Commissie voor Onderwijs en Gelijke Kansen
Vergadering van 22/03/2012
Vraag om uitleg van de heer Jos De Meyer tot de heer Pascal Smet, Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel, over overgangsmaatregelen voor REG-dossiers
- 1414 (2011-2012)
De voorzitter : De heer De Meyer heeft het woord.
De heer Jos De Meyer : Voorzitter, in 2006 is voor infrastructuurwerken aan scholen de procedure voor rationeel energieverbruik (REG) uitgewerkt. Dit is een methode om sneller subsidies toe te kennen voor werken die het REG bevorderen.
Op 2 februari 2012 heeft het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs (AGIOn) gemeld dat de REG-procedure wordt afgeschaft. De aandacht voor energiezuinig bouwen is immers zo veralgemeend dat er geen behoefte meer is aan een aparte stimulans. De budgetten voor het REG worden ontkleurd en in de fondsen voor de reguliere subsidies voor infrastructuurwerken opgenomen.
De stopzetting van de REG-procedure is in de loop van januari en februari 2012 in deze commissie en in de plenaire vergadering een aantal keren aan bod gekomen. De stopzetting van de REG-procedure is toch als een vrij bruuske ingreep ervaren. Er is immers niet voorzien in een uitdoofscenario voor de dossiers die al zijn ingediend.
Ik wil hier voor de duidelijkheid aan toevoegen dat de beslissing op zich door de meerderheid en de oppositie, op één partij na, is gesteund. We zijn echter niet geïnformeerd over het feit dat niet in overgangsmaatregelen zou worden voorzien.
Indien de dossiers niet aan de vereisten voor de verkorte procedure voldoen, worden ze naar de schoolbesturen teruggestuurd en verdwijnen ze van de wachtlijsten waarop ze eerst waren geregistreerd. Een schoolbestuur dat om een reguliere subsidie vraagt, moet het dossier opnieuw op een wachtlijst indienen. Die wachtlijst houdt in dat we binnenkort met decennia in plaats van met jaren rekening moeten houden.
Om voor de REG-procedure in aanmerking te komen, moesten meestal echter al belangrijke investeringen gebeuren. Voor een project kon worden goedgekeurd, eiste AGIOn immers al een volledig aanbestedingsdossier. Dat betekent dat bij een klassieke ereloonovereenkomst meestal al 65 procent van het ereloon was uitbetaald.
Dossiers die om minder dan 125.000 euro gaan, kunnen gemakkelijk de verkorte procedure doorlopen. De indieners van grotere dossiers lopen echter het risico dat hun aanvraag op een wachtlijst terechtkomt en dat ze twintig of dertig jaar op behandeling moeten wachten.
Minister, waarom is bij de herschikking van de fondsen voor de scholenbouw niet in een verantwoorde overgangsmaatregel voorzien voor de scholen die een correct dossier hadden ingediend dat aan de vereisten van de REG-procedure voldeed? Kunt u alsnog eens nadenken over een manier om voor de nodige overgangsmaatregelen te zorgen?
De voorzitter : Mevrouw De Knop heeft het woord.
Mevrouw Irina De Knop : Ik sluit me aan bij de vraag van de heer De Meyer. Hij heeft mij zelfs bijkomende informatie bezorgd.
Ik had nog niet vernomen dat dossiers die reeds ingediend werden, eigenlijk terug naar afzender werden gestuurd, want dat is het toch een beetje. Ik heb aan den lijve ondervonden hoe moeilijk het is om zon subsidiedossier klaar te krijgen voor aanbesteding. Als de mensen worden teruggestuurd en het dossier moeten aanpassen aan de verkorte procedure, wordt de rechtszekerheid ondergraven. Ik sluit me aan bij de bekommernis om de ingediende dossiers.
De REG-dossiers bedragen 25 miljoen euro op jaarbasis. U ging die toevoegen aan de reguliere middelen. We vonden dat allemaal prima, het zou allemaal soepeler worden. Minister, wordt het reguliere budget verhoogd met die 25 miljoen euro? Zal dat op recurrente basis gebeuren? Of wordt het REG-gegeven geïntegreerd zonder dat er sprake is van de verhoging van het budget voor de gewone procedure?
De voorzitter : Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Mevrouw Elisabeth Meuleman: Ik sluit me uiteraard ook aan bij de vraag van de heer De Meyer, maar niet zonder te herhalen dat we het niet eens waren met de ontkleuring van die middelen. We waren voorstander van het herzien van de procedure en de voorwaarden van REG-dossiers. Dat was voor ons perfect mogelijk. We denken dat er nog steeds nood is aan aandacht voor energiezuinig verbouwen. Het ging vooral over verbouwingen. Ik heb er altijd voor gewaarschuwd dat de REG-middelen niet zijn opgenomen in die fondsen voor reguliere subsidies, voorlopig toch niet. Ze worden gebruikt voor nieuwbouw en DBFM-projecten (design, build, finance and maintain). Dat heb ik telkens met nadruk aangeklaagd omdat de nood aan verbouwingen in scholen net zo groot is en daar minder middelen voor worden vrijgemaakt.
Een deel van de oplossing zou zijn dat de dossiers die al ingediend waren, nog in aanmerking kunnen komen voor subsidies. Ik ondersteun de vraag van de heer De Meyer volledig.
De voorzitter : Mevrouw Helsen heeft het woord.
Mevrouw Kathleen Helsen: Voorzitter, minister, dames en heren, ik ondersteun de vraag van de heer De Meyer volledig, vooral omdat ik zelf betrokken ben bij twee schoolbesturen die door deze wijziging getroffen worden in de realisatie van hun bouwprojecten. Ze hebben reeds kosten gemaakt en stellen nu vast dat dat verloren kosten zijn. Dat is heel spijtig. Ze zullen jaren moeten wachten vooraleer ze in aanmerking komen voor een nieuw dossier. Het REG-dossier is bovendien vaak gekoppeld aan andere bouwdossiers. Loskoppelen is onmogelijk zodat het hele bouwproject van sommige scholen in het gedrang komt. Dat vind ik echt geen goed bestuur. Ik vraag nadrukkelijk om overgangsmaatregelen te nemen voor die scholen die dreigen vast te lopen met de realisatie van hun bouwprojecten.
De voorzitter : Minister Smet heeft het woord.
Minister Pascal Smet: Ik zal niet meer terugkomen op de redenen, maar er wordt geen enkel ingediend dossier zonder meer geschrapt. Meer dan de helft van de aanvragen werd na september 2011 ingediend, net toen we op vraag van de koepels praatten over een nieuwe procedure. Toen is er plots een enorme toename van dossiers gekomen. Alle liggende aanvragen worden ambtshalve afgehandeld volgens de regels van de andere subsidieprocedures van AGIOn en uiteraard in overleg met de betrokken scholen.
Concreet houdt dat in dat de betrokken schoolbesturen aangeschreven worden met het voorstel om in geval van een REG-dossier met een maximale kostprijs van 125.000 euro dit dossier door AGIOn automatisch te laten omvormen tot een verkorte procedure. Dat is al een goede overgangsmaatregel. Voor REG-dossiers met een bedrag boven 125.000 euro wordt aan de schoolbesturen gevraagd na te gaan of het dossier kan worden herwerkt tot een verkorte procedure. Indien de school hierop ingaat, dan behoudt het dossier de oorspronkelijk ingediende datum. We hebben vastgesteld dat de meeste dossiers meer omvatten dan REG-werken. Er worden andere dossiers aan gekoppeld. Dat is een tweede overgangsmaatregel. AGIOn schat de impact van deze maatregelen in op 10 miljoen euro. Dat is een belangrijk bedrag, dat we binnen de beschikbare middelen voor schoolinfrastructuur moeten reserveren.
Als we overgangsmaatregelen zouden nemen die verder gaan, zouden we de inkleuring voortzetten en dit zelfs gedurende verschillende jaren. Dat zou in tegenspraak zijn met de achterliggende vraag van de onderwijskoepels die net de versnipperde aanwending van het beschikbare budget wilden tegengaan. Ze hebben gevraagd om de gekleurde middelen af te schaffen. We hebben dat gedaan.
Mevrouw Vanderpoorten, de middelen die gekoppeld waren aan het REG belanden in de pot. Het totale bedrag blijft hetzelfde. Er komt geen verhoging. Maar het basisbedrag wordt verhoogd met de middelen van het REG, zodat het totaalbedrag hetzelfde blijft.
De voorzitter : De heer De Meyer heeft het woord.
De heer Jos De Meyer : Voorzitter, het dossier is complexer dan blijkt uit het antwoord van de minister.
Minister, het gaat onder meer over het afwijken van de volgorde van het indienen van de dossiers. Sommige netten hebben daarin meer soepelheid dan andere. Het gemeenschapsonderwijs en het gemeentelijke en provinciale net kunnen dit aangezien daar meer speelruimte is. Het vrije, katholieke onderwijs kan dit onmogelijk.
Minister Pascal Smet : Maar we creëren het nu wel.
De heer Jos De Meyer : Deels wel en deels niet, minister.
Zeggen dat het afschaffen van de rechtsprocedure er gekomen is op vraag van de koepels, is te ongenuanceerd. Ze waren mede bereid om in die piste te stappen omdat ze zagen op welke manier het dossier aan het evolueren was en omdat ze mede de door AGIOn voorgestelde gedachtegang op een loyale manier wilden en willen ondersteunen. Zeggen dat dit nu op hun vraag zo gebeurd is: op basis van mijn informatie moet ik dit werkelijk formeel tegenspreken. Ik zou graag hebben dat u dit verder zou onderzoeken en dat u zou nagaan of wat uw medewerkers u op dat vlak hebben gezegd correct is. Op basis van mijn informatie zeg ik u: formeel is dit onjuist.
De liggende dossiers worden verder behandeld. Dat klopt voor een deel, namelijk voor diegenen die onder de 125.000 euro zitten of voor diegenen die hun dossier kunnen herleiden tot minder dan 125.000 euro. Zo zijn er gelukkig nogal wat. Maar er zijn spijtig genoeg ook andere dossiers waar dit totaal onmogelijk is, die al 65 procent van het ereloon van de ontwerpers hebben betaald en die bovendien het dossier met de beste wil van de wereld niet kunnen herleiden tot een van minder dan 125.000 euro. Voorzitter, dat betekent datgene wat ik daarnet heb gezegd: zij moeten zich inschrijven op de reguliere wachtlijst en zijn voor twintig of dertig of veertig jaar afhankelijk van de interpretatie van wat de komende jaren zal gebeuren met het oog op het geven van meer middelen voor scholenbouw. Zo lang wachten, laat ons eerlijk zijn: dat kan niet.
Minister, ik kan er alle begrip voor opbrengen dat u vandaag niet kunt zeggen dat dit ten aanzien van alle dossiers uw engagement is. Maar ik pleit er toch heel sterk voor dat u minstens het engagement aangaat om dit verder te onderzoeken en om naar redelijke oplossingen te zoeken, ook voor die dossiers die boven de 125.000 euro uitkomen of niet kunnen worden herleid tot dat bedrag.
Minister Pascal Smet : Ik wil alles onderzoeken, maar ik kan niet beloven dat we iets zullen vinden.
De heer Jos De Meyer : Voorzitter, ik ben al tevreden dat de minister zegt dat hij daarover opnieuw een gesprek wil aangaan. Voorzitter, u begrijpt dat we te gelegener tijd de minister zullen bedanken of verder zullen ondervragen.
De voorzitter : De vraag om uitleg is afgehandeld.