Commissie voor Algemeen Beleid, Financiƫn en Begroting
Vergadering van 07/05/2013
Vraag om uitleg van de heer Lode Vereeck tot de heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, over de interne audit met betrekking tot het begrotingsjaar 2012 in navolging van het decreet van 7 mei 2004 houdende bepalingen inzake kas-, schuld- en waarborgbeheer van de Vlaamse Gemeenschap
- 1359 (2012-2013)
De voorzitter : De heer Vereeck heeft het woord.
De heer Lode Vereeck : Minister, het decreet van 7 mei 2004 houdende bepalingen inzake kas-, schuld- en waarborgbeheer van de Vlaamse Gemeenschap legt een aantal verplichtingen op aan de Vlaamse Regering, en de minister van Begroting en Financiën in het bijzonder. Zo stelt artikel 21 dat er jaarlijks een verslag moet worden gemaakt over het gevoerde beleid. Dat verslag is ons allen bekend, het wordt ook jaarlijks besproken in deze commissie.
Mijn vraag heeft echter betrekking op artikel 16 van het decreet, dat stelt dat de Vlaamse Regering jaarlijks een interne audit moet uitvoeren inzake het kas- en schuldbeheer van de Vlaamse Gemeenschap. De Vlaamse Regering stelt daartoe een interne auditor aan. Die mag zelf het onderwerp kiezen waarover hij wenst te rapporteren, maar moet dat wel doen binnen de drie maanden na het einde van het begrotingsjaar.
De interne audit is een essentieel element in de controle op het kas-, schuld- en waarborgbeheer, zoals ook blijkt uit de memorie van toelichting. In het rekeningenboek van 2011 merkte het Rekenhof op dat er voor 2011 geen dergelijke audit werd opgesteld. We hebben u daarover dan ook een schriftelijke vraag gesteld, op 5 december 2012. In uw antwoord gaf u aan dat er in 2011 inderdaad geen audit werd uitgevoerd. U gaf in dat antwoord ook aan dat er een nieuwe auditor werd aangesteld en dat het de bedoeling was om over 2012 wel een audit uit te voeren.
U ging echter niet in op mijn vraag met betrekking tot de redenen voor het niet uitvoeren van de interne audit in 2011. Daarom heb ik op 30 januari 2013 een nieuwe vraag gesteld. U antwoordde dat het niet uitvoeren van de interne audit in 2011 waarschijnlijk te maken had met het geplande onderzoek van het Rekenhof. Ik citeer: De interne auditor plande een audit van het Waarborgbeheer in 2010/2011. Hij heeft hiertoe telefonisch contact gehad en documenten (de geactualiseerde interne procedurehandleiding(en), de lijst van de betrokken personeelsleden en de geboekte inventaris der uitstaande waarborgen) opgevraagd. Gelet echter op de geplande audit van het Rekenhof over hetzelfde onderwerp is waarschijnlijk afgezien van deze audit. Een nieuw onderzoek is niet meer opgestart.
Uit dat schriftelijke antwoord bleek meteen ook dat er ook in 2010 nooit een audit is uitgevoerd, en dat er dus ook geen dergelijk rapport bestaat. Ik vat even samen: noch in 2010, noch in 2011 werd het decreet nageleefd voor wat de interne audit betreft, en dat vind ik een kwalijke zaak, omdat de decreetgever duidelijk aangeeft dat de interne audit een zeer belangrijke rol heeft. De memorie van toelichting noemt het zelfs het sluitstuk van de interne controle. Dan vind ik dat dat ook moet gebeuren. Het gaat om het goede beheer van de middelen. De verantwoordelijkheid is in dezen ondubbelzinnig bepaald. Het decreet is heel duidelijk: het is de Vlaamse Regering die de interne audit dient te organiseren en daartoe een interne auditor aanstelt.
We willen u dan ook vragen om daar strikter op toe te zien, minister. Uit de schriftelijke antwoorden blijkt dat u akte hebt genomen van het feit dat er geen audit werd uitgevoerd, maar dat er niet echt stappen zijn gezet om de activiteiten van de auditor tijdens het begrotingsjaar op te volgen.
Bij besluit van de Vlaamse Regering van 2 maart 2013 heeft de Vlaamse Regering een nieuwe interne auditor aangesteld. Uit het antwoord op mijn schriftelijke vraag van 5 december blijkt dat die nieuwe interne auditor wel een verslag zou opstellen over 2012. Die bevindingen zouden u moeten worden overgemaakt binnen de drie maanden na het einde van het begrotingsjaar.
Minister, werd volgens u artikel 16 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de bepalingen inzake het kas-, schuld- en waarborgbeheer van de Vlaamse Gemeenschap met betrekking tot het begrotingsjaar 2012 correct nageleefd? Werd de interne audit met betrekking tot begrotingsjaar 2012 uitgevoerd? Werd het verslag u tijdig bezorgd door de interne auditor?
De interne auditor kiest zelf het onderwerp waarover hij wenst te rapporteren. Over welke elementen en aspecten inzake kas-, schuld- en waarborgbeheer werd desgevallend gerapporteerd over het begrotingsjaar 2012 in het betreffende rapport over 2012? Kunt u de conclusies en bevindingen van het verslag over 2012 toelichten? Hoe evalueert u het verslag en welk gevolg zult u geven aan de aanbevelingen?
Het rapport met betrekking tot begrotingsjaar 2009 adviseerde een gespecialiseerde IT-audit. In antwoord op mijn schriftelijke vraag van 30 januari 2013 gaf u aan dat hier nog geen gevolg aan werd gegeven, wegens het ontbreken van het vereiste budget. U gaf in uw schriftelijke antwoord aan dat dit is opgenomen in de planning van 2013. Wat is de stand van zaken in dat verband? Wat is de budgettaire kostprijs van die IT-audit?
Uit het schriftelijke antwoord op mijn vraag van 30 januari leiden we af dat de interne auditor, die was aangesteld voor 2010 en 2011, wel de voorziene vergoeding heeft gekregen, terwijl er dus geen rapport is opgemaakt. Klopt dat? Zo ja, waarom is dat gebeurd, gelet op het feit dat de audit niet werd uitgevoerd?
De voorzitter : Minister Muyters heeft het woord.
Minister Philippe Muyters : Voorzitter, mijnheer Vereeck, de interne audit over het begrotingsjaar 2012 werd opgeleverd eind april. We hebben toegelaten dat dit met een maand werd verschoven omdat dan de interne auditor minstens over het ontwerp van kas-, schuld- en waarborgrapport van 2012 kon beschikken. Dat rapport is afgelopen vrijdag op de ministerraad goedgekeurd. Als ik me niet vergis, is dat ondertussen ook overgemaakt. Ik kan het een van de volgende commissievergaderingen voorstellen als de commissie dat wenst.
Ik geef nu de bevindingen van de auditor van het rapport dat ik wellicht een van de volgende weken kan voorstellen. Het is geen probleem om die bevindingen nu al mee te geven. De interne auditor heeft in zijn verslag, steunend op dat ontwerp van kas- schuld- en waarborgbeheer, aandacht besteed aan een aantal aspecten.
Ten eerste is er het kasbeheer. De auditor heeft opgemerkt dat we in 2012 zeer voorzichtig zijn geweest, zeker tijdens de eerste maanden van het jaar. In de maanden januari en maart was er gemiddeld een positief saldo op de zichtrekeningen omdat er geanticipeerd werd op de voorzieningsbehoeften van maart ingevolge het aflopen van de EMTN-uitgifte (euro medium term note).
Ten tweede, wat betreft het schuldbeheer stelde de interne auditor vast dat bij de nieuwe EMTN-uitgifte van maart de Vlaamse overheid ervoor heeft gekozen om zo weinig mogelijk risico te nemen. Er is immers vroeg gefinancierd, zij het gedeeltelijk en achteraf bekeken wellicht aan te dure voorwaarden. Ik wil er echter op wijzen dat, op het ogenblik dat er sprake was om de EMTN-uitgifte te vervangen, we ons hebben gesteund op de rentevooruitzichten die er op dat moment bestonden en waar men er algemeen van uitging dat er een lichte stijging zou zijn van de obligatierente tijdens de tweede jaarhelft van 2012. Toen was er ook nog de gevoeligheid van de spread met Duitsland en het potentieel gevaar voor het opnieuw oplaaien van de Belgische schuldcrisis.
Daarnaast werden er twee private leningen aangegaan. De interne auditor vindt het logisch dat de instellingen die over voldoende cashmiddelen beschikken en die tot de perimeter van de Vlaamse overheid behoren, zo veel mogelijk geïntegreerd worden in het kas- en schuldbeheer van de Vlaamse overheid en zo veel mogelijk bij het Centraal Financieringsorgaan (CFO) aansluiten. Op die manier kun je naar een geconsolideerde schuld gaan en zo de schuld drukken. De interne auditor neemt zich voor om in het jaar 2013 op basis van de neergelegde jaarrekeningen 2012 en de verdere evolutie van de problematiek van de wijziging van de perimeter van de Vlaamse overheid de statistieken inzake de geconsolideerde schuld nader te bekijken en op te volgen.
Ten derde is er het waarborgbeheer. De interne auditor stelt vast dat de waarborgen eind 2012 met 355 miljoen euro zijn gestegen. Hij merkt ook op dat de kwaliteit van de waarborgstatistieken van het Departement Financiën en Begroting afhankelijk is van de kwaliteit van de gegevens die aangeleverd worden door derden. Mijn administratie bekijkt altijd de verstrekte cijfers en doet dat op een kritische manier om zo mogelijke fouten te detecteren of opmerkelijke cijfers te verklaren of verklaringen ervoor te vragen. Naar aanleiding van de BBB-hervormingen (Beter Bestuurlijk Beleid) is elke Entiteit geresponsabiliseerd en moet ze zelf instaan voor het aanleveren van de juiste gegevens.
Daarnaast merkt de interne auditor op dat in de loop der jaren verschillende waarborgregelingen ontstaan zijn waarbij het volgens hem niet altijd duidelijk is waarom de ene regeling wat soepeler is dan de andere. Hij vindt dat er zich een evaluatie opdringt, met inbegrip van de impact van een wijziging op enerzijds de ontleningskosten en anderzijds het risico voor de waarborgverlenende overheid. De problematiek is tevens verbonden met het probleem van de stijgende marges voor langetermijnfinancieringen, maar dat komt zeker nog terug bij uw volgende vraag, mijnheer Vereeck.
De interne auditor heeft ook een aantal waarborgdossiers onderzocht. Hij heeft vastgesteld dat die dossiers voldoende gedocumenteerd zijn en dat de procedureregels nageleefd werden. Hierbij merkt hij op dat er vanaf 2011 vaak slechts één en soms zelfs geen enkele aanbieder is. In het algemeen is er sprake van een sterke verhoging van de marges.
Ten vierde en ten slotte zegt de interne auditor nog iets over de rentebetalingen. Hij neemt zich voor om de verstrekte cijfers inzake rentebetaling aan een bijkomend onderzoek te onderwerpen. Ik weet niet of jullie het kas-, schuld- en waarborgrapport van 2012 al hebben gekregen. De bevindingen zijn daarop gebaseerd.
De opgeleverde audit beantwoordt aan mijn verwachtingen. Hij geeft in de eerste plaats een goed beeld van wat er is gebeurd betreffende het kas-, schuld- en waarborgbeheer. De aanbevelingen lijken me ook waardevol. Mijn administratie zal die nu verder uitwerken. Ik heb gevraagd dat het gebeurt in samenspraak met de interne auditor. Ik ondersteun ook de opmerking dat moet worden onderzocht in welke mate de Vlaamse geconsolideerde schuld kan worden gedrukt door het intelligent bundelen van beschikbare reserves. De IT-audit, ten slotte, zal worden uitbesteed. Wij trekken een budget uit van 75.000 euro om die audit dit jaar nog uit te voeren.
De voorzitter : De heer Vereeck heeft het woord.
De heer Lode Vereeck : Minister, ik dank u voor uw antwoord.
Het is uiteraard een heel goede zaak dat de audit van 2012 is uitgevoerd. Het is echter ook niet meer dan normaal, aangezien het een decretale verplichting is. Dat de audits in 2010 en 2011 niet werden uitgevoerd, vind ik een kwalijke zaak. Maar los daarvan kunnen we globaal stellen dat het decreet zeer goed wordt opgevolgd, op een aantal elementen na waar we in dit parlement zelf toestemming voor hebben gegeven om van af te wijken. De enige flagrante overtreding van het decreet als ik dat zo mag zeggen vind ik dus het feit dat de interne audits van 2010 en 2011 niet werden uitgevoerd. Nogmaals, die audits zijn geen vrijblijvende oefening, als u ziet hoe men daarover concludeert in de memorie van toelichting.
U hebt de conclusies meegegeven. Het is een interne audit, maar ik ben blij dat u die zult voorstellen aan het parlement. Ik ben blij met uw aanbod en ga er graag op in. We zullen het dus nog in detail bespreken.
De afgelopen twee jaar hebben we echter niet aan de decretale verplichting voldaan. Ik blijf u dus achter de veren zitten.
Het valt mij op dat er in uw overzicht geen specifiek onderwerp wordt gekozen, maar dat vrij algemeen de drie themas van kas, schuld en waarborg en ook rente worden besproken. Verder valt mij ook op dat u het langst blijft hangen bij het element van waarborgbeheer. In het Rekeningenboek 2011 is het Rekenhof vrij kritisch met betrekking tot het waarborgbeheer. Ook hier merk je dat het de moeite is om goede gegevens te vinden en dat er verschillende evaluatiemethoden bestaan in de verschillende waarborgsystemen. U zei daarnet dat u het eens bent met de conclusies, maar gaat u nog specifieke acties nemen in een soort van stroomlijning van zowel de statistieken als de evaluatiemethoden van het waarborgbeheer? Indien u dat al verteld hebt, heb ik het niet gehoord en excuseer ik me daarvoor.
Verder ben ik tevreden dat de audit uit 2009 er nog aankomt en dat de nodige middelen daarvoor worden uitgetrokken.
De voorzitter : Minister Muyters heeft het woord.
Minister Philippe Muyters : Ik heb het aanbod gedaan om het kas-, schuld- en waarborgrapport voor te stellen, niet de interne audit. U hebt vragen gesteld en ik heb die beantwoord. Ik heb u de samenvatting gegeven waar u om vroeg. In het rapport worden de opmerkingen besproken die we al kenden van de interne auditor. U zult dus over de meeste gegevens beschikken.
Wat de aanbevelingen betreft, denk ik dat u mij goed hebt gehoord. Ik zal met mijn administratie bekijken wat wel en wat niet verder moet worden verwerkt. Ik kan nu uiteraard niet op elk detail ingaan. Ik vind ze waardevol en zal met de interne auditor bespreken wat daar verder mee moet gebeuren. In het tweede geval hebt u juist gehoord dat ik dat nog niet had geantwoord.
De voorzitter : De heer Vereeck heeft het woord.
De heer Lode Vereeck : Kunnen wij het verslag van 2012 en dat van de IT-audit uit 2009 ter beschikking krijgen?
Wat dat meenemen betreft: we hadden graag toch wat meer actie gezien. Met het rapport van de interne auditor ook al kennen we de details niet en de aanbevelingen van het Rekenhof wordt het wel duidelijk dat we dat waarborgbeheer eens grondig tegen het licht moeten houden.
De voorzitter : De vraag om uitleg is afgehandeld.