Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Vergadering van 16/04/2013
Interpellatie van de heer Bart Tommelein tot mevrouw Ingrid Lieten, viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding, over de kostprijs van Villa Vanthilt, editie 2013, voor kandidaat-gaststeden
- 62 (2012-2013)
Interpellatie van de heer Wim Wienen tot mevrouw Ingrid Lieten, viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding, over de financiële bijdragen die steden en gemeenten moeten doen om als gaststad van een VRT-programma te kunnen fungeren
- 64 (2012-2013)
Interpellatie van de heer Jurgen Verstrepen tot mevrouw Ingrid Lieten, viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding, over de hervormde zomertour van Villa Vanthilt
- 67 (2012-2013)
De voorzitter : De heer Tommelein heeft het woord.
De heer Bart Tommelein : Minister, toen u mijn vraag op uw bureau kreeg, dacht u waarschijnlijk: Daar gaan we weer!
Dat gevoel bekroop mij in elk geval toen ik enkele weken geleden vernam dat de openbare omroep voor het programma Villa Vanthilt aan een gastgemeente 35.000 euro vroeg voor vijf dagen. Dat is 7000 euro per dag. Om deze cijfers enigszins in het juiste perspectief te plaatsen, geef ik nog eens de kostprijs voor de afgelopen jaren mee. In 2009 was dat 50.000 euro voor een volledige maand. In 2010 bedroeg de prijs 75.000 euro voor een maand. In 2011 kwam daar opnieuw 25.000 euro bij, wat het kostenplaatje voor 2011 en 2012 op 100.000 euro bracht. Dat stond toen gelijk aan 25.000 euro per week. Dit jaar spreken we dus van een stijging met 40 procent, want 7000 euro maal 7 is 49.000 euro. Tot zover de cijfers.
Minister, toen ik deze cijfers vernam, dacht ik inderdaad: Hier gaan we weer. Maar ik vind het mijn plicht om hier vandaag opnieuw deze manier van werken aan te klagen. Toch is er iets fundamenteels veranderd in vergelijking met de vorige twee discussies die we hierover hebben gevoerd. De vorige keren vond het debat plaats in 2010 en 2011. Dat was vóór de nieuwe beheersovereenkomst. Toen ondernam ik nog een poging om u te doen inzien dat de openbare omroep maar al te graag twee keer langs de kassa van de belastingbetaler passeert: een eerste keer via de riante overheidsdotatie, een tweede keer via de lokale besturen. En dan hou ik nog geen rekening met de bijkomende financiering via de diverse departementen ter ondersteuning van het regeringsbeleid.
We hebben daar enkele weken geleden over gedebatteerd. Ik probeerde u toen duidelijk te maken dat de VRT overdrijft, en dat we daar paal en perk aan moesten stellen. En ik stond daarin niet alleen. Over meerderheid en oppositie heen waren er opmerkingen over deze manier van handelen. We hebben dan ook een gigantische kans gemist om dit misplaatst schooiend gedrag van de publieke omroep aan banden te leggen. Daar dragen u en uw collegas uit de meerderheid de verantwoordelijkheid voor.
Ik zal u vandaag dan ook niet vragen of wat de VRT nu weer uitricht met Villa Vanthilt, kan en mag. Het antwoord is simpelweg: ja. De VRT doet niets wat niet mag. Volgens de beheersovereenkomst is het toegestaan naast de riante dotatie nog andere inkomsten te verwerven. Over financiering door institutionele financiers, andere overheidsinstellingen dus, staat niets in de beheersovereenkomst, maar we weten ondertussen allang dat de VRT van de stelling wat niet expliciet verboden is, is toegelaten haar bedrijfsmotto heeft gemaakt.
Het is trouwens handige financiering, omdat het geld in feite niet onder de categorie van de commerciële communicatie valt, althans als we het programmacharter mogen geloven. Waarschijnlijk wordt dit bedrag dan ook niet opgenomen in het maximum van 68,4 miljoen euro dat via commerciële communicatie mag worden geïnd. We kunnen ons afvragen of citymarketing eigenlijk geen vorm van sponsoring is. Volgens het programmacharter is het verschil tussen sponsoring en financiering door institutionele financiers trouwens dat er wel afspraken kunnen worden gemaakt over het thema van het programma, zonder afbreuk te doen aan de redactionele verantwoordelijkheid een beetje zoals de keuze voor het vlees bij Jeroen Meus.
Minister, ik wil vandaag evenmin de discussie voeren over de autonomie van onze steden en gemeenten. Tijdens de vorige discussie van twee jaar geleden is de voormalige Vlaamse fractieleider van sp.a, huidig staatssecretaris voor de Bestrijding van de sociale en de fiscale fraude Crombez, er handig in geslaagd om het echte debat te vervalsen door over de autonomie van onze lokale besturen te beginnen. Laat me hier voor een zeer goed begrip duidelijk zijn: ja, onze lokale besturen moeten autonoom beslissen hoeveel middelen zij besteden aan zogenaamde citymarketing en dus ook hoeveel geld zij veil hebben voor de komst van een televisieprogramma.
Dat is voor mij het punt niet, noch de invalshoek. Wat is voor mij het punt dan wel? Hoewel ik vind dat het VRT-management de afgelopen jaren op een aantal vlakken goed werk heeft geleverd, ben ik verontwaardigd over het gegeven dat zij dit jaar 35.000 euro vragen om vijf dagen een talkshow te presenteren op een of ander plein. Vooral nu. Elke week worden op allerlei niveaus debatten gevoerd over de moeilijke financiële toestand waarin steden en gemeenten zich bevinden. Vorige week nog was er een gezamenlijke persconferentie van de schepenen van financiën van de dertien centrumsteden, waarin ze een noodkreet lieten horen. Ze spreken van drastische inspanningen om de budgetten te saneren en tegelijk doen ze een oproep: Als de Vlaamse en Federale Regering hier hun verantwoordelijkheid niet nemen, dan zullen de centrumsteden de komende jaren fors moeten besparen op hun dienstverlening.
Minister, ook uw partijgenoot Louis Tobback haalde gisteren weer fel uit naar de Vlaamse Regering dat de gemeentebesparingen meer aandacht verdienen. Maar niet alleen de centrumsteden, ook de overige gemeenten hebben het lastig. Minister, ik ben zelf lid van een centrumstad, ik zit in een coalitie met een van uw tenoren. De gemiddelde ontvangsten stijgen naargelang van de bron tussen 0,2 en 0,5 procent; de gemiddelde kosten stijgen met ongeveer 1,3 procent.
In West-Vlaanderen alleen al zijn er 21 gemeenten die de belastingen dit jaar moeten verhogen voor alle duidelijkheid, Oostende is daar niet bij , 14 die besparen op personeel en 11 die hun geplande investeringen zullen bijsturen. De inkomsten uit de inkomensbelasting dalen, de energiekosten stijgen, de pensioenkosten voor de statutaire ambtenaren worden een serieuze dobber, de OCMWs hebben steeds meer middelen nodig om sociale maatregelen te kunnen nemen en zoals we allen weten, komt er geen geld meer van Dexia of de Gemeentelijke Holding. Ik heb het dan nog niet over de kostprijs van de brandweerhervorming, de waterzuivering enzovoort. De situatie is voor iedereen wel duidelijk.
In dit klimaat vind ik het totaal ongehoord, schandalig zelfs, dat de publieke omroep met zijn meer dan 290 miljoen euro aan dotaties en zijn mogelijkheid om 70 miljoen euro uit reclame en sponsoring te halen, nog eens gaat aankloppen bij diezelfde steden en gemeenten die het al zo lastig hebben, en zelfs de prijs voor een talkshow ongelooflijk met 40 procent durft op te drijven. Waar blijft het fatsoen? En dat allemaal boven op de logistieke kosten, die ik hier nog niet eens heb aangehaald.
Minister, ik zit bijna vier jaar in deze commissie en ik ken de uitleg ondertussen: dit is om de production value te verhogen, om opnieuw iets extras aan de show toe te voegen, zodat ze in Barcelona misschien een prijs kunnen winnen. Waar zal dit eigenlijk stoppen? Komt er kaviaar op de toastjes voor de genodigden? Zullen er lederen zetels worden gebracht? Een marmeren tafel misschien? Of zal Marcel Vanthilt met een helikopter landen op het dak van de villa?
Minister, ik zou graag willen weten wat u van de houding van de VRT in deze zaak vindt? Ik hoop dat u als voogdijminister een zeer krachtig signaal zult overmaken aan het adres van de VRT, en zeggen dat er grenzen zijn. Het moet nu eindelijk eens gedaan zijn om schaamteloos te blijven schooien bij de belastingbetaler, die elk jaar al meer dan 290 miljoen euro op de tafel van de openbare omroep legt.
De voorzitter : De heer Wienen heeft het woord.
De heer Wim Wienen : Minister, ik weet niet hoe ver uw kennis van Afrikaanse liedjes reikt, maar er is een liedje met als titel: Hiers ek weer. Net als de heer Tommelein ben ik hier weer. Ik ben blij dat de steun van de andere collegas niet is verslapt en dat we in dit dossier nog steeds op één lijn zitten, want het is niet onbelangrijk. Ik hoop dat straks ook te horen van anderen.
Minister, misschien vindt u het vervelend dat we met deze problematiek telkens weer bij u aankloppen, maar u kunt aan die gevoelens van verveeldheid snel een eind maken door een goed antwoord te geven. De antwoorden die we tot nu toe kregen, kennen we al. Het wordt tijd voor een principieel antwoord over hoe u tegen deze gang van zaken aankijkt. Het is inderdaad geen juridisch probleem. De VRT schendt hiermee het decreet en de beheersovereenkomst niet, het is vooral een ethisch probleem. In hoeverre kan een openbare omroep die met ongeveer 70 procent publieke middelen werkt, ook nog eens bij andere echelons van de belastingbetaler langsgaan? Het gaat over 35.000 euro per week die voor een programma wordt opgehaald bij steden en gemeenten. Boven op die dotatie geeft de Vlaamse Regering heel wat extraatjes aan de VRT. In het antwoord op de schriftelijke vraag dat ik onlangs kreeg van de minister-president, stond dat de Vlaamse Regering ook nog eens 500.000 euro extra geeft voor het programma Topstarter. Als je zo programmas maakt, wordt het heel gemakkelijk. Dan spreek ik zelfs van een lichte concurrentievervalsing met de commerciële omroepen in dit land.
Heel wat antwoorden hebben we in het verleden al gekregen. Een van de argumenten was dat de steden voor die centen iets in ruil krijgen. Ze krijgen een onbetaalbare aandacht in heel Vlaanderen. Die onbetaalbare aandacht is dan enkel voor de grote steden in Vlaanderen, want kleinere gemeenten zullen nooit de kans krijgen om zon programma naar hun gemeente te halen omdat ze nooit de nodige middelen zouden kunnen vrijmaken op hun gemeentelijk budget. Een gemeente als Lennik zou heel tevreden kunnen zijn met een programma als Villa Vanthilt in het centrum, met aandacht voor het Pajottenland, maar die zal dat nooit halen omdat de middelen daarvoor ontoereikend zijn.
We hebben ook al gehoord dat het in het specifieke geval van Villa Vanthilt niet de schuld is van de VRT, maar van het productiehuis. Het is het productiehuis dat de centen ophaalt bij de steden en gemeenten. Ik ga er met mijn eenvoudig oppositieverstand van uit dat het toch de VRT is die die programmas bestelt bij dat productiehuis, en die toch voorwaarden kan stellen om een programma te maken, hoe het eruit moet zien en hoe het tot stand kan komen.
Met deze nieuwe beheersovereenkomst reeds voor de aanvang van deze nieuwe beheersovereenkomst hebben we dit debat al gevoerd hebben we een zeer grote kans gemist om de VRT wat ethisch besef bij te brengen. Nu is het motto van de openbare omroep geworden dat wat niet verboden is, toegelaten is. Ze gaan er maar van uit dat alles kan en mag dat niet specifiek wordt verboden in de beheersovereenkomst of het decreet. Daar heb ik problemen mee, omdat ik niet onmiddellijk mijn fractie ook niet en zeker de fractie van de heer Tommelein niet, vermoed ik voorstander ben van overregulering. Uiteindelijk moet we alles in specifieke regeltjes gieten om de VRT ervan te weerhouden om langs andere overheden te gaan en zo bij te klussen, maar dat zou eigenlijk niet mogen. Het is de taak van de openbare omroep om toch ook ethische overwegingen te maken en een ethisch bewustzijn te hebben, om te weten dat een dergelijke manier van financiering niet kan.
U zegt ook altijd dat dat het gevolg is van de gemengde financiering. Voor wie voorstander is van de gemengde financiering van de VRT, en dat zijn wij allemaal op één fractie na, is dat nu eenmaal toegelaten. Maar dit is geen gemengde financiering meer, minister. Dit is eenzijdige financiering. Het komt elke keer uit de zak van de belastingbetaler. De financier is altijd dezelfde: de gewone Vlaming die netjes zijn belasting betaalt. De oproep van de collega om daar paal en perk aan te stellen, is heel terecht. Het kan niet langer dat de VRT gaat bijklussen voor geld uit andere overheidskassen, van gemeenten of steden, van agentschappen van de Vlaamse Regering of dergelijke. Dat kan niet de bedoeling zijn, als je zon royale dotatie krijgt als de VRT.
Wij staan daarin niet alleen. Ik denk dat in dit parlement, wat deze specifieke problematiek betreft, een ruime meerderheid daaraan paal en perk wil stellen. Mijn fractie, het Vlaams Belang, wil dat, de fractie van Open Vld heeft ook heel duidelijk gesteld dat dit niet langer kan en dat het moet stoppen, en de grootste meerderheidsfractie in dit halfrond is ook tegen deze manier van werken.
Dat standpunt is al in 2010 of 2011, toen u ook een interpellatie hebt gehouden, mijnheer Tommelein, verwoord door de toenmalige woordvoerder van CD&V. Ik citeer hem eens graag, zodat hij toch nog even in ons midden is. De man zei toen heel duidelijk: Men zegt: de VRT ontvangt twee keer. Ik zou het omdraaien: de kijker betaalt twee of drie keer. Hij betaalt via de provincie, de gemeente en het gewest, en dan is er nog de dotatie. Dit is het aangewezen moment, minister, voor een andere aanpak. Dat zegt de grootste meerderheidspartij in het Vlaams Parlement. Verder zegt die woordvoerder van CD&V: Voor CD&V moet de belastingbetaler geen twee of drie keer betalen om een programma te zien. Wij vinden dat een stad of gemeente niet hoeft te betalen, evenmin als het gewest, voor de uitvoering van de basisopdracht van de openbare omroep. Dat geldt algemeen.
Dat laat aan duidelijkheid niets te wensen over, minister. Ik ben van oordeel dat deze manier van werken nu eindelijk eens moet stoppen. Ik denk dat u de geknipte persoon bent, als politiek verantwoordelijke voor de openbare omroep, om dat duidelijk te maken aan de Reyerslaan. Ik vind dat u bereid moet zijn om dat gesprek met de VRT aan te gaan. Gaat het niet goedschiks, moet het maar kwaadschiks. Dan moeten we kijken of we de beheersovereenkomst, het beleid of eventueel het decreet kunnen aanpassen. Bent u daartoe bereid, minister?
De voorzitter : De heer Verstrepen heeft het woord.
De heer Jurgen Verstrepen : Minister, de collegas hebben de zaak al goed geduid, in alle richtingen. Dit gaat niet zozeer over Villa Vanthilt, het gaat over de onrechtstreekse geldstromen naar de openbare omroep. Onlangs hebben we het debat gevoerd in de plenaire vergadering over extra overheidscenten via ministeries. Net zo haalt de VRT nu geld op bij de gemeenten.
Daarnet is verwezen naar wat onze goede vroegere collega-vriend hier heeft gezegd. Het is ook zo dat de kijker twee, drie of vier keer betaalt. Ik heb de indruk dat de rekening blijft stijgen. De kijker betaalt via de provincie, de gemeente, het gewest en dan nog via de dotatie. Mag dat allemaal? De heer Tommelein heeft ook al gezegd dat dat allemaal mag, volgens de gemengde financiering. U weet dat mijn fractie en ik daarvan geen voorstander zijn. We vinden dat een overheidszender anders moet worden gefinancierd maar dat is nu niet de discussie.
Het gaat over ethiek en gedrag. Als steden moeten beslissen om gratis bussen betalend te maken, omdat het onbetaalbaar is geworden, omdat de gemeentekassen niet meer gevuld zijn, vind ik het toch heel wrang en cynisch dat een openbare omroep, een overheidszender, geld vraagt om programmas te maken op het grondgebied van die belastingbetaler, die al betaald heeft voor zijn of haar openbare omroep. Daar draait het toch om. Ik vind het vreemd dat een openbare omroep, die leeft bij de gratie van belastinggeld, nog geld vraagt om in dezelfde regio te filmen in de steden en gemeenten. Sowieso hebben die steden en gemeenten, zoals ook in de actualiteit is, geen centen op overschot.
De case Vanthilt legt een en ander bloot. Het programma maakt een tournee. Voor 35.000 euro kunt u al wel wat reclamespotjes kopen, in plaats van een programma te laten neerstrijken. De prijsverhoging heeft heel wat gemeenten doen afhaken. Het financiële plaatje van de gemeenten oogt weinig rooskleurig, ik denk dat zowat elke burgemeester het eens is met die stelling. Ik vraag me af welke burgemeester deze sommen gaat leggen voor een programma van de openbare omroep. En dan moet je het hele kostenplaatje nog bekijken. Het gaat niet enkel over dat rechtstreekse bedrag, maar ook over logistieke steun en het ter beschikking stellen van opnameruimte, de basis waar het programma neerdaalt en beveiliging. Dat is niet meegerekend.
Ik vind de argumentatie van het productiehuis vreemd. Wie de centen ophaalt, interesseert me niet. De eindverantwoordelijke is de openbare omroep. Of het nu het productiehuis deMENSEN is of een ander productiehuis, de VRT is de eindverantwoordelijke. De VRT geniet dus mee van het feit dat zij dat geld willen ophalen in de gemeenten ofwel geeft de VRT te weinig budgetten voor die programmas en stuurt dan de productiehuizen op pad om in de gemeenten geld te halen. Dat kan, ik weet dat niet, maar de VRT is altijd de eindverantwoordelijke.
Het is ook in de vorige legislatuur ter discussie gekomen, toen u nog geen minister was. Het gaat niet enkel over steden en gemeenten. Ik herinner me de zeer plezierige discussies, ook in de gemeenteraad in Antwerpen, over de ontvangst van Sinterklaas en hoeveel dat mag kosten. Dat leek op de beursnotering: de Sint steeg in waarde. Hetzelfde gevoel heb ik nu over wat men vraagt voor een programma.
Toen ook al was de openbare omroep voortdurend en krampachtig op zoek naar geld. Dat is toch de indruk die je krijgt. Dat vind ik nog steeds eigenaardig. Als je perfect weet hoeveel je krijgt de dotatie plus wat commerciële inkomsten , weet je toch hoeveel je kunt uitgeven en wat je kunt maken. Misschien is in dit unieke geval Villa Vanthilt te duur voor de openbare omroep? Misschien ligt de productiekost te hoog en moeten ze daarom gaan schooien? Het is maar een vraag. Ik heb geen inzage in de productiebudgetten, maar ik zou ze wel eens willen zien. Een productiebudget moet sluitend zijn. Ik verwacht van de openbare omroep dat, als die 1 euro krijgt, er ook maar 1 euro wordt uitgegeven. Ik zie hier dat het niet zo is. De openbare omroep krijgt al geld van de overheid en daar moet die het maar mee doen. Voor mijn fractie kan het niet dat de openbare omroep nogmaals langs de kassa van de belastingen passeert. Ik wil het verder opentrekken naar radioprogrammas en evenementen. Het gaat niet enkel om het programma, maar ook om alles dat errond wordt georganiseerd. Daar wordt telkens weer geld voor gevraagd.
Af en toe komt dat aan de oppervlakte. Het is lang stil geweest. Het programma Vlaanderen Vakantieland was zon symbool. Dat programma zou een promotie moeten zijn voor de schoonheid van Vlaanderen, de gemeenten, de routes, de toeristische plekken. Ook daar moet meestal worden betaald voor men neerstrijkt met de cameraploegen. Het zijn lucratieve verkoopmodellen. U kunt het vinden in de verslagen hier, ook van de vorige legislatuur.
Wat kunt u doen, minister? U zou de beheersovereenkomst kunnen openbreken, maar dat gaat u niet doen, want dat hebben we al dikwijls gevraagd. U zou nieuwe richtlijnen kunnen geven, maar dat gaat u ook niet doen. U bent wel minister van Media. Ik verwacht van u dat u een duidelijk signaal stuurt vanuit de Vlaamse Regering. We moeten de openbare omroep duidelijk maken dat het gedaan moet zijn met geld te vragen aan steden, gemeenten, gehuchten en provinciesteden. Ze proberen twee tot drie keer overheidsgeld binnen te rijven en ze slagen er nog in ook.
Die rekening moeten we eens openbaar maken en aan de kijker voorschotelen. Dan ziet die hoeveel keer hij betaalt voor een programma op de openbare omroep. Die discussie wordt wel gevoerd als het erover gaat dat we niet meer willen betalen bij een distributeur, maar er wordt steeds meer betaald voor televisie van een overheidszender.
Minister, ik heb mijn vragen aan u gericht op basis van de case Vanthilt. Ik wil het nog eens horen uit uw mond. Hoe staat u tegenover de vraagprijzen van dergelijke programmas, rekening houdend met de financieel moeilijke tijden? Als er geld genoeg is, wordt er waarschijnlijk niet over gediscussieerd. Wordt het productiehuis door de VRT gestimuleerd om geld te zoeken, moet het productiehuis zijn budget bij de steden en gemeenten halen of beslissen zij dat zelf? Dat is me zeer onduidelijk. Ik zou graag weten wie er de absolute eindverantwoordelijkheid heeft voor dat schooien van geld bij steden en gemeenten.
De openbare omroep moet zeer voorzichtig zijn bij het maken van selecties. Op welke manier worden de gaststeden gekozen? Wie neemt deze beslissing? Ik vermoed natuurlijk dat het te maken heeft met wie de cheque uitschrijft. Minister, ik reken op een zeer duidelijk antwoord.
De voorzitter : De heer Yüksel heeft het woord.
De heer Veli Yüksel : Het zal sommige collegas misschien verbazen, maar ik had hierover ook een vraag om uitleg ingediend. Het is intussen een jaarlijkse traditie. Vorig jaar op 1 februari hadden we hierover ook een discussie.
Villa Vanthilt gaat dus elk jaar op zoek naar steden die bereid zijn een fikse som te betalen om gaststad te mogen zijn van het programma. Hoewel deze praktijk elke keer op heel veel kritiek stuit uit verschillende hoeken, bij de steden zelf en bij de politiek, stapt de VRT er niet vanaf en blijkt de omroep hardleers. Anders dan de voorbije jaren, minister, toen het programma telkens twee steden aandeed, is het nu de bedoeling om elke week, tien weken lang, neer te strijken in een andere gemeente. Aan de gemeente wordt een bijdrage van 35.000 euro zonder btw gevraagd plus flink wat logistieke steun, zoals catering.
Enkele collegas hebben al aangehaald dat het budgettair moeilijke tijden zijn. Wat steden en gemeenten met hun geld doen, is uiteraard hun zaak. Als ze dat willen besteden aan citymarketing door gaststad te zijn voor een programma, hebben wij ons daarmee niet te moeien. De manier waarop de VRT bijkomende fondsen werft voor de reguliere programmering, staat hier ter sprake.
De beheersovereenkomst bepaalt dat de VRT, indien ze dat nodig acht, de financiering van de openbareomroepopdracht mag aanvullen met specifieke financiering die door overheidsinstellingen wordt toegekend. De vraag is natuurlijk en het is niet beperkt tot Villa Vanthilt of het te verdedigen valt dat de VRT voor de productie van haar programmas bijkomend openbare middelen zoekt bij steden en gemeenten in ruil voor citymarketing. Zoals is opgemerkt, houdt deze praktijk een vorm van discriminatie in ten aanzien van de kleinere gemeenten, waarvoor het vanzelfsprekend veel moeilijker is om dergelijke bedragen op tafel te leggen.
Ik heb navraag gedaan bij de burgemeesters en schepenen in mijn fractie. De manier waarop de VRT de afgelopen weken de steden en gemeenten heeft aangesproken, is zeer afkeurenswaardig. Het gaat om het bevorderen van shoppinggedrag, tot op het arrogante af. Burgemeesters worden meerdere keren opgebeld en onder druk gezet om alsnog mee te doen aan dat project. Dit is onverantwoord voor een openbare omroep. Een openbare instelling zet gemeenten en steden onder druk om geld binnen te halen voor citymarketing.
Mijnheer Wienen, Carl Decaluwe is hier al een poos weg. U merkt dat we dezelfde lijn aanhouden en zeer kritisch zijn ten opzichte van de VRT.
Minister, is deze manier van werken niet strijdig met de eerder gemaakte afspraken rond citymarketing in het licht van de nieuwe beheersovereenkomst? Gaat u eindelijk iets doen om dit in de toekomst te vermijden?
Bezondigt de openbare omroep zich met deze manier van werken niet aan discriminatie van kleinere steden en gemeenten?
In 2011 hebben we hier en in de media het debat gevoerd. De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) stelde toen voor om een gedragscode op te stellen inzake het aantrekken van televisieprogrammas omdat toen steden en gemeenten tegen elkaar werden uitgespeeld door de VRT en Villa Vanthilt. Die code moest de concurrentie tussen steden en gemeenten aan banden leggen. Hoever staat het met deze gedragscode?
De voorzitter : De heer Vandaele heeft het woord.
De heer Wilfried Vandaele : Voorzitter, de bedragen die we hier horen, zijn geen kattenpis. De VRT moet toch enige kiesheid aan de dag leggen in deze kwestie.
Het is al gezegd: volgens de beheersovereenkomst mag het. Daar moeten we ons aan houden. Misschien moeten we ons afvragen of het systeem waarbij gemeenten betalen om het programma op hun grondgebied te krijgen, geen zuiverder systeem is dan wanneer de openbare omroep zomaar zou neerstrijken in een gemeente. Dan zou de keuze waarschijnlijk gebaseerd zijn op ons kent ons en op banden tussen plaatselijke politici of zakenmensen en de VRT. Als ik tussen die twee systemen moet kiezen, ben ik geneigd om voor het eerste te opteren. Laat de gemeenten die dat willen dat is cruciaal daar iets voor betalen, liever dan dat het geregeld wordt in achterkamertjes aan een rijkelijke tafel.
Dat de gemeentebesturen krap zitten, vind ik hier niet relevant. Dat de belastingbetaler twee of drie keer zou betalen, vind ik evenmin een sluitend argument in dit debat. We betalen voor veel zaken twee of drie keer. Voor De Lijn betalen we als Vlaamse belastingbetaler, maar de gemeenten betalen ook nog eens als ze bejaarden of schoolkinderen gratis willen laten rijden. Er zijn nog wel zulke voorbeelden.
Heel belangrijk is dat de gemeenten zelf beslissen of ze op het aanbod ingaan. De inwoners, die dan misschien wel twee keer betalen, kunnen hun gemeentebestuur eventueel ter verantwoording roepen. Als een gemeente of lokaal bestuurder zon programma nodig vindt voor zijn citymarketing of om zijn gemeente op de kaart te zetten, dan is het zijn of haar verantwoordelijkheid. Dat is de kern van de zaak. Verder kunnen we nog allerlei kanttekeningen maken over hoever de VRT mag gaan en welke bedragen redelijk zijn. Maar ten gronde is het lokale bestuur verantwoordelijk: het heeft geen enkele verplichting om daarop in te gaan.
De voorzitter : De heer Verfaillie heeft het woord.
De heer Jan Verfaillie : Het is voor het eerst dat ik in deze commissie kom, maar ik ben ter zake ervaringsdeskundige, twee jaar geleden en dit jaar. De tien gemeenten die nu zullen meedoen, moeten nog worden aangekondigd. Ik hoor in de wandelgangen dat men het niet rond krijgt. De prijzen worden opgetrokken. Vorig jaar was er veel meer interesse bij de gemeenten. Misschien heeft dat te maken met festiviteiten die dit jaar wegvallen. Ik ga daar geen uitspraken over doen.
De afgelopen twee jaar kende het programma een enorm succes. De VRT en deMENSEN hebben wellicht gedacht dat ze het konden opsplitsen om nog meer gemeenten te bedienen. Toen ik enkele maanden geleden het prijskaartje zag, schrok ik toch ook. Wij hebben rond de tafel gezeten. Die prijs is zonder btw en met alle bijkomende onkosten van overnachtingen, catering, veiligheid en dergelijke wordt het maal twee: 35.000 wordt 70.000 euro.
Ik heb nu de indruk, minister, meer dan in de vorige jaren, dat men de steden en gemeenten tegen elkaar gaat opzetten. Er wordt een datum vooropgesteld voor de beslissing. Er wordt gedreigd met goede contacten met stad x of y: als men niet op tijd toezegt, zal stad x of y met het contract gaan lopen. Maar als de steden of gemeenten de knoop doorhakken ik zal geen namen noemen krijgen ze nog altijd geen contract omdat de tien gemeenten nog niet gekend zijn en men niet weet waar men zal landen. Zowel de VRT als het productiehuis heeft zich mispakt inzake de timing.
Ik vind het jammer dat er weer een spelletje aan de gang is: grote steden maken meer kans. Leuven zal er dit jaar niet bij zijn, want de stad heeft blijkbaar geen enkele budgettaire ruimte als we de burgemeester mogen geloven. Grote steden hebben natuurlijk meer financiële armslag dan gemeenten met 5000 of 10.000 inwoners die ook zulke zaken willen organiseren.
Minister, ik vind dat u de VRT eens moet aanspreken. Ze mag via haar productiehuizen steden en gemeenten niet tegen elkaar opzetten. Er moet een of andere gedragscode komen om dergelijke dossiers aan te pakken in de toekomst. Ik heb de afgelopen weken en maanden negatieve ervaringen gehad bij het tot stand komen van dit dossier. Ik zal die met u delen. Ik heb de indruk dat er zowel bij de VRT als bij de productiehuizen paniekvoetbal wordt gespeeld om de programmatie vol te krijgen.
De heer Philippe De Coene : Ik kijk hier vrij genuanceerd naar. Ik heb het al eerder gezegd in dit debat: het is misschien zot vragen, laat ons daar maar openhartig over zijn, maar het is misschien ook zot geven. De heer Verfaillie is ervaringsdeskundige en kent de polsslag van de gemeenten. Het zou wel eens kunnen dat de gretigheid om mee te doen vandaag te maken heeft met een andere actualiteit. Er was een periode dat iedereen kandidaat was om mee te doen omwille van de vermeende citymarketing. Vermeend, want ik ben nog lang niet zeker van de effecten op dat vlak.
Ik sluit me aan bij de opmerkingen. We kunnen daar veel commentaar op leveren. Het is niet tegen de reglementaire bepalingen. We kunnen twijfelen aan de opportuniteit, maar de steden en gemeenten moeten zich niet zwakker voordoen dan ze zijn. Ze hebben het laatste woord.
Wij hebben nu ook zon dossier gekregen. We hebben een keuze gemaakt, en dat is onze keuze. We doen daar niet aan mee. Ik heb het nagegaan omdat ik in mijn stad nu ook een verantwoordelijkheid draag met betrekking tot dat ding. Ik heb gevraagd of steden en gemeenten zich niet tegen elkaar laten uitspelen. Van de VVSG heb ik niet veel initiatief gezien om dat tegen te gaan.
Ik treed de heer Vandaele bij betreffende formules waarvoor niet moet worden betaald. Mijn stad heeft een enorme strijd geleverd om Music for Life van StuBru te krijgen. Dat is ons niet gelukt. We hebben daarvoor geen geld aangeboden en dat werd ons ook niet gevraagd. We hebben het niet gehaald, maar de concurrentie was ongelooflijk tof voor ons. De hele stad was gemobiliseerd. We hebben hoe dan ook feest gevierd. Het was geen kommer en kwel. Daarom zeg ik dat de steden en gemeenten gerust wat meer weerbaarheid aan de dag mogen leggen, nog los van de opportuniteit om een programma op die wijze te financieren. Over die opportuniteit kunnen we discussiëren.
Dan is er nog het aspect van de dubbele financiering van de VRT. Ook daar kunnen we over van gedachten wisselen en van mening verschillen. Ik wil voorstellen om ofwel altijd verontwaardigd te zijn, ofwel nooit. We hebben hier met een vrij grote meerderheid een resolutie gemaakt en goedgekeurd. We vragen daarin dat de geldstromen zo eengemaakt mogelijk worden. Ik ken de precieze formulering niet meer. Ik blijf vaststellen dat er naast de steden en gemeenten nog gezagsdragers zijn die meewerken aan parallelle financiering om specifiek eigen programmas te financieren. Als we daar een punt van maken in hoofde van de steden en gemeenten die daarover zelf beslissen, moeten we daar zeker een punt van maken voor excellenties die het al beslist hebben en die het wel doen, misschien zelfs zonder vraag van de VRT. Ofwel zijn we altijd verontwaardigd in dezen, ofwel zijn we het nooit. (Opmerkingen)
Ja, met veel goesting.
Dat wordt gedaan, ondanks onze resolutie waarin we vragen om dat niet meer te doen. Die resolutie was gericht tot de voltallige Vlaamse Regering.
De voorzitter : Minister Lieten heeft het woord.
Minister Ingrid Lieten: Collegas, h et klopt niet dat de VRT vijftig steden heeft aangeschreven. Het is het productiehuis deMENSEN dat 110 steden heeft aangeschreven om na te gaan of ze gaststad wensen te zijn voor Villa Vanthilt. Die 110 steden zijn niet lukraak gekozen, het zijn alle kustgemeenten ongeacht het aantal inwoners en alle steden met ten minste 20.000 inwoners. Ze hebben allemaal een open oproep gekregen om zich kandidaat te stellen. Steden of gemeenten met minder inwoners kunnen zich ook spontaan kandidaat stellen. Zij komen mee in aanmerking.
De VRT heeft het productiehuis daartoe niet expliciet de opdracht gegeven. Het productiehuis wordt wel geconfronteerd met de totale kostprijs van het programma. Die kostprijs ligt natuurlijk hoger dan de bijdrage die ze vragen aan de steden en gemeenten. We hebben daarover afspraken gemaakt in de beheersovereenkomst. Het productiehuis voert de gesprekken met de verschillende kandidaat-steden, en die zijn nog niet afgerond. In de loop van de maand april worden ze afgerond en worden er ook overeenkomsten afgesloten met de steden die zich kandidaat hebben gesteld om als gaststad voor Villa Vanthilt te fungeren.
Bij de keuze van de steden is er geen sprake van opbod. Het is niet degene die het meest betaalt, die het meeste kans heeft. De vraagprijs is een vastgesteld bedrag van 35.000 euro per week, dat het productiehuis aan alle potentiële kandidaten heeft bekendgemaakt.
Men zegt mij dat die vraagprijs, die uniek is en voor iedereen hetzelfde, niet bepalend zal zijn om na te gaan in welke stad men effectief gaat neerstrijken. De criteria die men gebruikt, zijn dat de locatie in de eerste plaats technisch geschikt moet zijn. Is ze veilig voor het evenement? Kan de stad voldoende mensen vrijmaken om het veiligheidsprobleem op te lossen inzake parkeren, brandweer en politie? Is de locatie op zich aantrekkelijk en interessant? Levert het een mooi decor op? Is het een voldoende bruikbaar plein? Is het groot genoeg? Kunnen er voldoende mensen komen? Zijn er voldoende nutsvoorzieningen om zon evenement te kunnen dragen? De VRT zegt me dat het productiehuis niet discrimineert ten aanzien van kleinere of grotere steden en gemeenten, want ook kleinere kunnen zich kandidaat stellen om gaststad te zijn voor Villa Vanthilt.
Is er een overtreding van de beheersovereenkomst, van het Mediadecreet? Veel collegas hebben zelf al het antwoord gegeven. De VRT moet het Mediadecreet en de beheersovereenkomst respecteren, en doet dat hier ook de facto. In de beheersovereenkomst staat dat de VRT, indien ze dit nodig acht, de financiering mag aanvullen met specifieke financiering die haar door overheidsinstellingen wordt toegekend.
Ook hier hebben we duidelijk een grens gesteld op jaarbasis. We weten allemaal dat de VRT, indien we die grens niet zouden stellen, theoretisch nog veel meer externe financiering zou kunnen ophalen, afhankelijk van vraag en aanbod. We hebben die grens strenger gesteld dan voorheen. We hebben ook de definitie van de commerciële inkomsten uitgebreid. De inkomsten die de VRT via de mensen zou vergaren om een deel van de kostprijs van de opnames mee te dekken, worden meegenomen in de commerciële inkomsten. Daarnaast hebben we ook duidelijk bepaald dat de VRT, afgezien van externe commerciële inkomsten, altijd de redactionele onafhankelijkheid moet garanderen, dat de inhoud van programmaonderdelen niet wordt gedetermineerd of bepaald door externe financiers. Ook daarvan zegt de VRT dat ze op dat punt de beheersovereenkomst naleeft.
Moeten we hierover ethisch of moreel verontwaardigd zijn? Men kan daar vragen over stellen, maar dan moet men ook moreel verontwaardigd zijn zowel over het aanbod als over degene die het aanbod aanvaardt. Het staat elke gemeente vrij te kiezen wat ze doet met de inkomsten die ze int van de belastingbetaler, of ze een citymarketingbudget heeft en waaraan ze dat spendeert, of ze dat doet aan een programma zoals Villa Vanthilt of aan andere publicaties of uitgaven of evenementen. Men moet in de gemeenteraad de afweging maken wat voor de gemeente, rekening houdend met haar financiële positie, al of niet wenselijk is.
We kunnen daar zeker een debat over voeren, maar dan moeten we dat doen zowel over degene die het aanbiedt als over degene die het vraagt. Als er minder steden en gemeenten in geïnteresseerd zijn, zal dat misschien ook een effect hebben op het aanbod of de vraag. Ik heb dus geen bezwaar om over het ethische of morele aspect te discussiëren, maar juridisch is dit zowel naar de letter als naar de geest conform de beheersovereenkomst en het Mediadecreet.
Daarnaast hebben we in de vorige discussie gezegd dat het idee toen leefde dat er een initiatief zou worden genomen door de VVSG om met de gemeentebesturen onder elkaar uit te zoeken of men naar een gentlemens agreement zou gaan om zich niet te laten meesleuren in een concurrentiestrijd. Blijkbaar heeft de VVSG tot nu nog geen initiatief genomen. Dat zou nochtans een goed initiatief zijn. Ik zal nog eens contact opnemen met de VVSG en de VRT om te stimuleren dat ze aan tafel gaan zitten en dat ze een gentlemens agreement proberen af te sluiten. Dat zou het comfortniveau van de verschillende steden en gemeenten wat verhogen.
De voorzitter : De heer Tommelein heeft het woord.
De heer Bart Tommelein : Minister, uiteraard wordt er telkens naar de beheersovereenkomst verwezen. Het zal u niet onbekend zijn. Het is een publiek geheim dat ik die altijd heb bestreden en dat ik het een gedrocht vind. Dit blijkt nu opnieuw in deze discussie. Een aantal meerderheidspartijen, de een al meer dan de andere, heeft problemen met de manier van werken. Als ik hoor dat de Leuvense burgemeester Louis Tobback de Vlaamse Regering oproept om dit en dat te doen en te snoeien in haar Vlaamse agentschappen om de gemeenten beter te kunnen beschermen, dan kun je je afvragen of de VRT als openbare omroep hier ook geen voorbeeldfunctie heeft.
Minister, we spreken hier niet over een commerciële zender. We spreken hier niet over een zender die inkomsten moet binnenhalen om te overleven, op de markt te kunnen blijven en de concurrentie aan te gaan. We spreken over de openbare omroep, gefinancierd met overheidsgeld. De gemeenten beseffen vandaag allemaal, zonder uitzondering, dat ze een heel moeilijke weg te gaan hebben wat hun inkomsten betreft. De autonomie staat uiteraard buiten kijf. Maar hebben we als Vlaamse volksvertegenwoordigers geen opdracht om aan onze eigen overheidsinstellingen te zeggen dat ze moeten stoppen met die gemeenten uit te melken? Zouden ze niet eens stoppen met dergelijke aanbiedingen te doen aan de gemeenten zodat de gemeenten op een normale, ordentelijke manier hun financiële zaken op orde kunnen brengen?
Ik hoor bepaalde mensen van bepaalde partijen grote dingen zeggen over de autonomie van de gemeenten en dat ze maar zelf moeten beslissen. Op andere vlakken hoor ik dat er heel wat maatregelen moeten worden genomen om consumenten te beschermen tegen banken en organisaties. De mensen kunnen toch niet altijd voor zichzelf zorgen. We moeten ze beschermen. Wel, de autonomie van de gemeenten staat voor mij ook buiten kijf, maar misschien moeten we een aantal gemeenten beschermen tegen de vraatzucht van andere openbare instellingen. Daar gaat het over.
Je kunt zeggen dat het nu eenmaal in de beheersovereenkomst staat. Mijnheer Yüksel, ik ben heel blij met uw steun. Wij hadden dit ook ingediend bij de opmaak van de beheersovereenkomst om dergelijke wantoestanden te vermijden. Maar ik heb van de meerderheidspartijen in dit parlement geen enkele steun gekregen om dat te verbieden en te vermijden. Ik hoor zeggen dat het niet goed is dat dat allemaal kan gebeuren.
Mijnheer Vandaele, u weet dat u geregeld indruk maakt op mij, maar vandaag is dat helemaal niet het geval. We moeten geld vragen, want anders zou het wel eens kunnen zijn dat men aan vriendjespolitiek doet. Terwijl uw eigen minister zegt dat geld geen rol speelt. Het is voor iedereen evenveel, er wordt niet opgeboden en het zijn andere factoren dan het geld die mee bepalen waar men naartoe gaat: onder andere logistieke ondersteuning, de grootte van het plein en de aantrekkingskracht van de gemeente. Dan spelen er wel subjectieve normen mee. Met andere woorden, uw argument is dat het maar goed is dat er moet worden betaald om de VRT, openbare omroep, naar een gemeente te laten komen, want dat het anders wel eens zou kunnen dat de VRT aan vriendjespolitiek doet en dat ze het motto ons kent ons zou kunnen hanteren om naar een gemeente te gaan die dan dingen doet die het daglicht niet velen. Ik vind dat een heel zwak argument.
Als de VRT betere programmas wil, dan moet ze het geld aanboren dat ze zelf heeft en dat ze nog altijd riant krijgt de dotatie is niet min bovenop de extra inkomsten die ze mag binnenhalen. Ik heb daar ook al een aantal zware bedenkingen bij. Vallen de sommen die ze binnenhaalt via de productiehuizen onder de externe financiering die is begrensd door de 68,4 miljoen euro? Dat is de grote vraag. Daar bestaat de grootste onduidelijkheid over. Dat zit er volgens mij niet in.
Als ik de beheersovereenkomst lees, wat juist onder die begrenzing valt, wat wordt verstaan onder externe financieringen, dan kom ik tot de conclusie dat het geld dat via steden en gemeenten wordt binnengehaald, niet valt onder de begrenzing van de 68,4 miljoen euro. Het komt er dus op neer dat je niets begrenst voor de VRT. Ze mag commerciële communicatie binnenhalen, ze mag concurrentie aandoen aan de commerciële omroepen zoveel ze wil, ze mag bij de steden en gemeenten gaan, en ze krijgt daar een riante dotatie bovenop, allemaal om programmas te maken.
Vinden jullie het allemaal normaal dat alle gemeenten staan te roepen om hulp of het nu om centrumsteden of andere gemeenten gaat , dat ze een duidelijk signaal willen geven aan de Vlaamse Regering dat het nu gedaan moet zijn omdat er bloedbaden zullen komen? Minister, dat zijn niet mijn woorden, het zijn de woorden van uw eigen burgemeester uit Leuven. En wij zeggen dan doodgemoedereerd: laat die openbare omroep zijn prijzen met 40 procent opdrijven in zijn aanbiedingen aan de gemeenten. Dat vinden wij allemaal normaal. Wel, mijnheer Vandaele, dat vind ik niet normaal. Excuseer me, ik vind dat niet normaal. Ik vind het een vorm van hypocrisie van sommigen in deze zaal, die zijn evenknie nog niet heeft gekend in de voorbije vier jaar.
Dit is hypocriet. Iedereen zal in de komende jaren roepen dat de gemeenten het niet aankunnen. Wij blijven maar toelaten dat onze eigen openbare omroep prijsverhogingen oplegt en aanbiedt en concurrentie probeert uit te spelen tussen gemeenten. Het zal zijn tijd duren, maar het is bijna de laatste keer geweest, minister. Het zal heel duidelijk worden dat dit allemaal niet meer kan. Dat zal dan niet de verdienste zijn geweest van deze Vlaamse Regering die op tijd heeft ingezien dat dit niet kan. De gemeenten zullen zelf inzien dat het allemaal niet meer kan en dat dit soort zaken niet meer betaalbaar is.
De voorzitter : De heer Wienen heeft het woord.
De heer Wim Wienen : Minister, zo charmant als u als mens kunt zijn, zo ontgoochelend kunt u zijn als minister. Uw antwoord vind ik verschrikkelijk. Het is alleszins niet de schuld van de VRT. De VRT heeft er niets mee te maken, het is de schuld van het productiehuis, dat ronselt en geld vraagt aan de gemeenten. Het is de schuld van de gemeenten zelf die betalen om zon programma te krijgen. Het is de schuld van de VVSG, want u hebt nog niets vernomen van een gentlemens agreement. Het is de schuld van iedereen, behalve de openbare omroep.
Die houding stoort me, omdat ik had verwacht dat er bij de VRT wel mensen zijn die principiële houdingen kunnen aannemen, ook tegen productiehuizen, dat ze zeggen dat, als je een valse offerte indient met een kostprijs die te laag is begroot, waardoor je bij gemeenten moet bijklussen, ze niet meer samenwerken en dat ze wel een ander productiehuis zullen kiezen om zaken mee te doen. Dat recht heeft de VRT. De openbare omroep is verantwoordelijk, is heer en meester over de bestellingen die hij doet.
Ik ben het er niet mee eens dat de gemeenten schuld dragen. De gemeenten zijn gevat in een spiraal van verhogingen door productiehuizen, maar ook door de VRT. Laten we eerlijk zijn: Villa Vanthilt is niet de enige productie die op de VRT komt en die aan steden en gemeenten vergoedingen vraagt. Dit is een soort platte commercie op de kap van de belastingbetaler, want men passeert twee keer langs de zak van de belastingbetaler. Je moet maar de pech hebben dat een programma in je gemeente neerstrijkt. Dan betaal je er twee keer voor. Voor de burger in dit land kunnen VRT-programmas beter wegblijven uit je gemeente, want dan moet je er tenminste maar een keer voor betalen.
Gelukkig hebben we een socialistische minister die vanwege de platte commercie daarvoor gaat liggen, zoals Tobback zich voor de TGV ging leggen, om dat tegen te houden, om daar paal en perk aan te stellen. Minister, de goede kanten van het socialisme zijn blijkbaar toch niet zo sterk ontwikkeld bij u om tegen die platte commercie in te gaan. Dat kan ik enkel betreuren. Daar kan ik enkel akte van nemen en vragen over stellen aan de collegas van de socialistische partij die u, mevrouw Lieten, hebben gezet waar u zit. Maar dat is een andere discussie.
Op de N-VA moeten we blijkbaar ook niet rekenen. Ik ben enorm geschrokken van hoe de N-VA denkt over de VRT. De N-VA zegt dat het belangrijk is dat de gemeenten betalen, want dan gaat het tenminste eerlijk, dan wordt er niet gediscussieerd in achterkamertjes, aan rijke tafels, waardoor bepaalde steden en gemeenten die programmas in een ons kent ons-mentaliteit binnenhalen. De heer Vandaele vindt dat de VRT corrupt is. Dus moeten we die corrupte VRT-directie beschermen tegen zichzelf en moeten we zorgen dat er een vaste prijs wordt betaald voor elk programma dat naar een gemeente komt.
Ik kan alleen maar kijken naar de grootste meerderheidspartij in het halfrond. Ik hoop dat de heer Tommelein niet zal nalaten een motie in te dienen, zodat we een stemming krijgen in het halfrond. Ik reken op de steun van CD&V, die het ook beu is dat er zo wordt gewerkt. Ik reken op CD&V dat ze niet alleen in het meerderheidsoverleg een standpunt zal bepalen, maar ook bij de stemmingen over de moties in de plenaire vergadering, en dat ze, zoals de Engelsen zeggen, will put her money where her mouth is. Het kan enkel maar de steden en gemeenten en ook de kassa van de Vlaamse Regering ten goede komen.
De voorzitter : De heer Verstrepen heeft het woord.
De heer Jurgen Verstrepen : Minister, ik heb uw uitleg gehoord en ik wil hier de drama queen uithangen over waarom en hoe alles gebeurt, maar dat hebben anderen al gedaan. De VRT passeert een aantal keer langs dezelfde kassa: provincie, gemeente, overheidsgeld. Het gaat maar over televisie. Ik herinner me dat er vorig jaar een evaluatie is gemaakt, na het verschijnen van programmas in steden, en wat het effect daarvan was. Wat is het effect van city marketing? Zorgt dat ervoor dat een gemeente plots wordt overrompeld door dagjestoeristen of niet? Dat laat ik in het midden, ik zou het allemaal wel eens willen zien. Het wordt wel zo verkocht. Dat is marketing.
Maar ik heb daar vragen bij. Ik heb toen genoteerd dat sommige gemeenten zeiden dat het hun niets had opgebracht, dat de lokale horeca meer hinder had dan ze had gedacht, dat ze niet meer koffies heeft verkocht. Een groot vraagteken dus. Het gaat hier maar om televisie.
Minister, u zei dat het niet de VRT is die zegt dat de budgetten moeten worden aangevuld. Ik citeer u even: De VRT mag de budgetten aanvullen, maar het is het productiehuis die de budgetten aanvult. Het productiehuis verkoopt een programma aan de VRT, tekent een contract voor een prime-timeprogramma dat zwaar wordt uitgesmeerd, dat niet budgetsluitend is. Men verkoopt een programma dat niet volledig is gebudgetteerd. De VRT koopt programmas die niet financieel zijn gedekt. De VRT als rechtspersoon maakt een contractuele verbintenis tussen een andere vennootschap dan de VRT zelf. Ze keurt die productie dus goed. Ze is dan toch mee verantwoordelijk in dit verhaal. Want als dit wordt toegelaten vanuit het management van de VRT, los van de bedragen die worden gevraagd aan gemeenten of los van hoe ze de kas spekken, keurt een verantwoordelijke bij de openbare omroep een productie goed die niet voldoende is gefinancierd. Daar wil ik naartoe. Dan stel ik me de vraag hoe je dat kunt verantwoorden. Nu moeten de gemeenten geld op tafel leggen, maar je zet de deur in dit verhaal open voor nog meer commercialisering, los van gemeenten, steden en provincies, waarbij je producties bestelt die ondergefinancierd zijn en waarbij je aan het productiehuis zegt dat zij het budget sluitend moeten maken.
Als ik uw redenering of het antwoord van de openbare omroep volg, stelt de openbare omroep dat hij niet verantwoordelijk is, maar het productiehuis. De openbare omroep is inhoudelijk verantwoordelijk en waakt daarover, maar het productiehuis moet de centen ophalen. (Opmerkingen van minister Ingrid Lieten)
Dat klopt toch niet. Als de Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) nu vindt dat er overtredingen zijn, is de VRT verantwoordelijk en betaalt de VRT een boete, niet het productiehuis, dacht ik toch. Ofwel zie ik dat verkeerd. De VRT is toch eindverantwoordelijke?
Minister Ingrid Lieten : Absoluut.
De heer Jurgen Verstrepen : Dan vind ik het vreemd dat we het antwoord krijgen dat het productiehuis het geld bij elkaar gaat zoeken bij de gemeenten. Wat als dat is een schitterend programma , wat als de gemeenten geen geld ophoesten dit jaar voor een Villa Vanthilt of andere programmas? Worden die dan geschrapt of gaan ze wel in productie en past de VRT bij? Dan wordt het helemaal van de pot gerukt. Dan moet de VRT bijpassen en dan komt het hier terecht. Ik vind het wel degelijk een discussie die hier moet worden gevoerd omdat hier de eindverantwoordelijkheid ligt. Ik heb dan toch een boodschap aan de CEOs: verkoop geen programmas die ondergefinancierd zijn, want dat kan een faillissement betekenen. We hebben er de afgelopen week nog één gehad in de televisiewereld.
Minister, het boekhoudkundige aspect is even aangeraakt. Waar staat het geld dat wordt opgehaald door het productiehuis in de boeken? Het zal in de balans van de productiebudgetten van het productiehuis waarschijnlijk toch staan als inkomsten. Ik vermoed dat de gemeenten toch een soort factuur krijgen, dat het niet handje contantje is. Als het in de boeken van het productiehuis staat, wordt dat bedrag ook tegengeboekt bij de VRT onder de noemer externe financiering? Of hoort dat voor de VRT niet bij de externe financiering die ze mag ophalen en wordt het bekeken als een financiering binnen het productiehuis? Dan wordt het niet opgenomen in dat plafond dat u hebt aangehaald. Dat is ook een wereld van verschil. Als al dat geld niet in de externe financiering zit in de boekhouding bij de openbare omroep, maar enkel in de boekhouding van het productiehuis, staat de deur open om steeds meer geld te vragen. Dan kan de VRT zeggen dat ze er niks mee te maken heeft. Dat is een heel eigenaardige overeenkomst.
De heer Wilfried Vandaele : De heren Tommelein en Wienen vooral zijn er nogal bedreven in om dingen die iemand zegt maar half te horen of verkeerd te interpreteren. (Opmerkingen van de heer Bart Tommelein)
Collegas, ik heb niet gezegd tegen de VRT: doe maar op. Ik heb gezegd dat de openbare omroep toch enige kiesheid aan de dag zou moeten leggen. Mijnheer Tommelein, u hebt zelfs het woord hypocrisie in de mond genomen. Wat ik hypocriet vind, is de gespeelde naïviteit die ik bij sommige collegas zie. Dat zie ik bij de heer Tommelein, die nochtans beter weet, en bij de heer Wienen, die niet beter weet. (Gelach)
Dat is gespeelde naïviteit, want wie het wereldje een beetje kent en weet hoe het jarenlang gegaan is, met opnames in casinos en aan de kust, mijnheer Tommelein, en hoe die deals werden gemaakt tussen de omroep, gemeenten en zakenlui, weet dat het een circuit van ons kent ons was. Ik heb dan gezegd dat het voor iedereen duidelijker en helderder is als je betaalt voor iets. Als een gemeente dat wil betalen, moet die daarvoor de verantwoordelijkheid nemen en uitleggen aan de kiezers waarom het gebeurt. Dat vind ik nog altijd duidelijk. Dat is niet hypocriet. De gespeelde naïviteit die ik hier zie, is hypocriet.
Wat ik ook hypocriet vind, mijnheer Tommelein, is dat u zegt dat de gemeenten geen geld hebben, dat ze krap bij kas zitten en dat het sukkelaars zijn die we moeten beschermen. Sommigen pleiten ervoor om de mensen, de consumenten, te beschermen, zegt u, welnu de gemeenten moeten we ook beschermen. Dat vind ik een groot verschil. Consumenten, burgers, mensen moet je als overheid inderdaad beschermen. Of je een gemeente tegen zichzelf moet beschermen, is een ander paar mouwen. Ik wil een onderscheid maken tussen de twee.
Ik vind het hypocriet dat, omdat de gemeenten krap bij kas zitten, de openbare omroep daar niet extra middelen mag komen vragen, terwijl de commerciële omroepen dat wel mogen. Dan geldt het argument dat de gemeenten krap bij kas zitten opeens niet! (Opmerkingen van de heren Wim Wienen en Bart Tommelein)
Ofwel zeg je dat de gemeenten krap bij kas zitten en trek je daar besluiten uit. (Rumoer)
De voorzitter : Collegas, mag ik even opmerken dat we worden gefilmd?
De heer Wilfried Vandaele : Daarom maken zij zoveel lawaai, voorzitter. Anders zeggen ze niets, maar als er wordt gefilmd wel. (Gelach)
Dat is dus een voorbeeld van hypocrisie.
De minister heeft ook niet gezegd, mijnheer Tommelein, dat het financiële geen rol speelt bij de beoordeling. Zoals ik het heb gehoord, heeft ze gezegd dat, als men aan de financiële criteria voldoet, ook andere elementen een rol spelen zoals de locatie, de grootte van het plein en de technische omkadering. Ik heb dingen gehoord in het antwoord van de minister die u blijkbaar niet hebt gehoord, collegas, en u hebt dingen gehoord in mijn uiteenzetting die ik niet heb gezegd.
De heer Veli Yüksel : Ik voel me absoluut niet aangesproken als het gaat over gespeelde naïviteit of naïviteit.
Minister, u zegt dat het productiehuis die bedragen heeft gevraagd aan de steden en gemeenten. Na de heisa van de vorige keren en het debat dat we hier keer op keer hebben gevoerd, was het misschien wijs geweest voor de VRT om met het productiehuis duidelijke afspraken te maken dat niet via het productiehuis geld zou worden gevraagd, maar dat dat intern zou worden geregeld. Dat is een kapitale fout van de VRT.
U zegt dat er geen opbod is geweest. Dat kan wel zijn. Maar u hebt daarnet de getuigenis gehoord van een collega uit Veurne. Ik kan u nog andere voorbeelden geven. Als het productiehuis steden en gemeenten opbelt en onder druk zet om het programma te ontvangen, is er wel een probleem en mogen we daarvoor niet blind zijn. In Sint-Truiden en op andere plaatsen zijn burgemeesters vier, vijf of zes keer gebeld om te zeggen dat ze onmiddellijk moesten beslissen. Die manier van werken moet stoppen.
We zijn verontwaardigd over de VRT, maar niet over de steden en gemeenten die meedoen met dat verhaal, terwijl het in beide richtingen moet gaan. Daar ga ik mee akkoord, maar dat ontslaat de openbare omroep niet van zijn verantwoordelijkheid. Het is de verantwoordelijkheid van de steden en gemeenten die aan die vrijage meedoen en onderhandelen. Dat is hun zaak. Maar de VRT heeft een voorbeeldfunctie. Het ontslaat de VRT niet van haar verantwoordelijkheid.
Trouwens, het is de zoveelste keer dat we een debat voeren over Villa Vanthilt en die praktijken. Zijn we dan voor niets verontwaardigd? U hebt zelf ook aangegeven dat we hierover moeten debatteren, maar het leidt tot niets. Keer op keer moeten we het debat voeren. Ik ben een beetje ontgoocheld, omdat we terecht verontwaardigd zijn en er op het terrein toch heel weinig gebeurt.
Mijnheer Tommelein, als fractie blijven we kritisch kijken naar en denken over zaken die in de grijze zone gebeuren. Dat zullen we blijven doen. Ik ben blij dat u zegt, minister, dat die gedragscode in de schoot van de VVSG er moet komen. Ik hoop dat u er ook uw medewerking aan verleent. Ik hoop ook dat er binnen de VRT iets mee gebeurt en dat er misschien ook binnen de VRT een gedragscode tot stand komt. Dan wordt het probleem aan de bron aangepakt, is er geen debat nodig en zullen wij niet geplaatst of misplaatst verontwaardigd zijn.
We hebben inderdaad met de meerderheidspartijen op 18 mei 2011 een resolutie ingediend, en artikel 12 stelt heel duidelijk dat de middelen niet versnipperd mogen worden. We roepen dus op dat er een adequate dotatie is voor de VRT, die de zekerheid biedt om een kwalitatief aanbod te verzorgen en daarin te streven naar minder versnippering in de financiering vanwege de Vlaamse overheid. Ik roep u op om daarop toe te zien, minister. Dank u wel.
De heer Bart Tommelein : Ik wil toch even een opmerking maken. Ik volg in grote mate wat de heer Yüksel zegt. Ik ben blij dat hij er hetzelfde over denkt. Veel mensen zijn verontwaardigd en vinden dat er iets aan moet worden gedaan.
Minister, u vindt dat de VVSG het maar moet doen. U vindt wel degelijk dat er iets moet gebeuren. Ik vraag me af, minister, waarom u als verantwoordelijke minister voor een overheidsinstelling niet aan uw instelling kunt vragen om zich te gedragen. De prijzen worden met 40 procent opgetrokken ten opzichte van vorig jaar, ik heb de berekening gemaakt. Ik vind dat wangedrag en onverantwoord voor een overheidsinstelling, in een periode dat men weet dat steden en gemeenten het moeilijk hebben. U zou het voorbeeld kunnen geven door aan de VRT een duidelijk signaal te geven dat de grenzen overschreden worden.
Ik ben begonnen door te zeggen dat het mag, want de beheersovereenkomst zegt dat het mag. Ik had het anders willen zien, maar goed, ik ben een democraat, ik heb me neer te leggen bij de meerderheid. De beheersovereenkomst maakt het mogelijk.
Mijnheer Vandaele, mijn vrouw zegt ook dat ik selectief doof ben. Ze heeft nog nooit gezegd dat ik naïef ben, dat is een nieuwigheid.
De heer Philippe De Coene : Nee, nee, dat is naïef. (Gelach)
De heer Bart Tommelein : Ik ben verbaasd over de gewoontes die sommige mensen aankweken in deze commissie. Die overheidsinstelling krijgt meer dan 300 miljoen euro dotatie en mag 70 miljoen euro extra commerciële inkomsten halen. Die wordt op dezelfde lijn geplaatst als een commerciële omroep! Het gaat over een openbare omroep met een openbare functie.
De heer Wilfried Vandaele : Het gaat over het argument dat de gemeenten krap bij kas zitten en dat geldt voor de openbare en de commerciële omroepen. Krap bij kas is krap bij kas.
De heer Bart Tommelein : U gaat er heel snel van uit dat de VRT zich mag gedragen, niet alleen als een commerciële omroep, maar als een platte commerciële omroep. Sommige mensen denken dat ik tegen de VRT ben. Ik moet telkens herhalen dat het niet zo is. Ik draag de VRT een warm hart toe als ze haar openbare rol en verantwoordelijkheid opneemt in de samenleving. Dat gebeurt niet in dit dossier.
Als u mij vraagt of de commerciële zenders dat wel mogen, zeg ik u ja, mijnheer Vandaele, want die hebben een andere functie, doel en bestemming dan de openbare omroep. Het wordt misschien eens tijd dat we in deze commissie beseffen dat de openbare omroep geen commerciële omroep is. U bent zeer snel gewoon geraakt aan het feit dat het zo is.
Als de VVSG vraagt om verantwoordelijkheid te nemen en een motie goed te keuren, minister, kunt u misschien aan de VRT vragen om het voorbeeld te geven en dergelijke fratsen niet meer uit te halen.
De voorzitter : Minister Lieten heeft het woord.
Minister Ingrid Lieten: Mijnheer Tommelein, u mag mij niet selectief citeren. Ik heb duidelijk gezegd dat het conform de beheersovereenkomst is. Als er morele verontwaardiging is en discussie moet worden gevoerd, dan moet die gaan over zowel de aanbieders als de vragers, over zowel de VRT als de gemeentebesturen.
Ik heb aangehaald dat ik ten zeerste vragende partij ben voor zon gentlemens agreement. Dat moet natuurlijk worden afgesloten met de steden en gemeenten én met de VRT. Ik zal de bal niet in het kamp van de VVSG en de steden leggen zonder de VRT op haar verantwoordelijkheid te wijzen.
De heer Bart Tommelein : Dat is goed, minister. Ik zal een motie in die zin indienen.
De voorzitter : De heer Wienen heeft het woord.
De heer Wim Wienen : Als politiek verantwoordelijke voor de openbare omroep schuift u de zaak voorlopig door. U wilt afwachten of de VVSG en de gemeenten en de VRT dit gaan regelen. U kunt voor de korte weg kiezen en als politiek verantwoordelijke de VRT daar nu al op aanspreken. Die bereidheid is er niet. U kiest dan maar voor de lange weg. Weet dat die lange weg ook werkt. Ik heb de nodige ervaring in deze commissie, als buitenstaander in de vorige legislatuur, als effectief lid in deze legislatuur: ook de lange weg werkt.
We hebben een VRT gekend zonder enige transparantie en zonder cijfers. Deze commissie heeft ervoor gezorgd dat het licht op de Reyerslaan uiteindelijk toch nog is gaan schijnen. Het is onze taak, als u dat niet wilt doen, om de VRT ervan te doordringen dat iets wat niet specifiek verboden is in de beheersovereenkomst of een decreet, niet onmiddellijk en vanzelfsprekend betekent dat het toegelaten is. Het is onze taak om de VRT wat ethisch besef bij te brengen. We zullen onze verantwoordelijkheid nemen waar u faalt.
De voorzitter : De heer Verstrepen heeft het woord.
De heer Jurgen Verstrepen : Minister, ik heb uw antwoord goed beluisterd. In uw eerste antwoord zei u dat de VRT doorverwees naar het productiehuis deMENSEN. Wie heeft nu eigenlijk de opdracht gegeven om het geld te gaan ophalen bij de gemeenten? Is dat de VRT of het productiehuis?
Minister Ingrid Lieten : Mijnheer Verstrepen, ik heb al gezegd dat de VRT altijd verantwoordelijk blijft voor wat haar productiehuizen doen, zowel financieel als redactioneel. Daar bestaat geen discussie over.
De heer Jurgen Verstrepen : Goed, maar heeft de VRT de opdracht gegeven aan deMENSEN? Dat maakt immers een wereld van verschil. Beslist deMENSEN dat de gemeenten moeten betalen? Of zegt de VRT: vraag geld aan de gemeenten?
Minister Ingrid Lieten : Het productiehuis heeft de bevraging gedaan bij de gemeenten. Wie het initiatief ook heeft genomen, de VRT draagt de eindverantwoordelijkheid. Daar kan niet op worden afgedongen.
De heer Jurgen Verstrepen : Kan ik daar een schriftelijke vraag over stellen? Ik zou graag weten waar dat precies in de balansen zit. (Instemming)
De voorzitter : De interpellaties zijn afgehandeld.