Commissie voor Onderwijs en Gelijke Kansen
Vergadering van 26/01/2012
Vraag om uitleg van mevrouw Kathleen Deckx tot de heer Pascal Smet, Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel, over het ICT-onderricht in het secundair onderwijs
- 845 (2011-2012)
De voorzitter : Mevrouw Deckx heeft het woord.
Mevrouw Kathleen Deckx : Voorzitter, minister, collegas, we hebben het hier al meermaals gehad over tekorten aan mensen die opgeleid zijn in ICT. Een aantal mensen hebben de laatste weken hun mening daarover geuit, onder meer Saskia Van Uffelen, ICT Woman of the Year. Zij zegt dat het onder andere te maken heeft met het ICT-onderricht in het secundair onderwijs in Vlaanderen. Zij stelt dat ICT niet als volwaardig wordt gezien en de opleidingen alleen maar bestaan uit het gebruik van enkele standaardprogrammas, waardoor de jongeren een verkeerd beeld van informatica krijgen en slechts weinigen van hen voor die informaticastudies kiezen.
Chris Smits, secretaris-generaal van het Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs, vult aan. Volgens hem zou het wel eens kunnen dat ook het tekort aan specifiek opgeleide leerkrachten informatica daarmee te maken heeft. Wellicht is het daardoor dat de leerstof op een andere manier aangebracht wordt aan de leerlingen, wat een mindere interesse van de jongeren in het vak teweeg kan brengen.
Dat er weinig effectief opgeleide leerkrachten aan de slag zijn, zou dan weer te maken hebben met het feit dat er niet zo veel ICT-opgeleiden zijn en dat de loon- en arbeidsvoorwaarden in de bedrijven voor hen aantrekkelijker zijn dan in het onderwijs.
Ik heb de leerplannen en -doelstellingen eens bekeken, en hoewel ik geen specialist ben, stel ik vast dat er inderdaad maar één aspect van de informatica belicht wordt. Nochtans kunnen veel jongeren al op heel jonge leeftijd gebruik maken van bepaalde programmas die in het secundair onderwijs nog aangereikt worden. Het is dan ook de vraag hoe de scholen, zowel op praktisch vlak als op het vlak van lesprogrammas, de jongeren kunnen prikkelen. Een goed opgeleide lesgever zou in dat geval al een stap in de goede richting kunnen zijn.
Minister, erkent u dat er een probleem is met het aantal gediplomeerde ICT-leerkrachten in het secundair onderwijs? Zijn er acties die u desgevallend zou kunnen ondernemen? Hoe reageert u op de kritiek van de ICT Woman of the Year? Moeten de vakinhouden voor informatica aangepast worden? Zo ja, op welke manier? Zouden bedrijfsstages of bedrijfsbezoeken een oplossing kunnen zijn? Op welke manier zou een wisselwerking tussen bedrijfsleven en onderwijs het informaticaonderricht kunnen verbeteren of ondersteunen? Hebt u plannen om te overleggen met de sector of de koepels in dit kader?
De voorzitter : Mevrouw Celis heeft het woord.
Mevrouw Vera Celis : Minister, onze generatie in het onderwijs werd bestempeld als de verloren generatie van de ICT, omdat dat niet in onze opleiding zat, ook later niet in de lerarenopleiding en het hoger onderwijs. De computer was immers geen evidentie.
Het is een wetenschap die met rasse schreden vooruitgaat. Ik sluit me aan bij de stelling over de ongemakken die er zijn rond de ICT-programmas en over wat de leerlingen nu eigenlijk leren, waardoor ze eigenlijk een beetje achterlopen. Mijn zoontje zit nu in het vijfde leerjaar, en wat hij al niet kent van die computer! Als ik dan zie wat er in het secundair onderwijs wordt aangereikt, dan kan ik alleen maar vaststellen dat hij daar niets leert. Een beetje bijsturing zou dus wel nuttig zijn. Ik denk dat in de bestaande vakken zoals technologie, ruimte moet worden gemaakt om een antwoord te bieden op zaken zoals analytisch denken, programmeren enzovoort.
De voorzitter : Minister Smet heeft het woord.
Minister Pascal Smet : De analyse klopt. Bij de organisatie van het onderwijssysteem wordt de inhoud bepaald door de scholen en niet zozeer door ons. Wij leggen wel eindtermen op. Niets belet de scholen om dat vandaag spontaan aan te passen. Het Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs kan zijn scholen vragen om hun opleidingsprogrammas aan te passen.
We moeten het onderwijs aantrekkelijker maken, ook op het vlak van ICT. Dat hangt samen met technologie, wetenschap, wiskunde enzovoort. We hebben al een actieplan, dat u morgen zal worden overgemaakt. Daarin worden acties opgenomen die meer bevatten dan enkel ICT. Het zou niet verstandig zijn om ons te beperken tot ICT. Het is ruimer dan dat. Er is ook de hervorming van het secundair onderwijs. We hebben ook de sectorconvenanten die dit jaar worden herzien. Met die sectorconvenanten kunnen we via de sectoren en via hun kennis en expertise mee de schouders zetten onder een coherent stimuleringsbeleid rond streekeigen management (STEM) dat voldoende slagkracht heeft en voldoende rendeert. Daarbij moeten we ook kijken naar acties zoals het stimuleren van een grotere instroom in technische en ICT-beroepen op basis van een goede analyse.
Het gaat hier om een structurele aanpak die we hier op korte termijn zullen bespreken in het kader van de hervorming van het secundair onderwijs en van de sectorconvenanten.
De voorzitter : Mevrouw Deckx heeft het woord.
Mevrouw Kathleen Deckx : Ik ben blij dat u ons standpunt deelt. Wat mevrouw Celis zegt, heb ik ook ondervonden. Ik begrijp dat dit probleem niet onmiddellijk kan worden opgelost. Een deel van de verantwoordelijkheid ligt bij de desbetreffende scholen. Een sectorconvenant lijkt me een goed idee. Alles evolueert zo snel dat scholen het niet meer kunnen bijhouden. Samenwerking met bedrijven is in elk geval een positieve zaak. Blijft natuurlijk de problematiek van de leerkrachten. Daar zitten we in een vicieuze cirkel. Ik kan me voorstellen dat ze op dit ogenblik nog moeten komen ingevolge de plannen die nu worden gemaakt. In een dergelijk specifiek luik is het heel belangrijk dat die leraar gespecialiseerd is. Zoals mevrouw Celis zegt, is de jonge generatie heel snel met die zaken. Het is niet bij te benen als je daar niet mee opgegroeid bent. Ik denk dat daar zeker en vast nog aandacht naar moet gaan. Ik steun u wel in uw redenering.
De voorzitter : Mevrouw Celis heeft het woord.
Mevrouw Vera Celis : Ik denk dat de leerkrachten dikwijls heel veel kunnen leren van hun studenten en kinderen.
De voorzitter : Het incident is gesloten.