Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Vergadering van 20/06/2013
Interpellatie van de heer Johan Deckmyn tot de heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, over de aanstelling van een nieuwe administrateur-generaal voor Bloso
- 108 (2012-2013)
Interpellatie van mevrouw Ulla Werbrouck tot de heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, over de aanstelling van een nieuwe administrateur-generaal voor Bloso
- 112 (2012-2013)
De voorzitter : De heer Deckmyn heeft het woord.
De heer Johan Deckmyn : Voorzitter, minister, na meer dan twintig jaar leiding te hebben gegeven aan Bloso, de Vlaamse sportadministratie, werd Carla Galle vanaf 1 juni eervol ontslagen, zoals dat heet. De Vlaamse Regering heeft ondertussen de functie van administrateur-generaal van Bloso vacant verklaard en gaat op zoek naar een nieuwe leidinggevende figuur voor de sportadministratie. Huidig administrateur-generaal Carla Galle heeft immers de pensioenleeftijd bereikt. De Vlaamse Regering is bijgevolg gestart met de zoektocht naar een vervanger. Er is een procedure opgestart voor een nieuwe administrateur-generaal, met een uitgebreide selectieprocedure.
Bepaalde mensen stellen zich de vraag waarom er haast moet worden gemaakt aangezien mevrouw Galle in een recent verleden had aangegeven dat ze zelf wel wou beslissen wanneer ze met pensioen zou gaan. Minister van Sport Muyters had blijkbaar de mogelijkheid om het bestaande contract nog wat te verlengen, maar heeft verkozen dit niet te doen. De algemeen directeur, de heer Paquay, wordt administrateur-generaal ad interim in afwachting van een nieuwe verantwoordelijke.
Her en der wordt reeds gesteld dat de selectieprocedure bij Jobpunt alleen dient om de schijn van objectiviteit op te houden en dat de volgende administrateur-generaal een pure politieke N-VA-benoeming wordt. Bepaalde kandidaten voor deze job hebben hun kandidatuur niet ingediend, gezien ze nu reeds weten dat ze geen kans maken. De functie gaat sowieso naar iemand met een N-VA-kleur, wat vreemd is voor een partij die de kracht van de verandering voorstaat.
In een artikel in De Standaard van 1 juni wordt er beweerd dat de nieuwe topman nu reeds gekend is. Het zou gaan om Gert Vande Broek, de chef Sport op het kabinet van de minister van Sport. In De Standaard wordt het volgende gesteld: Vanuit verscheidene hoeken wordt erover geklaagd dat Vande Broek als kabinetsmedewerker in een bevoorrechte positie staat. Het dossier van wie Carla Galle gaat opvolgen, zal behandeld, bestuurd en begeleid kunnen worden door diegene die het zal worden. De selectieprocedure door Jobpunt moet zogezegd uitwijzen wie de opvolger wordt, maar het resultaat staat, zoals gezegd, nu al vast en zou als pure politieke benoeming verstopt zitten in de laatste, zeer druk beladen ministerraad vlak voor het zomerreces. Dit hebben we allemaal kunnen optekenen via de media. Indien dit niet waar zou zijn, zal de minister dit ongetwijfeld tegenspreken.
Politieke benoemingen zijn een oud zeer in alle regeringen, en ook de N-VA doet hieraan goed mee, ondanks het feit dat zij in het verleden stelde dat dit niet kan. Op federaal vlak trekt de N-VA duchtig van leer tegen de politieke benoemingen aldaar. Het zou van goed fatsoen getuigen om deze redenering dan ook op Vlaams vlak door te trekken. In De Standaard konden we bijgevolg begrijpelijk optekenen dat er binnen de Vlaamse meerderheid wordt gewezen op de dubbele moraal van de N-VA inzake politieke benoemingen. N-VA-kamerlid Siegfried Bracke fulmineerde vorige week nog tegen de politieke koehandel rond de federale benoemingsprocedure van vijf CEOs van overheidsbedrijven.
Sommige collegas zouden zich misschien kunnen vergissen, maar voor alle duidelijkheid: ik ben zeker niet de grootste fan van mevrouw Galle. Maar ze heeft natuurlijk 100 procent gelijk als ze stelt dat de minister van Sport hier eigenhandig over beslist in functie van de politieke prioriteiten. Lees: het is nu aan de beurt van de N-VA om iemand te benoemen.
Minister, op welke manier zal de Vlaamse Regering de nieuwe administrateur-generaal voor Bloso aanstellen? Waarom werd het contract met de huidige administrateur-generaal niet verlengd? Kunt u ons garanderen dat het hier niet om een politieke benoeming zal gaan?
De voorzitter : Mevrouw Werbrouck heeft het woord.
Mevrouw Ulla Werbrouck : Voorzitter, minister, collegas, er is al heel wat geschetst. Carla Galle kwam ruim 22 jaar geleden aan het hoofd te staan van Bloso. Ze had de sportieve touwtjes in handen. Maar op 31 mei jongstleden kwam daar een einde aan. Ze is op pensioen gesteld door de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering verleende haar daarom met ingang van 1 juni 2013 eervol ontslag uit haar ambt.
Mooi, zou ik zeggen, maar ik weet dat mevrouw Galle nog niet op pensioen wou gaan, en dat zei ze ook een jaar geleden in De Standaard: Ik beslis zelf wel over de timing van mijn pensioen, dat moet niemand mij proberen te dicteren. Toch wordt de functie van administrateur-generaal bij het Bloso vacant gesteld om volgende reden: Mevrouw Carla Galle, administrateur-generaal van het agentschap Bloso, bereikt de leeftijd van 65 jaar op 10 mei 2013 en zal ambtshalve op pensioen gesteld worden vanaf 31 mei 2013 ingevolge artikel XI 1, §2 van het VPS.
Volgens mij ruikt dat naar een gedwongen ontslag, want iemand die wil en Carla wilde kan na zijn 65e blijven voortwerken volgens het Vlaams Personeelsstatuut (VPS). Het verleent de mogelijkheid om de ambtenaar of de administrateur-generaal na de leeftijd van 65 jaar nog verder in dienst te houden voor een periode van maximaal zes maanden, eventueel nog tweemaal verlengbaar voor een duur van telkens zes maanden. Minister, waarom hebt u geen gebruik gemaakt van deze mogelijkheid?
Van Carla Galle kan er heel veel gezegd worden. Qua ideologie en filosofie lig ik mijlenver van haar. Een akkefietje en een discussie heb ik wel meerdere keren meegemaakt, maar wat je niet kunt zeggen is dat ze Bloso niet gerund heeft met de nodige overtuiging en vastberadenheid om het Vlaamse sportbeleid op de kaart te zetten. Ook al ligt er nog veel werk op de plank, inzake topsport kan ze een aantal pluimen op haar hoed steken.
De dag na haar pensioen liet Carla Galle in een interview met De Standaard weten: Ik ben Vlaams ambtenaar. Het personeelsstatuut voorziet dat je op je 65ste ambtshalve met pensioen gaat. ( ) Theoretisch kan de voogdijminister dat contract verlengen. Maar daar beslist elke minister zelf over, in functie van zijn politieke en andere prioriteiten.
Uit dat interview bleek duidelijk dat ze zin had om haar ambt, haar taak, na haar 65e voort te zetten, maar blijkbaar vond u dit niet opportuun. Waarom niet? De Vlaamse Regering besloot ondertussen om de positie van administrateur-generaal bij Bloso vacant te verklaren, maar momenteel is er nog geen sprake van een vervanger. Bloso zit zonder leidend ambtenaar. Philippe Paquay heeft nu tijdelijk de leiding. Er komen nogal wat uitdagingen op ons af inzake het sportbeleid, onder andere de uitvoering van het nieuw decreet Lokaal Sportbeleid en van het Topsportactieplan III. Daarom zou het misschien niet onverstandig geweest zijn om de ambtstermijn van Carla Galle te verlengen.
Verder lijkt de procedure voor de opvolging te laat in gang gezet. Minister, als u ervan overtuigd was dat Carla Galle eind mei op rust gesteld moest worden, dan had u daar sneller op kunnen inspelen. Dan had een nieuwe administrateur-generaal bij wijze van spreken direct na haar pensionering in dienst kunnen treden.
Daarnaast wordt zowel vanuit politieke kringen als binnen Bloso gevreesd dat de benoeming politiek al toegewezen is en dat de selectieprocedure bij Jobpunt alleen dient om de schijn van objectiviteit op te houden. Een betrokkene zei het volgende: Het dossier van wie Carla Galle gaat opvolgen zal behandeld, bestuurd en begeleid kunnen worden door degene die het zal worden. Op 24 april had ik al weet van een politiek akkoord tussen CD&V en de N-VA over een persoon. Twee dagen later werd de procedure in gang gezet en uitgeschreven.
Ik heb een déjà vu, minister.
Hebt u effectief de mogelijkheid overwogen om Carla Galle langer in dienst te houden als administrateur-generaal van Bloso?
Op basis van welke factoren hebt u besloten dat het niet opportuun was om Carla Galle langer in dienst te houden, terwijl ze klaarblijkelijk zelf nog zin had om dit ambt verder te zetten?
Waarom werd de procedure voor de opvolging van Galle niet eerder in gang gezet?
Hoeveel mensen hebben zich kandidaat gesteld voor de positie als administrateur-generaal? Kunt u hun achtergrond toelichten?
Wanneer zal de nieuwe administrateur-generaal van Bloso in dienst treden?
De voorzitter : De heer Van Dijck heeft het woord.
De heer Kris Van Dijck : Voorzitter, minister, dames en heren, ik sluit me graag aan bij deze interpellaties. Vooral de laatste vraag van de heer Deckmyn interesseert me uitermate. Kan de minister garanderen dat het hier niet over een politieke benoeming gaat?
Elke benoeming door de Vlaamse Regering is sowieso een politieke benoeming. De juiste vragen zijn: welke procedure werd gehanteerd? Op welke manier werd er geselecteerd? Op welke manier proberen we de juiste persoon op de juiste plaats te hebben?
Ik vind het vreemd dat er vragen gesteld worden terwijl we middenin de procedure zitten. Men kan vragen: waarom gebeurde niet eerder dit of eerder dat? We moeten er angstvallig over waken dat de lopende procedure correct verloopt.
Sta me toe dat ik die vraag over politieke benoeming raar vindt, als men al een volledig proces gemaakt heeft. Men heeft niet alleen een proces van de procedure gemaakt, maar ook van mensen. Men beweert dat de opvolger al bepaald is en dat de rest windowdressing is. Ik ontken dat formeel.
Bij elke vacature en in elke procedure heeft iedereen het recht om zich kandidaat te stellen. Iedereen! Elke geïnteresseerde die kan aantonen via zijn cv, expertise, kennis en kunde dat hij wat in zijn mars heeft, mag zich kandidaat stellen. Niemand mag worden uitgesloten. Men zou zich ergo kunnen afvragen welke procedure de minister vier jaar geleden gehanteerd heeft, toen hij medewerkers zocht. Wat was er toen belangrijk? Misschien koos de minister toen mensen omwille van hun deskundigheid en niet zozeer omwille van hun partijkaart. In ieder geval worden hier intentieprocessen gemaakt waar ik ver van wil blijven.
Ik ga ervan uit dat de procedure correct verder gaat, dat Jobpunt Vlaanderen zijn werk kan doen en dat de kandidaten op voet van gelijkheid, op basis van hun competentie en mogelijkheden aan de selectie kunnen deelnemen.
De voorzitter : De heer De Coene heeft het woord.
De heer Philippe De Coene : Toen ik deze interpellatieverzoeken als voorzitter op mijn tafel kreeg, moest ik beslissen over de ontvankelijkheid. Ik moest de afweging maken of het juist was om deze vragen te agenderen terwijl de procedure loopt of niet.
Ik heb toen gemeend het toch te agenderen. Ik vreesde dat het niet agenderen meer vragen zou doen oproepen dan het wel agenderen. Ik heb daar het voordeel gegeven aan het interpellatierecht, of het recht om vragen om uitleg te stellen door de leden, en om het boven alle verdenking te tillen van wat dan ook. Want stel dat ik als voorzitter in de precaire situatie zit dat het iemand betreft waarvan men weet wat zijn of haar politieke achtergrond is, dan had men kunnen vermoeden dat er iets in de maak is.
Het voordeel om het op de agenda te zetten is dat aan de ene kant de parlementsleden hun rechten kunnen uitputten, en dat er aan de andere kant tussenkomsten kunnen zijn van een andere orde, zoals de tussenkomst van de heer Van Dijck, waardoor men het debat opener kan voeren. Het is met die afweging dat ik heb gemeend om het toch te laten agenderen, of zelfs advies in positieve zin te geven aan andere initiatieven van de leden. Dat voor alle duidelijkheid. Ik wil u danken.
De voorzitter : De heer Gysbrechts heeft het woord.
De heer Peter Gysbrechts : Ik wil nog even kort iets zeggen, minister. Collegas, ik spreek me er niet over uit of mevrouw Galle nu al dan niet boven haar pensioengerechtigde leeftijd moet aanblijven als voorzitter van Bloso. Ik weet ook niet of het de bedoeling is van de vraagstellers, maar het zou ook voor mij een verrassing zijn dat die vraag wordt gesteld.
Ik ben uiteraard geïnteresseerd in de antwoorden op de gestelde vragen inzake de opstart en de timing van de procedure, zodat de overgang vlot kan verlopen en dat we daar niet in een te lange overgangsperiode zouden vallen. Ik reken erop dat die procedure correct zal verlopen. Ik denk dat het vooral van belang is om de werking van Bloso niet te ondermijnen en om te vermijden dat er ook maar enige twijfel zou rijzen.
De voorzitter : Minister Muyters heeft het woord.
Minister Philippe Muyters : Voorzitter, ik wil de heer De Coene bedanken dat hij deze interpellaties heeft geagendeerd om de mogelijkheid te geven om daarop te kunnen repliceren. Ik wil heel duidelijk stellen dat de aanstelling van de nieuwe administrateur-generaal van Bloso volgens de klassieke procedure zal verlopen.
Ik wil die hier toch nog even schetsen. Die geldt voor alles wat er qua benoeming in de Vlaamse Regering gebeurt. Dat is de volgende procedure: eerst is er een bekendmaking, gevolgd door een screening van de cvs van de kandidaten. Voor deze cvs werd een stramien aangeboden op de website van Jobpunt Vlaanderen. Op het einde van de screening wordt hierover puur informatief aan mij de vakminister gerapporteerd door Jobpunt Vlaanderen. Deze stap is uitsluitend. Ik kan niet vragen om er een goede kandidaat bij te voegen, het is uitsluitend. Jobpunt zorgt daarvoor, of een bureau dat is aangesteld door Jobpunt.
Vervolgens is er een gesprek met een consultant. Ook dit is uitsluitend. Deze stap is nog aan de gang in het geval van de vacature bij Bloso en na afloop zal ik opnieuw op de hoogte worden gebracht. Dan volgen er testen voor de leidinggevende en functiespecifieke competenties. Er zijn natuurlijk competenties opgesteld, en die gaan over leidinggeven en functiespecifieke competenties.
Na deze test wordt een lijst voorgelegd door Jobpunt Vlaanderen aan de functioneel bevoegde minister. Tot aan die stap buiten informatie krijgen speelt de functioneel bevoegde minister geen enkele rol. Ik wil dit duidelijk stellen. Dan is er een finaal interview dat door een delegatie van de Vlaamse Regering wordt afgenomen waar de vakminister verplicht bij aanwezig is. Dat interview leidt tot een advies dat wordt voorgelegd aan de Vlaamse Regering, en het is de Vlaamse Regering die beslist over de aanstelling. Er is een extern selectiebureau aangesteld om het proces te begeleiden. Dit is de procedure die in Vlaanderen voor elke benoeming wordt gevolgd.
Mevrouw Galle heeft Bloso gedurende 22 jaar geleid en heeft de instelling zeker opgebouwd tot wat ze nu is. Ze heeft tal van goede zaken gerealiseerd voor zowel de sport voor allen als de topsport in Vlaanderen. Ik heb echter nooit een aanvraag ontvangen vanuit Bloso of van mevrouw Galle om langer aan te blijven als administrateur-generaal. De reden waarom er geen aanvraag is gekomen is mij onbekend, maar ik respecteer de keuze om die vraag niet te stellen. Zelf heb ik ook de vraag niet gesteld, en ik ben niet van plan om na 22 jaar in het leven het testament van wie dan ook op te maken. Ik hoop dat jullie die keuze ook respecteren. Ik ga hier geen testament van Carla Galle of de functie van administrateur-generaal maken, maar ik heb het mevrouw Galle net zo min gevraagd.
Wat betreft de opstart van de procedure van opvolging kan ik u alleen meegeven dat ik de opstart samen met Bloso doe, en u zult dat begrijpen. De administrateur-generaal moet worden vervangen, dus ik heb herhaaldelijk de vraag gesteld aan Bloso om het dossier voor de opvolging van de administrateur-generaal tijdig op te starten. Ik kan u tonen dat de vraag om dit dossier op te starten in januari is gesteld. Na een laatste herinnering op 20 maart heb ik uiteindelijk op 26 maart de ontwerpnota ontvangen. Op 28 maart werd het advies van de Inspectie van Financiën aangevraagd, en de Inspectie van Financiën vroeg bijkomende informatie. Die informatie heb ik van Bloso gekregen op 24 april. Op 25 april gaf de Inspectie van Financiën positief advies daar de bijkomende informatie voldoende was. De vacantverklaring vond plaats op de ministerraad van 26 april.
Ik heb er alles aan gedaan om dit zo spoedig mogelijk te laten verlopen. Uit de aanvraag blijkt dat mevrouw Galle wist dat we over de opvolging nadachten sinds januari, en ze had toen ook nog altijd die vraag kunnen stellen. Ze had mij kunnen vragen om langer aan te blijven. Ik heb die vraag nooit ontvangen, dus ik ging ervan uit dat mevrouw Galle zoals voorzien op 65 jaar op pensioen gaat. Dat is dus ook gebeurd.
Er werd gevraagd hoe ver we staan met de procedure. In eerste instantie hebben twintig personen zich kandidaat gesteld voor de functie. Men meldt me dat negen daarvan niet werden geselecteerd, omdat de vereiste ervaring ontbrak of omdat ze, zelfs nadat men hen erop had gewezen dat ze een verkeerd formulier hadden gebruikt, dat formulier toch bleven gebruiken. Voor de rest ga ik daar niet dieper op in. De overige elf personen zijn nu bezig met die verkennende gesprekken met de consultant, maar aangezien de procedure nog loopt en de kandidaten recht hebben op privacy, kan en wil ik niet dieper ingaan op hun achtergrond. De nieuwe administrateur-generaal zal in dienst treden zodra alle stappen van de procedure correct zijn doorlopen. Als dat is gebeurd en de Vlaamse Regering heeft de beslissing bekrachtigd, dan kunnen we iemand aanstellen. Vroeger kan dat niet. Zoals altijd wordt de procedure dus doorlopen.
Tot slot kan ik u garanderen dat er geen sprake is van een politieke benoeming. Een van de kandidaten waarnaar hier werd verwezen, is inderdaad chef Sport op mijn kabinet. Zoals de heer Van Dijck ook zei, ga ik er echter van uit dat hij net zoals iedereen het recht heeft om zich kandidaat te stellen voor die functie, als hij denkt dat hij daarvoor in aanmerking komt. Ik vind het ook heel correct dat hij me daar zelf van op de hoogte heeft gebracht, in het kader van een goede werkgever-werknemerrelatie. Hoewel de heer Vande Broek op basis van zijn cv een geschikte en sterke kandidaat lijkt, zal hij zich net als iedereen moeten bewijzen tijdens de diverse selectierondes, en aantonen dat hij de beste kandidaat is. Wat nu in de media gebeurt, heeft niets te maken met een politieke benoeming. Wel gaat het over het schaden van de privacy en de rechten van een individu om, net als iedereen, zich anoniem kandidaat te kunnen stellen voor een topfunctie bij de Vlaamse Gemeenschap.
De voorzitter : De heer Deckmyn heeft het woord.
De heer Johan Deckmyn : Minister, de vraag of dit een politieke N-VA-benoeming zou zijn, is publiekelijk gesteld. Dat ik die vraag stel, geeft u natuurlijk de kans om voldoende replieken te geven daarop. Het gaat me trouwens ook niet om de vraag of een lid van uw kabinet al dan niet bekwaam zou zijn om die functie uit te oefenen. Integendeel, als hij bekwaam is, dan zal hij wellicht wel op die laatste shortlist terechtkomen en dan uiteindelijk worden benoemd.
Mijnheer Van Dijck, ik ben blij dat u naar aanleiding van mijn laatste vraag zegt dat dit wel degelijk een politieke benoeming is, aangezien de meerderheid benoemt en alles dus volgens het boekje gebeurt. Als ik u kan geloven, vindt u dus dat politieke benoemingen oké zijn. Dan moet u consequent zijn en aan de heer Bracke zeggen dat hij in het federaal parlement dezelfde boodschap moet brengen die de N-VA hier brengt. Dat zou van enig fatsoen kunnen getuigen.
Voor wie nog twijfelt aan de dubieuze houding van de N-VA: we moeten de uitspraken van de heer Van Dijck vandaag vergelijken met de uitspraken van de heer Bracke in de Kamer. Dit zorgt eigenlijk ook voor wat frictie binnen de meerderheid in dit huis. In De Standaard konden we lezen dat er binnen de Vlaamse meerderheid wordt gewezen op de dubbele moraal van de N-VA met betrekking tot politieke benoemingen. Ik citeer: N-VA-Kamerlid Bracke fulmineerde nog tegen de politieke koehandel rond de federale benoemingsprocedures van vijf CEOs van overheidsbedrijven. Mijnheer Van Dijck, bij de federale overheid gebeurt dat op dezelfde manier als het hier gebeurt. Als het hier oké is, dan is het ook federaal oké, en dan moet u de heer Bracke daarop wijzen.
Minister, ik wil u bedanken omdat u voor de volledigheid de procedure voor de benoeming van een nieuwe administrateur-generaal nog eens hebt uitgelegd, maar zoals ik daarnet al zei, zult u uiteindelijk een finale lijst krijgen, na de interviews, en de Vlaamse Regering zal daar dan uiteraard iemand uit kiezen. Van die Vlaamse Regering maakt ook de N-VA deel uit. De N-VA zal daar afspreken met de andere partijen welke postjes voor haar zijn, welke postjes voor CD&V en welke postjes voor sp.a. Dat noemt men politieke benoemingen, mijnheer Van Dijck. Voor mij hebt u daarnet op een prima manier bevestigd dat er een politieke keuze zal worden gemaakt. Dat was uiteindelijk de bedoeling van mijn interpellatie.
De voorzitter : De heer Van Dijck heeft het woord.
De heer Kris Van Dijck : Een regering neemt een beslissing. Ministers, dat zijn politici. Als van tevoren wordt afgesproken wie welke persoon mag en kan benoemen, om zo te proberen tot evenwichten te komen, dan zou dat kritiek kunnen uitlokken. De minister heeft echter heel duidelijk geantwoord dat in dezen een procedure is opgesteld en wordt gevolgd waarbij er totaal geen sprake is van een koehandel. Als ik het heb over een politieke benoeming, dan bedoel ik daarmee dat het gaat over een benoeming door de regering. Dit is echter geen koehandelbenoeming. Ik heb die krantenartikels ook gelezen waarin wordt gesteld dat het windowdressing is, omdat alles al vastligt. Er wordt hier een proces van mensen gemaakt. Daar zet ik me tegen af: er ligt nog niets vast.
Mijnheer Deckmyn, als ik me duidelijker moet uitdrukken: dit is geen deal, geen koehandel, waarbij de N-VA deze benoeming eigenhandig zou mogen toewijzen. Helemaal niet.
De voorzitter : Mevrouw Werbrouck heeft het woord.
Mevrouw Ulla Werbrouck : Minister, ik dank u voor het antwoord. Er is veel duidelijkheid gekomen. Er zijn heel veel geruchten geweest. Ik ben blij dat u hebt gezegd dat u geen aanvraag hebt ontvangen, want het komt wel over alsof u degene bent die heeft geweigerd om de continuïteit te behouden en een nieuw contract te geven aan mevrouw Galle. Die aanvraag is niet gekomen, dus is een groot stuk van de problematiek die ik hier wilde aankaarten van de baan.
Ik wilde de naam van de persoon niet noemen omdat ik vind dat de bekwaamheid van de heer Vande Broek niet ter discussie staat. Ik denk dat zowel zijn academische, politieke als sportieve waarde en deskundigheid niet ter discussie staat. Het gaat me gewoon om de procedure die in gang wordt gezet. Ik vind het spijtig dat hij door het slijk wordt gehaald. Maar de procedure is duidelijk, en zodra je bij de finale personen komt, kun je er niet omheen dat hij een stapje voor heeft. Als hij bij de laatste drie zou zijn, heeft hij een stapje voor op de rest.
Minister, ik hoop dat u in ieder geval iemand aanduidt als leidend ambtenaar met kennis en bekwaamheid, en ook met, wat voor mij heel belangrijk is, engagement en een sportief hart, dat hij ervoor gaat. Dat is voor mij het belangrijkste. De procedure moet juist gevolgd worden en het moet zo snel mogelijk gaan, want Bloso is voorlopig stuurloos. Daar moet zo snel mogelijk een oplossing voor komen. Men zegt altijd: nieuwe bazen, nieuwe winden. Dan kan er misschien wel een verandering komen. Ik denk dat van jullie dan wel de kracht van de verandering zal komen.
De voorzitter : De heer De Ro heeft het woord.
De heer Jo De Ro : Minister, ik dank u voor de duidelijkheid. Ik heb met veel belangstelling naar het antwoord geluisterd, omdat, wanneer ik niet met politiek verlof ben, zelf leidend ambtenaar ben. Met alles wat er in de pers is verschenen, of het nu over Bloso gaat of over een ander departement of agentschap van de Vlaamse Gemeenschap, wordt mijn ambtenarenhart ook wel geraakt.
Laat het duidelijk zijn, een overheid kan alleen maar functioneren als alle facetten van die overheid goed worden ingevuld, als er in het parlement de juiste vragen worden gesteld en goede en gezonde controle wordt uitgeoefend en als de uitvoerende macht, zowel de ministers en kabinetten als de administratie, kwaliteitsvol werk leveren. Als er een zweem van wantrouwen of van gefoefel overkomt via de pers of via lekken, dan verlam je deels de werking van belangrijke organen van het maatschappelijk weefsel.
Ik ben heel blij dat de minister heel duidelijk heeft gezegd dat het voor Bloso en andere agentschappen of departementen heel duidelijk decretaal is geregeld, dat we daar een apart orgaan voor hebben en dat we daar private bureaus voor aanstellen om een deel van het werk te doen. Iedereen die die procedure eens wil doorlopen, kan kandidaat zijn. Je moet aan een aantal basisvoorwaarden voldoen sommigen hebben dat niet door en stellen zich alsnog kandidaat en dan kun je meedoen. Ik nodig iedereen die eraan twijfelt of het een zware procedure is, uit om eens mee te doen. Ik zou het zelf met weinig plezier nog eens doorstaan.
Ik wil de minister erin ondersteunen dat ik een groot geloof heb in de procedure zoals ze is uitgetekend. Er zijn andere tijden geweest. Ik ken de politieke geschiedenis. Ik draai al lang mee. Hoe leidend ambtenaren en andere ambtenaren worden aangesteld maar ook hoe kabinetten op dit moment samengesteld worden en werken, is totaal anders dan pakweg twintig tot dertig jaar geleden. Op kabinetten is men met minder mensen en er wordt harder gewerkt. Degenen die voor die kleinere kabinetten gekozen worden, zijn voor het overgrote deel mensen die ertoe doen, want anders heb je als minister ballast. Ik ben ook niet verlegen om dat vanuit de oppositie te zeggen.
Er moet me toch wel iets van het hart, collega Kris Van Dijck. Vergeef me dit stukje partijpolitiek ik probeer hier hetzelfde te zeggen als wat mijn partij op het federale niveau zegt. Je hebt een duidelijke procedure nodig. Die bestaat ook op het federale niveau. We moeten niet doen alsof Vlaanderen de maagd is en het op het federale niveau allemaal niet koosjer zou zijn. Op de beide niveaus is er hard gewerkt, vaak zelfs door dezelfde ministers, niet van mijn partij, die de laatste decennia bevoegd waren voor de ambtenarenzaken. Er is een opkuis van procedures geweest. Op beide plaatsen leveren de organisaties die bezig zijn met selectie hard werk. Zowel wat het federale als het Vlaamse vlak betreft, maar ook het gemeentelijke en provinciale vlak, doet het me pijn als er om partijpolitieke redenen of door lekken een mistige sfeer wordt gecreëerd. Dat doet onrecht aan aan heel veel leidend ambtenaren die trouwens, als ze stoppen met ambtenaar te zijn, ook op andere plaatsen, in de privésector, in de politiek of in een andere maatschappelijke rol, nog altijd grote taken verrichten en daar bewijzen dat ze het niet alleen in de ambtenarij of in de politiek kunnen waarmaken.
Ik pleit voor enige consequentie. Ik begrijp wel waarom de heer Deckmyn daarnet die uitspraken deed. We moeten met zijn allen, politici uit de meerderheid en de oppositie, kritische vragen stellen. Ik sluit me trouwens aan bij mevrouw Werbrouck. Als er een leidend ambtenaar moet worden gekozen voor Bloso, dan moet het de beste van de selectie zijn. Ik ga er ook van uit dat de beste zal worden geselecteerd. Als de beste effectief iemand is die al op een kabinet of in de politiek zijn sporen heeft verdiend, dan moeten we daar respect voor hebben. Als we democratisch zijn, verdient iedereen een kans, ook als hij een kleur of een partijkaart heeft of ooit op een kabinet heeft gewerkt, nu of in het verleden, op dat van de huidige minister of dat van de vorige minister of de minister daarvoor.
Ik wil nog een andere getuigenis brengen. Zelfs al zou er met de selectie iets mislopen, waarbij alle procedures zijn gevolgd maar mensen de persoon slecht hebben ingeschat, dan is er nadien nog een heel sterk en duidelijk decretaal kader waarbij alle leidend ambtenaren jaarlijks worden geëvalueerd, ook door een onafhankelijk bureau, en waarbij het rapport naar de regering gaat. Er zijn ongeveer zeventig leidend ambtenaren. Als ik me niet vergis ik wil dat gerust opzoeken zijn er bij de eerste mandaatronde van 2006 tot 2012 van die zeventig vijf of zes gestopt omwille van een negatieve evaluatie of herhaaldelijke opmerkingen over niet goed functioneren mocht maar in vele andere sectoren de lat even hoog gelegd worden. De lat ligt hoog, want ik onderschrijf nog eens dat vele collegas, zelfs degenen die goed worden geëvalueerd, door de hogere druk en de grotere transparantie vaak op de toppen van hun tenen moeten lopen maar desalniettemin goed werk leveren. Toch zijn er een aantal mensen die eruit zijn gestapt. Ook wat dat betreft is er volgens mij een totaal andere situatie dan twintig tot dertig jaar terug.
Ik vind het goed dat die vraag is gesteld. Minister, ik hoop dat u de beste man of vrouw vindt en dat hij of zij inderdaad een groot sporthart heeft en een goede manager is, die de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse sporters met heel veel bekwaamheid en bezieling zal bijstaan. Dan hebben we allemaal onze rol goed gespeeld. Ik hoop dat we over een of twee jaar, waar we ook mogen zitten, durven te zeggen dat die man of die vrouw goed werk levert.
De voorzitter : De heer Caron heeft het woord.
De heer Bart Caron : Voorzitter, minister, ik ga niet in op uw antwoord, maar ik wil vier kleine bedenkingen kwijt in dit debat.
Ik vind het goed dat Bloso een nieuwe leidend ambtenaar krijgt en dus ook wat kan vernieuwen. Ongeacht de verdienste van een leidend ambtenaar die weggaat, waar ik geen uitspraak over moet doen en die elk in zijn tijdskader en context te duiden is, was het nodig dat Bloso een nieuwe wind krijgt. Ik ga daar niet flauw over doen, dat was absoluut nodig. Het is een belangrijke stap.
Het gaat overigens niet alleen over de leidend ambtenaar. Die leidend ambtenaar zal een symbool zijn voor een gehele vernieuwing die door alle geledingen van die organisatie moet waaien. Het is goed dat die keuze wordt gemaakt.
Ik zit niet in de jury, maar ik geloof net als collega De Ro ik ben ook een voormalig leidend ambtenaar, maar dan op stedelijk niveau dat de procedure betrouwbaar en degelijk is. We hebben ook goede mensen bij de overheid en een goede Vlaamse administratie. Ik heb daar wel vertrouwen in, dat wil ik wel eerlijk zeggen. De plaag van de politieke benoemingen is nog niet uitgeroeid, maar ze is niet meer zo kwalijk als vroeger. Ze speelt zich veel minder af op het niveau van de individuele kandidaat. Ik ben ook ex-kabinetschef, ik ken het wheeling and dealing in die wereld. Vlaanderen stelt natuurlijk geen slechte leidend ambtenaren aan. De kwaliteit gaat beyond politics. Dat is heel goed.
Er blijft wel een soort beurtrol bestaan, vaak is dat onuitgesproken en impliciet. Het is moeilijk om dat helemaal uit te roeien. Ik begrijp dat wel. Als we verder streven naar de beste man of vrouw op de juiste plaats, zijn we goed bezig. Ik vertrouw erop dat dat hier mogelijk is.
Ik begrijp ook, ik ben mild vandaag, dat elke partij die aan de macht is, haar sporen wil achterlaten. Ze doet dat via decreten, via regeringsbeslissingen en ook via de aanstelling van topambtenaren. De kranten voeden het beeld van de politieke verhoudingen bij de hoge ambtenarij. De N-VA moet nu eenmaal een inhaalbeweging maken. Ik zou het omgekeerde kunnen zeggen: ik ben er zeker van dat veel leidend ambtenaren voor Groen stemmen, al zijn ze nooit door Groen voorgedragen. Daarmee relativeer ik (Opmerkingen van de heer Philippe De Coene)
Er zijn parlementsleden van Groen die zich na hun politiek mandaat verdienstelijk willen maken voor de samenleving of die als topambtenaar gevraagd worden. Dat is een goede zaak. Dat is het geval bij Bond Beter Leefmilieu of 11.11.11. Er zijn ook verdienstelijke mensen in andere partijen, dat ontken ik niet. (Opmerkingen van de heer Philippe De Coene)
Mijnheer Deckmyn, de plaag van de politieke benoemingen zit eerder bij de federale overheid. Hier speelt dat niet zo. Ik geloof in een correcte procedure, los van de persoon. Ik hoop dat er bij Bloso een frisse wind zal waaien zodat de interne werking verbetert. De sporttechnische verdiensten van Bloso zijn groot, maar ik hoop echt dat de bestuurscultuur van de instelling in de komende jaren modern wordt.
De voorzitter : De heer Van Dijck heeft het woord.
De heer Kris Van Dijck : Mijnheer De Ro, ik erken volledig uw analyse. Als deze minister ondervraagd wordt daarover, geeft hij uitvoerig antwoord.
Een paar weken geleden werden in de Kamer vragen gesteld waarop het antwoord van de regering zich beperkte tot het voorlezen van de regeringsbeslissing. Dat creëert natuurlijk een zweem van onduidelijkheid. Zelfs leden van de meerderheid onderkenden dat. Ik ben zeer blij dat minister Muyters zon duidelijk antwoord geeft. Ik ben blij met onze correcte procedure. De minister heeft dat allemaal geduid.
De voorzitter : Minister Muyters heeft het woord.
Minister Philippe Muyters: Mijnheer Caron, ik heb het al gezegd, ik maak niemands testament op, ook dat van Carla Galle of van Bloso niet.
Mijnheer Deckmyn, met de hand op het hart, er is geen afspraak over de invulling van de post van administrateur-generaal. Er kleeft geen politieke kleur aan. Bij geen enkele benoeming waar ik als vakminister bij betrokken was, is daar ooit sprake van geweest. Ik ben niet overal bij, maar waar ik bij was, kan ik u garanderen dat er nooit een afspraak gemaakt werd. Ik veronderstel dat dit voor alle benoemingen geldt. U kunt dat geloven of niet geloven. Aan de administrateur-generaal van Bloso kleeft geen politieke kleur, en ook niet aan degene die de functie mag invullen, want dat zou nog iets anders kunnen betekenen.
Mijnheer De Ro, ik dank u voor uw uiteenzetting. U hebt dat allemaal correct geformuleerd. De procedure is inderdaad zwaar. Er wordt gewerkt met een extern bureau, Jobpunt Vlaanderen coördineert. Dat gebeurt op een degelijke manier.
U hebt gelijk, en ik wil dat benadrukken, onze kabinetten zijn superklein. Ik heb grosso modo vier inhoudelijke medewerkers per bevoegdheid. Ik reken Financiën en Begroting tot één bevoegdheid, anders kom ik niet eens aan vier. Ik kan u garanderen, de heer Van Dijck heeft het al vermeld, dat ik in eerste instantie naar bekwaamheid gekeken heb. Ik wou een inhoudelijk stevig kabinet.
Verder werk ik zeer nauw samen met de administratie. In die zin heb ik het grootste kabinet ooit. Die samenwerking is nog nooit zo verlopen.
Volgens mij kan een minister voor zijn kabinet mensen aanwerven met en zonder partijkaart, of zelfs met een andere partijkaart. Als die mensen daardoor echter een stempel krijgen en later een interessante baan mislopen, waar ze bekwaam voor zijn, dan zijn we compleet fout bezig. Als dat zou gebeuren, is dat voor mij een schande.
Ik richt me niet tot één van u, maar degene die het nodig vond om de naam van mijn medewerker Gert Vande Broek door te geven aan de kranten, is fout bezig. Iemand heeft dat gedaan. Die persoon moet eens goed nadenken over die daad. Hij of zij moet zich eens afvragen of dat geen negatieve politieke filosofie is geweest die schade toebrengt aan een individu. Dat is echt geen manier van werken. Dat is niet juist. Dat past niet bij de procedures.
De voorzitter : De heer Deckmyn heeft het woord.
De heer Johan Deckmyn : Minister, u mag het me niet kwalijk nemen dat ik een naam noem die al publiek gemaakt is.
Minister Philippe Muyters : Ik heb u niets verweten.
De heer Johan Deckmyn : Ik voel me ook niet aangesproken, maar het mag wel duidelijk zijn.
Ik hoop inderdaad dat de juiste man of vrouw op de juiste plaats komt. Het was mijn bedoeling om een politiek punt te maken.
Mijnheer De Ro, dank u voor uw inbreng. U bevestigt het bestaan van politieke deals omtrent de benoeming van ambtenaren, zowel hier als in de Kamer. Mijnheer Van Dijck, u probeert de kwadratuur van de cirkel uit te leggen. Dit klinkt bijzonder ongeloofwaardig, hoor. Het kan slechter, ja dat klopt. Dat is een vaak gebruikt excuus.
Ik zal u een ander voorbeeld geven, minister. Uw kabinetschef van Ruimtelijke Ordening, minister, is ook benoemd voor de raad van bestuur van t-groep. Zijn expertise is Ruimtelijke Ordening, maar hij zit bij t-groep. Die expertise heeft niet veel te maken met de arbeidsmarkt. Mijnheer Van Dijck, probeer alstublieft niet de politieke maagd uit te hangen, dat bent u allang niet meer.
Minister Philippe Muyters : U hebt het over mijn kabinetschef van Ruimtelijke Ordening. Dat de Vlaamse overheid iemand uit een kabinet aantrekt voor een bestuursmandaat is nog wel iets heel anders dan een permanent mandaat in de administratie. De competenties en talenten van de persoon in kwestie liggen in beide functies heel hoog.
Mevrouw Ulla Werbrouck : Minister, ik dank u voor het antwoord.
De voorzitter : De interpellaties zijn afgehandeld.