Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Vergadering van 01/02/2011
Vraag om uitleg van de heer Bart Tommelein tot mevrouw Ingrid Lieten, viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding, over het conflict tussen de Vlaamse uitgevers en Apple omtrent de iPad-applicatie
- 977 (2010-2011)
De voorzitter : De heer Tommelein heeft het woord.
De heer Bart Tommelein : Voorzitter, geachte leden, minister, op 14 januari maakte de krant De Tijd bekend dat de Amerikaanse mediagigant Apple een brief heeft gericht aan Uitgeverij Roularta en aan het NRC Handelsblad bij onze noorderburen. In die brief staat de eis dat ze voortaan geen iPad-abonnementen zouden verkopen via hun eigen webdiensten. Voortaan zouden ze de verkoop in handen van iTunes App Store moeten geven. De vrees bestaat dat Apple zijn voorlopig dominante positie in de wereld van de tablet-pcs zou misbruiken om de regels strenger te maken. Drie dagen later, op 17 januari, las ik dat u de Vlaamse uitgevers zou bijeenroepen om te overleggen over hun belangen en de manier waarop de Vlaamse overheid die het best kan verdedigen.
Minister, bij mij rees al meteen de vraag of u wel iets afweet van de bevoegdheidsverdeling in dit land. Dit is immers op de eerste plaats een mededingingsprobleem. Daarom heb ik op 19 januari een vraag ingediend. Ik heb u gevraagd of u overleg had gehad met de uitgeverijen en op welke manier u de belangen van die uitgevers dacht te verdedigen.
Diezelfde dag heeft de bevoegde federale minister de Belgische mededingingsautoriteiten gevraagd om via een vooronderzoek na te gaan of Apple met deze nieuwe regels zijn dominante positie in de tablet-pc-wereld misbruikt. Als dat zou blijken, dan kan een formeel onderzoek worden opgestart.
Minister, het antwoord op mijn vraag verwachtte ik in feite vorige week. U was echter ziek. Ik kan daar niets aan doen. Daarom werd deze vraag op de agenda van vandaag geplaatst. U hebt vrijdag met de sector overlegd. Dat las ik deze ochtend in de krant. Dat was een unieke gelegenheid om mij vandaag te informeren over wat u hebt besproken met de uitgevers. Tot mijn grote verbazing kon ik gisteren om 16.20 uur echter het antwoord dat u normaliter had moeten geven op mijn vraag van 19 januari, lezen op de websites van de diverse kranten. Laat me eerlijk zijn: uw initiatief heeft niet veel om het lijf. U hebt een brief geschreven naar Steve Jobs. Met alle respect, en ik ben een bewuste Vlaming, maar ik denk niet dat Steve Jobs wakker ligt van een brief die hij krijgt van de Vlaamse minister van Media.
Los van de inhoud getuigt uw communicatie van gisteren voor de zoveelste keer van een grenzeloze minachting voor de werking van het parlement. Dit is een triest dieptepunt in de manier waarop u omgaat met verkozenen. Als u een nieuwe CEO voor de VRT wilt, dan doet u dat na het reces. Als u een visienota hebt, gaat u eerst naar de Reyerslaan en geeft u uw kabinet de opdracht ons pas in te lichten na uw mediaoptredens. En gisteren kregen we dus een nieuwe aflevering te zien van onze reeks Misprijzen op het Martelarenplein 7. U hebt een vraag om uitleg gekregen. De dag voor de vergadering van de commissie staat het antwoord in de pers te lezen, terwijl ik moest wachten omdat u ziek was. Misschien kunnen we in het vervolg gewoon onze vragen overmaken aan het persagentschap Belga. Dan hoeven we hier niet de hele dag te wachten tot u uw vragen beantwoordt.
Minister, weet u wel hoe een parlement werkt? Hebben u of uw medewerkers er enig idee van hoe dit parlement functioneert? Hebt u enige notie van onze taak, onze tijdsbesteding, onze opdrachten als parlementsleden? Kennen uw medewerkers die wel? Hebt u enige notie van het begrip respect en kent u het begrip parlementaire democratie? En nog belangrijker, kent u het begrip fair play? Het is duidelijk dat u geen enkele parlementaire reflex heeft. U zou moeten weten dat hier een vraag om uitleg op de agenda stond en dat u daarover niet communiceert via de pers zolang het parlementslid daar geen antwoord op heeft gekregen. Het is de zoveelste keer dat ik dat meemaak. U hebt geen enkele notie van het begrip parlementaire democratie. U hoeft me niet te antwoorden. Ik verlaat dit huis, want ik vind dit de schaamte ver voorbij.
Minister Ingrid Lieten : U hebt niet eens het lef om naar mijn antwoord te luisteren. U gaat lopen.
De heer Bart Tommelein : Ik heb het in de krant gelezen!
Minister Ingrid Lieten : Ik wil graag antwoorden in de vragen die u me schriftelijk hebt gesteld. U gaat echter lopen. U bent bang voor het antwoord. (Opmerkingen van de heer Bart Tommelein)
Dat is toch wel belachelijk.
De heer Bart Tommelein : Minister, dat zijn uw woorden: het is belachelijk. (De heer Bart Tommelein verlaat de commissiezaal)
Minister Ingrid Lieten : Het is belachelijk dat u gaat lopen. Ik zal dan antwoorden voor de andere leden. Dan kunt u het lezen in het verslag. Ik vind het ook niet van respect getuigen dat u wegloopt en niet wacht op het antwoord.
De voorzitter : Ik wou de voorbarige vraag stellen of iemand zich wil aansluiten, maar strikt genomen wordt de vraag niet behandeld als de vraagsteller de zaal verlaat. Dat is het reglement. Mij is het om het even. (Opmerkingen van de heer Carl Decaluwe)
Hij heeft inderdaad de vraag gesteld. Ik wil dit niet op de spits drijven.
De heer Decaluwe heeft het woord.
De heer Carl Decaluwe : Minister, bij heel de problematiek van de iPad-applicatie was ik ook een beetje verrast. Een dag of tien geleden was ook al gezegd dat u de uitgevers eens bij elkaar zou roepen. Voor mij is het een verrassing dat u zich daartussen werpt. Ik kan dat wel begrijpen. Het had ook te maken met de belspelletjes.
Deze problematiek zit eigenlijk hoofdzakelijk op federaal vlak. In welke mate is er samenspraak met uw federale collegas? Zijn er al contacten geweest met uw federale collegas hieromtrent?
De heer Bart Caron, ondervoorzitter, treedt als voorzitter op.
De voorzitter : Minister Lieten heeft het woord.
Minister Ingrid Lieten : Waarom de heer Tommelein zich opjaagt, begrijp ik echt niet. In dit dossier werk ik heel transparant. Als minister van Media moet ik me niet beperken tot een dialoog met de commissie. Ik mag toch ook mijn taak als minister waarnemen? Ik heb van bij het ogenblik dat dat bericht in de pers stond, aangekondigd dat ik een overleg met de uitgevers zou organiseren. Ik heb daarover geen andere uitspraak gedaan. Ik heb dat overleg netjes afgewacht. We zijn vrijdag met de uitgevers samengekomen. Ik heb aan de uitgevers gevraagd of ze het nuttig en nodig vonden dat wij vanuit Vlaanderen zouden reageren. In overleg met de uitgevers hebben wij die reactie samen geformuleerd. Het verbaast me dat de heer Tommelein daar wat kwaad over is, want ik heb me hier juist dienstbaar proberen op te stellen voor onze Vlaamse uitgevers omdat het belangrijk is dat ze kunnen inspelen op de innovaties die Apple met al de applicaties en heel het besturingssysteem biedt. Ze moeten ook zekerheid hebben over hun contractuele relaties en over het beleid waar Apple mee bezig is.
Ik heb me dus dienstbaar opgesteld. Ik heb hun uitdrukkelijk gevraagd hoe we gaan reageren. In overleg met hen hebben we een reactie voorbereid. Uiteraard hebben we die publiek gemaakt. We hebben met elkaar afgesproken dat we dat zouden doen. Ik zie dus geen enkele reden waarom de heer Tommelein zich daarover moet opwinden. Uiteraard ben ik graag bereid om over alles wat ik doe hier verantwoording af te leggen. Ik doe dat ook vandaag, maar ik moet toch niet eerst toestemming aan het parlement vragen om een initiatief te nemen dat binnen mijn bevoegdheid valt? Dat gaat voor mij te ver.
Waarom is dit issue belangrijk? We hebben met het gesprek met de uitgevers de foto gemaakt dat verschillende van onze Vlaamse uitgevers de voorbije maanden sterk hebben geïnvesteerd in het ontwikkelen van applicaties en hierdoor ook hebben bijgedragen aan de promotie van de iPad van Apple en de verkoop ervan in Vlaanderen. Apple wordt door de Vlaamse uitgeversmarkt beschouwd als een erg waardevolle en innovatieve partner in de verdere digitalisering van haar eigen dienstverlening en van de samenleving.
We hebben er al verschillende keren over gesproken dat Vlaamse uitgevers van geschreven pers op zoek zijn naar nieuwe businessmodellen om in onze digitale samenleving hun klanten en lezers te kunnen behouden. Daarin hebben ze dit bekeken als een opportuniteit. Nu op de Vlaamse markt de eerste verkennende stappen genomen zijn en een aantal uitgevers initiatieven hebben genomen en zich ook de eerste succesverhalen aftekenen, wijzigt Apple de spelregels eenzijdig. Apple grijpt niet alleen in op het digitale business development van verschillende Vlaamse bedrijven, maar ook op de klantenrelatie die de Vlaamse uitgeverssector zelf heeft opgebouwd met haar lezers de voorbije jaren. Apple wenst immers een commissie tot 30 procent op de verkoop van digitale abonnementen en wil de klantenrelaties rechtstreeks beheren en niet meer delen met de uitgevers. Dat zijn twee punten waarvan de uitgevers zeggen dat ze worden geschaad in hun belangen.
De heer Philippe De Coene, voorzitter, treedt als voorzitter op.
Uiteindelijk hebben we afgesproken dat ik die bezorgdheid zou overdragen aan Apple en aan een aantal Europese commissarissen die bevoegd zijn in deze problematiek. Mijn actie is volledig aanvullend op de actie die mijn federale collega Van Quickenborne heeft genomen. Hij is in het kader van de mededinging bevoegd om te kijken of er een machtspositie is en of van die machtspositie misbruik wordt gemaakt. Hij heeft de Belgische mededingingsautoriteit gevraagd om een onderzoek te doen. Dat loopt verder op federaal vlak en wij mengen ons daar niet in. Wij wijzen Apple op de belangrijkste mogelijkheden die deze innovatie heeft voor de uitrol van onze Vlaamse uitgevers, voor het behoud van onze Vlaamse content en voor de mediawijsheid, drie Vlaamse bevoegdheden. We vragen om hier voorzichtig mee om te gaan en de dialoog met de uitgevers opnieuw op te starten.
Uiteraard ben ik ook bescheiden, maar we moeten wel onze verantwoordelijkheid nemen. Ik denk dat Vlaanderen in dit dossier verantwoordelijk is voor onze Vlaamse uitgevers. Als we hen kunnen helpen om de dialoog met Apple opnieuw op te starten, dan vind ik het mijn plicht om dat te doen. Ik heb daar geen solo-initiatief van willen maken; ik heb dat pas gedaan nadat we dat met de Vlaamse uitgevers hadden afgetast of ze dat een nuttige actie zouden vinden. Aangezien ze dat nuttig vonden, hebben we dat gedaan. Laten we hopen dat daardoor de aandacht op de problematiek is gevestigd en daardoor een aantal dingen in beweging komen.
De voorzitter : De heer Verstrepen heeft het woord.
De heer Jurgen Verstrepen : Ik volg die zaak ook. Zoals u zult hebben vernomen, gaat het niet alleen over Apple, maar ook over de e-book readers.
Toch vind ik dat bepaalde persgroepen, die hun eieren in één mandje hebben gelegd, heel snel van de daken schreeuwen. Zij moeten beter negotiëren met Apple. Maar goed, dat is een randbemerking.
De heer Carl Decaluwe : Mijnheer Verstrepen, als je ziet wat er de komende maanden op ons afkomt, denk ik dat het probleem zichzelf zal oplossen. Als je ziet wat de Chinezen nu aan het doen zijn, weet je dat de grote concurrentie op komst is. Tegen volgend jaar deze tijd denk ik dat het als dusdanig opgelost is.
De heer Philippe De Coene : Ik kijk een beetje vreemd op. Als uitgevers applicaties ontwikkelen voor één type of één merk, in dit geval onlosmakelijk met elkaar verbonden, kun je voorstellen om daarover toch eens van gedachten te wisselen. Je kunt de Vlaamse uitgevers en de uitgevers in Vlaanderen daarin proberen te ondersteunen. Stel dat je dat niet doet en alles op zijn beloop laat, kan ik me inbeelden dat er vraagstellers zouden zijn, misschien wel dezelfde, die de overheid schuldig verzuim verwijten. Misschien heeft de minister van Media hier een rol tegenover bepaalde mediaspelers.
Dan is er het aspect van het zogenaamde vroegtijdige antwoord. Vorige week kon deze commissievergadering niet doorgaan wegens ziekte van de minister. Bepaalde vergaderingen gaan echter wel door. We moeten eerlijk zijn. Het dossier evolueert. Men zit samen met de uitgevers. Ik was verrast, toen ik hoorde dat u vrijdag bijeenkwam, dat er die dag nog geen relaas was gebracht van die bijeenkomst. Het zou ongepast zijn om niet op te treden tot een vraag wordt behandeld, met onverminderd respect ten opzichte van het parlementslid. Je moet proberen om op bescheiden wijze, zoals de minister zegt, je belangen te beschermen en te verdedigen. Laisser faire, laisser passer. Dat zou niet verstandig zijn.
Mijnheer Decaluwe, we hebben gezien welke applicaties er in China zijn. Dat is waar. Tegelijk proberen bepaalde uitgevers op iPad en op iPhone heel performant te zijn. Als daarvan de hele tijd geld afgaat, kan dat überhaupt wel?
De voorzitter : Het incident is gesloten.