Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting
Vergadering van 11/01/2011
Vraag om uitleg van de heer Lode Vereeck tot de heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, over de resultaten van de Vlaamse begroting 2010
- 776 (2010-2011)
Vraag om uitleg van de heer Eric Van Rompuy tot de heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, over de resultaten van de Vlaamse begroting
- 819 (2010-2011)
Vraag om uitleg van de heer Dirk Van Mechelen tot de heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, over de uitvoeringscijfers met betrekking tot de begroting 2010
- 836 (2010-2011)
Bijlage
De voorzitter : De heer Vereeck heeft het woord.
De heer Lode Vereeck : Minister, de Vlaamse Regering heeft een bepaald begrotingstraject uitgerold, waarin we dit jaar zullen aanknopen met een begrotingsevenwicht. In 2009 was er een tekort van 1 miljard euro, in 2010 een tekort van 500 miljoen euro. Onze fractie is van mening dat er een snellere terugkeer naar dat evenwicht mogelijk was, namelijk in 2010. We hebben die discussie hier al vaker gevoerd en we gaan ze niet opnieuw voeren, maar als je kijkt naar de beginsituatie waarin u uw begrotingstraject ontwikkeld hebt en de situatie vandaag, is de huidige situatie natuurlijk heel wat rooskleuriger. Ik verwijs, om maar één voorbeeld te geven, naar de groeipercentages die we in het begin hanteerden en de groeipercentages die we nu uiteindelijk realiseren.
Het vreemde is dat, ondanks die iets rooskleuriger economische situatie, die zich vertaalt in meer inkomsten, uw begrotingsambities dezelfde blijven. Dat heeft mijns inziens te maken met het feit dat er in het verleden een aantal wat te optimistische hypotheses zijn gehanteerd, waarvan u eigenlijk op voorhand wist dat ze zich niet zouden voltrekken. Daardoor hebt u dat extra geld nu nodig om een aantal vooraf ingecalculeerde miscalculaties te corrigeren.
Ik heb uw perscommuniqué en het Belgabericht daarover gelezen. Is het mogelijk om nog wat meer details te geven over de resultaten van de Vlaamse begroting 2010, met betrekking tot het netto te financieren saldo en de effectieve kastoestand? Kunt u de Vlaamse schuld na realisatie van de begroting 2010 toelichten? Het zou interessant zijn om ook daar de belangrijkste factoren te benoemen en de gerealiseerde ontvangsten verder toe te lichten. Dat is al voor een groot stuk gebeurd in het communiqué, maar misschien hebt u nog extra informatie.
De onderbenutting werd bij de begrotingsopmaak 2010 ingeschat op 470 miljoen euro. Bij de eerste controle werd ze neerwaarts bijgesteld tot 256 miljoen euro. Om het vooropgestelde tekort van 500 miljoen euro voor 2010 boekhoudkundig te halen, voorzag u in een zogenaamde onderbenuttingsbuffer. Dat ging over 190 miljoen euro aan beleids- en betaalkredieten die werden geblokkeerd en zouden worden vrijgegeven op het moment dat er zekerheid was dat u uw begrotingsdoelstelling zou halen. Mocht u die begrotingsdoelstelling niet halen, dan zouden die middelen worden omgezet in effectieve besparingen.
Uit uw communicatie van 30 december 2010 begrijp ik dat de onderbenutting slechts 378 miljoen euro bedroeg. Als we die 256 miljoen euro gewone onderbenutting plus de 190 miljoen euro onderbenuttingsbuffer en de correctie van 10 miljoen euro samentellen, komen we echter aan 456 miljoen euro, waarvan nu blijkt dat het slechts 378 miljoen euro is. Dat betekent dat er 78 miljoen euro meer is uitgegeven dan voorzien. Het geluk is dat u over die centen beschikt. Zit die 78 miljoen euro extra in de domeinen van de 256 miljoen euro onderbenutting of in de 190 miljoen euro van de onderbenuttingsbuffer? Dat kan juridisch wel eens verschillende consequenties hebben.
Er is dus 378 miljoen euro onderbenut. Als we er even van uitgaan dat de 256 miljoen euro gewone onderbenutting effectief onderbenut is, dan blijft er 122 miljoen euro over. Die 122 miljoen euro zouden we dus moeten realiseren in die 190 miljoen euro van de onderbenuttingsbuffer. Dan is de vraag natuurlijk in welke mate de geblokkeerde kredieten effectief werden omgezet in een schrapping van uitgaven. Is het mogelijk om daar een overzicht van te krijgen?
Een volgend punt dat ik wil aanhalen, hebben we hier al vaker naar voren gebracht, maar ik wil er politiek geen zwaar punt van maken. Ik wil er wel graag uw mening over kennen, in het licht van de turbulenties op de financiële markten. Er is tijdens de begrotingsbesprekingen, zowel bij de begrotingscontrole 2009 als bij de begrotingsopmaak en -controle 2010, uitgebreid gediscussieerd over de storting naar en vanuit het Egalisatiefonds. Er werd 500 miljoen euro van de begroting 2009 getransfereerd naar de begroting 2010. Volgens de statistische overheden dient de vzw Egalisatiefonds echter te worden gerekend bij de te consolideren instellingen, wat betekent dat het parkeren van 500 miljoen euro bij die vzw het vorderingensaldo in 2009 en 2010 eigenlijk niet kan beïnvloeden. Die ontvangsten moeten dus bij die van de reguliere begroting worden geteld.
Tijdens de besprekingen naar aanleiding van de eerste begrotingscontrole gaf u aan dat u over de classificatie van deze verrichting nog geen uitsluitsel had verkregen van de statistische overheden, die ex post bepalen of het vorderingensaldo correct werd bepaald. Heeft het Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR) daar ondertussen al een uitspraak over gedaan? Zo ja, wat impliceert die beslissing? Zo neen, wanneer kan de uitspraak worden verwacht? Beschikt u ondertussen over nieuwe elementen die de uitspraak in de ene of de andere richting kunnen bepalen?
Op het moment dat ik deze vraag indiende, op 16 december, berichtte de krant De Tijd net dat het ratingbureau Standard & Poors ermee dreigde om de kredietwaardigheid van Vlaanderen te verlagen. Het was trouwens ook interessant om gisteren de berichtgeving van Belga te volgen. Ongeveer elk halfuur werd er wel een berichtje van een of andere expert de wereld ingestuurd. We zitten inderdaad in turbulente tijden, minister. Zijn er contacten geweest met ratingbureaus, om een en ander te duiden? Wat waren de argumenten? Wat is uw reactie op de berichten met betrekking tot de rating van Vlaanderen?
Inzake het schuldbeleid maakt u in uw beleidsnota gewag van een gecontroleerde schuld. Aan de andere kant stelt Pact 2020: De Vlaamse overheid blijft volgend decennium financieel gezond. Het uitgangspunt is de eind 2008 verworven schuldenvrije positie te behouden. En: De Vlaamse Regering hanteert in de jaren tot 2020 een groeipad op de begroting dat ook op langere termijn kan worden aangehouden, zonder de schuldenvrije positie van de Vlaamse overheid in het gedrang te brengen. Ik krijg u noch de minister-president zo ver om daar eens echt duidelijkheid in te scheppen, daarom blijf ik op diezelfde nagel kloppen. Die begrotingsambitie blijft volgens mij haaks staan op de begrotingsambitie uit uw beleidsnota, die heel duidelijk zegt dat het niet de bedoeling is om begrotingsoverschotten te boeken om de schuld af te bouwen.
In het kader van de berichtgeving over de rating en de kredietwaardigheid van Vlaanderen vraag ik mij af welk van beide geformuleerde beleidspistes domineert en uw schuldbeleid determineert, Pact 2020 of uw beleidsnota. Ik ga ervan uit dat het uw beleidsnota is, maar is het mogelijk dat u terugkeert naar de filosofie van Pact 2020, die een vertaling is van Vlaanderen in Actie, wat eigenlijk ook het uitgangspunt is van deze regering? Ik vraag dat, opnieuw, in het licht van de uitspraken en de dreiging van Standard & Poors.
De heer Eric Van Rompuy : Minister, het tekort sluit uiteindelijk af op 484 miljoen euro. Dat is 12 miljoen euro minder dan vooropgesteld. Er is dus een beter resultaat dan verwacht. Dat heeft te maken met de ontvangsten, die met 167 miljoen euro beter geëvolueerd zijn dan voorzien, maar er zijn ook meer uitgaven. De ontvangsten hebben we kunnen lezen in de tabellen die in de pers verschenen zijn, maar welke meeruitgaven zijn er precies? Wat zijn de cijfermatige gegevens ter zake?
Een tweede zaak is dat de onderbenutte kredieten lager liggen dan vooropgesteld. Men sprak over 456 miljoen euro. Uiteindelijk is het 378 miljoen euro. Dat is op zich geen verrassing. We weten dat de gerealiseerde onderbenutting wordt gedrukt door de onverwachte factuur met betrekking tot de jobkorting van 63 miljoen euro, die al in 2010 is aangerekend. Uiteindelijk gaat het wat de onderbenutting betreft maar over een heel klein bedrag van 15 miljoen euro dat is onderschat.
We hebben hier een hele discussie over het nieuwe woord onderbenuttingsbuffer gevoerd. Dit is nieuw jargon van onze commissie en van de minister. Het is bijna een contradictio in terminis. Tijdens de plenaire vergadering hebben we een discussie gevoerd over de blokkering van een aantal betalings- en beleidskredieten in de begroting 2010. Toen is verklaard dat de geblokkeerde kredieten zullen worden vrijgegeven zodra voldoende zekerheid over het behalen van de vooropgestelde begrotingsdoelstellingen is verworven. Wat is nu concreet met de onderbenuttingsbuffer gebeurd? Hoe verhoudt de onderbenuttingsbuffer inzake de betalingskredieten zich tot de onderbenutting inzake de beleidskredieten in de voorbije jaren?
Daarnaast heb ik nog een vraag over de impliciete schuld. Hoe is dat in 2010 verlopen?
Verder zijn ook vragen gerezen over de openstaande facturen, die een pak lager zouden liggen dan op het einde van 2009. Blijkbaar waren er eind 2009 dan toch een aantal openstaande facturen. Die facturen zouden lager uitvallen. Volgens sommigen zijn een aantal facturen, waaronder die van Aquafin, naar 2011 doorgeschoven. Klopt dit? Ik zou hier graag een antwoord op krijgen.
Hoe is de overheidsschuld in 2010 geëvolueerd? Dit lijkt me ook belangrijk. De voorbije veertien dagen zijn in de pers, onder meer in De Tijd, een aantal artikelen verschenen over de terugbetaling van de aan bepaalde participaties verbonden schulden door de banken aan de Vlaamse overheid. Valt er in verband met deze achtergestelde leningen een evolutie vast te stellen of blijft alles zoals het was? We hebben hierover al eerder discussies gevoerd. Zijn er nieuwe elementen? De ontwikkelingen in verband met de te verwachten dividenden zijn natuurlijk belangrijk voor de begroting 2011.
Ik heb hier een aantal vragen gesteld. Wat ons interesseert, is natuurlijk niet enkel het bilan van 2010, maar ook de eventuele gevolgen voor de recent goedgekeurde begroting voor dit jaar.
De voorzitter : De heer Van Mechelen heeft het woord.
De heer Dirk Van Mechelen : Voorzitter, ik heb mijn vraag om uitleg al opgesteld voor de cijfers werden bekendgemaakt. Ze is uiteindelijk pas op 5 januari 2011 ingediend. Ze is gebaseerd op de cijfers die op de website zijn vrijgegeven over het netto te financieren saldo.
Ik vind dat in november 2011 een aantal merkwaardige zaken zijn gebeurd. Dit is overigens de reden waarom ik deze vraag om uitleg wil stellen. Mijn vragen sluiten perfect aan bij de vragen die de heer Vereeck en u net over de afrekening hebben gesteld.
De voorbije weken is, onder meer in het licht van de begrotingsbesprekingen van eind vorig jaar, al heel wat commentaar gegeven op de situatie van de begroting 2010 en op de financiële toestand van de Vlaamse overheid. We hebben vroeger ook nog periodes met kasmoeilijkheden gekend. Ik wil door middel van deze vraag om uitleg dan ook wat duidelijkheid krijgen. Hoe staan we er nu voor? Hoe raken we uit die spiraal?
Ik heb dit allemaal ooit voorspeld. Dat heeft me in deze commissie heel wat banbliksems opgeleverd. Ondertussen stel ik echter vast dat ook wij door de moordende wurggreep van de financiële markten worden gevat. Uit de spreadsheets in verband met de Duitse obligaties blijkt dat het een pijnlijk verhaal wordt. Ik verontschuldig me dat ik toen de onheilstijding heb durven brengen. Vandaag is het in elk geval zo ver.
Ik blijf erbij dat we ervoor moeten zorgen dat we in Vlaanderen niet zelfgenoegzaam worden. Van mij mag elke minister van Financiën en Begroting op het einde van het jaar eens glunderen. Het kan deugd doen eens te lachen. We moeten echter een gezonde bezorgdheid hanteren en in de gaten houden hoe we er voor staan.
Ondertussen heb ik kennis genomen van alle mogelijke krantenberichten. De Vlaamse schuld zou tot 5,6 miljard euro groeien. Volgens sommige kranten is dit te wijten aan de leningen die de Vlaamse overheid aan banken als KBC, Dexia en Ethias heeft verstrekt. Ik wil hier, voor alle duidelijkheid, wel opmerken dat we enkel voor KBC geld hebben geleend. De participaties in Ethias en in Dexia hebben we vanuit onze eigen kaspositie kunnen financieren. We hebben hiervoor niet in het minst een beroep op het Toekomstfonds gedaan.
Op de website van het departement staat de evolutie van de netto schuld weergegeven. Tot deze middag dateerde het recentste cijfer van 30 november 2010. Op dat ogenblik was de netto schuld tot 6.000.441.814 euro opgelopen. Ik begrijp dan ook niet goed waarom anderen naar 5,6 miljard euro verwijzen. Is de schuld tussen 30 november 2010 en 31 december 2010 met iets meer dan 800 miljoen euro gedaald? Dat zou natuurlijk goed nieuws zijn. Misschien kan de minister dit verklaren.
Aangezien de cijfers van de eigen website afkomstig zijn, zou ik de minister een aantal vragen willen stellen. Wat is de verklaring voor de evolutie van de schuld tot 406 miljoen euro in 2010 in vergelijking met het netto te financieren saldo van min 261 miljoen euro dat eind november 2010 is vrijgegeven? Op de cijfers voor december 2010 zullen we nog even moeten wachten.
Hoeveel bedroegen de schuld en het netto te financieren saldo eind december 2010? Is het mogelijk hiervan eens een tabel te krijgen?
Hoeveel bedraagt de voorafbeelding van het vorderingensaldo volgens het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen (ESR) van de Vlaamse Gemeenschap en van de instellingen eind december 2010? De voorzitter heeft hier trouwens ook naar gevraagd.
Een ander onderwerp zal me de komende weken nog enigszins bezighouden. Wat is nu eigenlijk met die onderbenuttingsbuffer gebeurd? Ik moet eerlijk toegeven dat ik niet meer mee ben met wat ik allemaal in de kranten heb kunnen lezen. De onderbenutting van de ingeschreven kredieten waarvan werd verwacht dat ze niet zouden worden uitgegeven, is blijkbaar 78 miljoen euro te laag ingeschat. Het gaat blijkbaar slechts om 378 miljoen euro in plaats van 456 miljoen euro. Volgens mij vormt een te lage inschatting in dit verband ook een contradictio in terminis.
Uiteindelijk gaat het blijkbaar om een onderbenutting van 378 miljoen euro. Ik vraag me, samen met de heer Vereeck en met de voorzitter af of het hier gaat om een spontane onderbenutting, zoals dat in een begroting wel eens gebeurt, of om een aanwending van die onderbenuttingsbuffer.
Mijn vraag is gisteren in feite nog actueler geworden. De raad van bestuur van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) heeft een hele discussie gevoerd over het bericht dat een aantal toelagen aan gemeentebesturen, ten belope van 20 percent, niet aan de gemeenten zouden worden doorgestort. De meeste gemeenten hebben die subsidies natuurlijk al aan hun verenigingen doorgestort. Blijkbaar is gisteren de onheilstijding gekomen dat de gemeenten dit geld niet meer zouden ontvangen. Klopt dit?
Dit draait allemaal om die fameuze tabel. Ik zal de minister nog een schriftelijke vraag stellen over de vastgeklikte kredieten die passen in die onderbenuttingsbuffer, een aberratie die we ooit in onze begrotingsterminologie hebben ingevoerd. Ik zou daarover in elk geval graag wat duidelijkheid krijgen.
De facturen die al dan niet naar het volgend jaar worden overgedragen, vormen het onderwerp van een eeuwige discussie. Ik herinner me dat onze positie in 2008 zo riant was dat we alles tot februari 2009 al hadden betaald. In 2009 werd dit ten gevolge van de economische crisis natuurlijk moeilijk. Desalniettemin zaten we er toen 200 miljoen euro naast. De minister heeft nu verklaard dat we weer op tempo zitten. Dat is natuurlijk een goede zaak. Ik vraag me gewoon af om welke bedragen het gaat en hoe we hiermee moeten omgaan.
Een andere vraag heeft betrekking op het nieuwe systeem voor het inboeken van facturen, Oracle Financials (OraFin). Tenzij ik me vergis, moet het momenteel perfect mogelijk zijn exact te zeggen hoe de situatie op 31 december 2010 was. Meestal wordt rond 24 december van een boekjaar gestopt met het invoeren van facturen. Eigenlijk moet het met een druk op de knop mogelijk zijn te weten hoeveel te betalen facturen eind 2010 nog zijn binnengekomen. Ik zou graag horen of we dit bedrag kennen.
We monitoren de begroting. Dat is klassiek. Gedurende de laatste drie maanden worden pertinente beslissingen genomen. Dit betekent onder meer dat de minister van Financiën en Begroting tijdens de kerstperiode geen vakantie kan nemen. Hij moet onder meer beslissen bepaalde facturen te betalen of bepaalde betalingen niet uit te voeren. Ik vraag me af welke beslissingen zijn genomen.
Tot slot wil ik me aansluiten bij de commentaar van de voorzitter op wat de voorbije uren en dagen is gebeurd. De evolutie die het aandeel van KBC gisteren heeft doorgemaakt, maakt me niet vrolijk. Hetzelfde geldt voor het aandeel van Dexia, dat voor een serieus bedrag in onze boeken is opgenomen. Dat is een keuze die we toen hebben gemaakt. In de begroting voor 2011 zijn dividenden ter waarde van 297,5 miljoen euro ingeschreven. Er is momenteel een raid op België en op onze bankinstellingen aan de gang. Er is heel wat discussie over de impact van de Ierse problemen op de kredietwaardigheid van onze instellingen. Ik neem aan dat de Vlaamse Regering dit opvolgt. Wat betekent dit alles voor de begroting 2011? Zitten we in veilig vaarwater? Moeten we al dan niet bijsturen?
De voorzitter : De heer Van den Heuvel heeft het woord.
De heer Koen Van den Heuvel : Voorzitter, ik zou nog twee bijkomende bemerkingen naar voren willen brengen.
Mijn eerste bedenking heeft betrekking op de blokkeringen. Tijdens de discussies over de begroting 2011 in de loop van december 2010 heb ik de indruk gekregen dat effectief voor 190 miljoen euro kredieten waren geblokkeerd. Dat geld zou niet worden uitgegeven. Dat heb ik uit de discussie afgeleid. Midden december 2010 heeft wel nog een discussie plaatsgevonden met minister Lieten over een aantal miljoenen euros voor het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) en voor andere instellingen.
De heer Van Mechelen heeft net verklaard dat de meeste gemeentebesturen de voorbije dagen de mededeling hebben ontvangen dat de subsidies voor het jeugdbeleid niet volledig zullen worden uitbetaald. De subsidies voor het cultuur- en het sportbeleid zullen wel worden betaald. Dat is de officiële mededeling die de gemeentelijke jeugddiensten in Vlaanderen de voorbije weken hebben gekregen. Indien hij een andere mededeling zou hebben ontvangen, zou dat natuurlijk echt nieuws zijn. Aangezien het hier een blokkering betreft, is effectief niets uitbetaald.
Wat de openstaande facturen betreft, haal ik het voorbeeld van het FWO en van het Interuniversitair Micro-Elektronicacentrum (IMEC) aan. Uiteindelijk is dat geld betaald. Die betalingen zijn gecompenseerd door een bijkomende vastleggingsmachtiging van het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT) te bevriezen. We hebben daar de voorbije maanden betalingsproblemen vastgesteld. Zoals ik al een paar keer tijdens plenaire vergaderingen heb verklaard, vergt de geloofwaardigheid van een overheid nu eenmaal dat de facturen op tijd worden betaald.
Wat het IWT betreft, is de betalingsachterstand de voorbije maanden foutief ingeschat. Er is een bijkomende blokkering ten bedrage van ruim 10 miljoen euro gekomen. Ik vraag me af of de minister er zicht op heeft of dit in de loop van de komende maanden zal worden opgelost. Ik hoop in elk geval dat ons op dit vlak geen nieuwe vervelende verrassingen te wachten staan.
De voorzitter : Minister Muyters heeft het woord.
Minister Philippe Muyters : Voorzitter, ik zal even de tabellen overlopen die ik ondertussen heb laten ronddelen. (zie bijlage)
De eerste tabel is een samenvatting van het effectieve resultaat voor 2010. Ik wil me vooral focussen op de elementen die van de begrotingscontrole voor 2010 verschillen. Uit de gecorrigeerde ontvangsten van de algemene begroting blijkt dat we 166 miljoen euro meer hebben ontvangen. Bij de ministeries is er een onderbenutting voor 212 miljoen euro geweest. Dit betekent dat het resultaat voor de Vlaamse ministeries 379 miljoen euro beter is. Ik zal dadelijk meer in detail op deze cijfers terugkomen.
Daarnaast hebben we de te consolideren instellingen. De ontvangsten van die instellingen liggen bijna 62 miljoen euro lager dan verwacht. De instellingen hebben bepaalde uitgaven niet gedaan. Ten gevolge van de onderbenutting en de blokkering van 165,5 miljoen euro ligt het resultaat van de instellingen 103 miljoen euro hoger dan verwacht. Indien we hier de gegevens voor het Vlaams Zorgfonds en voor de Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel (BAM) bijtellen, komen we uit op 483,852 miljoen euro.
Ik kan het ook anders samenvatten. Wat de algemene begroting betreft, hebben we 166 miljoen euro meer en 62 miljoen euro minder dan verwacht. Wat de onderbenutting betreft, hebben de vraagstellers zelf het getal van 78 miljoen euro naar voren geschoven. Indien we het Vlaams Zorgfonds en BAM hierbij betrekken, kom ik tot het reeds vermelde resultaat.
Ik zal nu even wat dieper op een paar elementen ingaan. Ik begin bij de gerealiseerde ontvangsten.
In de eerste tabel bedragen de ESR-gecorrigeerde ontvangsten 166,8 miljoen euro. Wat de algemene ontvangstenbegroting betreft, ligt de dotatie natuurlijk vast. Die is niet gewijzigd. De bijkomende ontvangsten komen uit de eigen gewestbelastingen, die goed zijn voor 164,7 miljoen euro extra inkomsten.
Die meerinkomsten komen vooral uit de registratierechten, die zon 139 miljoen euro meer genereren dan tijdens de begrotingscontrole is geraamd, uit de successierechten, die 40 miljoen euro hoger liggen dan begroot, en uit de onroerende voorheffing, die 15,8 miljoen euro meer heeft opgebracht. Die stijgingen zijn vooral een gevolg van de betere groei- en inflatiecijfers in vergelijking met de begrotingscontrole. Ten gevolge van de herneming van de economie liggen de cijfers hoger dan ten tijde van de begrotingscontrole.
Er zijn ook een paar tegenvallers. De hypotheekrechten zijn met 16 miljoen euro gedaald en de schenkingsrechten liggen 12 miljoen euro lager dan verwacht.
Dit levert een bedrag van bijna 141 miljoen euro op. Hierop moeten natuurlijk ESR-correcties worden verricht. De gecorrigeerde ontvangsten bedragen 166 miljoen euro, het bedrag dat ik in de eerste tabel heb toegelicht.
Daarnaast zijn er ook de gecorrigeerde ontvangsten van de instellingen, die bijna 62 miljoen euro lager liggen dan eerst verwacht. Ik geef even een paar voorbeelden. Het loodswezen heeft 15 miljoen euro minder ontvangen. We hadden op een herneming met 10 percent gerekend. Uiteindelijk bleek het om een stijging met slechts 5 percent te gaan. Een ander voorbeeld is Kind en Gezin, dat 17 miljoen euro minder heeft gegenereerd dan we hadden geraamd. Deze lagere ontvangsten zijn het gevolg van het feit dat een aantal nieuwe activiteiten nog niet of later zijn verwezenlijkt.
Als we de gegevens samenbrengen voor alle instellingen die meer of minder ontvangsten hebben geboekt en voor de ministeries, die 166,8 miljoen euro meer hebben ontvangen, hebben we een stijging van de ontvangsten van 104 miljoen euro.
Ik wil ook wat dieper ingaan op de ESR-gecorrigeerde uitgaven of, beter gezegd, op de onderbenutting in 2010. We hebben 24,5 miljard euro uitgegeven. Dit is een onderbenutting van 377,8 miljoen euro. Daarnet heeft de heer Vereeck al over een bedrag van 456 miljoen euro gesproken. Dit bestaat uit 256 miljoen euro ten gevolge van de onderbenutting, aangevuld met nog eens 10 miljoen euro, en uit 190 miljoen euro ten gevolge van blokkeringen. We hadden 456 miljoen euro geraamd, met de blokkering en de onderbenutting, en we halen 377,8 miljoen euro. Dat betekent ook dat er naast de 190 miljoen euro aan geblokkeerde kredieten toch nog overschotten waren op de ter beschikking gestelde middelen.
De onderbenutting werd in 2010 wel op een negatieve manier aangetast, omdat er een onverwachte aanrekening is gekomen op de jobkorting voor het inkomstenjaar 2009. De korting, die wordt toegestaan via de bedrijfsvoorheffing, wordt ESR-matig aangerekend op het ogenblik dat de verminderde bedrijfsvoorheffing wordt toegepast. Er zijn echter ook kortingen die worden toegestaan via het aanslagbiljet. Die worden aangerekend op het moment van de inkohiering. Er is een versnelde inkohiering gebeurd voor het aanslagjaar 2010. Een aantal mensen hebben hun belastingafrekening al gekregen. Dat is voor de jobkorting 2009. Dat betekent dat die aangerekend worden op 2010. Die vallen dan samen met de inkohiering van het aanslagjaar 2009, namelijk voor de jobkorting 2008. Zo komen we tot een bijkomende aanrekening van de jobkorting in 2010.
In de bijgevoegde tabel ziet u dat we voor de bedrijfsvoorheffing 2010 een bedrag van 67,2 miljoen euro nodig hebben gehad. Voor de afrekening via een inkohiering voor het aanslagjaar 2009 hebben we 14 miljoen euro moeten uittrekken. Voor de eindbelasting van het aanslagjaar 2010 was dat 76 miljoen euro. In totaal moesten we dus ESR-matig, voor de jobkorting, 157,7 miljoen euro uittrekken.
We hadden het begrotingsmatig op 75 miljoen euro voorzien. We hadden al ordonnanceringen voor 97 miljoen euro. Er was dus een bijkomende impact van 60,3 miljoen euro die we niet hadden voorzien. Begrotingsmatig kun je die 157 miljoen euro vergelijken met de 75 miljoen euro die we in de begroting hadden vastgesteld. We hebben dus 82,7 miljoen euro overbenutting van de jobkorting die je moet meenemen in het geheel van dit punt.
Zonder die onverwachte overbenutting bij de jobkorting zou de onderbenutting 460,5 miljoen euro zijn, namelijk 377,8 plus die 82,7 die ik net heb aangehaald. Dat komt overeen met de onderbenutting plus de blokkering van 456 miljoen euro.
De 190 miljoen euro blokkeringen werden zowel doorgevoerd op basis van vastleggingskredieten als op de betaalkredieten van het begrotingsjaar 2010. De blokkeringen werden omgezet in de effectieve schrapping van die uitgaven en hebben zodoende een deel van de onderbenutting verankerd. Enkel bij het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) en de onderzoekscentra IMEC, Vlaams Interuniversitair Instituut voor Biotechnologie (VIB) en Interdisciplinair Instituut voor Breedbandtechnologie (IBBT) werd eind 2010 de blokkering doorgevoerd voor een bedrag van 11,6 miljoen euro. Er werden vastleggingen genomen in 2010. Die deblokkering werd gecompenseerd bij het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie.
Het Rekenhof heeft ons ooit gevraagd om alle vorderingen die aangerekend moeten worden op 2010 ook op het budget 2010 te nemen. Wij hebben dat voor 2010 gedaan. Dat betekent dat we 54 miljoen euro extra hebben uitgetrokken voor IWT in 2010. Dat geeft ook een oplossing voor de problematiek van betalingen.
De doorgevoerde blokkeringen op de betaalkredieten hebben geen aanleiding gegeven tot significant uitstel qua doorgevoerde betalingen.
Voorzitter, u had een vraag over de effecten van het resultaat van 2010 op de begroting 2011, omdat ik had gezegd dat we er goed voor stonden voor 2011. Ik heb al een begin van antwoord gegeven toen ik het over de jobkorting had. We hadden voorzien dat we in 2011 middelen zouden moeten uittrekken voor de afrekening voor het aanslagjaar 2009. We hadden in de begroting een bedrag van 127,4 miljoen euro vrijgemaakt. 76,4 miljoen euro daarvan hebben we reeds aangerekend op 2010. We hadden ook nog een afrekening voor de jobkorting 2010 voorzien. Er was 75 miljoen euro. 67 miljoen euro is al betaald. Er blijft nog een saldo van 7,8 miljoen euro over. We zullen in 2011 dus wellicht nog een afrekening hebben van 58,8 miljoen euro voor de jobkorting. We hadden in de begroting een provisie ingeschreven van 130 miljoen euro. In die zin zitten we dus met een goede start voor 2011, omdat we het op 2010 hebben kunnen nemen.
Omdat de blokkeringen in 2010 ook in de vastleggingen werden doorgevoerd, zullen er minder openstaande engagementen genomen zijn in 2010, waardoor de druk op de bij de begrotingsopmaak ter beschikking gestelde betaalkredieten vermindert. Als je kijkt naar de blokkeringen op de beleidskredieten 2010, zal dat dalend verschil tussen beleids- en betaalkredieten nog worden versterkt. De blokkeringen zullen op die manier een milderend effect hebben op de betaalkredieten 2011.
Bij de budgetcontrole 2010 werd in voldoende betaalkredieten voorzien opdat alle facturen betaald zouden kunnen worden. Een goede indicatie voor die bijkomende betaalkredieten is het krimpende verschil tussen de beleids- en de betaalkredieten. Enkel bij het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs (AGIOn) is er sprake van uitstel van betalingen. Daar hebben we bij de budgetcontrole 2010 onvoldoende rekening gehouden met de versnelde impact op de betaalkredieten van de eenmalige verhoging van de vastleggingsmachtiging van 2008.
Ik kan heel duidelijk zeggen dat er geen sprake is van doorschuiffacturen, ook niet ten gevolge van de doorgevoerde blokkeringen. (Opmerkingen van de heer Eric Van Rompuy)
Bij de begrotingscontrole is er door AGIOn, in tegenstelling tot IWT, geen bijkomende vraag naar betaalkredieten gesteld. Maar er liggen facturen die zij begin dit jaar betaald zullen hebben, die ze eind vorig jaar al hadden kunnen betalen, indien ze voldoende betaalmiddelen hadden gehad.
Op een volgende tabel, collegas, ziet u de schuldevolutie. Van 2009 naar 2010 stijgt de schuld van 5,425 miljard euro naar 5,573 miljard euro. In de volgende tabel vindt u de componenten van de externe financiering. Wat daar meetelt bij de schuldevolutie, is het EMTN-aspect (Euro Medium Term Note) en de vismijn van Oostende. Als je daar de andere en het Investeringsfonds in omgekeerde richting bijtelt, kom je aan min 174 miljoen euro. Plus 26 miljoen euro geeft dat de 148 miljoen euro die u terugvindt op de grafiek met de schuldevolutie. Er is dan ook nog de zichtrekening van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Daar is het saldo met 354 miljoen euro gedaald, waardoor je qua externe financiering eind 2010 op een verslechtering van 502 miljoen euro komt ten opzichte van eind 2009.
De afstemming van het netto te financieren saldo met het begrotingssaldo zal worden opgemaakt naar aanleiding van de presentatie van de rapportering in het kader van artikel 81 in het kader van de gecoördineerde wetten op de rijkscomptabiliteit, eind april. De evolutie van het jaarlijks netto te financieren saldo vindt u in de tabel. De evolutie door de jaren heen is opgenomen in een aparte grafiek. In een laatste tabel kunt u zien dat de instellingen 30 miljoen euro minder in kas hebben.
De heer Vereeck had nog een vraag over de 500 miljoen euro in het Egalisatiefonds. Het INR heeft bij de publicatie van de overheidsrekeningen 2009 rekening gehouden met de correcties betreffende de verschillen in de consolidatieperimeter. Een van die correcties is de storting van 500 miljoen euro aan het Egalisatiefonds, die het INR niet als een uitgave beschouwt, maar als een overdracht, omdat de instelling bij de consolidatieperimeter hoort. De impact is dus positief en bedraagt 500 miljoen euro in 2009. Het valt derhalve te verwachten dat het INR de ontvangsten van 500 miljoen euro uit het Egalisatiefonds tevens als overdracht zal beschouwen en een negatieve correctie van 500 miljoen euro zal doorvoeren.
Ik verwijs in dat verband naar artikel 6, paragraaf 2, van het samenwerkingsakkoord van 15 december 2009 betreffende de begrotingsdoelstellingen voor de periode 2009-2010, waarin de Vlaamse basishypothese inzake de toegepaste ESR-aanrekening van de transactie van 500 miljoen euro 2009-2010 wordt aanvaard.
Een ander belangrijk element is de rating van Standard & Poors. Standard & Poors heeft aan de administratie gevraagd om een persbericht technisch na te lezen. Na de evaluatie met mijn kabinet heb ik besloten om aan hen het antwoord te formuleren dat de financiële situatie van de Vlaamse overheid in geen enkel opzicht is verslechterd ten opzichte van de aan de Standard & Poors-periodiek verschafte informatie over het verleden en de toekomst. Ik heb in dat schrijven bovendien benadrukt dat de Vlaamse overheid een regering heeft die beschikt over de volledige bevoegdheid om de haar opgelegde begrotingsdoelstellingen te bereiken, en dat we die ook realiseren, besluitend dat er specifiek voor de Vlaamse overheid geen reden is om de rating te verlagen, daar waar de parameters waarop Standard & Poors zich heeft gebaseerd om zijn AA+-rating toe te kennen, niet zijn gewijzigd.
Het enige argument dat Standard & Poors gebruikt om de Vlaamse Gemeenschap onder negatieve watch te zetten, is de voorafgaande beslissing om de Belgische staat onder negatieve watch te plaatsen. De Vlaamse Gemeenschap, in tegenstelling tot de andere gemeenschappen en gewesten, heeft als enige een even hoge rating bij Standard & Poors als de Belgische staat. Standard & Poors kent aan een deelstaat geen hogere rating toe dan die van de federale overheid van het land.
Met Moodys zijn er de reguliere periodieke contacten geweest over het geheel.
Mijnheer Vereeck, u had het ook nog over de doelstelling van Pact 2020. Er is één belangrijk feit gebeurd tussen het afsluiten van Pact 2020 en de situatie van vandaag, namelijk de noodzakelijke steun aan KBC, waardoor ook Vlaanderen externe financieringsbehoeften had.
Voorzitter, wat betreft de terugbetaling van de leningen en het dividend, zijn er eigenlijk geen nieuwe elementen. Voor 2011 hebben wij nog altijd geen enkel signaal gekregen dat KBC een terugbetaling wenst te doen. Wij verwachten ook geen verkoop van aandelen van Dexia of Ethias. Wat het ingeschreven dividend van KBC betreft, is het wat ons betreft nog altijd gerechtvaardigd om de betaling van een preferentieel dividend van 8,5 procent in te schrijven in de begroting 2011, omdat wij verwachten dat de aandeelhouders van KBC een vraag naar dividend zullen stellen, en omdat er een aantal akkoorden zijn met de Europese Commissie. De combinatie van die twee elementen geeft ons de verwachting en niet meer dan een verwachting, anders zouden we niet-veroorloofde informatie hebben van 8,5 procent dividend.
Bij Dexia verwachten we niet meteen iets, en bovendien wordt een dividend daar in aandelen uitbetaald, vandaar dat de impact op het vorderingensaldo er nihil is. Voor Ethias wordt ook vandaag geen rekening gehouden met een dividendopbrengst.
De voorzitter : De heer Vereeck heeft het woord.
De heer Lode Vereeck : De regering meldt met enige trots dat het begrotingsresultaat beter is dan verwacht. Het zou er nog maar aan mankeren, als je ziet dat de parameters binnen dewelke we vandaag opereren en de begroting zich realiseert, helemaal anders zijn dan de parameters die vooropgesteld werden bij de opmaak van het hele begrotingstraject. Bij de begrotingsopmaak van 2010 werd bijvoorbeeld nog uitgegaan van een groei van 0,4 procent. Bij de begrotingscontrole was dat al 1,4 en 1,8 procent.
Dan hadden we bijvoorbeeld alleen al bij de begrotingscontrole van 2010 340 miljoen euro extra. En uiteindelijk zie je daar toch geen verbetering van het saldo, of een schuldafbouw of bepaalde prioriteiten die naar voren worden geschoven. Het is allemaal heel beperkt. Dan blijkt nogmaals dat de kaasschaafmethode een aantal zaken verbloemt, namelijk dat er geen fundamentele keuzes zijn gemaakt.
Minister, wij hebben hier al een aantal keren gediscussieerd over de Vlaamse overheid die niet kan voldoen aan haar betalingsverplichtingen. We hebben al gesproken over het IWT, AGIOn, BOF enzovoort. Het tekort is in zekere zin virtueel, omdat er een heleboel betalingsverplichtingen zijn waaraan men niet kan voldoen. Het zou interessant zijn om te berekenen wat het tekort zou hebben bedragen indien er wel voldoende betaalkredieten zouden zijn geweest om al die verbintenissen te honoreren.
Wat de onderbenuttingsbuffer betreft, blijf ik met een vraag zitten. Indien ik de door de minister verstrekte en ook door de heer Van den Heuvel aangehaalde informatie bekijk, blijft dit bedrag van 190 miljoen euro geblokkeerd. Enkel voor het FWO en voor de drie onderzoekscentra geldt dit niet. Globaal genomen, blijft voor wetenschap en innovatie echter nog steeds 30 miljoen euro geschrapt. Dit staat te lezen in het advies van de Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie (VRWI). Bovendien is de deblokkering bij het IWT ondertussen weer bijkomend geblokkeerd.
We moeten dan ook opletten. Ik heb gelezen wat minister Lieten en de minister-president hierover hebben verklaard. Hun beleid maakt gelukkig een bocht. Ondanks deze aanpassing van het beleid en de suggestie dat wetenschap en innovatie niet onder de blokkeringen valt, gaat het hier toch nog steeds om 30 miljoen euro.
Ik wil dit even benadrukken omdat ik niet wil dat de minister dit uit het oog verliest. De situatie van het wetenschaps- en innovatiebeleid is nog steeds slecht. Veel mensen, ook leden van de meerderheid, hopen dat we er in de toekomst in zullen slagen daar iets aan te doen.
De minister heeft verklaard dat niet verder zal worden bespaard en dat in 2011 het niveau van 2010 zal worden gehaald. Aangezien het in vergelijking met de voorgaande jaren nog steeds om een verlaging gaat, zijn we niet zo gelukkig.
Minister, heb ik u daarnet horen zeggen dat het IWT wel en AGIOn geen bijkomende betalingskredieten heeft aangevraagd? Het IWT zou dat hebben gedaan in verhouding tot de reële behoeften. Hierdoor zouden in de toekomst geen betalingsproblemen meer mogen opduiken. Mogen we dit zo interpreteren? (Instemming van minister Philippe Muyters)
Dat is dan genoteerd.
Het Egalisatiefonds blijft een tricky aangelegenheid. Intellectueel gezien, kan ik de verantwoording volgen. Het lijkt op zich niet eens een slechte beslissing. Elk huisgezin dat in een bepaald jaar over extra middelen beschikt en in de toekomst tekorten verwacht, zou dit misschien beter doen. Ik kan de logica in verband met de doorstortingen volgen.
Ik heb er in het verleden echter al op gewezen dat dit geen impact op de vorderingssaldi zal hebben. Het Rekenhof heeft die kritiek al meermaals geleverd. De minister is op dit vlak geleidelijk geëvolueerd. Het principe van het voortschrijdend inzicht leeft sterk in zijn partij.
Tijdens zijn allereerste commissievergaderingen, onder meer naar aanleiding van de begrotingscontrole 2010, heeft de minister nog volgehouden dat er een voldoende juridische basis was. Ik verwijs naar stuk 15, nummer 6, pagina 92 en 93. Wat later, in het antwoord op een schriftelijke vraag van 16 juni 2010, heeft de minister het volgende verklaard: Op dit ogenblik is er nog geen uitsluitsel over het aanvaarden van die transactie. Dat klinkt al anders. Tijdens de bespreking van de begrotingscontrole 2010 in de commissie en ook nu heeft de minister verwezen naar artikel 6, paragraaf 2, van de samenwerkingsovereenkomst van 15 december 2009 betreffende de begrotingsdoelstellingen voor de periode 2009-2010. Ik citeer de minister: Het samenwerkingsakkoord aanvaardt de Vlaamse basishypothese inzake de toegepaste ESR-aanrekening van de transactie van 500 miljoen euro in 2009 en 2010. Ik citeer ook artikel 6, paragraaf 2: De begrotingsdoelstellingen worden vastgelegd, rekening houdend met de in de Vlaamse begroting 2009 en 2010 opgenomen basishypothese inzake de toegepaste ESR-aanrekening met betrekking tot de in 2008 vooruitbetaalde onderwijsuitgaven van 355,8 miljoen euro en de in 2009 voorziene doorstorting aan het Vlaams Egalisatiefonds.
In mijn ogen houdt de verwijzing naar de samenwerkingsovereenkomst van 15 december 2009, die de minister vandaag heeft herhaald, geen steek. Er wordt immers enkel rekening gehouden met de basishypothese. De finale beslissing over de aanvaarding van de basishypothese wordt door de bevoegde statistische overheden genomen. Die overheden rekenen het Egalisatiefonds tot nader order nog steeds tot de consolidatiekring.
Ik hoop, meer vanwege de situatie op de financiële markten dan vanwege het principe, dat er geen lijk uit de kast zal vallen en dat de minister binnen enkele weken niet moet vertellen dat het tekort geen 500 miljoen euro, maar 1 miljard euro bedraagt. Technisch gezien, zou dit betekenen dat het tekort in 2009 500 miljoen euro lager zou liggen. Het blijft een veeleer technische kwestie. In deze tijden waarin met argusogen naar onze openbare financiën wordt gekeken, lijkt dit me echter een boodschap dat ik niet graag zou brengen. Dit zou op de financiële markten in elk geval niet tot veel vertrouwen leiden. Ik hoop dat de minister zich hiervan bewust is. Er moet niet enkel rekening worden gehouden met wat in de basishypothese staat. Er moet ook duidelijk uitsluitsel zijn.
Wat de ratings betreft, ben ik tevreden met het antwoord van de minister. Hij heeft de ratingbureaus van een goed en degelijk antwoord voorzien. Dat is ook nodig. Ik denk dat we allemaal kritisch moeten staan ten opzichte van die bureaus. Ik kan enkel toejuichen dat de minister hen op een zo assertieve wijze heeft aangepakt.
Wat de opmerking van de minister over Pact 2020 en zijn eigen begrotingsbeleid betreft, blijf ik nog met vragen zitten. Volgens de minister heeft de KBC-operatie na de afsluiting van Pact 2020 plaatsgevonden. Die operatie zou voor het grootste gedeelte van onze huidige schuldpositie verantwoordelijk zijn.
Dat is eigenlijk niet wat de heer Van Mechelen en ikzelf al zo lang vragen. Wij vragen in de eerste plaats hoe het met de rest van de schuld zit. Dit is ten gevolge van reguliere begrotingstekorten opgebouwd. Bovendien beschikt de minister met de KBC over een tool om Pact 2020 te verwezenlijken. We vragen de minister nu al een tijdje hierover een principiële uitspraak te doen. Is hij nog steeds van plan om, zodra hij over de mogelijkheid beschikt en zodra die terugbetaling met een bonus van 50 percent heeft plaatsgevonden, hier zijn prioritaire doel van te maken? We hebben vanuit de meerderheid al andere signalen opgevangen.
Indien de minister zich hierover eens zou uitspreken, kan Pact 2020 in mijn ogen overeind blijven. Indien de minister vindt dat het om een gecontroleerde schuld gaat en indien hij de middelen van de KBC, zodra ze beschikbaar worden, gedeeltelijk aan nieuw beleid wil besteden, moet hij maar eens openlijk vertellen dat de begrotingsdoelstelling, doelstelling 20 van Pact 2020, wordt opgedoekt.
De voorzitter : De heer Van Mechelen heeft het woord.
De heer Dirk Van Mechelen : Ik dank de minister voor de tabellen. Ze hebben de verdienste van de duidelijkheid. Daarnaast zou ik echter nog een viertal opmerkingen willen maken.
De voorbije vijftien maanden heb ik uitentreuren herhaald dat de truc met de vzw Egalisatiefonds de toets van het INR niet zou doorstaan. Ik stel dan ook voor vanaf vandaag meteen de correcte cijfers te citeren. Het tekort op de begroting 2009 bedraagt 700 miljoen euro en het tekort op de begroting 2010 bedraagt 984 miljoen euro. Dat zijn de enige juiste cijfers.
Eigenlijk wordt hier koudweg meegedeeld dat de kredieten die in het licht van de onderbenuttingsbuffer zijn geblokkeerd, gewoonweg zijn geschrapt. Daar zullen we de komende weken nog veel vreugde aan beleven. We hebben de details in verband met de geblokkeerde kredieten gekregen. Voor zover ik weet, is over die 190 miljoen euro nauwelijks met de betrokkenen gecommuniceerd.
De heer Gatz heeft me net verteld dat de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) in de week voor Kerstmis een brief heeft gekregen met de mededeling dat 5 percent van de middelen zou worden geblokkeerd en bijgevolg dus ook zou worden geschrapt.
Bij de lokale besturen is de boodschap nu aan het doorsijpelen. Dit heeft pijnlijke gevolgen voor de beneficianten van een aantal toelagen of, wat nog erger is, voor de andere instanties die met de factuur van 190 miljoen euro worden geconfronteerd. Voor zover ik weet, zijn de bedragen in verband met het jeugdbeleid allemaal doorgestort. Uiteindelijk zullen de lokale besturen die allemaal moeten ophoesten van een goed en degelijk bestuur gesproken.
De heer Vereeck en ikzelf hebben de voorbije maanden voldoende gesteld dat ten gevolge van de economische groei honderden miljoenen euros in de begroting 2010 zijn terechtgekomen. Wegens de parameters gaat het om 314 miljoen euro. Aangezien de gewestbelastingen meer hebben opgebracht, gaat het nu om 164 miljoen euro. Ten gevolge van de economische groei en de belastingen beschikt de Vlaamse overheid in feite over iets minder dan 500 miljoen euro aan bijkomende middelen. Desondanks wordt deze factuur van 190 miljoen euro gewoon doorgeschoven. Ik vrees dat de Vlaamse begrotingsboot stilaan op de eerste ijsbergen botst. Iedereen weet dat dit verkeerd kan aflopen.
Wat de evolutie van de schuld betreft, mogen we niet rond de pot blijven draaien. Ik heb al naar de website van de minister verwezen. Op 30 november 2010 ging het om 6,4 miljard euro.
Die schuld is deels ten gevolge van de KBC-operatie ontstaan. Dat verhaal kennen we stilaan van buiten. De rest van de schuld is volledig te wijten aan de financiering van de tekorten en aan de zogenaamde ESR-neutrale kapitaalparticipaties waarover ik bezorgd blijf. Indien deze participaties worden geherkwalificeerd, gaan de begrotingsdoelstellingen compleet naar de kwartjes.
Ik ben ervan op de hoogte hoe we de Euro Medium Term Note-lening (EMTN-lening) zijn aangegaan en hoe we die capaciteit op de financiële markten hebben verworven. Ik sluit me in dit verband aan bij de heer Vereeck. We hebben toen een andere boodschap gebracht. Het waren natuurlijk ook andere tijden. We waren toen in elk geval een betrouwbare overheid. We konden op de financiële markten een duidelijk verhaal brengen. Hierdoor hebben we uiteindelijk die leningscapaciteit verworven. Momenteel gebruiken we die capaciteit voor andere doeleinden.
Ik kan de minister enkel waarschuwen dat hij hier zeer zorgvuldig mee moet omspringen. Indien hij dit niet zou doen, zou de heel gunstige positie die we hadden wel eens in de verdrukking kunnen komen. Ik blijf bijzonder bezorgd om onze budgettaire toestand en om onze oplopende schuld. De rente die ons wordt aangerekend, blijft maar stijgen.
Tot slot wil ik de minister, voor ik er zelf vragen over stel, nog een suggestie meegeven. Ik ben de gelukkige minister geweest die het zogenaamde Amortisatiefonds heeft kunnen afschaffen. De reden was heel eenvoudig. We hadden geen schulden meer. Dat fonds is destijds, in heel andere tijden, nog door voormalig minister Demeester opgericht. Misschien moeten we er eens ernstig over nadenken het Amortisatiefonds opnieuw op te richten. We gaan stilaan naar een schuld hoger dan 6 miljard euro. Indien we rekening houden met wat zich momenteel op de financiële markten afspeelt, wordt dit geen neutrale operatie.
De voorzitter : De heer Van den Heuvel heeft het woord.
De heer Koen Van den Heuvel : Dit is misschien een van de laatste keren dat we het over die blokkeringen ten bedrage van 190 miljoen euro moeten hebben. We hebben die discussie in december 2010 gevoerd. Daar zijn toen actuele vragen over gesteld. Het was toen duidelijk dat de blokkeringen besparingen zouden worden. Mevrouw Moerman heeft haar toespraak hierop gebaseerd.
Wie nu doet alsof het om een grote verrassing gaat, doet me eigenlijk een beetje schrikken. Daarover is immers een maand geleden al gecommuniceerd. De manier waarop is gecommuniceerd, is blijkbaar van departement tot departement en van minister tot minister verschillend geweest. Blijkbaar is het FWO pas begin december op de hoogte gebracht dat er 6 miljoen euro werd geblokkeerd. Bij andere departementen is dat blijkbaar al in de zomermaanden gebeurd. Ook voor de jeugdsector zijn we in september op de hoogte gebracht dat het eraan zou komen. De bevestiging is pas nu gebeurd, maar we zijn verwittigd in september of oktober door de administratie Jeugd. Dat zijn voor mij geen nieuwe zaken, dit was vorige maand ook al duidelijk. Maar in bepaalde departementen is daarover te laat gecommuniceerd, dat bleek al in de loop van december.
Ik heb nog een tweede opmerking over de schuld. Mijnheer Van Mechelen, we hebben daar allemaal aandacht voor en we moeten dat scherp monitoren. Deze regering is zich daarvan bewust. Als we praten over 5,5 tot 6 miljard euro, dan moeten we goed weten dat meer dan de helft, 3,5 miljard euro, KBC-schuld is. Dat wordt soms uit het oog verloren, maar het is een duidelijk element om de Vlaamse overheidsschuld te relativeren of niet te dramatiseren.
De voorzitter : De heer Vereeck heeft het woord.
De heer Lode Vereeck : Minister, ik denk dat ik me heb vergist. In uw antwoord over het Egalisatiefonds hebt u verwezen naar die paragraaf. Als ik het goed begrijp, hebt u wel de definitieve goedkeuring voor die transactie. Als dat zo is, vervallen mijn commentaren en vraag ik dat mijn opmerkingen worden geschrapt. Is het nu wel of niet toegestaan? Ik had het even anders geïnterpreteerd.
De voorzitter : Is dat wel of niet aanvaard door het Egalisatiefonds en het NIS? Mijnheer Debucquoy, hebt u zicht op de imputering van dat Egalisatiefonds? Over welk jaar en welke bedragen gaat het?
De heer Jan Debucquoy , raadsheer bij het Rekenhof: In de commissie heb ik al gezegd dat, of het nu wordt aangetekend in 2009 of 2010, dit geen enkel effect heeft op 2011. Het is een louter statistische discussie. Voor 2009 heeft het INR de afspraken die de Vlaamse Gemeenschap heeft gemaakt in het kader van het federale samenwerkingsakkoord niet aanvaard. Het wordt wel aanvaard om mee te tellen in de normen die Vlaanderen moest halen.
De heer Dirk Van Mechelen : De totaliteit over de twee jaren zouden we neutraal kunnen beschouwen, maar het tekort voor 2009 is 700 miljoen euro en het tekort voor dit jaar is 984 miljoen euro. Statistiek of niet, dat zijn gewoon cijfers.
De heer Lode Vereeck : Minister, dan trek ik mijn woorden niet terug. Dan hebben we een serieus probleem. Ik wil u wel eens op de televisie horen zeggen dat u met een tekort van 1 miljard euro zit.
De voorzitter : Ik begrijp dat de oppositie wil zeggen dat het tekort is toegenomen en dat de regering slecht heeft gewerkt. Die discussie hebben we al een paar keer gevoerd in deze commissie. Wat belangrijk is, is dat dit geen enkel effect heeft op het feit dat we in 2011 naar een evenwicht zullen gaan als de begroting wordt uitgevoerd zoals ze is. Hier worden zware uitspraken gedaan. Ik betreur dat. Dat is niet goed voor de financiële markten. Het is alsof de Vlaamse begrotingsfinanciën op de rand van de catastrofe staan.
De federale schuld bedraagt 350 miljard euro. Wij spreken hier, als je de KBC-schulden aftrekt, over 2 à 3 miljard euro. Dat is 1 procent van de globale federale schuld. Op basis daarvan wordt onze financiële positie in deze commissie verdacht gemaakt. Ik betreur dat.
De doelstellingen werden trouwens betwist door de oppositie. Men zei dat het een catastrofe zou worden in 2010 en dat we die 500 miljoen euro nooit zouden halen. En dan nog komen zeggen dat onze financiële rating in gevaar komt, op basis van een schuld van 5,5 miljard euro, waarvan meer dan 60 procent vanuit de KBC (Opmerkingen van de heer Dirk Van Mechelen)
Ik vind dat ik dat als voorzitter in dezen mag zeggen.
De heer Dirk Van Mechelen : Dan stel ik voor dat u in de zaal komt zitten, voorzitter. U zegt dat als Eric Van Rompuy, niet als voorzitter. U gaat uw rol compleet te buiten.
De voorzitter : Ik ben verantwoordelijk voor deze commissie en wat hier als boodschap over de financiën van Vlaanderen naar buiten komt.
De heer Dirk Van Mechelen : Voorzitter, laat ons de cijfers juist zetten. Dat is het enige wat ik vraag, gewoon om correct te kunnen zeggen wat het in 2009 is en wat in 2010, en wat de impact daarvan is op de toekomst.
De heer Lode Vereeck : Voorzitter, ik vind het ook een beetje kort door de bocht dat u nu zegt dat onze schuldpositie peanuts is in vergelijking met de situatie van België. Wij betalen dit jaar alleen al 221,5 miljoen euro aan interestlasten. Dat is al niet weinig.
Minister, ik heb in mijn vraagstelling heel voorzichtig gezegd dat het een begrotingstechnische kwestie is, en dat een normaal huisgezin ook geld zou overboeken. Maar ik zou het graag weten, want er zit een addertje onder het gras. Meer vraag ik niet. Ik wil dat ook niet verder opblazen. Ik had nu eigenlijk gedacht dat ik het verkeerd gehoord had, en daarom wilde ik mij heel correct en constructief opstellen en mijn opmerkingen laten schrappen. Ik begrijp nu echter dat ik het wél goed gehoord heb, en ik vind dat toch wel belangrijk.
Minister Philippe Muyters : Als je weet dat je dotatie voor 2009 te hoog ligt en dat je daar een negatieve afrekening van krijgt in 2010, dan vind ik het het goede beheer van een huisvader om dat geld opzij te zetten en te gebruiken voor het jaar waarvoor het dient. Dat hebben we gedaan in 2009: het teveel dat in 2010 zou worden afgenomen, hebben we opzijgezet, zodat we daar rekening mee konden houden.
En of dat statistisch nu wel of niet mag, is echt naast de kwestie. Ik zou als oppositielid net hetzelfde doen als u, mijnheer Van Mechelen, maar de bevolking heeft daar geen boodschap aan. Dit heeft geen enkele invloed. Ik heb de 500 miljoen euro opzijgezet in 2009 en gebruikt in 2010 om de begrotingsdoelstellingen te halen. Dat is er gebeurd, en niets anders.
Mijnheer Vereeck, u zegt dat we 160 miljoen euro extra hebben gekregen, maar u moet daar dan ook wel de minderuitgaven aftrekken en ermee rekening houden dat we de jobkorting al voor een deel betaald hebben, dat we de engagementen die we zijn aangegaan, ook hebben meegerekend in de kassa enzovoort. U stelt het nogal eenvoudig voor.
Wij hebben doelstellingen vooropgesteld, ook met betrekking tot Pact 2020. Er is één ding dat voor mij geldt, en dat is het regeerakkoord. Dat is duidelijk.
Bij de begrotingscontrole 2010 heeft het IWT extra betaalkredieten gevraagd en gekregen, AGIOn niet in de mate dat het achteraf nodig bleek. De 54 miljoen euro die ik daarnet heb genoemd, zit daar ook in.
De voorzitter : De heer Van den Heuvel heeft het woord.
De heer Koen Van den Heuvel : Collegas, de minister is heel duidelijk geweest in zijn antwoord op de kritiek van de twee collegas in verband met 2009-2010. Het is net een daad van goed bestuur en van anticipatief handelen dat dat is gebeurd.
Ik zou aan de twee collegas van de oppositie willen vragen of dat eventjes getransformeerd kan worden naar het jaar 2014 en 2015, en we het dus zouden toepassen om de begroting van het laatste jaar van deze legislatuur wat op te poetsen. Als we dan zouden zeggen we weten het, het is 500 miljoen euro, maar de regels zeggen dit hier, dan zou het commentaar van de oppositie net het omgekeerde zijn als vandaag, want dan zouden ze het over het oppoetsen van het jaar 2014 hebben. Het is een zuiver politiek spelletje.
We hebben hier altijd een sereen debat gevoerd en dit is een anticiperende daad van de regering geweest. De belangrijkste boodschap is dat we op het juiste pad zitten om als enig beleidsniveau in België in 2011 een begroting in evenwicht te hebben. Dat is de prestatie van deze Vlaamse Regering en kan niet worden ontkend.
De voorzitter : De heer Van Mechelen heeft het woord.
De heer Dirk Van Mechelen : Wat het laatste betreft: papier heeft het voordeel dat het beschreven is. We hebben onze stelling herhaald tijdens de begrotingsbespreking in december. Het zou er maar aan moeten mankeren dat het niet lukt als je bijna 1,2 miljard euro meer ontvangsten hebt dan geraamd bij het opstellen van het regeerakkoord. Eén voordeel hebben we: de tijd schrijdt voort en zal meer duidelijkheid creëren.
Ik hou inderdaad van dit soort debatten, mijnheer Van den Heuvel, maar ik zal u een ander voorbeeld geven. (Opmerkingen van de heer Koen Van den Heuvel)
Het is een interessante discussie en de mensen van het Rekenhof zijn hier aanwezig. Ik zal hun schriftelijk vragen, al dan niet via u, voorzitter, om door te denken op de methodologie. Eigenlijk zegt de minister, en ook de meerderheid, dat hij in 2009 wist dat er in 2010 een negatieve afrekening kwam en daarop heeft geanticipeerd. Laten we eerlijk zijn, we hebben 2009 slechter gemaakt dan had gemoeten en daardoor ronden we 2010 nu af met 484 miljoen euro. We kunnen over statistieken praten, het gaat over cijfers. We hebben dus geanticipeerd op de negatieve afrekening in 2009.
Nu zitten we in het omgekeerde geval. De Federale Regering heeft in 2010 geen begrotingscontrole doorgevoerd waardoor je in de begroting 2011 de positieve afrekening van 2010 kunt meepakken om ervoor te zorgen dat de begroting in evenwicht komt. Als ik nu op dezelfde manier redeneer, zeg ik dat we een factuur van 190 miljoen euro sturen naar de VGC, de gemeentebesturen, de vzws en zo meer, zodat zij de factuur betalen. Maar de bonus die eigenlijk moest komen in 2010, is er door de regeringscrisis niet gekomen in 2010, maar pakt men in 2011 om de begroting op te kuisen. Ik moet eerlijk zeggen dat de consequentie me ontsnapt.
De voorzitter : De heer Vereeck heeft het woord.
De heer Lode Vereeck : Minister, u hebt natuurlijk gelijk dat de bevolking daar niet wakker van ligt. Ik denk dat u hebt gehoord wat ik heb gezegd. Ik zeg dat er een probleem is met de communicatie in de richting van de ratingbureaus en de financiële markten. Ik boom daar zo over door omdat u tijdens de begrotingscommissie hebt volgehouden dat er wel een voldoende juridische basis was voor de transactie.
Collegas, ik verwijs nogmaals naar het commissieverslag, het gaat om stuk 15 van het parlementair jaar 2009-2010, nummer 6, op de paginas 92 en 93. De heer Van Mechelen zegt terecht dat wat op papier staat, geduldig is. We lezen dat, we houden het in ons achterhoofd en we blijven het vragen.
Als u als minister zegt dat het in orde is, en ik dacht dat het in orde was, maar het blijkt niet in orde te zijn, dan vind ik dat een belangrijk feit. Niet zozeer voor de bevolking, want je kunt daar eigenlijk wel achter staan, een gewoon huisgezin doet het ook, maar omdat u hier met een probleem zit. U zult in de statistieken moeten inschrijven dat u bijna 1 miljard euro te kort hebt en geen 500 miljoen euro, omdat u een half jaar geleden met stelligheid zei dat er voldoende juridische basis voor was. Ik vind dat een probleem. Daarom hebben wij u daar in het verleden meermaals voor gewaarschuwd. We hebben geen oppositiespelletjes gespeeld, we hebben u gewoon gewaarschuwd.
Eerst die 1,2 miljard euro en nu weer die 167 miljoen euro extra. U zegt dat daar uitgaven tegenover staan. We hebben dat regelmatig nagekeken. Ik dacht: hoe is het toch mogelijk? Hoe is het mogelijk dat aan het eind van de dag van die 1,2 miljard euro niets meer overschiet? Wat is er aan extra beleid? Ik weet het niet meer precies uit het hoofd. Was het 80 miljoen euro? (Opmerkingen)
Nogmaals, indien u serieuze keuzes had gemaakt bij het begin van uw begrotingsopmaak, dan had u de bonussen die nu op ons afkomen omdat de situatie rooskleuriger geworden is, nuttig kunnen inzetten. Nu verdwijnen ze als sneeuw voor de zon.
De voorzitter : Minister Muyters heeft het woord.
Minister Philippe Muyters: Mijnheer Van Mechelen, een goede huisvader spendeert het geld niet dat hij nog niet in handen heeft. Misschien komt er nog een afrekening en heeft hij het later nog nodig. Ik wil die discussie gerust voeren. In het bedrijfsleven wordt de meerwaarde van aandelen pas opgeteld in de resultaatrekening als ze gerealiseerd is. Als ze niet gerealiseerd is, wordt de minwaarde in rekening gebracht.
De heer Dirk Van Mechelen : U vergist zich! U zit compleet verkeerd!
Minister Philippe Muyters: Mag ik even? Als we op een bepaald moment weten dat we in 2010 nog een afrekening gaan krijgen, moeten we daar rekening mee houden. Als we positieve dingen ontvangen, ligt dat anders. Ik wil die discussie gerust voeren als u denkt dat het anders zit.
De heer Dirk Van Mechelen : We kunnen ze nu misschien starten. U zegt dat een bedrijf pas de meerwaarde op de aandelen mag aanrekenen op het moment dat het die valoriseert. Dat zijn juist de gewijzigde boekhoudkundige regels die de GIMV onder meer nogal parten spelen. Ze moeten hun aandelen die ze in portefeuille hebben, continu opwaarderen naargelang de actuele waarde. Ik denk dat u zich vergist.
De voorzitter : Het incident is gesloten.