Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Onroerend Erfgoed
Vergadering van 15/10/2013
De voorzitter : Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Mevrouw Gwenny De Vroe : Voorzitter, minister, geachte leden, reeds in uw beleidsnota Leefmilieu en Natuur 2009-2014 konden we lezen dat u werk zou maken van een milieuvergunningendatabank, dat u die zou uitbouwen en actualiseren. In 2010 hebben we in onze commissie een hoorzitting gehouden en hebben we uitgebreid besproken welke maatregelen we zouden nemen om de vergunningenpiek in 2010 aan te pakken. Toen is immers gebleken dat de Vlaamse overheid niet in staat was te zeggen hoeveel milieuvergunningen per klasse en per milieuvergunnende overheid er in Vlaanderen liepen en wanneer precies ze zouden vervallen. Er was dus dringend nood in Vlaanderen aan een overkoepelende performante milieuvergunningendatabank. Voor die databank zouden de gemeenten en de provincies dan de gegevens aanleveren over de vergunningen die door hen worden verstrekt. In mei 2010 heeft het Vlaams Parlement de Vlaamse Regering gevraagd dringend werk te maken van een dergelijke databank, die een einde moest maken aan de onduidelijkheid over het aantal, het soort en de duur van milieuvergunningen.
Minister, wat is de stand van zaken met betrekking tot de milieuvergunningendatabank? Wanneer wordt de databank eindelijk operationeel? Wat zijn de resterende knelpunten? Met welke evoluties met betrekking tot de permanente vergunning en de omgevingsvergunning werd rekening gehouden bij het uitwerken van deze databank?
De voorzitter : Mevrouw Eerlingen heeft het woord.
Mevrouw Tine Eerlingen : Minister, bij de bespreking van de beleidsbrief had u al aangekondigd dat u bijkomende middelen zou vrijmaken voor het ontwikkelen van de software voor die milieuvergunningendatabank. Dat sleept al heel lang aan. U hebt daar nu geld voor vrijgemaakt. Mijn bedenking was enigszins dezelfde als die van mevrouw De Vroe. Er loopt nu een traject om die milieu- en bouwvergunningen te doen samenvallen in één omgevingsvergunning. Dat alles zal ook worden gedigitaliseerd. Hoe wordt die milieuvergunningendatabank daar eigenlijk op afgestemd? Zal er ook uit die data kunnen worden geput door de digitale toepassing van de omgevingsvergunningen?
De voorzitter : Minister Schauvliege heeft het woord.
Minister Joke Schauvliege : Voorzitter, mevrouw De Vroe, uiteraard is het maken van een milieuvergunningendatabank ook voor mij een belangrijk speerpunt en aandachtspunt. Destijds hebben we bij de opmaak van de beleidsnota inderdaad de uitbouw van die databank vooropgesteld. Als gevolg daarvan heeft de afdeling Milieuvergunningen al in de loop van 2009 een behoefteanalyse uitgevoerd bij de diverse vergunning- en adviesverlenende overheden. Er werd hun gevraagd wat hun specifieke nood was. Er bleek nood te zijn aan een multifunctionele ICT-toepassing, in plaats van een eenvoudige databank. Om tot een multifunctioneel ICT-project te komen, werd vanaf 2011 een beroep gedaan op de nodige externe kennis en expertise. We hebben dat gedaan via twee overheidsopdrachten. Er werd een studiefase opgestart, waarbij de behoefteanalyse verder werd verfijnd, de haalbaarheid werd onderzocht en een concept werd uitgewerkt. De externe ondersteuning bij het studiewerk werd geleverd door PricewaterhouseCoopers. Gezien de vele betrokken partijen werd ook de nodige aandacht besteed aan het stakeholder- en procesmanagement. Er was een klankbordgroep en een stuurgroep, en er werd gekeken naar communicatie, draagvlakvorming en dergelijke meer. Daarvoor werd een beroep gedaan op ondersteuning door Ernst & Young.
De beide overheidsopdrachten hebben dan geleid tot een concept, waarover een consensus werd bereikt. De afdeling Milieuvergunningen heeft vervolgens dat concept verwerkt tot een bestek met bijhorende technische vereisten, met het oog op het lanceren van een overheidsopdracht voor de effectieve ontwikkeling van die multifunctionele ICT-toepassing. De aanbestedingsprocedure voor de overheidsopdracht in kwestie zou normaliter al opgestart zijn, maar zoals u weet, is er iets tussen komen fietsen. Dat was een terechte opmerking van mevrouw Eerlingen. De Vlaamse Regering heeft ondertussen, op 19 juli 2013, beslist over te stappen naar die omgevingsvergunning. We hebben toen ook beslist dat er geen afzonderlijke milieuvergunningendatabank meer zou worden opgemaakt, maar meteen een omgevingsvergunningenregister. Het lijkt me logisch dat we niet meer apart gaan werken, maar dat we een register zouden maken voor die omgevingsvergunningen, dat alle informatie en alle dossierstukken bevat die betrekking hebben op die omgevingsvergunning.
Door daar onmiddellijk voor te opteren, vermijden we ook dat er in de toekomst twee aparte systemen naast elkaar zouden werken, namelijk een register van stedenbouwkundige vergunningen en een milieuvergunningendatabank. De inspanningen die tot nog toe zijn gedaan en waarnaar ik daarnet verwees, zijn echter niet tevergeefs geweest. Dat systeem, dat nu ook gedragen is, zal net zo goed worden gebruikt voor die omgevingsvergunningen, maar we moeten wel even die opdracht anders formuleren. De functionaliteiten die beschreven stonden in de conceptbepaling voor die milieuvergunningendatabank, worden dus ook meegenomen voor het nieuwe omgevingsvergunningenregister.
Een bijkomend voordeel van deze geïntegreerde aanpak bestaat erin dat de diverse vergunningverlenende overheden, en ook de adviesverlenende instanties, slechts eenmaal hun bestaande ICT-systemen zullen moeten laten aanpassen. Om de reeds intern opgebouwde kennis en ervaring maximaal te kunnen valideren en dus geen extra tijd te verliezen met het doorlopen van die aanbestedingsprocedures, werd beslist om de middelen voor de milieuvergunningendatabank aan te wenden voor de uitbouw van dat omgevingsloket, met bijhorend uitwisselingsplatform, en dat via een uitvoering in regie in het kader van de ICT-raamovereenkomst van de Vlaamse overheid met HP-Belgacom.
De beslissing van de Vlaamse Regering van 19 juli 2013 over het ontwerp van omgevingsvergunning voorziet dus in dat loket, in dat uitwisselingsplatform en in dat register. Dat werd daar allemaal in meegenomen. Er is dus wat tijd verloren gegaan. Dit zou eind volgend jaar operationeel moeten zijn en op 1 januari 2015 definitief in werking moeten treden.
De voorzitter : Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Mevrouw Gwenny De Vroe : Het is dus de bedoeling om nu naar een omgevingsvergunningendatabank te gaan. Het lijkt me inderdaad belangrijk om toekomstgericht te handelen. Zullen de milieuvergunningen die zijn verstrekt, zelfs nu nog, nog mee worden opgenomen? Ik wil er gewoon zeker van zijn dat ik het goed heb begrepen. Het lijkt me logisch dat alle milieuvergunningen die er nu zijn, ook opgenomen zijn, zodat men daadwerkelijk weet, als er een vraag wordt gesteld, tot wanneer die vergunning loopt en dergelijke.
De voorzitter : De vraag om uitleg is afgehandeld.