Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Onroerend Erfgoed
Vergadering van 07/02/2012
Vraag om uitleg van de heer Marcel Logist tot mevrouw Joke Schauvliege, Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, over de sanering van militaire domeinen die bedoeld zijn voor verkoop/vervreemding
- 1019 (2011-2012)
De voorzitter : De heer Logist heeft het woord.
De heer Marcel Logist : Minister, wegens het transformatieplan van minister De Crem worden sommige militaire domeinen, of delen ervan, verlaten door de militairen. Momenteel zijn er een aantal domeinen of delen ervan die jammer genoeg staan te verloederen. Voor een aantal domeinen of delen ervan heeft Defensie gevraagd ze over te dragen aan een aankoopcomité met het oog op verkoop. Er werd gevraagd de dossiers op de website van patrimoniumdiensten te plaatsen en een verkoop aan de meestbiedende te organiseren. Sommige van die verkoopdossiers kennen helaas weinig of geen vooruitgang, waardoor de sites verder dreigen te verloederen.
Op basis van sommige bodemattesten, in opdracht van de OVAM, werd vastgesteld dat sommige terreinen vervuild of deels vervuild zijn. Alvorens tot een verkoop te kunnen overgaan, dringt een bodemsanering zich volgens mij dan ook op.
Minister, is deze bewering juist? Kunt u mij een stand van zaken geven van de bodemsaneringswerken op de militaire domeinen die men wil verkopen of vervreemden? Binnen welke termijn voorziet u een volledige sanering? Kan een militair terrein of een deel ervan verkocht worden zonder een sanering? Beïnvloedt het feit dat de grond niet gesaneerd is de verkoopsprijs? In hoeverre verhindert het wachten op een sanering een mogelijke verkoop?
De voorzitter : Mevrouw Eerlingen heeft het woord.
Mevrouw Tine Eerlingen : Minister, wanneer een bedrijf kampt met een grote historische verontreiniging, dan kan er in samenspraak met de OVAM worden gezocht naar een oplossing waar zowel het bedrijf, de Vlaamse overheid als het milieu beter van worden. Er zijn raamovereenkomsten tussen de OVAM en verschillende partijen zoals de NMBS-Groep, Umicore, De Lijn, Eandis, Tessenderlo Chemie, Colruyt. Er zijn tal van voorbeelden waar er overeenkomsten zijn. De OVAM voert ook voortdurend verder onderhandelingen waarbij bedrijfsspecifieke overeenkomsten kunnen worden gesloten. Mijn vraag is of Defensie ook onder die regeling valt. Kan er via de OVAM een overeenkomst worden gesloten waarbij die sanering kan plaatsvinden?
De voorzitter : Minister Schauvliege heeft het woord.
Minister Joke Schauvliege : Een van de doelstellingen van het Bodemdecreet is de bescherming van de verwerver. Bij de overdracht van een risicogrond moet een oriënterend bodemonderzoek uitgevoerd worden. Als daaruit blijkt dat er een verontreiniging aanwezig is, zal dit vermeld worden op het bodemattest en moet er eventueel een beschrijvend bodemonderzoek uitgevoerd worden. Indien de verontreiniging risicos inhoudt, dan moet er overgegaan worden tot sanering.
Op de website van Patrimoniumdiensten.be staan momenteel zes militaire terreinen. Ik zal ze opsommen. In Glabbeek is nog geen bodemattest afgeleverd. In Jabbeke is er een bodemattest maar is er geen verontreiniging gekend. In Oostende is er een bodemattest en geen bodemsanering vereist. In Staden is er een bodemattest maar geen verontreiniging gekend. In Veurne is er een bodemattest maar geen verontreiniging bekend. In Wingene is er ook een bodemattest maar geen verontreiniging gekend.
Van deze zes locaties zijn er dus vier met een blanco bodemattest, één waarvoor het bodemattest nog moet worden aangevraagd en één waarbij de verontreiniging geen aanleiding geeft tot bodemsanering. Twee locaties, Staden en Jabbeke, met een blanco bodemattest werden al verkocht. Bijgevolg worden momenteel geen bodemattesten weergegeven waarop vermeld wordt dat bodemsanering noodzakelijk is.
Begin 2011 is er een bedrijfsspecifieke overeenkomst afgesloten tussen Defensie en OVAM om alle militaire risicogronden te inventariseren en te onderzoeken. Een van de doelstellingen hiervan is een duidelijk zicht te krijgen op het historische verontreinigingspassief van Defensie. Dit zorgt voor een systematische verduidelijking van de partrimoniumwaarde.
De vraag naar de termijn voor een volledige sanering van alle militaire terreinen moet aan de federale minister van Defensie gesteld worden.
Volgens de normale overdrachtsprocedure van het Bodemdecreet kan de overdracht van een verontreinigde risicogrond pas plaatsvinden na de conformverklaring van het bodemsaneringsproject. Er bestaan ook uitzonderingsprocedures. De overdracht na een beschrijvend bodemonderzoek is mogelijk volgens artikel 115 van het Bodemdecreet in het geval de verwerver bereid is om de uitvoering van de saneringsplicht op zich te nemen en daarvoor een financiële zekerheid heeft gesteld. De kostprijs voor de bodemsanering kan verrekend worden met de verkoopsprijs. De overdracht in een vroeger stadium kan alleen door middel van een zogenaamde artikel 164-aanvraag dat is een afwijking op het Bodemdecreet omwille van dringende en socio-economische redenen. Ook daar wordt een financiële zekerheid en een verbintenis tot het uitvoeren van een eventuele bodemsanering gevraagd.
De voorzitter : De heer Logist heeft het woord.
De heer Marcel Logist : Minister, op het militaire vliegveld van Goetsenhoven zouden vier locaties vervuild zijn. Volgens het rapport van Enviro+ van 29 november 2011 gaat het hier vooral over mors- en lekverliezen. Momenteel zijn er geen lopende veiligheids- en of voorzorgsmaatregelen van toepassing. De vervuiling is niet bedreigend voor de gezondheid van mens, dier of omgeving. Nog volgens Enviro+ bedraagt de complete kostprijs voor de sanering ongeveer 135.000 euro. Dat is toch een zeer minimaal bedrag. Zonder die sanering kan het vliegveld niet worden verkocht. Als we de wandelgangen mogen geloven, loopt Defensie zon 6 miljoen euro mis omdat het vliegveld niet verkocht geraakt. Intussen raakt het vliegveld ten prooi aan vandalisme en verval. Op die manier heeft niemand er nog iets aan. Ik zou deze situatie willen keren, niet enkel voor het vliegveld van Goetsenhoven maar ook voor alle soortgelijke vliegvelden.
De voorzitter : Minister Schauvliege heeft het woord.
Minister Joke Schauvliege : Het klopt dat een aantal zaken moet gebeuren. De vraag is ook wat er in de overeenkomst staat die wordt afgesloten. Er kan sprake zijn van het afstoten van militaire domeinen, maar er kan ook een soort raamovereenkomst worden opgemaakt. Mevrouw Eerlingen heeft daarnaar verwezen. Ook in dat geval moeten wij zicht hebben op de situatie. Ofwel is er een afwijking op basis van dringende omstandigheden, ofwel moet er zicht zijn op de historische verantwoordelijkheid en op de manier waarop er zal worden opgeruimd. We gaan zomaar niet met een blanco cheque een overeenkomst sluiten of een militair domein overnemen zonder dat we weten wat het kostenplaatje daarvan is en wie welke kosten op zich zal nemen. Dat is een daad van goed bestuur.
De voorzitter : De heer Logist heeft het woord.
De heer Marcel Logist : Overleg met de federale minister en met de OVAM lijkt me hier dringend noodzakelijk.
De voorzitter : Het incident is gesloten.