Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Onroerend Erfgoed
Vergadering van 09/02/2011
Vraag om uitleg van mevrouw Mercedes Van Volcem tot de heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, over de vergunning voor elektrische laadpalen
- 1074 (2010-2011)
De voorzitter : Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Mevrouw Mercedes Van Volcem : Minister, de elektrische auto is in Vlaanderen aan een opmars bezig. We lezen ook dat een dergelijke auto een van de ideale middelen is om zich in de stad te verplaatsen. In de steden leeft de vraag waar men die elektrische laadpalen moet installeren. Gaat het om straatmeubilair als men ze op openbaar domein installeert? Zijn ze al dan niet vergunningsplichtig? Als ze op privédomein worden geplaatst, wordt verwezen naar het bijzonder plan van aanleg of is de vraag of het om een verkaveling gaat of niet. Kunt u me daarover duidelijkheid verschaffen? Meestal zullen ze met privégeld worden bekostigd, terwijl ze dikwijls op openbaar domein worden geplaatst. Wat is uw visie daarover? Wat zult u op korte termijn doen? Zult u de regelgeving aanpassen? Is het de bedoeling een stimulerend beleid te voeren?
De voorzitter : Minister Muyters heeft het woord.
Minister Philippe Muyters : Mevrouw Van Volcem, dankzij de recente aanpassingen aan het Vrijstellingenbesluit hebben we het probleem opgelost. In het verleden was er een lijst waarbij a contrario alles wat niet letterlijk op die lijst stond, door sommigen als vergunningsplichtig werd beschouwd. Door het gebruik van verzamelbegrippen hebben we dat nu opgelost.
Het plaatsen van een elektrische laadpaal in de onmiddellijke omgeving van een woning is vrijgesteld. Een dergelijke constructie kan immers aanzien worden als een kleine tuinconstructie, naar analogie met een brievenbus of een lantaarn in de voortuin. Dat kan zowel over een residentiële woning als over een landbouw- of bedrijfswoning gaan. Deze vrijstelling is terug te vinden in artikel 2.1 van het Vrijstellingenbesluit.
Op het openbaar domein kan een dergelijke laadpaal beschouwd worden als een gebruikelijke aanhorigheid van het openbaar domein. Men kan het vergelijken met een lantaarnpaal, een flitspaal, een parkeermeter. Het gaat over iets met een beperkt ruimtebeslag. Daarnaast blijft de wegbeheerder zijn rol vervullen om te waken over een oordeelkundige plaatsing.
Ik wil er wel duidelijk aan toevoegen dat die handelingen in geen van de twee gevallen in strijd mogen zijn met de stedenbouwkundige voorschriften, de voorschriften van gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen ( RUPs), plannen van aanleg of verkavelingen. Ook bij een vrijstelling kunnen er gemeentelijke voorschriften zijn.
De voorzitter : Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Mevrouw Mercedes Van Volcem : Minister, ik dank u voor uw antwoord. Twee juristen op mijn dienst waren niet zeker. Uw antwoord is duidelijk.
De voorzitter : Het incident is gesloten.