Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Vergadering van 20/03/2012
Vraag om uitleg van de heer Bart Caron tot mevrouw Ingrid Lieten, viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding, over het Mediafonds van het Vlaams Audiovisueel Fonds
- 1316 (2011-2012)
De voorzitter : De heer Caron heeft het woord.
De heer Bart Caron : Voorzitter, minister, collegas, in het najaar van 2010 werd het Mediafonds opgericht in de schoot van het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF). Dit fonds moest ondersteuning bieden aan onafhankelijke producenten van tv-reeksen in de categorieën documentaire, fictie of animatie. Bedoeling was enerzijds het ondersteunen van de sector van tv-producenten, en anderzijds het opkrikken, minstens het op niveau houden, van de kwaliteit van de Vlaamse zenders middels eigen Vlaamse producties.
Volgens de statistieken zijn er van de twintig populairste tv-programmas van de laatste maand negentien Vlaamse producties. Dat bewijst hoe belangrijk de Vlaamse content is in ons televisielandschap. We zijn maar een klein taalgebied met een kleine afzetmarkt. En financiële ondersteuning kunnen we alleen maar toejuichen. Er wordt een koppeling gemaakt met cultuur. Het is een goed idee om film, een bevoegdheid van Cultuur, en tv-fictie, een bevoegdheid van Media, met elkaar te verbinden zodat ze elkaar versterken. Er is trouwens een grote overloop van regisseurs en acteurs tussen theater en film, tussen film en tv-series. Op zich is dat een interessante zaak omdat de verschillende artistieke disciplines elkaar zo bevruchten, en ook omdat er soms publiek wordt meegenomen naar wat moeilijker films en theatervoorstellingen. Dat is een interessante interactie.
Voorzitter, ik heb enkele vragen die thuishoren in een schriftelijke vraag, veeleer dan in een vraag om uitleg. Ik wil in de eerste plaats een volledig zicht krijgen op de evaluatie van het fonds. Minister, hoe evalueert u het eerste werkingsjaar van het Mediafonds? Hoe verloopt de beoordeling van de ingediende aanvragen? Welke parameters gelden daarbij? Bepaalde informatie kun je terugvinden. In die zin heeft het VAF een grote opening.
Hoeveel aanvragen kwamen er binnen in die rondes? Welke projecten kregen steun? Hoe zit het met de verhouding tussen de openbare en de private zenders? Speelt de openbare omroep een actieve rol om productiepartners aan te trekken door middel van het Mediafonds of wacht hij op initiatief van de producenten? De producenten worden hierin gesteund en moeten een akkoord hebben met de zender om het te tonen. Er is een interactie tussen de spelers op het terrein, die een en ander zou moeten stimuleren. Ik ga ervan uit dat dit ook het opzet is van deze constructie, maar ze heeft natuurlijk een effect op het aanbod voor de kijker voor een commercieel of openbaar net.
Minister, hoe verloopt de samenwerking met de minister van Cultuur, wat betreft het culturele luik van het VAF? Volstaat het begrote bedrag? Dit is geen suggestieve, maar een open vraag. En zo niet, wordt het aantal projecten dan beperkt? Als er meer aanvragen zijn dan geld in kas, hoe wordt daarmee omgegaan? Worden er projecten geweigerd of worden de bedragen van alle projecten verminderd?
De voorzitter : De heer Verstreken heeft het woord.
De heer Johan Verstreken : Ik denk dat niemand hier de werking van het VAF in twijfel trekt. Die mensen zijn enorm geëvolueerd in de positieve richting, als we zien wat ze nationaal en internationaal op de markt brengen en daar ook nog goed mee scoren. Maar ook niet-commerciële zaken krijgen daar een kans. Het is goed dat dit budget er is, en dat het Mediafonds werd opgericht. Gebeurt de beoordeling op dezelfde basis als bij het VAF? Wie zijn de mensen die dit beoordelen? Zijn dat dezelfde commissies? Hoe zit het met administratieve lasten in het kader van de administratieve vereenvoudiging? In het verleden was er nogal wat administratieve rompslomp.
De voorzitter : Minister Lieten heeft het woord.
Minister Ingrid Lieten : Ik geef een overzicht van waar we vandaag staan. Het Mediafonds wordt inderdaad beheerd door het VAF. We hebben daar specifiek voor gekozen om geen nieuwe organisaties op te richten en omdat het VAF de nodige kennis en ervaring heeft opgebouwd in aanverwante dossiers. De bedoeling is om samen een impuls te geven aan de creatie van kwalitatieve en hoogwaardige tv-fictie, tv-animatie, maar ook documentaires, en de participatie van het publiek aan dit aanbod te versterken. Het Mediafonds wil ook bijdragen tot hogere continuïteit en stabiliteit van onze Vlaamse onafhankelijke productiehuizen, zodat er permanent een bepaald bedrag beschikbaar is, waarvoor ze projecten kunnen indienen.
Het VAF wil ook de Vlaamse televisieomroepen een impuls geven om te blijven investeren in projecten die misschien minder vanzelfsprekend zijn door hun kostprijs, thema, vertelwijze of visuele aanpak, en die door de extra financiële inspanning toch zouden kunnen worden gemaakt. Concreet ondersteunt het Mediafonds tv-reeksen in de genres fictie, animatie en documentaire. De Vlaamse tv-omroepen zijn rechtstreeks betrokken omdat er altijd een cofinancier en coverspreider moet zijn van de afgewerkte reeksen. Ze zijn eventueel ook van in het begin betrokken als co-initiator. Maar dat is niet in alle gevallen zo. Het initiatief voor de aanvragen wordt meestal genomen door de productiesector zelf, die onafhankelijk is en die een idee of een concept heeft, en die gaandeweg aftoetst welke zender er interesse voor heeft.
Het door het VAF op poten gezette beoordelingssysteem bevat drie afzonderlijke beoordelingscommissies: één per genre, met telkens zes vaste leden en zes plaatsvervangers. Na één jaar proefdraaien blijkt dat beoordelingssysteem goed te werken. De op het Mediafonds toegepaste methodiek van het Filmfonds bewijst haar nut.
De modaliteiten uit de beheersovereenkomst, die wij met het VAF hebben afgesproken, worden in deze werkingsperiode van het Mediafonds uitgeprobeerd en aan de praktijk getoetst. Indien nodig zullen wij na één of twee jaar bijsturen in de tweede beheersovereenkomst. De huidige beheersovereenkomst geldt voor de jaren 2011 tot en met 2013. We kunnen bijvoorbeeld nagaan of de bedragen waarin is voorzien per categorie en per soort premie voldoende aansluiten bij de realiteit, bij de noden van het landschap en bij de beleidskeuzes, en of de gestelde voorwaarden en regels nuttig zijn en niet te veel overlast met zich meebrengen.
Het VAF inventariseert nu systematisch alle punten die voor verbetering vatbaar blijken. Het VAF moet onderzoeken hoe alles nog efficiënter kan worden georganiseerd. Op basis van gesprekken met de omroepen merkt het VAF een intentie om intensiever samen te werken met de onafhankelijke sector. Bij Eén en vtm bestaat er al geruime tijd een traditie van samenwerking met de onafhankelijke sector, vooral met betrekking tot fictie. Opvallend en positief is ook dat Eén vorig jaar heeft ingezet op een prestigieuze documentairereeks over armoede, met de intentie om deze reeks in primetime te kunnen uitzenden.
Het ontstaan van het Mediafonds heeft ook de interesse gewekt van de kleinere zenders, zoals Acht, dat zich ook al manifesteert als cofinancierder van projecten die passen binnen zijn imago en strategie. Er is ook interesse bij JIM en 2BE. De meeste zenders hebben dus intussen het Mediafonds ontdekt. Ze bekijken hoe ze er verder gebruik van kunnen maken. Ik vind het heel positief dat het niet bij de klassieke zenders blijft, dat ook de andere zenders deze opportuniteit onderzoeken.
Het aantal aanvragen kwam in het eerste jaar geleidelijk op gang. Uiteraard moest het Mediafonds zijn plaats in de samenleving en het landschap verwerven. Zowel de onafhankelijke sector als de omroepen hebben wat tijd nodig gehad, ook om ideeën om te zetten in projecten, en daar dan dossiers over klaar te maken om middelen aan te trekken. Slechts een deel van de financiering loopt via het Mediafonds. Men moet ook nog andere investeerders overtuigen.
Wij hebben het gevoel dat het Mediafonds steeds meer op kruissnelheid komt. Hoe dan ook zal het televisielandschap in Vlaanderen, ook de volgende weken en maanden, verder veranderen. De overname van VT4 en VIJFtv door De Vijver is een belangrijk element in de context, dat hopelijk een positieve uitwerking zal hebben voor het gebruik van het Mediafonds. Op 28 juni 2012 wordt een eerste publieke presentatie van de eerste resultaten van het Mediafonds gepland.
De ingediende aanvragen worden eerst door het interne team van het VAF getoetst op hun formele ontvankelijkheid: is het dossier volledig, bevat het alle documenten? Vervolgens worden de ontvankelijke aanvragen bezorgd aan de leden van de respectieve beoordelingscommissies fictie, animatie of documentaire. Deze commissies beoordelen de aanvragen en brengen een advies uit aan de raad van bestuur, die de definitieve aanvraagdossiers goedkeurt.
Er wordt gekeken naar de vorm en inhoud van het project, er wordt gekeken of uit het trackrecord van de personen die aan het project meewerken, blijkt dat ze voldoende geloofwaardig zijn zodat het project tot een goed einde kan worden gebracht, en er wordt ook gekeken naar de omkaderende factoren, zoals de ruimere productionele en de verspreidingscontext. Bij de beoordeling gaat de commissie uit van de criteria die in de beheersovereenkomst worden vermeld. Zo moet het gaan om producties die niet behoren tot het doorsnee aanbod van de omroepen en die niet of erg moeizaam tot stand zouden kunnen komen indien men enkel gebruik zou maken van de middelen van de omroepen. Het moet gaan om kwalitatieve Vlaamse omroepproducties: producties in reeksvorm met een hoogwaardig artistiek gehalte, overwegend van Vlaamse origine en met een hoog potentieel bereik. Het is de bedoeling zo veel mogelijk mensen te bereiken, niet om nicheprogrammas te maken voor een kleine groep. Het hoogwaardig artistiek gehalte hangt samen met kwaliteit en originaliteit. Het hoog potentieel bereik vertaalt zich in nationale en/of internationale waardering en/of publieksbereik. Verder geeft de beheersovereenkomst nog een aantal strategische doelstellingen mee, zoals het opsporen en stimuleren van nieuw talent, vernieuwing, originaliteit, culturele diversiteit, professionalisering van de sector en internationale samenwerking. Deze doelstellingen kunnen meespelen bij de beoordeling.
Er kwamen in totaal 44 aanvragen binnen voor 36 projecten. Dat komt doordat een project meermaals kan worden ingediend, in diverse stadia. Zo kan er eerst een dossier worden ingediend voor een scenario, en nadien een dossier voor de productie of de ontwikkeling. Er was sprake van 25 aanvragen voor fictie, 12 voor documentaires en 7 voor animatie. Uiteindelijk kregen 25 projecten steun, eveneens verspreid over die drie categorieën: het ging over 14 fictieprojecten, 6 documentaireprojecten en 5 animatieprojecten. Van de aanvragen waren er 20 op een of andere manier verbonden met de kanalen van de VRT, terwijl er 11 waren verbonden met de kanalen van de Vlaamse Media Maatschappij (VMMa), namelijk vtm, 2BE en JIM, er 2 waren verbonden met SBS, met VT4, en nog eens 3 waren verbonden met Bites Europe, dus met de zender Acht. Het ging dus over projecten in diverse stadia, zoals de scenario-ontwikkeling of de productie.
Het Mediafonds heeft niet bij elk project een volledig zicht op de wijze waarop het project is geïnitieerd, op wie het initiatief heeft genomen. Wel kwamen een aantal belangrijke projecten tot stand op initiatief van de openbare omroep. Een voorbeeld is de fictiereeks over de Eerste Wereldoorlog. We hebben dat hier ook al meermaals besproken. De VRT heeft een opdracht ter zake. Ook de documentairereeks over armoede is er gekomen op initiatief van de openbare omroep.
Over het al dan niet toekennen van de culturele bijdrage boven op de steun van het Mediafonds adviseert dezelfde beoordelingscommissie van het Mediafonds. Tot nog toe werd er steeds positief geadviseerd. Dat hoeft niet te verbazen: de prioriteiten van het Mediafonds leunen immers grotendeels aan bij de culturele criteria die sowieso al opgenomen zijn in de beheersovereenkomst van het VAF/Filmfonds. Het gaat namelijk ook over originaliteit en creativiteit, de ontwikkeling van nieuw talent, inhoudelijke of vormelijke vernieuwing, eigenzinnigheid en een inhoudelijke of vormelijke meerwaarde. In de procedure is een overleg tussen de beide ministers dus niet nodig. We hebben dat geregeld in de beheersovereenkomst met het VAF. Ik meen dat die samenwerking goed wordt georganiseerd binnen het Mediafonds. Ik zie ter zake dus geen problemen.
De vraag of het bedrag volstaat, is een moeilijke vraag. Tot nog toe heeft het bedrag volstaan en bleek het nog niet noodzakelijk om projecten louter om budgettaire redenen te weigeren. Natuurlijk bestaat het Mediafonds nog niet zo lang. In het opstartjaar heeft het niet tot een overbevraging geleid. Dit nieuwe instrument wordt steeds bekender bij de gevestigde onafhankelijke sector en bij de omroepen, maar een dergelijk project initiëren vergt tijd, en bovendien moeten er ook andere cofinanciers worden gevonden. Het is niet zo dat het Mediafonds het volledige project financiert. Er moeten dus andere partners worden gevonden, en het aantal partners in de markt lijkt me beperkt.
Men zegt me dat de doorlooptijd van idee naar productie voor dit soort programmas toch al gauw een à drie jaar in beslag kan nemen, afhankelijk van het genre. De taxshelterfinanciering kan eveneens het tempo beïnvloeden. Ook nieuwere spelers betreden stilaan het terrein, maar zij hebben ook wat tijd nodig om zich te organiseren en de nodige contacten op te bouwen. We moeten dus de resultaten van 2012 en 2013 afwachten, willen we enig antwoord kunnen geven op uw vraag of het budget momenteel voldoende groot is. We zullen ook moeten bekijken hoe de ontwikkelingen in het televisielandschap zich verder zullen vertalen in een vraag naar nieuwe producties en nieuwe vragen voor tegemoetkomingen door het Mediafonds. Natuurlijk kijken we ook naar de evoluerende rol van de dienstenverdelers Belgacom en Telenet, en naar het veranderende kijkgedrag door de digitalisering. Ook dat zijn allemaal factoren die de volgende jaren de context van het Mediafonds en het VAF zullen beïnvloeden.
We mogen al evenmin vergeten dat cofinanciering door een Vlaamse zender een voorwaarde is voor steun door het Mediafonds. Voor aanvragen voor scenariosteun volstaat een interessebrief van een omroep. In die fase is dat voldoende. Voor ontwikkelings- en productiesteun is er echter wel degelijk een financieel engagement van de omroep nodig. Dat engagement moet er dus zijn, wil men dat een project ontvankelijk wordt verklaard. Ik meen dus dat de omroepen zeer bepalend zijn voor de instroom van aanvragen en voor de toe te kennen bedragen. Hun beleid en hun eigen financieringscapaciteit hebben natuurlijk een rechtstreeks effect op de vraag aan het Mediafonds. Zij bepalen hoeveel geld er beschikbaar is, hoeveel vraag er is naar dergelijke programmas. Het is dan ook van het grootste belang de Vlaamse zenders te blijven aanmoedigen om gebruik te blijven maken van dit door de overheid gecreëerde instrument, niet alleen om hun aanbod voor hun kijkers waardevoller en diverser te maken, maar zeker ook om die stimulerende rol ten aanzien van onze onafhankelijke productiesector en het creatieve talent dat in die sector werkt, verder een kans te kunnen geven. Ik ben ervan overtuigd dat het Mediafonds ter zake een belangrijke rol te spelen heeft, ook in de toekomst.
De voorzitter : De heer Caron heeft het woord.
De heer Bart Caron : Minister, uw antwoord onderstreept het belang van zon Mediafonds. Na een jaar is het inderdaad misschien wat te vroeg om conclusies te trekken. Ik zal dat ook niet doen. Ik vind de start en de werkwijze interessant. Dit lijkt me waardevol voor de artistieke ontwikkeling van het televisielandschap, niet alleen voor fictie, maar ook voor documentaires en animatie. Ik ben ook blij dat 16 van de 36 projecten door niet-openbare omroepen werden opgepikt, maar tegelijk doet dat vragen rijzen. Dat lijkt me niet helemaal overeen te stemmen met de kijkcijferevenwichten die er in Vlaanderen zijn, maar op zich is dat niet zo belangrijk. Ik hoop dat de commerciële zenders hier genoeg een beroep op doen, want ik wil dat ook zij kwaliteit maken voor grote publieksgroepen. Daarvoor dient dit immers. We willen het hele televisielandschap, en niet alleen onze openbare omroep, op een hoog niveau houden, en zo werken we eigenlijk ook marktondersteunend ten aanzien van de privésector. Dat laatste wou ik even hardop zeggen. Dat is een interessante zaak.
Het is zeker de moeite waard om die stap te zetten. Ik volg het op, minister. In juli bij de publieke presentatie zullen we meer weten en de effecten zullen we na enkele jaren zien. Het is een belangrijke stap vooruit. De samenwerking met Cultuur verloopt goed en er is geen permanent overleg nodig. Ik vind het wel goed dat er één huis en één instrumentarium zijn gemaakt om film, televisiefictie, animatie en documentaire te ondersteunen, voorbij de politieke verdeling. Dat is een heel interessante kwestie, die relatief uitzonderlijk is in dit land, ten bate van de creatiesector. Daarover gaat het en in die zin ben ik blij met uw antwoord.
De voorzitter : De vraag om uitleg is afgehandeld.