Commissie voor Economie, Economisch Overheidsinstrumentarium, Innovatie, Wetenschapsbeleid, Werk en Sociale Economie
Vergadering van 09/02/2012
Vraag om uitleg van de heer Robrecht Bothuyne tot mevrouw Ingrid Lieten, viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding, over de impact van de ingevoerde omzettingstaks voor effecten aan toonder op de aandeelhouders van ARKimedes
- 928 (2011-2012)
De voorzitter : De heer Bothuyne heeft het woord.
De heer Robrecht Bothuyne : Voorzitter, minister, collegas, over ARKimedes moet ik hier niet veel uitleg geven. Het is een heel goed beleidsinitiatief dat een aantal jaren geleden werd genomen. De bedoeling ervan is om een stuk van het risicokapitaal te verschaffen. Toen werden 300.000 aandelen en 150.000 obligaties uitgegeven.
ARKimedes opteerde destijds voor effecten aan toonder, maar geen enkele belegger heeft er effectief voor gekozen om een papieren versie te ontvangen, en dat betekent de facto dat alle aandelen en obligaties elektronisch op naam werden toegewezen. Omdat het echter formeel om effecten aan toonder gaat, moeten ze volgens de nieuwe regelgeving worden omgezet in effecten op naam, en dat zou ten laatste op 6 februari gebeurd moeten zijn.
Door een beslissing van de nieuwe Federale Regering werd op 1 januari echter een belasting ingevoerd op de omzetting van effecten aan toonder: een belasting van 1 procent op de omgezette waarde, zelfs als het om niet-gedrukte effecten aan toonder gaat. Dat zou betekenen dat alle ARKimedes-aandeelhouders deze omzettingstaks zouden moeten betalen. Dat zou de inspanningen van de Vlaamse Regering om van dit instrument een fiscaal aantrekkelijke belegging te maken in groeibedrijven, gedeeltelijk ongedaan maken. En we weten allemaal dat de waarde van de inleg van toen, niet meer de waarde is van de huidige aandelen.
Minister, ik heb dus een aantal vragen. Bent u zich bewust van dit probleem? Wat betekent dit concreet voor de betrokken private beleggers? Wordt er gezocht naar een oplossing om te voorkomen dat er op deze effecten een omzettingstaks moet worden betaald? Hebt u hierover al overleg gepleegd met uw federale collegas? Zo ja, wat is daar de uitkomst van? Ondertussen zitten we met ARKimedes-bis, een nieuwe, betere versie. Hoe ver staat het daarmee? Hoeveel nieuwe ARKIVs zijn ondertussen erkend of staan dicht bij een erkenning? Zijn er al nieuwe investeringen verricht of tegen wanneer kunnen deze verwacht worden?
De voorzitter : Minister Lieten heeft het woord.
Minister Ingrid Lieten : Mijnheer Bothuyne, we zijn ons heel goed bewust van het federaal regeerakkoord van 1 december 2011 en van de belasting die daarin werd opgenomen voor de omzetting van aandelen aan toonder. Het ARKimedes-Fonds heeft ons meteen ingelicht over de mogelijke impact van deze taks op de 300.000 B-aandelen aan toonder en de 140.000 obligaties aan toonder.
Ondernemingen hebben tot en met 31 december 2013 de tijd om hun effecten aan toonder om te zetten op naam of te dematerialiseren. Daar het ARKimedes-Fonds in praktijk geen materiële effecten in omloop heeft, maar enkel effecten op naam of effecten aan toonder die geboekt zijn op een effectenrekening bij een bank, en gezien het proces tot dematerialisatie ook de verplichting tot aanstelling van een erkend rekeninghouder met zich meebrengt met bepaalde recurrente kosten voor het fonds, was de raad van bestuur van het ARKimedes-Fonds vorig jaar nog van oordeel om de procedure tot dematerialisatie pas in 2013 door te voeren. Toen eind 2011 evenwel duidelijk werd dat de in het federale regeerakkoord aangekondigde taks op effecten aan toonder vanaf 1 januari 2012 ingevoerd zou worden, heeft de raad van bestuur van het ARKimedes-Fonds onmiddellijk het proces tot dematerialisatie geactiveerd. Hoewel er toen nog geen definitieve wetteksten beschikbaar waren, besloot de raad van bestuur om de procedure zo snel mogelijk af te wikkelen.
De omzettingstaks werd vastgesteld in de artikelen 61 tot en met 69 van de wet houdende diverse bepalingen van 28 december 2011, die op 30 december in het Belgisch Staatsblad werd gepubliceerd. De eerste oproep voor de buitengewone algemene vergadering van het ARKimedes-Fonds, met als agendapunten de dematerialisatie van de effecten, werd op 30 december gepubliceerd, met inachtneming van de wettelijke oproepingstermijn van vijftien dagen. De eerste buitengewone algemene vergadering vond plaats op 16 januari, voor notaris Van Melkebeke te Brussel, maar kon niet rechtsgeldig beraadslagen omdat het vereiste aanwezigheidsquorum van 50 procent van de aandeelhouders niet werd bereikt. De dag daarop, op 17 januari, volgde de publicatie tot het bijeenroepen van de tweede buitengewone algemene vergadering met dezelfde agenda, uiteraard opnieuw met inachtneming van de wettelijke oproeptermijn van vijftien dagen. Die tweede buitengewone algemene vergadering vond plaats op 2 februari. Er kon wel rechtsgeldig worden vergaderd. De algemene vergadering keurde de dematerialisatie van de aandelen en obligaties met ingang vanaf 6 februari, alsook de overeenkomstige statutenwijziging van het ARKimedes-Fonds goed. Ondertussen duidde het fonds Dexia Bank België aan als erkend rekeninghouder.
Ik moet echter zeggen dat het ook na de publicatie van die wetgeving nog onduidelijk blijft of de niet materieel in omloop zijnde aandelen en obligaties van het ARKimedes-Fonds die voorheen al geboekt waren op een effectenrekening, bij de dematerialisatie nu al dan niet aan de taks onderhevig zijn. Fiscale experts zijn het daar volgens het ARKimedes-Fonds niet altijd over eens. De huidige wetgeving stipuleert het volgende: De vorderbare taks wordt berekend op de datum van neerlegging. De vraag blijft wat de wetgever bedoelt met neerlegging, omdat er nu eenmaal geen fysieke neerlegging van die effecten van het ARKimedes-Fonds mogelijk is. Om die onduidelijkheid weg te werken, heb ik eerst informeel advies ingewonnen bij de Federale Overheidsdienst Financiën. Ondertussen heb ik ook formeel een brief geschreven aan minister Vanackere.
ARKimedes Management ontving voor ARKimedes-Fonds II twintig erkenningsaanvragen en -beloften, voor een totaalbedrag van 195,7 miljoen euro, waarvan 63,3 miljoen euro aan erkenningsbeloften. Uiteindelijk werden daarvan tien dossiers gekozen: vijf erkenningen werden uitgereikt voor een bedrag van 59,5 miljoen euro en vijf erkenningsbeloften werden gedaan voor een bedrag van 39,5 miljoen euro. Eind 2011 werden reeds vijf van de tien gekozen dossiers ook effectief opgericht. Het betreft de volgende nieuwe ARKIVs onder ARKimedes-Fonds II: Gimv Arkiv Tech Fund II nv, Hummingbird ARKIV nv, KMOFIN 2 nv, Vectis ARKIV nv en Vesalius Biocapital II ARKIV nv. De partijen met een nog lopende erkenningsbelofte zijn ondertussen druk bezig met hun private fundraising en/of het inwilligen van de overige voorwaarden gekoppeld aan hun erkenningsbelofte. Een van de dossiers met een erkenningsbelofte, namelijk ARK Angels Activator Fund, heeft zijn fundraising inmiddels kunnen voltooien en wordt wellicht deze maand nog opgericht, met een kapitaal van 11,3 miljoen euro, waarvan 5 miljoen euro afkomstig zal zijn van ARKimedes-Fonds II. Daardoor zal ARKimedes-Fonds II tegen eind februari al 57 miljoen euro van zijn middelen definitief hebben toegezegd aan de zes opgerichte ARKIVs.
Van de reeds aan de vijf opgerichte ARKIVs toegezegde middelen is tot op heden 9,6 miljoen euro volgestort. Volstortingen gebeuren naar rato van het investeringsritme van de ARKIVs. Vier van de vijf opgerichte ARKIVs hebben sinds hun oprichting ook al geïnvesteerd in Vlaamse kmos. Tot op heden werd in vier kmos geïnvesteerd, voor een totaalbedrag van 3,6 miljoen euro. Daarnaast staan er nog voor 1,1 miljoen euro aan contractuele investeringsverplichtingen open. Het spreekt vanzelf dat het investeringsritme van de ARKIVs pas echt op gang zal komen in de tweede helft van 2012, wanneer de beheerders van al die ARKIVs zich volledig kunnen toeleggen op hun dealflow en het afwerken daarvan.
Daarmee hoop ik u een antwoord te hebben gegeven met betrekking tot wat vandaag vaststaat. Informeel horen we dat die taks niet van toepassing zou zijn, maar dat zeg ik onder voorbehoud. We hebben nu een brief gestuurd aan minister Vanackere, in de hoop een iets formeler antwoord te krijgen.
De voorzitter : De heer Bothuyne heeft het woord.
De heer Robrecht Bothuyne : Minister, ik dank u voor uw antwoord en voor de geleverde inspanningen wat die taks betreft. Hopelijk zal wat informeel was, snel formeel worden. We zullen de bevoegde minister, die een partijgenoot is, daar ook nog eens op wijzen. Er is ook het goede nieuws met betrekking tot het operationeel maken van ARKimedes-Fonds II. Daar is goed gewerkt. Er is vooruitgang geboekt. We zien dat er al effectief investeringen zijn gebeurd. Dat doet het beste hopen voor het vervolg van ARKimedes-Fonds II in 2012.
De voorzitter : Het incident is gesloten.