Commissie voor Economie, Economisch Overheidsinstrumentarium, Innovatie, Wetenschapsbeleid, Werk en Sociale Economie
Vergadering van 13/02/2014
De voorzitter : Mevrouw Claes heeft het woord.
Mevrouw Sonja Claes : Voorzitter, minister, ik wil u opnieuw een vraag stellen over de werkervaringsprojecten. Dat was immers een probleem, maar blijft dat ook. In 2013 besliste de Vlaamse Regering immers om de werkervaringsprojecten opnieuw met een jaar te verlengen, tot 31 december 2014. Die verlenging was nodig omdat er nog geen nieuw beleidskader was. Dat nieuwe beleidskader werd aangekondigd, maar is er vandaag nog niet.
In maart 2013 hebt u deze problematiek al uitgebreid besproken met de diverse partners. Ik stel echter vandaag vast dat er nog steeds geen structurele oplossing is. Volgens mij zijn er twee belangrijke knelpunten. Op de eerste plaats is er de verlenging van de werkervaringsprojecten. Het uitblijven van een beslissing over de toekomst van de werkervaringsprojecten heeft uiteraard verregaande consequenties voor de doelgroepwerknemers, het omkaderingspersoneel en de maatregel op zich. In principe moeten mensen in begeleiding zowel werkervaring en leerwerkbedrijven als trajectbegeleiders in opzegging worden geplaatst indien er geen verlenging komt. Zonder de subsidiëring is de huidige omkadering immers te groot om te kunnen financieren voor de initiatiefnemers. Elke dag langer dat er geen beslissing wordt genomen, heeft daarom toch wel een zware financiële impact. Concreet stel ik vast dat voor de doelgroepwerknemers contracten die zijn afgesloten in 2014 moeten worden beperkt tot 31 december 2014, met uitzondering van de nazorgpremie.
Het besluit van de Vlaamse Regering met betrekking tot de werkervaring bepaalt dat een leerwerkervaring een minimale duur van zes maanden moet hebben. Dat betekent dan ook dat er na 1 juli 2014 in principe geen contracten meer kunnen worden afgesloten. Indien er in 2014 een beslissing tot verlenging komt, dan zouden contracten van minder dan een jaar die werden afgesloten in 2014 en werden beperkt tot 31 december 2014, kunnen worden verlengd tot een jaar als de totale termijn van twaalf maanden voor de betreffende doelgroepwerknemer nog niet werd bereikt. De voorwaarden hiervoor zijn echter dat er opnieuw een verlenging zou komen van een jaar en dat het werkervaringsproject een positief advies krijgt.
Minister, het is reeds de derde keer dat u met deze vraag om verlenging wordt geconfronteerd. We menen dat het tijd wordt om iets te ondernemen. Helaas naderen we het einde van deze legislatuur. Dat vinden we allemaal spijtig. Toch blijft dit erg belangrijk.
Het toekomstige beleidskader met betrekking tot werkervaringsprojecten is het tweede knelpunt. In het antwoord dat u op 31 maart van vorig jaar gaf op een vraag van de heer Rzoska, gaf u aan in samenwerking met de diverse partners te werken aan een nieuw beleidskader. U gaf toen vorig jaar dus aan over enkele weken het besluit van de Vlaamse Regering te zullen aanpassen. Ik stel vandaag echter vast dat er nog steeds geen nieuw beleidskader is. Vandaar mijn vragen.
Minister, wat is de reden voor het uitblijven van dat nieuwe beleidskader? Welke timing hebt u nu nog voor ogen voor dat nieuwe beleidskader? Hoe denkt u de continuïteit te kunnen waarborgen voor de werkervaringsprojecten? Vindt u een verlenging voor 2015 ook niet noodzakelijk, gezien de problemen met de korte contracten die nu moeten worden afgesloten?
De voorzitter : Minister Muyters heeft het woord.
Minister Philippe Muyters : Voorzitter, mevrouw Claes, het is in elk geval zo dat ik begin vorig jaar de sociale partners om advies heb gevraagd over de werkervaring en hoe de begeleiding van langdurig werklozen het best kan worden voortgezet.
De sociale partners hebben daarover experts geraadpleegd. Ze zijn ook leerwerkbedrijven gaan bezoeken. In november hebben ze me dan om uitstel gevraagd, omdat ze niet enkel de oefening willen doen voor deze maatregel, maar dit meteen in het grotere plaatje van de staatshervorming willen bekijken. Je kunt dan twee dingen doen: het sociaal overleg negeren en lekker alleen voortdoen, of bekijken of de gestelde vraag gerechtvaardigd is. Ik vond de vraag terecht. Voor mij was het overigens ook een van de bekommernissen om dit te bekijken in dat ruimere kader van de staatshervorming.
Natuurlijk moeten we dan bekijken hoe de continuïteit van de maatregel in afwachting van een hervorming kan worden vormgegeven. Dat doe ik opnieuw samen met de sociale partners. Ik wil echter ook niet dat die hervorming daardoor nogmaals op de lange baan wordt geschoven. Ik zal dus met de sociale partners bekijken hoe we die begeleiding van langdurig werkzoekenden kunnen voortzetten en de projecten voldoende zekerheid geven wat hun begeleidingspersoneel betreft, zonder de hervorming nu al uit te stellen tot de lange termijn.
Ik heb een beetje de ervaring dat als we aan de sociale partners een lange termijn geven, de laatste maanden altijd de meest cruciale zijn. We moeten de druk op de ketel houden, maar niet ten koste van de langdurig werklozen en de begeleiding, en niet ten koste van de projecten. De volgende dagen zal ik daarover een beslissing nemen.
Mevrouw Sonja Claes : Minister, ik begrijp u volkomen. Ik steun dat ook, het zou veel beter zijn als we deze maatregelen reeds kunnen afstemmen op wat in de staatshervorming gebeurt. Dat is de enige juiste keuze, want anders zitten we over een jaar of over twee jaar opnieuw met totale hervormingen en dat heeft geen zin.
De onzekerheid in de individuele contracten speelt vandaag. Ik meen, echt waar, dat u niet langer meer kunt wachten om duidelijkheid te geven of er een verlenging komt en tot wanneer verlengd wordt. Dat heb ik in uw antwoord niet duidelijk gehoord. Heb ik niet goed genoeg geluisterd?
Minister Philippe Muyters : Ik zal het herhalen. Ik zal vandaag of morgen, een van de volgende dagen dus, de definitieve beslissing nemen zodat ook dat heel duidelijk is. Ik heb het advies gevraagd van de sociale partners, maar ze zijn niet eensgezind. De werkgevers willen geen verlenging, de vakbonden vragen een verlenging van een jaar. Ik zal vandaag of morgen een beslissing nemen. Ik garandeer u dat er rechtszekerheid komt voor de bestaande projecten en dat de begeleiding gegarandeerd zal blijven.
Mevrouw Sonja Claes : Dat is goed nieuws. Ik ben blij dat ik deze vraag vandaag heb kunnen stellen, eigenlijk was ze veertien dagen geleden gepland.
De voorzitter : De vraag om uitleg is afgehandeld.