Commissie voor Woonbeleid, Stedelijk Beleid en Energie
Vergadering van 26/04/2012
Vraag om uitleg van mevrouw Vera Van der Borght tot mevrouw Freya Van den Bossche, Vlaams minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, over de nakende wijzigingen aan het besluit inzake sociale verhuurkantoren
- 1572 (2011-2012)
Vraag om uitleg van mevrouw Liesbeth Homans tot mevrouw Freya Van den Bossche, Vlaams minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, over de versterking van de sector van de sociale verhuurkantoren
- 1694 (2011-2012)
De voorzitter : Mevrouw Van der Borght heeft het woord.
Mevrouw Vera Van der Borght : Voorzitter, minister, collega's, u werkt momenteel aan een nieuw erkennings- en subsidiebesluit voor de sociale verhuurkantoren (SVKs). Bedoeling is te komen tot een grotere professionalisering en een schaalvergroting. Op zich is dat uiteraard een goede zaak. Intussen bereiken ons wel berichten van OCMW-besturen die wijzen op mogelijke gevaren van een te verregaande schaalvergroting. In een eerste fase zou men willen gaan naar een minimumaantal van 100 woningen, en nadien zelfs naar een minimum van 150. Een van hun bedenkingen is dat het streven naar grotere SVKs het werkterrein van die SVKs dusdanig zou vergroten dat men veel minder zal kunnen inspelen op lokale woonbehoeften.
De kans dat appartementen of woningen die dankzij een lokaal engagement in het SVK worden ingebracht, aan inwoners uit andere gemeenten zullen worden toegewezen, vergroot daarbij aanzienlijk. Bovendien laat de extra subsidiëring waarin wordt voorzien niet toe om de personeelsbezetting van de SVKs voldoende te laten groeien om de kwaliteit van de dienstverlening op hetzelfde niveau te handhaven. De leden van de SVKs die een voldoende personeelsbezetting willen garanderen, zullen zelf extra middelen moeten inbrengen, en die zijn voor iedereen schaars.
Minister, hebt u soortgelijke bezorgdheden opgevangen? Deelt u ze? Zo ja, op welke manier zult u hiermee in de nieuwe regelgeving rekening houden? Indien niet, waarom niet? Tegen wanneer mogen we de definitieve regelgeving verwachten?
De voorzitter : Mevrouw Homans heeft het woord.
Mevrouw Liesbeth Homans : Minister, collega's, mijn vraag over de SVKs verschilt toch wat van die van mevrouw Van der Borght. U weet wellicht dat ik ontzettend veel belang hecht aan de SVKs. Ik ben ervan overtuigd dat wij Vlaanderen niet met sociale woningen kunnen volbouwen, ook al doen wij veel inspanningen via het Grond- en Pandendecreet. De SVKs kunnen zorgen voor meer sociale huurwoningen. Ik ben er wel van overtuigd dat de SVKs lijden onder de waarheid dat wat onbekend, ook onbemind is. Zij moeten veel meer worden gestimuleerd.
Zo is vorige week meegedeeld dat in Antwerpen 444 woningen via de SVKs worden verhuurd. Dat is goed, maar dat aantal vertegenwoordigt slechts 0,02 procent van het totale aantal woningen in de stad, terwijl het aantal sociale woningen goed is voor 11 procent van het totaal. Omdat er nog een heel groot tekort aan betaalbare woningen is, ben ik van mening dat de SVKs een veel grotere rol kunnen spelen dan vandaag het geval is.
Ik heb begrepen dat de Vlaamse Regering die mening min of meer deelt. Op 30 maart heeft de Vlaamse Regering een nieuw erkennings- en subsidiebesluit principieel goedgekeurd. Kunt u mij wat meer informatie verschaffen, uiteraard zonder alle geheimen prijs te geven? Het gaat immers slechts om een principiële goedkeuring. Toch kunt u misschien schetsen in welke richting men wil gaan, dat zou mij al tevreden stellen. Worden de knelpunten aangepakt? Wat zijn de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de huidige regelgeving? Deelt u ook mijn mening dat de SVKs een belangrijkere rol moeten vervullen? Op welke manier moet dit besluit de uitbreiding van de werking en het aanbod realiseren? Hoe wil de Vlaamse Regering het verhuren via SVKs meer bekendmaken en stimuleren? Moet er meer promotie worden gemaakt?
De voorzitter : Mevrouw Heeren heeft het woord.
Mevrouw Veerle Heeren : Voorzitter, minister, collega's, Vlaanderen telt vijftig erkende SVKs die 5295 woningen verhuren. Op hun wachtlijsten staan inmiddels ongeveer 20.000 namen. Het is duidelijk dat er iets niet klopt. Voor de duidelijkheid: de SVKs zijn opgericht om ook te investeren in woonbegeleiding. In het regeerakkoord staat onder meer dat er nog meer met andere actoren moet worden samengewerkt. Het besluit is een eerste aanzet. Zult u de activiteiten van de SVKs uitbreiden? In welke mate zal de subidiëring worden aangepast? Hoe zal de professionalisering worden gegarandeerd? Want tussen de bestaande SVKs zijn er enorme verschillen. Er zijn er erg goede, maar er zijn er ook die van die erg goede nog veel kunnen leren ik heb me nu erg zacht uigedrukt. In welke mate wordt gewerkt aan de in het regeerakkoord afgesproken stimulering van de samenwerking met de SHMs?
De voorzitter : Minister Van den Bossche heeft het woord.
Minister Freya Van den Bossche : Voorzitter, collega's, zoals mevrouw Homans stelt, is het inderdaad de bedoeling om met het besluit tot een versterking en professionalisering van de sector te komen. Daartoe worden in het erkennings- en subsidiebesluit een aantal nieuwe klemtonen gelegd. Ten eerste is het subsidiemechanisme herzien. De praktijk wees uit dat het bestaande subsidiemechanisme SVKs stimuleert om klein te blijven. SVKs die tot vandaag doorgroeiden en een aanbod van meer dan honderd woningen realiseerden, deden dat bijna ondanks de regelgeving, want dat was financieel een nadelige zaak. Ik kan u wel verzekeren dat het een moeilijke evenwichtsoefening was. Groei is uiteraard een belangrijk aandachtspunt, maar er moet ook rekening worden gehouden met de bestaande werkingen, en dat is niet eenvoudig.
Voor de erkende SVKs die nog geen vijftig woningen huren, wordt in een opstartsubsidie voorzien. Deze beperkte en tijdelijke subsidie moet hen ondersteunen om op korte termijn te kunnen doorgroeien naar minstens vijftig woningen om in aanmerking te komen voor een basissubsidie.
Voor SVKs met een aanbod vanaf vijftig woningen is in een dubbel mechanisme voorzien. Enerzijds voorzie ik in een substantiële stijging van de middelen voor SVKs met meer dan honderd woningen. Dat moet de SVKs in staat stellen om hun personeelsformatie uit te breiden en beter af te stemmen op de evoluerende werklast. Voor deze stijging is een extra budget uitgetrokken. Deze stijging wordt dus niet gecompenseerd door andere SVKs in de sector minder te geven. Er is geen zware daling van het budget van de kleinere SVKs, of toch minstens niet een daling die te verklaren zou zijn door het extra budget voor de grotere. Het budget van de kleinere SVKs stijgt niet, maar het daalt ook niet.
Anderzijds moeten SVKs een bepaald groeipad volgen. Ik wil dat 150 woningen het minimumaanbod wordt per SVK. Daarom bepaalt het nieuwe besluit dat SVKs met minder dan 100 woningen die niet binnen de drie jaar doorgroeien tot een aanbod van meer dan 100 woningen, een deel van hun basissubsidie zullen verliezen. Aan SVKs met een aanbod tussen de 100 en 150 woningen wordt vier jaar gegeven om door te groeien tot 150 woningen of meer. Opnieuw zullen de SVKs die dit tijdspad niet halen binnen een bepaalde termijn een deel van hun basissubsidie verliezen.
Het komt er voor SVKs dus op aan zo snel mogelijk snel is een relatief begrip: men heeft er jaren de tijd voor door te groeien naar in eerste instantie 100 woningen en vervolgens 150 woningen. Ik heb er bewust voor gekozen om de manier waarop men dat doet niet te sturen. Mevrouw Van der Borght, een van de manieren is inderdaad een uitbreiding van het werkingsgebied. Maar wat mij betreft, is de beste manier om te groeien meer woningen in huur te kunnen nemen. Dat lijkt mij nog veel fijner voor de kandidaat-huurder. Voor sommigen zal misschien een fusie aangewezen zijn. Schaal op zich is geen fetisj. Maar een SVK moet niet een andere SVK in hetzelfde gebied beconcurreren. Dat is nergens voor nodig. Fusies zijn zeker ook een manier om dit te bewerkstelligen.
Een SVK moet groot genoeg zijn om een optimale dienstverlening te kunnen aanbieden. Een SVK heeft heel wat taken. Die taken zijn heel divers. Een SVK met minder dan 70 woningen is absoluut te klein om die taken naar behoren te kunnen uitvoeren. Een SVK moet minstens 150 woningen hebben om die diensten optimaal te kunnen realiseren, om op elke taak met het aanwezige personeel een zeer kwalitatief antwoord te kunnen bieden. Vandaar dat streefdoel.
Ik wil dat het aanbod van SVK-woningen groeit. Ik geloof heel hard in het model. Er is nog verschrikkelijk veel groeipotentieel. We moeten manieren zoeken om het aan te boren. Ik stel echter vast dat er nog altijd OCMWs zijn die de SVKs liefst niet te groot zien worden. Deze OCMWs zien de SVKs ook liefst niet als een volwaardige woonactor, maar als een instrument in hun lokale welzijnsbeleid. Daar wil ik van af. De SVKs zijn weliswaar gegroeid vanuit de welzijnssector. Ik respecteer en erken dat zeer duidelijk in het besluit, maar het wordt tijd dat we de stap kunnen zetten naar de SVKs als volwaardige woonactor. Voor alle duidelijkheid, er zijn al verschillende SVKs die deze stap hebben gezet, maar ik moet ook vaststellen dat niet alle SVKs die redenering volgen.
Mevrouw Van der Borght, ik kom hiermee tot de kern van uw vraag. Er is nauw en intensief overleg geweest met de sector. De bezorgdheden die u hebt opgevangen, zullen wellicht voornamelijk komen van OCMW-besturen die nog wat bevreesd zijn om die stap te zetten. De SVKs die ervoor kiezen om heel klein te blijven, zullen op lange termijn hun middelen inderdaad zien dalen. Dit is een expliciete beleidskeuze omdat wij geloven dat wij anders niemand een maatschappelijke dienst bewijzen.
De vraag om te groeien heeft niets te maken met een vermindering van de middelen. Er is in substantieel meer middelen voorzien voor het nieuwe SVK-besluit. Ik heb daar extra middelen voor uitgetrokken. Het gaat veeleer om een geloof in de kracht en de mogelijkheden van die sector, maar er is ook een realiteitszin met betrekking tot minimale schaalgrootte. Daarmee bedoel ik niet noodzakelijk het werkingsgebied, maar vooral het aantal woningen dat men in huur neemt. Dat kan op verschillende manieren worden geregeld.
U stelt dat de SVKs meer inwoners uit andere gemeenten zouden moeten toewijzen. Het kaderbesluit Sociale Huur biedt de mogelijkheid om voorrang te geven aan inwoners uit de eigen gemeente. Dat is geen verplichting, maar het kan wel. Er zijn gemeenten die dat doen.
Ik voeg hier nog een klein, maar niet-onbelangrijk aspect van het besluit aan toe. Een beperkt deel, 5 procent, van de subsidie-enveloppe mag worden aangewend om een reserve aan te leggen. Die kan worden aangesproken om kosten verbonden aan definitief oninbare huurderving en niet-recupereerbare huurschade te dekken.
Er worden niet alleen in de subsidiëring nieuwe klemtonen gelegd. Het nieuwe besluit treedt minder sturend op in het werkingsgebied. Het bepaalt wel nog dat er geen doublures mogen zijn in werkingsgebieden en dat er moet worden gestreefd naar aaneensluitende werkingsgebieden. Dit moet de klantvriendelijkheid vergroten. Doublures zijn niet efficiënt.
Een belangrijk aandachtspunt in het nieuwe besluit is de woningkwaliteit.
Ten slotte voorziet het besluit in een kapstok voor het bepalen van minimale personeelscompetenties. Zo kan men ervoor zorgen dat een zekere competentie meespeelt bij de aanwerving.
Het ontwerpbesluit werd op 30 maart 2012 principieel goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Het werd voor advies doorgestuurd naar de Vlaamse Woonraad. Zodra ik dit advies heb ontvangen, zal het worden bezorgd aan de Raad van State. Als iedereen zijn werk naar behoren doet, kan de Vlaamse Regering het ontwerpbesluit tegen midden juni definitief goedkeuren.
Mevrouw Homans, u vraagt terecht meer woningen. Het is niet omdat SVKs groeien dat we ons potentieel al hebben bereikt verre van. Ik denk eraan om een gerichte campagne voor eigenaar-verhuurders op poten te zetten. Deze mensen kennen vandaag misschien nog niet de voordelen van SVKs. Daarvoor gebruiken we het best de kanalen die deze eigenaar-verhuurders gebruiken, bijvoorbeeld eigenaarmagazines of vastgoedsites waar deze mensen hun woningen te huur aanbieden of al eens kijken hoe dat daar precies gebeurt. Een algemene mediacampagne is daarvoor niet zinvol. Ik wil die gerichte campagne opzetten om de eigenaar-verhuurders de voordelen van de SVKs kenbaar te maken. In die SVKs kunnen zij een zekerheid en rust vinden, en ook de administratieve rompslomp is er minder groot. Ik zal met veel plezier die voordelen in de kijker plaatsen. Ik overleg nu met de administratie en met de sector over welke promotie-initiatieven het meest zinvol kunnen zijn.
De voorzitter : Mevrouw Van der Borght heeft het woord.
Mevrouw Vera Van der Borght : Minister, dank u voor uw antwoord. Laat er geen twijfel over bestaan: ik deel uw visie volledig. Ik ben van Aalst. Onze Woonwinkel werkt daar heel goed. Het OCMW heeft zijn woningen aan de Woonwinkel overgedragen.
Wij zijn echter verkozenen van meer dan één gemeente. Er komen soms vragen van andere besturen en andere besturen en OCMWs. Het is dan ook mijn taak om die vragen hier voor te leggen, vooral ook omdat ik deze werkzaamheden spijtig genoeg niet altijd zeer goed kan volgen. Ik probeer dat wel te doen via de verslaggeving, maar een verslag lezen is nog altijd iets anders dan daadwerkelijk hier aanwezig zijn en mee in het debat gaan.
Minister, ik had een bijkomende vraag, maar u hebt die al gedeeltelijk beantwoord: is er overleg geweest? U zei dat er intensief overleg is geweest met de sector. Wie is de sector dan? Is dat de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) of de Vlaamse Woonraad? Ik begreep ook dat het voor SVKs geen verplichting zou zijn om te fusioneren, maar dat enkel de mogelijkheid zou worden aangeboden? Zal er vanuit het beleid een stimulans komen om de kleinere te doen fusioneren, of laat men dat gewoon vrij?
De laatste vraag die ik in mijn hoofd had, zal ik waarschijnlijk schriftelijk moeten stellen: zijn er op dit ogenblik nog veel kleinere SVKs in het Vlaamse land?
Mevrouw Liesbeth Homans : Minister, dank u voor uw uitgebreide en duidelijke antwoord. U geeft zelf aan dat er te weinig eigenaar-verhuurders de voordelen van het verhuren via een SVK kennen. Ik ben het daar volledig mee eens. U zegt dat u een campagne plant om de eigenaar-verhuurders beter op de hoogte te brengen van de voordelen. Dat is inderdaad het grootste probleem van de SVKs: de eigenaars kennen te weinig de voordelen, ze kampen met vooroordelen ten opzichte van de SVKs. Nochtans is het voor allebei een win-winsituatie. Minister, kunt u met betrekking tot die campagne iets meer zeggen over de planning en de timing?
Mevrouw Veerle Heeren : Het antwoord was duidelijk. Mijn collega Coppé wil in mijn plaats nog iets zeggen.
Mevrouw Griet Coppé : Voorzitter, ik weet dat het niet mag van het reglement, maar u bent wat soepeler dan de normale voorzitter.
Minister, ik lees in het voorstel dat de SVKs ingebed moeten zijn in de lokale actoren, en dat de SVKs moeten weten wat het bestuur moet doen. Maar in de praktijk zie ik het bijvoorbeeld gebeuren dat de SVKs een hangar huren, terwijl de SHMs er ook een hebben. Waarom kan er geen betere samenwerking komen? Dat zal de werking toch optimaliseren? Er zullen minder kosten zijn en het gebruik zal functioneler zijn. Daarover lees ik niets. De ene zit nu wel in de andere zijn bestuur, maar het blijven twee aparte entiteiten, die bezig zijn met sociaal wonen. Minister, hebt u plannen om de werking, de kosten en de dagelijkse praktijk te optimaliseren?
De voorzitter : De heer Hendrickx heeft het woord.
De heer Marc Hendrickx : Ik heb nog een klein vraagje in eigen naam en niet in naam van een ander. Minister, ik hoop dat u in uw campagne toch ook aandacht zult hebben voor de regionale verschillen. Zult u dat regionaal accentueren? We hebben hier al meermaals gesproken over het feit dat bepaalde gebieden ongedekt blijven. We moeten ernaar streven dat in heel Vlaanderen alle gebieden gedekt worden door de werking van een SVK. Als je de kleinere SVKs fusioneert, loop je het gevaar dat er gebieden ongedekt blijven.
De voorzitter : Minister Van den Bossche heeft het woord.
Minister Freya Van den Bossche : In mijn eigen provincie zijn er nog de meeste blinde plekken. Maar deze blinde vlekken de wereld uit helpen, dat vergt een ander soort campagne. Ik wil een dergelijke campagne ook doen. Ik vind ook dat die blinde vlekken weg moeten. Ik zal daarover een gerichte communicatie doen. Ik zal eens samen zitten met de provincie om te zien hoe we dat het beste aanpakken. Dat is een andere zaak dan de campagne die ik wil richten tot de potentiële eigenaar-verhuurders via het SVK.
Mevrouw Homans, ik denk die campagne nog dit jaar te kunnen voeren. Het nieuwe subsidiebesluit zal dan klaar zijn. Ik moet enkel nog weten of ik voldoende communicatiebudget over heb om de campagne dit jaar te laten plaatsgrijpen. Anders wordt het begin volgend jaar. Maar ik denk dat er nog voldoende communicatiebudget is om de definitieve goedkeuring van het besluit een extra push te geven door daarover in de meest geëigende kanalen, eigenaarmagazines enzovoort, te adverteren. Suggesties voor advertentiekanalen zijn altijd welkom.
Mevrouw Coppé, ik heb via Stedenbeleid een onderzoek besteld naar de mogelijke samenwerkingsverbanden in het kader van woonmaatschappijen. Waar kunnen gemeenten, SHMs, SVKs en andere actoren samenwerken? Dat onderzoek gebeurt onder andere in samenwerking met het Onderzoeksinstituut voor Arbeid en Samenleving (HIVA). Dat is heel concreet. Ik heb gevraagd waarmee we in de praktijk kunnen starten. Zodra dat onderzoek is opgeleverd, zou ik heel graag een kader willen maken om daarin, zeker nog tijdens deze legislatuur, de eerste stappen te kunnen zetten. Ik wil dat minstens starten. (Opmerkingen van mevrouw Griet Coppé)
Ik ontvang hier de kandidatuur van Roeselare. Zeer interessant, want er zullen zeker pilootprojecten moeten worden georganiseerd.
Mevrouw Van der Borght, wij stimuleren fusies, want er wordt in een fusiepremie voorzien. Ik verplicht het niet, maar ik probeer het wel zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Wij hebben overlegd met het Vlaams Overleg Bewonersbelangen (VOB). Het VOB heeft ook een aantal mensen uit de sector meegenomen, uit de SVK-wereld zelf. Zo waren er altijd ook mensen uit de praktijk bij.
Mevrouw Van der Borght, ik ken de cijfers niet uit het hoofd. Secretaris, mogen de cijfers als bijlage aan de handelingen worden toegevoegd? Of laat ik ze publiceren op het intranet? Ik bezorg u in elk geval de cijfers.
De voorzitter : De vragen om uitleg zijn afgehandeld.