet kunnen aantonen dat ze voor de crisis financieel gezond was en dat ze over de capaciteit beschikt om de lening op termijn terug te betalen. De maatregel in dit voorstel heeft een dringend en tijdelijk karakter. Het decreet treedt in werking op de dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad, zodat de organisaties uit de sportsector zo snel mogelijk de financiële schade ten gevolge van de coronacrisis kunnen opvangen.
Ten slotte wil ik graag de collega’s bedanken voor het geleverde werk.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Wij gaan hetgeen hier voorligt zeker steunen. We vinden het mooi. Het is ook nodig dat de sportclubs in deze zeer woelige coronatijden gesteund worden. Ook bij de federaties staat het water aan de lippen, de collega’s hebben het al gezegd. We zeggen niets nieuws, we hebben deze middag al gezien dat we graag samen voor sport gaan, niet enkel omdat het mensen samenbrengt maar ook omdat het zo goed is voor de gezondheid.
We gaan dat dus zeker steunen. Maar ik zou één voorstel willen doen: dat het parlement geïnformeerd kan worden over het effect na afloop van de deadline in 2022, als dat mogelijk zou zijn.
De heer Muyters heeft het woord.
Als antwoord op collega Lambrecht: ik stel voor dat we dat zelf agenderen op het einde, in de commissie Sport. We kunnen dat op dat moment opnemen in de regeling der werkzaamheden. Ik zal u op dat moment zeker steunen om dat te bespreken in de commissie.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2020-21, nr. 652/1)
– Er zijn geen opmerkingen bij de artikelen 1 tot en met 6.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemmingen over de artikelen en over het voorstel van decreet houden.