Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Onroerend Erfgoed
Vergadering van 11/10/2011
Vraag om uitleg van mevrouw Valerie Taeldeman tot mevrouw Joke Schauvliege, Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, over een sociaal tarief voor drinkwater
- 2885 (2010-2011)
De voorzitter : Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Mevrouw Valerie Taeldeman : Voorzitter, minister, geachte leden, voor elektriciteit en ook voor gas bestaat er een sociaal tarief om bescherming te bieden aan consumenten met een laag inkomen of in een kwetsbare situatie. Wat water betreft, verplicht het Drinkwaterdecreet de drinkwatermaatschappijen om per abonnee 15 kubieke meter drinkwater per inwonend gezinslid gratis te leveren. In een aantal gevallen komt men voor de bijdrage zuivering en/of afvoer in aanmerking voor vrijstelling of vermindering, indien men voldoet aan een aantal voorwaarden opgenomen in het Drinkwaterdecreet.
Afgelopen zomer, op 14 juli, las ik een persbericht van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening (VMW). Die zou de intentie hebben om een sociaal tarief voor het leidingwater in te voeren. In het artikel was er sprake van een verlaging van de vaste vergoeding. De VMW rekent een vaste vergoeding van 48 euro aan. Er werd voorgesteld dat te verlagen tot 36 euro. Een ander probleem was de aanpak van de betalingsachterstallen door de watermaatschappijen, en de mogelijke afsluitingen. Het is hier echter al aan bod gekomen, met de ombudsman: met het nieuwe waterverkoopreglement krijgen klanten de waarborg dat hun watervoorziening niet zomaar kan worden afgesloten. De drinkwatermaatschappijen zullen worden verplicht om eerst aan te kloppen bij de OCMWs.
Minister, wat is de stand van zaken met betrekking tot dat door de VMW aangekondigde sociaal tarief voor drinkwater? Hoe zou dat tarief eruitzien? Voor wie zal dat van toepassing zijn? Zal dit ook naar de andere drinkwatermaatschappijen worden doorgetrokken? De VMW is immers niet de enige drinkwatermaatschappij in Vlaanderen. Hebt u, wat de problematiek van de achterstallige betalingen betreft, zicht op de verdere behandeling van de wanbetalers en de eventuele afsluitingen in Vlaanderen?
De voorzitter : Mevrouw Hostekint heeft het woord.
Mevrouw Michèle Hostekint : Minister, het is natuurlijk een goede zaak dat het drinkwaterverkoopreglement een aantal stappen in de goede richting bevat. U zult zich herinneren dat ik u al meermaals heb ondervraagd over de afsluitingen van de watervoorziening. Vorig jaar werden meer dan 2000 gezinnen van drinkwater afgesloten. Ook in het verleden kon die afsluiting natuurlijk niet zomaar gebeuren. Ook toen moest men via de lokale adviescommissies (LACs) gaan om die afsluiting te kunnen realiseren. Het is goed dat men eerst via het OCMW moet passeren, maar aankloppen bij het LAC zou natuurlijk ook moeten impliceren dat er eerst een maatschappelijk onderzoek gebeurt voor wordt overgegaan tot die afsluiting. Welke extra waarborgen hebt u dat die afsluitingen niet zomaar of minder gemakkelijk dan in het verleden zullen gebeuren? Hebt u zicht op het aantal afsluitingen tot nu toe in de loop van dit jaar? Het is toch al oktober. Zijn die op hetzelfde niveau gebleven, zijn ze gestegen of is er al een merkbare daling waar te nemen?
De voorzitter : Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Mevrouw Karin Brouwers : Tijdens het zomerreces kreeg ik de kans om enkele dagen stage lopen bij de VMW. De hele tarievenstructuur werd mij toen uitgelegd. Die zit vrij ingewikkeld in elkaar. Ik heb daar vernomen dat het waterverbruik in de Vlaanders vrij laag ligt, maar dat ze relatief gezien toch meer betalen. Naarmate je opschuift naar het oosten van Vlaanderen, stijgt dat waterverbruik. In Limburg is er dan het hoogste waterverbruik. Toch zijn de tarieven daar het laagst. De reden daarvoor is dat dat allemaal intercommunaal geregeld is. Men moet daarvoor verder ook nog toestemming krijgen van de FOD Economie, enzovoort. Welke impact zou de Vlaamse Regering kunnen hebben op die tarievenstructuur?
In het decreet zit er die gratis 15 kubieke meter. De VMW heeft daar grote bedenkingen bij. Wij zijn het enige land ter wereld dat gratis zuiver drinkwater ter beschikking stelt. Misschien zouden we op een andere manier veel beter herverdelend kunnen werken. Minister, ik kijk alvast uit naar uw antwoord.
De voorzitter : Minister Schauvliege heeft het woord.
Minister Joke Schauvliege : Er zijn momenteel drie watermaatschappijen die een sociale correctie toepassen op de drinkwatercomponent, namelijk de Tussengemeentelijke Maatschappij der Vlaanderen voor Watervoorziening (TMVW), de Provinciale en Intercommunale Drinkwatermaatschappij der Provincie Antwerpen (PIDPA) en de watermaatschappij van Knokke-Heist.
Men zou eigenlijk nog een andere correctie kunnen toepassen, namelijk op de bovengemeentelijke en gemeentelijke saneringscomponenten. Ook daar zijn er dus verschillen. Als het de drinkwatermaatschappij is, geldt het voor iedereen die is aangesloten bij die drinkwatermaatschappij. Als het gemeentelijk is, is de situatie natuurlijk overal anders. Ook daar worden er correcties toegepast. Sommige gemeenten doen meer tegemoetkomingen dan andere.
Ik heb opdracht gegeven aan de waterregulator, de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), om aan de hand van een aantal scenarios na te gaan of het mogelijk is om een algemeen sociaal tarief in Vlaanderen in te voeren. Het uitgangspunt is dat een sociale correctie van de drinkwatercomponent uniform moet zijn voor Vlaanderen. Een rechthebbende zou dan, ongeacht zijn woonplaats, een gelijke behandeling krijgen. Aangezien elke watermaatschappij momenteel verschillende tarieven hanteert, is dat niet evident. Dat bemoeilijkt het uitwerken van een uniforme sociale correctie. Het is inderdaad niet evident omdat er overal andere prijzen gelden, zoals mevrouw Brouwers aanhaalt.
Het algemeen waterverkoopreglement bepaalt veel duidelijker de rechten en plichten van de klant en de drinkwatermaatschappijen. Er staan duidelijke stappen in die moeten worden gevolgd voor wanbetalers en eventuele afsluitingen. Er werd een uniforme aanpak vastgelegd. Concreet gebeurt dat als volgt: bij de eerste wanbetaling krijgt men een aanmaning. Daar staat dan specifiek in wat er zou kunnen gebeuren als je in gebreke blijft. Nadien komt er een echte ingebrekestelling, waarin die hele procedure nog eens wordt herhaald. In een derde stap wordt effectief overgegaan tot afsluiting. Die laatste stap gebeurt niet zonder het inschakelen van de LACs. Net zoals bij energie en aardgas gebeurt er eerst een controle door de LACs. We zien daar heel grote regionale verschillen in. Die problematiek is gekend bij minister Vandeurzen, bevoegd voor welzijn. Hij is reeds gesprekken gestart om dat uniformer te laten verlopen.
De manier waarop je nadien opnieuw kunt worden aangesloten, is ook opgenomen in het waterverkoopreglement. Er worden betere garanties geboden om dat te herstellen.
Er is ook een rapporteringsverplichting over het aantal wanbetalers en afsluitingen. Het waterverkoopreglement bepaalt hoe die cijfers ter beschikking moeten worden gesteld. Vanaf volgend jaar zullen wij daar een eerste uniforme rapportering over hebben. Eind dit jaar zullen het nog de cijfers van de verschillende drinkwatermaatschappijen zijn. Mevrouw Hostekint, ik heb die cijfers nog niet ontvangen. Zodra ik ze heb, zal ik ze meedelen.
De bezorgdheid over een vorm van minimumlevering, bijvoorbeeld door het werken met budgetmeters, is terecht. Er is daar echter een praktisch probleem. Je kunt wel een verlaagde hoeveelheid ampère of aardgas ter beschikking stellen, maar bij water blijkt dat niet te lukken. Een budgetmeter voor water blijkt technisch onmogelijk te zijn. Ook in het buitenland bestaat dat niet echt. Ook het plaatsen zelf van de meters blijkt niet evident te zijn. We blijven in ieder geval zoeken naar een oplossing.
De voorzitter : Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Mevrouw Valerie Taeldeman : Minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik ga in mijn regio vaak naar een vereniging waar armen het woord nemen. Dat is het parochiaal centrum De Kring in Eeklo. Zij hebben een speciale werkgroep van mensen die in armoede leven. In het Vlaams Parlement spreken we vaak over energiearmoede en over de onrustwekkende cijfers van mensen die worden afgesloten van elektriciteit, aardgas, enzovoort. We vergeten vaak dat water ook in die problematiek zit. Heel veel mensen hebben problemen om hun waterfactuur te betalen.
Ik begrijp uit uw antwoord dat u de VMM opdracht hebt gegeven te zoeken naar een soort van globaal sociaal tarief. We zitten in Vlaanderen met verschillende drinkwatermaatschappijen met heel veel verschillende tarieven en correcties. Ik ben blij dat u die opdracht al gegeven hebt. Kan het resultaat van die studie te gepasten tijde worden toegelicht in de commissie? Dan kunnen we bekijken of het inderdaad haalbaar is om een algemeen sociaal tarief in te voeren op de drinkwaterfactuur.
De LACs zijn ook actief bij elektriciteit en gas. Ik dacht dat er ooit een brochure verschenen is over de meest ideale manier om een LAC te organiseren, over de deelnemers en de werking van zon procedure. Bestaat die brochure nog? Kan die worden herwerkt? Kan er nadien een nieuwe campagne worden gevoerd bij de OCMWs zodat er kan worden gewerkt aan een uniforme aanpak en werking van die LACs in Vlaanderen?
De voorzitter : Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Mevrouw Karin Brouwers : Die verschillen in tarieven hebben ook te maken met de kostprijs. In mijn regio is het water meteen drinkbaar, mits een kleine toevoeging. Het complex in Kluizen was immens. Daar liggen de productieprijzen, en dus ook de tarieven, hoger.
Ik ben blij dat er alleszins voor de sociale tarieven grotere transparantie zal komen na de studie van de VMM.
De heer Bart Martens : 80 tot 90 procent van de drinkwaterprijs omvat de kosten van het net. Meer landelijke gebieden dragen dan meer kosten dan stedelijke gebieden. Je zit dan ook met het min of meer pervers mattheuseffect dat, naarmate het waterverbruik afneemt en onze inspanningen om rationeel waterverbruik te stimuleren resultaat opleveren, die vaste kosten van het net moeten worden uitgesmeerd over een smaller volume water. En het zijn vaak die gezinnen die zich geen spaardouchekop, een aparte toiletspoeling met regenwater of een regenwatertank kunnen permitteren, die hun tarieven zien stijgen, terwijl de meer gegoede gezinnen, die die investeringen wel kunnen dragen, steeds minder water gaan gebruiken en daardoor minder kosten van het net dragen. Dat is een aspect dat we eens grondiger zouden moeten bestuderen, want het werkt omgekeerd sociaal herverdelend.
De voorzitter : Het incident is gesloten.