Commissie voor Algemeen Beleid, Financi?n en Begroting Vergadering van 19/04/2005
Vraag om uitleg van mevrouw Joke Schauvliege tot de heer Yves Leterme, minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, over de gids voor duurzame aankopen
De voorzitter: Aan de orde is de vraag om uitleg van mevrouw Schauvliege tot de heer Leterme, minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, over de gids voor duurzame aankopen.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Mevrouw Joke Schauvliege: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister-president, sinds kort koopt de federale overheid enkel nog duurzame producten aan, in uitvoering van een omzendbrief van 27 januari 2005. Het is de bedoeling dat de overheid alleen nog maar milieuvriendelijke producten zou aankopen, die in menswaardige omstandigheden zijn vervaardigd. Het gaat over kantoorartikelen, meubelen, auto's, fietsen, lampen, verf, koffie, frisdranken, enzovoort. Die aankopen moeten voldoen aan een aantal ecologische en sociale criteria. Inzake behoorlijke arbeidsomstandigheden wordt bijvoorbeeld nagegaan of de normen van de Internationale Arbeidsorganisatie worden gerespecteerd.
Er bestaan een aantal aankoopgidsen die kunnen worden geraadpleegd door de aankoopverantwoordelijken van alle diensten van de federale overheid. Ook kunnen de aankoopverantwoordelijken informatie inwinnen op de website Gids voor duurzame aankopen. Er bestaan ook gidsen voor de aankoop van voertuigen, van computerapparatuur, van fax- en fotokopieertoestellen. Het is de bedoeling dat die criteria worden opgenomen in de bestekken en dat aan de hand daarvan wordt uitgemaakt welke producten worden aangekocht.
De onderliggende redenering is dat de overheid het goede voorbeeld moet geven en als consument moet tonen bezorgd te zijn over die ecologische en sociale criteria. Ook worden producenten zo gestimuleerd om meer te investeren in duurzame productie.
Dit is een mooi federaal initiatief. Mijnheer de minister-president, u bent bevoegd voor Duurzame Ontwikkeling. Sinds uw aantreden hebt u inzake deze bevoegdheid al een aantal stappen gezet. Vindt u het nodig dat ook voor de Vlaamse kabinetten en overheidsinstellingen bij aanbestedingen en aankopen dezelfde ecologische en sociale criteria zouden worden gehanteerd? Vindt u dat die federale gids voor duurzame aankopen ook op Vlaams niveau zinvol kan zijn? Zult u een gelijkaardige Vlaamse gids voor duurzame aankopen opstellen? Beschikt u daarvoor over de nodige instrumenten, en welke zijn dat?
De voorzitter: Minister-president Leterme heeft het woord.
Minister-president Yves Leterme: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Schauvliege, ik dank u voor deze vraag. We zijn het eens met uw stelling en de uitgangspunten van de federale omzendbrief dat de overheid een voorbeeldfunctie heeft. Dat is van groot belang. Ook bij het uitbouwen van een beleid inzake duurzame ontwikkeling moeten we daar de juiste plaats aan geven. Dat is ook een actiepunt van mijn beleidsnota. Ook in de beleidsnota's van minister Bourgeois, zowel inzake bestuurszaken als inzake buitenlands beleid, valt terzake een en ander te lezen.
We moeten ervoor zorgen dat we bij aankoopbeslissingen niet alleen economische factoren, dus de prijs, maar ook overwegingen van sociale en ecologische aard in overweging nemen. Door dat systematisch en structureel te doen, zullen we de Vlamingen met succes bewust kunnen maken. We hebben het daarover onder meer gehad met vertegenwoordigers van de organisatoren van de Fair Trade Week. Als gevolg van dat overleg hebben we beslissingen genomen betreffende het aankopen van koffie, fruitsap en andere producten. We delen dus uw zorg.
Onlangs hebben we een aantal administratieve stappen gezet om te komen tot het ontwikkelen van een Vlaamse strategie voor duurzame ontwikkeling. Daarbij moeten we enerzijds een langetermijnvisie ontwikkelen, opdat Vlaanderen de juiste keuzes zou maken bij een aantal beslissingsmomenten die op ons afkomen, anderzijds willen we voldoende ruimte scheppen om te zorgen voor een aantal concrete maatregelen op korte termijn. Dan gaat het dus over dingen die de volgende 4 jaar daadwerkelijk kunnen worden uitgevoerd. Er is het geloof: dat is de langetermijnversie, maar er is geen geloof zonder werken. Dat lijkt me een zeer actuele stelling.
Het is de bedoeling dat deze strategie dit jaar zou worden goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Ik wil niet vooruitlopen op de bespreking ervan, maar het spreekt vanzelf dat hierbij de voorbeeldfunctie van de Vlaamse overheid een belangrijke plaats zal innemen. We zullen deze strategie ontwikkelen in partnerschap met het middenveld en de lokale besturen. Op 12 mei organiseren we terzake een rondetafelconferentie. Ik ben ervan overtuigd dat zowel bij het middenveld als bij de lokale besturen die voorbeeldrol aan bod zal komen.
Wat de voorbeeldrol van de Vlaamse overheid betreft, is er al heel wat gebeurd, ook vóór deze zittingsperiode. Nu al wordt rekening gehouden met milieuaspecten in bestekken voor onder meer bureaumeubilair, kantoorstoelen, brandstof, het huren van dienstvoertuigen en fotokopieerpapier. Ook het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap schenkt Fair-Tradekoffie. Minister Bourgeois is terzake nog voorbereidend werk aan het leveren. We komen daar zeker op terug.
Ik wil me niet uitspreken over de initiatieven van de federale overheid, dat is niet mijn taak. Sommige initiatieven zijn heel recent. Mij lijken dit goede stappen, maar ik wil de door de federale overheid goedgekeurde omzendbrief en de gidsen met betrekking tot de aankoop van voertuigen, burotica en duurzame goederen eerst grondig laten evalueren. We willen ook de toepassing ervan aan een nader onderzoek onderwerpen. Er zijn ook nog andere gidsen, zoals de gids voor gerecycleerde materialen die werd ontworpen door het KINT, in samenwerking met de drie gewesten.
De omzendbrief roept echter wat vragen op. De vraag is in welke mate die gidsen praktisch kunnen worden gehanteerd en toegepast. Ze doen immers niet altijd een uitspraak over welke aankopen nu precies duurzaam zijn en welke niet. Af en toe is er de suggestie dat het duurzamer is sommige aankopen niet te doen dan duurzame aankopen te doen. Dat is natuurlijk een waarheid als een koe, maar de vraag rijst dan wat te doen als er een bepaalde nood bestaat. Ook is er de passage waarbij bepaalde bedrijven worden uitgesloten van deelname aan overheidsopdrachten. Ik ga ervan uit dat men dit juridisch goed heeft bekeken. De Europese regelgeving heeft terzake immers een rechtstreekse werking.
Mevrouw Schauvliege, u vestigde terecht de aandacht op een goed federaal initiatief. Ook de Vlaamse overheid - de ministers, de kabinetten en de administratie - wil die voorbeeldrol gestalte geven. We gaan echter niet over één nacht ijs. Een en ander zal deel uitmaken van onze algemene strategie voor duurzame ontwikkeling. Ik hoop u daarvan de komende maanden op de hoogte te kunnen brengen.
De voorzitter: Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Mevrouw Joke Schauvliege: Mijnheer de ministerpresident, ik dank u voor uw antwoord. Het verheugt me dat u het ermee eens bent dat de Vlaamse overheid als consument het goede voorbeeld moet geven. Er gebeurt terzake inderdaad al heel wat. Ik neem er akte van dat u dit zult inbedden in de Vlaamse strategie inzake duurzame ontwikkeling, die dit jaar rond zou moeten zijn. Ik juich het overleg met het middenveld terzake zeker toe.
De federale overheid heeft een voorsprong op de Vlaamse inzake duurzame ontwikkeling. Daardoor hebben we echter de kans te leren uit de initiatieven die daar zijn genomen. We kunnen evalueren of dit alles goed loopt en of het juridisch voldoende onderbouwd is, en er de nodige conclusies uit trekken en het beter doen. Misschien kunnen we zelf een gids opstellen, die in de praktijk soepeler en efficiënter is dan de federale. We zullen dit samen met u blijven volgen.
De voorzitter: Het incident is gesloten.