Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Vergadering van 07/10/2010
Vraag om uitleg van de heer Marino Keulen tot mevrouw Hilde Crevits, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken, over de beschikbaarheid van veilige parkings langs autosnelwegen
- 2350 (2009-2010)
Vraag om uitleg van de heer Johan Deckmyn tot mevrouw Hilde Crevits, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken, over de veiligheid op parkings langs de Vlaamse autosnelwegen
- 2378 (2009-2010)
Vraag om uitleg van mevrouw Martine Fournier tot mevrouw Hilde Crevits, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken, over bewaakte parkings
- 2467 (2009-2010)
Vraag om uitleg van de heer Jan Verfaillie tot mevrouw Hilde Crevits, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken, over truckparkings
- 129 (2010-2011)
De voorzitter: De heer Keulen heeft het woord.
De heer Marino Keulen: Deze problematiek houdt heel wat mensen bezig, niet alleen in deze commissie. Ik rijd nu al 23 jaar naar Brussel. Ik ben intussen expert geworden in alle files ten oosten van de Zenne. Soms passeer ik noodgedwongen, s ochtends of s avonds, zon parking. Dan zie ik daar eindeloze rijen vrachtwagens geparkeerd staan, soms tot 100 of 200 meter op de pechstrook van de autosnelweg omdat de parkings vol staan. Een parking langs een autosnelweg moet een rustpunt zijn voor de weggebruiker, maar ook een veilige haven voor wie er tijdelijk vertoeft en overnacht.
Spijtig genoeg zijn we allemaal via de pers getuige geweest van een aanslag op die veiligheid. Op een week tijd is driemaal een vrachtwagen, geladen met nieuwe wagens, in brand gestoken. Het ging over de parking langs de E314, tussen Zonhoven en Zolder. Ook op de parking langs de E17 in Marke en op de parking in Rekkem-Menen vonden dergelijke incidenten plaats. De schade was niet te onderschatten. De vrachtwagens en hun lading werden totaal vernield, maar ook het wegdek liep schade op. De vrachtwagens waaronder een tankwagen die vlakbij de brandende voertuigen stonden, konden tijdig worden geëvacueerd. Daardoor werd een potentiële ramp vermeden. Gelukkig bleef de miserie beperkt tot stoffelijke schade. De afloop kon veel erger zijn, want de brandstichting gebeurde s nachts terwijl de chauffeurs in hun voertuigen slapen. Dat is hun mobiel huis. Dankzij het ingrijpen van anderen op de parking konden menselijke slachtoffers worden vermeden.
We kennen sowieso de plaag van ladingdiefstallen. Nu krijgen we ook te maken met brandstichting.
FEBETRA, de koepel van de transporteurs is ongerust en vraag terecht dringend maatregelen om de parkeerzones veiliger te maken. Ik denk dan aan bewaakte parkeerplaatsen. Het duurt echter lang voor er in de praktijk werkelijk verandering optreedt. Ook moet voor de chauffeurs duidelijk zijn welke parkings veilig zijn door de parkings in veiligheidscategorieën te verdelen.
De veiligheid kan verhoogd worden door het goed onderhouden van de parkings en het ruimen van afval waardoor het veiligheidsgevoel stijgt en vandalisme wordt ontmoedigd. Het gaat echter ook over het plaatsen van voldoende verlichting, het goed snoeien van struikgewas tot camerabewaking en zelfs de mogelijkheid tot het afsluiten van de parking.
Momenteel kan geen enkele parking in Vlaanderen bestempeld worden als een beveiligde truckersparking. De eerste parking van deze categorie zou worden aangelegd langs de E40 in Wetteren. De bouwwerken zouden aanvangen na deze zomer. Hoe ver staat het daarmee?
Bovendien is er een schrijnend tekort aan parkeergelegenheid op de autosnelwegen voor vrachtwagens. België is nu eenmaal een transitland bij uitstek, gericht op de wereld en vooral op de buurlanden. Het gevolg van dit tekort is dat vrachtwagenbestuurders die aan hun limiet zitten van toegelaten rijtijd op een overvolle parking aankomen en dan moeten kiezen tussen doorrijden en een overtreding begaan op de rij- en rusttijden, ofwel parkeren aan de op- en afritten van deze parkings , wat een zeer onveilige situatie is. De parking op de E314 in Rotselaar, in de richting van de Nederlandse grens, is daar een schoolvoorbeeld van. Ook op de parking in Wommelgem staan de vrachtwagens tot aan het begin van de parking geparkeerd, en zelfs tot op de pechstrook. Een transitland met een wereldhaven als die van Antwerpen moet daar rekening mee houden.
Minister, na uw aankondiging kwam er ook heel wat kritiek op het beleid ter zake. De Belgische Transportarbeidersbond (BTB), van socialistische strekking, spreekt van een déjà-vugevoel. Via de pers had u immers een aantal maatregelen aangekondigd. Naargelang de media die we ter hand nemen, wordt er 1,4 miljoen euro extra vrijgemaakt of zouden de reeds geplande werken 1,4 miljoen euro kosten. Deze geplande werken zouden dan gaan naar de parking in Wetteren, Minderhout langs de E19, naar extra faciliteiten in Nazareth en in Kruishoutem langs de E40 en naar beveiligingscameras langs de E34. De BTB vraagt zich wanneer er nu eindelijk iets gebeurt.
Minister, hebt u overleg gepleegd met de federale minister van Binnenlandse Zaken over de beveiliging van de parkings? Zo ja, wanneer en wat was het resultaat daarvan? Ik denk dan bijvoorbeeld aan verhoogde patrouilles. De parkings zouden samen met de autosnelwegen gecontroleerd moeten worden. Iemand die geen slechte bedoelingen heeft, zal dat enkel waarderen.
Hebt u overleg gepleegd met de federale minister bevoegd voor de Regie der Gebouwen in verband met de overdracht van een aantal douaneplaatsen om die om te vormen naar parkings? Vooral in de grensstreek bevinden zich zulke zones. Misschien kan daar extra parkingcapaciteit worden gecreëerd. Zo ja, wanneer en wat was het resultaat?
Kunt u duidelijkheid geven over de 1,4 miljoen euro? Is die bestemd voor nieuwe maatregelen? Waar komen deze middelen dan vandaan?
Welke van de door u in de maand juli en augustus bekendgemaakte maatregelen werden reeds eerder door u en/of uw voorgangers aangekondigd? Wat zal er nu gebeuren zowel op het vlak van infrastructuur als op het vlak van de veiligheid op korte en op lange termijn om deze problematiek op te lossen?
De voorzitter: De heer Deckmyn heeft het woord.
De heer Johan Deckmyn: Mijn vraag is gelijkaardig aan die van de heer Keulen. Eind juli 2010 zijn s nachts op een parking langs de E314 in Houthalen-Helchteren twee vrachtwagens uitgebrand. Vermoedelijk werd het vuur aangestoken. Een kleine week daarvoor werden ook al vrachtwagens in brand gestoken op parkings in Rekkem en in Marke. Begin augustus 2010 werden twee vrachtwagenchauffeurs op brutale wijze van hun voertuig beroofd en liet een Duitse vrachtwagenchauffeur het leven toen hij inreed op een aantal trucks die op de pechstrook geparkeerd stonden.
De incidenten van de voorbije weken met vrachtwagens zijn volgens de Belgische Transportarbeidersbond, een afdeling van het Algemeen Belgisch Vakverbond (ABBV), geen toevallige samenloop van omstandigheden maar het gevolg van onvoldoende, onveilige en oncomfortabele parkings. De vakbond stelt dat het structurele problemen zijn en stelt die al 7 jaar aan de kaak, maar volgens diezelfde vakbond steekt de overheid haar kop in het zand. De minister spreekt dat deels tegen en spreekt van extra investeringen, maar ondertussen is er wat onduidelijkheid over de investeringen die er zoal zullen gebeuren. De heer Keulen heeft daarnet al verwezen naar de 1,4 miljoen euro die extra wordt vrijgemaakt. Is dat zo, of gaat het over reeds geplande werken?
Door een gebrek aan voldoende parkeerplaatsen zijn truckers vaak genoodzaakt hun voertuig op een onveilige en bijwijlen illegale plaats te parkeren omdat ze zich aan rij- en rusttijden moeten houden. Daarnaast is er volgens de vakbond op geen enkele parking in België controle op wie de parking oprijdt en verlaat. Niet alleen de vakbond, maar ook de Koninklijke Federatie van Belgische Transporteurs en Logistieke Dienstverleners (FEBETRA) is hieromtrent bezorgd en vraagt dringend maatregelen om de parkeerzones veiliger te maken.
De bevoegde ministers, zowel op federaal als regionaal niveau, moeten volgens de BTB dringend zorgen voor voldoende parkeerplaatsen en voor parkings die met cameras en door regelmatige politiecontroles bewaakt worden. De vakbond wijst er ook op dat de sanitaire voorzieningen op de parkings meer dan te wensen overlaten en dat de prijzen voor eten en drinken er veel te hoog zijn.
Minister, ik neem aan dat u op de hoogte bent van de problemen inzake veiligheid op de parkings langsheen de autosnelwegen. Welke maatregelen hebt u reeds genomen om de veiligheid te verhogen? Is er op dat vlak overleg geweest met de federale overheid? Wat heeft dat opgeleverd?
De voorzitter : Mevrouw Fournier heeft het woord.
Mevrouw Martine Fournier : Minister, de laatste maanden zijn er verschillende branden geweest in vrachtwagens of hun ladingen. Vrachtwagens moeten vaak wachten aan de grens voor ze Frankrijk binnen kunnen rijden en zijn dan bij nacht een ideaal slachtoffer voor potentiële brandstichters. Daarnaast zien we ook een stijging van de diefstalcijfers in of aan vrachtwagens. Klassiek is het stelen van banden of de lading.
Op verschillende bijeenkomsten van vrachtwagenchauffeurs en de transportsector krijg ik de verzuchting te horen dat het steeds moeilijker wordt om een vrachtwagen te verzekeren. Als het gaat om ladingverzekeringen, dan is het probleem nog groter dan enkel de verzekering van de vrachtwagen. Op termijn dreigt dit te ontsporen.
Op 15 september 2004 werd aan federaal minister Reynders een overeenkomst voorgelegd om de overdracht van de douanegebouwen en verkeersposten van de federale politie die aan de grensovergangen langs de autosnelwegen liggen, waaronder die van Rekkem en Postel, mogelijk te maken. In het verleden stelde ik de minister al verschillende vragen over dit dossier. Tot op heden heeft minister Reynders nog niet gereageerd op het verzoek van de Vlaamse overheid.
In de commissie liet de minister weten dat ze gewonnen is voor de idee van een bewaakte parking aan de grensovergangen. De onrustwekkende stijging van het aantal brandstichtingen en diefstallen moet ons aanzetten om te bewegen. Misschien moet er naar andere oplossingen gezocht worden, als de federale overheid niet meer mee wil. Een mogelijkheid is om samen te werken met gemeenten en intercommunales of andere samenwerkingsverbanden op te zetten.
Minister, werden er initiatieven genomen om de vrachtwagensector en de verzekeringssector samen te brengen rond de verzekeringsmoeilijkheden? Is er nog vooruitgang geboekt in de overheveling van de douanesites aan de Vlaamse overheid? Welke initiatieven hebt u nog genomen in dit dossier? Wat zijn de mogelijkheden om een bewaakte parking in de buurt van de grens op een andere plaats dan de douanesites te realiseren? Werden reeds stappen ondernomen om bewaakte parkings te realiseren op andere domeinen? Voor welk type opteert de Vlaamse overheid voor de bewaakte parkings?
De voorzitter: De heer Verfaillie heeft het woord.
De heer Jan Verfaillie: Ik wil nog een andere insteek geven. Ik had hieromtrent een schriftelijke vraag gesteld. Ik dacht dat die zou worden geweigerd wegens het lokaal belang. Ik zag toen een aantal vragen op de commissieagenda staan en heb toen onmiddellijk contact opgenomen zodat mijn schriftelijke vraag werd omgezet in een vraag om uitleg, waarvoor mijn dank.
Er is al veel gezegd over de veiligheid van vrachtwagens. Iedereen kent het probleem: te veel vrachtwagens op de parking. Dat heeft een aantal redenen. Eerst is er het just-in-timeprincipe. De bedrijven leggen geen voorraden meer aan, maar de vrachtwagens komen toe 5 minuten voor de producten afgeladen worden. Aan de grensovergangen met Frankrijk is er een bijkomend probleem, namelijk dat de vrachtwagens op de autosnelwegen in Frankrijk tijdens de weekends niet mogen rijden, met uitzondering wanneer ze een speciale vergunning hebben. Het resultaat is dat die vrachtwagens zich allemaal verzamelen aan de grensovergangen om zondagavond te kunnen vertrekken. Er is in Frankrijk één uitzondering, namelijk een stuk autosnelweg tussen Calais en Adinkerke, waar wel mag worden gereden tijdens de weekenddagen. De vrachtwagens verzamelen zich dus op bepaalde tijdstippen op bepaalde plaatsen.
De parkeerfaciliteiten langs de autosnelwegen volstaan vandaag niet. De vrachtwagens wijken dan ook uit naar steden en gemeenten die op industriezones en in bebouwde kommen worden geconfronteerd met vrachtwagenoverlast. Bij ons parkeerden wekelijks van vrijdagavond tot zondagavond tussen 120 en 150 vrachtwagens om dan zondagavond hun reis voort te zetten. Wij hebben op ons grondgebied, vooral op onze industriezones, in samenspraak met de bedrijfsleiders die zware klachten hadden, een algemeen parkeerverbod ingesteld. Ik denk dat heel wat andere steden en gemeenten ons voorbeeld zullen volgen met als resultaat dat de problematiek langs de autosnelwegen nog zal verhogen.
Ik heb gezien dat het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) op de op- en afrit van de parking van de autosnelweg in Mannekensvere paaltjes heeft gezet zodat men niet meer kan parkeren langs de autosnelweg zelf. Hier doet zich een probleem voor dat op een adequate manier moet worden opgelost.
Wij hebben al eens de vraag gesteld om langsheen de A18 Adinkerke-Jabbeke de randparkings uit te breiden, maar dat is blijkbaar niet zo simpel omdat je dan in landbouwgebied of andere zones terechtkomt en vrachtwagens willen nu eenmaal stoppen op plaatsen waar er ook sanitaire voorzieningen en horecafaciliteiten zijn. Parkings die niet over die faciliteiten beschikken, hebben dan ook minder succes.
Minister, welke bijkomende maatregelen zult u nemen om de veiligheid voor vrachtwagenchauffeurs te verhogen op de snelwegparkings? Ziet u een mogelijkheid om de geplande investeringen te versnellen? Welke en hoeveel snelwegparkings zijn te klein en/of slecht uitgerust in Vlaanderen? Welke parkings worden in de toekomst nog onder handen genomen?
De voorzitter: Mevrouw Jans heeft het woord.
Mevrouw Lies Jans : Er zijn zeer interessante vragen gesteld die bij mij nog bijkomende vragen hebben opgeroepen.
Minister, ik las ergens dat de parking in Zolder langs de autosnelweg door een privaat initiatief is uitgebouwd. Ik weet niet of die informatie correct is. Ik vraag me af in welke mate, gezien de budgettaire toestand van de Vlaamse Regering, er een samenwerking met privé-initiatief mogelijk is.
In de persartikels over deze problematiek die ik de afgelopen maanden heb gelezen, merkte ik een ondertoon die stelt dat er te weinig overleg is geweest met de betrokken sector over de hele problematiek van de uitbreiding en beveiliging van de parkings. Ik had graag van u vernomen welk overleg daaromtrent plaatsvindt en of die kritiek terecht is.
De voorzitter : De heer DHulster heeft het woord.
De heer Steve DHulster : De voorgaande sprekers hebben de belangrijkste zaken al aangeraakt, zeker aangezien er uit heel onverwachte hoek wordt geciteerd uit de werken van de BTB. Dat neemt natuurlijk een deel van mijn munitie weg. Ik zal me dus beperken tot enkele andere aandachtspunten.
Als Vlaanderen een logistieke draaischijf wil zijn, kunnen we niet anders dan voorzien in kwaliteitsvolle parkings, niet alleen voor het beroepswelzijn van de vele vrachtwagenchauffeurs, maar ook ten behoeve van de verkeersveiligheid. Als die vrachtwagenchauffeurs niet goed uitgerust op onze wegen terechtkomen, kunnen er grote problemen ontstaan. Dat spreekt voor zich.
Ik weet niet hoe het zit met de concessie in Wetteren en wat daar de gevolgen van zijn. Het is belangrijk om de kwaliteitsvolle parkings die we creëren, niet-betalend te maken. Er zijn een aantal voorbeelden in dit land waar het wel zo is. Daar heb je heel mooie parkings waar spijtig genoeg heel weinig vrachtwagenchauffeurs gebruik van maken.
Ik wil ook de aandacht vragen om bij de inrichting van die parkings een maximale focus te leggen op het feit dat de chauffeurs kunnen rusten en niet worden geconfronteerd met voorbijrazende collegas. Er bestaat een goed voorbeeld in Wallonië. Daar is blijkbaar een commissie actief die kijkt naar alle inrichtingen en naar de stand van zaken van de bestaande vrachtwagenparkings en maakt er een staat van op. Ik weet niet in hoeverre dat in Vlaanderen al bestaat.
Ik wil ook een goed voorbeeld uit de haven aanhalen. Daar heeft men mobiele sanitaire blokken geïnstalleerd voor een redelijk goede prijs. Misschien kan dat soelaas bieden voor de parkings waarvoor er nog geen middelen zijn om daar heel zwaar in te investeren.
De voorzitter : De heer van Rouveroij heeft het woord.
De heer Sas van Rouveroij : Ik wil me aansluiten bij de opmerking van mevrouw Jans. Zou u hier niet beter de privésector mee inschakelen? Er is een acuut tekort inzake capaciteit. Dat zal er allicht niet op verbeteren. Zolang we er niet in slagen om de modal shift goed tot stand te brengen, zal dat vrachtwagenverkeer toenemen. Ik geef een voorbeeld. In de haven van Gent is er een tijdlang een enorme overlast geweest van geparkeerde trucks. Uiteindelijk heeft een privaat initiatief dat opgelost. Het is niet-betalend. Men heeft een grote oppervlakte geasfalteerd waarbij de private initiatiefnemer de kosten voor de beveiligde parking recupereert via alle faciliteiten die hij aanbiedt: restaurant, douches, elektriciteit, tankinstallatie en tankcleaning. Het is een geheel van faciliteiten dat het realiseren van zon infrastructuur betaalbaar maakt.
Als samenleving hebben we ervoor gekozen om meer windmolens te bouwen. We hebben ze deels aangelegd als linten langsheen de autostrades. Als we er nu ook voor zorgen dat we voor die truckchauffeurs een oplossing vinden, kan dat net zo goed ook langs die autostrades, weze het dat hier en daar een landbouwzone moet worden opgeofferd.
De voorzitter : De heer de Kort heeft het woord.
De heer Dirk de Kort : Ik wil me aansluiten, niet met vragen maar met suggesties. In het kader van de werken voor minder hinder rond Antwerpen, zijn er parkings aangelegd die op dit moment goed worden gebruikt. Het waren tijdelijke vergunningen. Het zou spijtig zijn dat die parkings geen verdere bestemming zouden kunnen krijgen. Ik verwijs bijvoorbeeld naar de parking ter hoogte van Sint-Job-in-t-Goor. Het gewest stelt dat die te dicht gelegen is bij de transportzone van Meer, waar al een parking is. Nochtans wordt die ruimte veel gebruikt door truckchauffeurs.
Zouden we niet eens kunnen kijken naar alle invalswegen waar vroeger douanecomplexen stonden met parkings? Die federale gebouwen blijven dikwijls verlaten. Kunnen die geen herbestemming krijgen en in concessie worden gegeven aan private bedrijven, om daar bewaakte parkings te maken?
De voorzitter : Mevrouw Van den Eynde heeft het woord.
Mevrouw Marleen Van den Eynde : Minister, vorig jaar heb ik u ondervraagd over de kwaliteit van de snelwegparkings in Vlaanderen. Dat ging over het sterrensysteem, waaruit was gebleken dat de kwaliteit van onze snelwegparkings achteruitgaat.
De heer Keulen heeft er al naar verwezen. Ik maak me ook zorgen over het feit dat vrachtwagenchauffeurs zich zomaar kriskras langs de snelweg parkeren. Ze parkeren zelfs onder bruggen en overnachten daar. Als er een file is en de vrachtwagenchauffeurs moeten hun rusttijd nemen, parkeren zij bijvoorbeeld in Kruibeke gewoon langs de snelweg tot bijna aan de Kennedytunnel. Dat is een heel gevaarlijke plaats. Veel mensen proberen daar nog via de pechstrook voorbij te steken. Er moet ook voldoende aandacht gaan naar die parking.
Minister, we hebben al oplossingen aangereikt. Ik dacht ook aan de carpoolparkings. Ik weet dat u binnenkort een carpoolparking gaat aanleggen in Rumst. Kan daar ook in plaats worden voorzien voor vrachtwagens? Voor de veiligheid op carpoolparkings lijkt het me ook goed dat er meer uitrusting komt. Ik denk aan tankstations en kiosken. Als men dan toch een plaats creëert, kan men meteen plaats creëren voor vrachtwagens.
Minister, zoekt u op korte termijn al een oplossing voor de parking in Kruibeke? Dat vind ik toch een heel gevaarlijk punt.
De voorzitter : De heer Kennes heeft het woord.
De heer Ward Kennes : Het is een heel boeiende problematiek waarmee iedereen wel eens wordt geconfronteerd. De voorbije jaren duiken meer en meer vrachtwagens s avonds, in het weekend en in de vakanties op in woonwijken en langs gemeente- en gewestwegen. Er zijn bedrijven die om diverse redenen hun personeel vragen om die vrachtwagen mee te nemen. Het gaat er niet alleen om dat ze die ruimte niet zelf voorzien. Het is ook de bedoeling dat mensen niet te veel tijd verliezen doordat ze eerst naar het bedrijf onderweg zouden zijn.
Er moet een globale aanpak komen. Je moet dat uiteraard decentraal organiseren, in overleg met de sector en met private en publieke actoren. Maar je moet het ook centraal aansturen om tot een goed overleg te komen en in Vlaanderen een goede spreiding te krijgen. We zouden uiteindelijk moeten komen tot een systeem waarbij onmiddellijk digitaal wordt meegedeeld op welke parkings er capaciteit is. Als mensen merken dat een parking vol staat, zouden ze dan vrij eenvoudig kunnen kijken dat er 10 of 20 kilometer verder een parking is met nog ruimte. Dat kunnen parkings zijn langs autosnelwegen, maar ook aansluitend bij een dorp of industrieterrein.
Er kan nog heel wat verbeteren: decentraal zorgen voor een goede spreiding, centraal zorgen dat het gerealiseerd wordt en mogelijk maken dat mensen op zoek naar een parkeerplaats voor een vrachtwagen snel weten waar er plek is in de omgeving.
De voorzitter : De minister meldt me wel dat u, als u het hebt over Hulst, Kruibeke, Zolder enzovoort, moet zeggen in welke provincie dat is. De minister kent alle parkeerplaatsen in Vlaanderen niet uit het hoofd. (Gelach)
Collegas, ik vond de vragen van de heren Deckmyn en Verfaillie neigen naar een schriftelijke vraag, omdat het puur om informatie ging. De vragen van mevrouw Fournier en de heer Keulen waren iets anders. Het is wel duidelijk iets dat de volksvertegenwoordigers bezighoudt. Ik heb hier in de commissie het liefst vragen waarin de volksvertegenwoordigers allemaal geïnteresseerd zijn. Als iemand een vraag om uitleg indient over de stand van zaken van de N41, wijs ik die af, sorry. Ik heb liever vragen die aanleiding geven tot een debat.
De heer Jan Verfaillie : Ik had zelf een schriftelijke vraag ingediend.
De heer Johan Deckmyn : Ik ook.
De voorzitter : Vragen hoeveel parkings slecht zijn uitgerust in Vlaanderen, vind ik een schriftelijke vraag. Als uit het schriftelijk antwoord van de minister blijkt dat er een probleem is op die parkings, kunt u de minister hier in de commissie vragen wat ze er nu in feite aan zal doen.
Minister Crevits heeft het woord.
Minister Hilde Crevits : Collegas, het is belangrijk dat er hier aandacht is voor dit debat. Het zal misschien ook de sector een hart onder de riem steken dat er vanuit alle partijen aandacht is voor het statuut van wie met een vrachtwagen rijdt en de manier waarop hij zijn vrachtwagen kan parkeren. Mensen zeuren vaak over al die vrachtwagens. Het is goed dat we aantonen dat hier aandacht is voor de specifieke problematiek.
Het spijt me dat ik het opnieuw moet zeggen, maar dit belangt zowel mijn niveau als het federale aan. Ik probeer die twee blokken te scheiden. Er zijn opmerkingen gemaakt over veiligheid. Straks zal ik het uitgebreid hebben over infrastructuur en capaciteit, absoluut echt mijn bevoegdheden.
Op 4 juni 2007 heeft het Vlaamse Gewest een intentieovereenkomst getekend met de toenmalige federale minister van Binnenlandse Zaken, Patrick Dewael, voor de aanpak van ladingdiefstallen en cabine-inbraken. Dat zou gebeuren door een verhoogde beveiliging van Belgische autosnelwegparkings. Er is ook duidelijk gesteld dat de veiligheid op de parkings een bevoegdheid van de federale overheid is, namelijk van de wegpolitie. Het is goed dat je daarin een keuze maakt. Als het de bevoegdheid is van iedereen, kan iedereen zijn paraplu openen en de schuld op een ander afwentelen.
Het handhaven en het verhogen van de veiligheid komt maar tot stand als er voldoende controle is op de naleving van de wetgeving inzake snelheid, rijden onder invloed, overladingen, diefstal, drugstrafiek, mensenhandel, sluikstorten, het respecteren van de rij- en rusttijden en parkeergedrag. Dat zijn allemaal bevoegdheden van de wegpolitie. Meer politietoezicht en optreden tegen overtreders zijn basisvoorwaarden om tot meer veiligheid te komen. Dat is het federale luik.
Het Vlaamse Gewest kan ook zaken doen voor veiligheid, namelijk door goed in te grijpen in de infrastructuur. Over de veiligheid op de autosnelwegparkings is er sinds het protocol en sinds 2006 regelmatig overlegd met de federale overheid, meer bepaald met de Algemene Dienst Veiligheids- en Preventiebeleid van de FOD Binnenlandse Zaken. Daar is een overlegplatform met: de Algemene Directie Veiligheids- en Preventiebeleid, de federale politie, de betrokken diensten van de FOD Binnenlandse Zaken, het Waalse Gewest, het Vlaamse Gewest, de transportsector zelf vertegenwoordigd door Febetra, Transport en Logistiek Vlaanderen en de Unie van Professionele Transporteurs over de weg (UPTR), de verzekeringssector vertegenwoordigd door Assuralia en de Koninklijke Belgische Vereniging van Transportverzekeraars (BVT). Dat is een vrij breed overlegplatform, dat nu en dan samenkomt.
Op initiatief van de Algemene Directie Veiligheids- en Preventiebeleid is een overlegplatform opgericht om de aanpak van de beveiliging van de autosnelwegparkings in België aan te pakken. In dit overlegplatform worden aanbevelingen gedaan, onder meer dat alle autosnelwegparkings minimaal in categorie 1 ondergebracht moeten worden. Categorie 1 is het laagste beveiligingsniveau. Dit betekent dat op alle parkings het bos verwijderd wordt en dat zij voorzien worden van een afsluiting met, naargelang de plaatselijke toestand van de parking, al dan niet een of meerdere poorten voor de dienstwegen. Verder zou de capaciteit aan vrachtwagenparkeerplaatsen op autosnelwegparkings verhoogd moeten worden en waar mogelijk een hoger beveiligingsniveau moeten krijgen, meer bepaald via de aanleg van bewaakte parkings voor vrachtwagens.
Collegas, wat die niveaus betreft, hebben we in Vlaanderen een sterrensysteem van al die parkings. Jaarlijks evalueren we die, kijken we op welk veiligheidsniveau ze zitten en hoe dat verbeterd kan worden. Er zijn veertien parkings die een kwaliteitsmerk halen. Er zijn ook kwaliteitsniveaus en sterren die worden bekeken. Wallonië en Vlaanderen hebben elk een systeem om dat te bekijken.
Wat de infrastructuur betreft, is de eerste vraag wat we kunnen krijgen of kopen van het federale niveau. Er zijn douanegebouwen aan grensovergangen langs autosnelwegen. Ik verwijs in het bijzonder naar de overgang in Rekkem aan de E17 in West-Vlaanderen, de overgang in Mol-Postel aan de E34, de E25 in Moelingen en de E314 in Boorsem. Op die vier locaties is er wel wat ruimte beschikbaar, die mij verschrikkelijk hard interesseert.
In Frankrijk is er op zondag een verbod om te rijden. Dat heeft enorme implicaties. Dat geeft heel veel problemen aan de Frans-Belgische grens. De vrachtwagens moeten daar op een of andere manier kunnen staan. Volgens sommigen is dat het probleem van Frankrijk. Voor een stuk is dat juist. Maar we hebben er wel de effecten van, want ze staan uiteraard bij ons te wachten tot maandag. Het is een probleem op ons grondgebied. Ideaal zou zijn om de krachten te bundelen en samen initiatieven te nemen op de grens. Ik zou heel graag minstens beheerder worden van die locaties.
Al een aantal keren, op 26 september 2005, op 17 april 2009 en recent op 10 september 2010, is er naar Didier Reynders, vice-premier en minister van Financiën, een brief gestuurd om aan te dringen op een regeling voor de overdracht van de ex-douanegebouwen, met de grond erbij uiteraard. Ook bij de administrateur-generaal van Financiën van de Administratie der Douane en Accijnzen werd meerdere malen en voor het laatst op 27 juli van dit jaar aangedrongen op een soepeler standpunt dat de overdracht van de ex-douanegebouwen op de betrokken grensovergangen mogelijk maakt zonder bijkomende voorwaarden.
Het probleem is dat men federaal vraagt om de douanegebouwen in die hoedanigheid te behouden, hoewel dat eigenlijk niet nodig is. Daar zitten we gewrongen. Pas als die overdracht tot stand komt, kunnen we vooruit voor de grensovergangen. Tot op vandaag zegt de Regie der Gebouwen dat ze, als die overdracht wordt gerealiseerd, de vaste inrichting ten behoeve van de douane wil behouden. Dat is jammer, want volgens de Schengencode is dat totaal niet nodig en heeft het geen zin meer om aan de binnengrenzen nog een inrichting ten behoeve van de douanediensten te behouden. Zon gebouw hindert de meest efficiënte inrichting van de parking. Ik zit daar een beetje vast. Ik zou dat toch graag op een of andere manier realiseren.
De visies op de inrichting van die zones verschillen ook wel. Dat is logisch. Het zijn mooie stukken die gebruikt kunnen worden voor allerlei dingen. Ik denk dat het een zeer goede zaak zou zijn als we die zouden kunnen krijgen voor extra parkeercapaciteit aan de grensovergangen. Ik heb nu nog een brief geschreven. Er is contact opgenomen.
Financiën heeft een nieuw hoofd. Die mensen zijn gecontacteerd. Ik zal proberen daar enige doorbraken tot stand te brengen. Het heeft geen zin daarover te janken. Ik moet mijn verantwoordelijkheid nemen. Ik zal proberen verder actie te ondernemen. We hebben op onze eigen grond natuurlijk ook een aantal mogelijkheden.
Een aantal maanden geleden hebben de vakbonden verklaard dat ik niets doe. Dat heeft me enigszins verrast. Ik begrijp dat ze persberichten moeten verzenden. Ik heb zelf geen actie ondernomen. Ik moet hier dan op reageren. Ik heb in het verleden overigens al over mijn plannen gecommuniceerd. Ik blijf consequent proberen mijn plannen uit te voeren. Iedereen die ooit beleidsverantwoordelijkheid heeft gedragen, weet dat dit tijd kost.
Dat bedrag van 1,4 miljoen euro is bedoeld om de beveiligingswerken en aanpassingen langs de E34 te betalen. Het is de bedoeling de autosnelwegparkings langs de E34 in categorie 1 te krijgen. Om ze in die beveiligingscategorie onder te brengen, hebben we eerst een inventaris opgesteld van wat per site allemaal moet gebeuren. Dit zal in totaal 400.000 euro kosten. Het gaat dan om het uitrusten met cameras, het plaatsen van afsluitingen en het plaatsen van een aantal poorten. Dit is allemaal enigszins afhankelijk van de plaatselijke toestand. De federale overheid heeft verklaard dat ik hiervoor moet instaan. Ik heb dan ook gekeken wat er allemaal moet gebeuren.
Bovendien wordt voor de aanpassing van de parking in Postel een ontwerp opgesteld. Ten gevolge van de aanwezigheid van teer in het asfalt zal die aanpassing iets meer dan het oorspronkelijk bedrag van 1 miljoen euro kosten. Die parking zal trouwens ook van een omheining met camerabewaking worden voorzien.
De aanbesteding is voor volgend jaar. Ik zou binnen een drietal maanden natuurlijk de kritiek kunnen krijgen dat er nog niets is gebeurd. Ik moet echter de procedure volgen. Er is in elk geval al actie ondernomen.
We investeren op die plaats omdat de E34 volgens de politie de grootste prioriteit vormt. Daar vindt het grootste aantal diefstallen plaats. We moeten eerst de plek aanpakken die de grootste prioriteit vormt.
Ik kan niet zomaar op elke parking langs een autostrade ingrijpen. Mevrouw Fournier heeft gevraagd wat het statuut van die parkinguitbatingen eigenlijk is. De uitbating van een vrachtwagenparking, met inbegrip van de onbewaakte parkings, vormt het voorwerp van een concessie. Die concessies lopen voor een periode van 20 jaar. Tijdens die periode evolueert de maatschappij natuurlijk.
Er lopen nu heel wat concessies ten einde. Zodra een concessie ten einde loopt, kunnen we actuelere voorwaarden in het bestek opnemen. Op die manier kunnen we de bestaande mogelijkheden op een optimale wijze gebruiken.
Bij het verlenen van nieuwe concessies schenken we bijzondere aandacht aan de verhoging van de veiligheid, de plaatsing van omheiningen, groenaanplantingen, cameras en toegangscontrole. We schenken eveneens aandacht aan de verhoging van het aantal parkeerplaatsen en de uitbreiding van het sanitair met toiletten, urinoirs en douches. Er moeten zeker gescheiden douches voor mannen en vrouwen komen.
In de bestekken staat duidelijk vermeld dat de bouwwerken moeten worden voltooid binnen een termijn van 12 maanden na de datum waarop de concessiehouder de milieu- en stedenbouwkundige vergunning heeft gekregen. Dit betekent dat de bewaakte parking in Wetteren halverwege september 2011 klaar moet zijn.
Ik heb enig begrip voor de kritiek van de vakbonden. Het nieuwe bestek voor de parking in Wetteren is eigenlijk zonder formele inspraakprocedure met de vakbonden tot stand gekomen. Dat is immers niet verplicht. Het is natuurlijk opportuun de sector zelf enige inspraak te geven. De minister kan hierover het best overleg plegen. We hebben de vakbonden ondertussen op het kabinet ontvangen en een aantal zaken uitgeklaard. Ik hoop dat dit wat gestroomlijnder zal verlopen.
We hebben in Wetteren niet enkel voor een bewaakte parking gekozen, we hebben onder de noemer van de concessieovereenkomst ook naar een capaciteitsverhoging gekeken. Dat gebeurt overigens ook op andere plaatsen. Het is wonderbaarlijk hoe we in Wetteren 80 bijkomende plaatsen kunnen creëren zonder een extra vierkante meter te gebruiken. Het komt er vaak op aan de inrichting van de zone op een intelligentere manier te bekijken.
We mogen niet vergeten dat die concessies van 20 jaar geleden dateren. Er heerste toen een totaal andere visie op de hoeveelheid verkeer die er 20 jaar later zou zijn We zitten met enorme capaciteitstekorten. We moeten heel creatief met de bestaande ruimte omspringen. Het bestek houdt trouwens in dat de aanbieders zelf voorstellen mogen doen om alles zo efficiënt mogelijk georganiseerd te krijgen.
Er is ook een nieuwe concessie voor de parking in Minderhout, langs de E19 richting Breda. Daar is in de inrichting van een bewaakte vrachtwagenparking met 80 plaatsen voorzien. De concessiehouder heeft zijn vergunningen nog niet verkregen.
Er is een nieuwe concessie voor een parking in Nazareth en Kruishoutem langs de E17. In Kruishoutem komt er een bewaakte parking met 35 plaatsen voor vrachtwagens. De offerteaanvraag is voor 15 november 2010. Dat kan niet vroeger om de eenvoudige reden dat de site niet vrij is. We kunnen pas tot vernieuwing overgaan als een oude concessie afloopt en er een plaats vrijkomt.
In nabije toekomst zal een nieuwe concessie aan de dienstenzone langs de E313 en de E34 in Ranst worden verleend. We plannen daar een uitbreiding van de parkeercapaciteit voor vrachtwagens. De oproep is gepubliceerd. Kandidaten hebben zich tot 4 oktober 2010 kunnen melden.
Het is de bedoeling het aantal parkeerplaatsen op al die sites met 300 op te trekken. Op zich is dat nieuws. We kunnen dat echter niet van vandaag op morgen tot stand brengen. We moeten wachten tot de lopende procedures zijn afgerond. Het gaat om een stijging van het aantal plaatsen van 168 tot 405.
Daarnaast bereiden we de aanleg van een nieuwe parking langs de E34 in Stekene voor. De onteigeningen zijn aan de gang. Volgend jaar kunnen de ontsluitingswerkzaamheden van start gaan.
Ik wil ook iets over het kwaliteitssterrensysteem zeggen. Het Agentschap Wegen en Verkeer is met een aantal zaken bezig. Ik weet dat Touring Wegenhulp in Vlaanderen en in Wallonië ook sterren uitdeelt. Ze volgen hierbij een internationaal erkende systematiek. Dit jaar hebben veertien dienstenzones sterren gekregen. De lichte verbetering van de kwaliteit is vooral aan de inzet van de concessiehouders zelf te danken.
De heer Keulen heeft het over de langetermijnvisie gehad. Zodra een concessie afloopt, kunnen we over een nieuwe overeenkomst onderhandelen. Het zou natuurlijk onnozel zijn te wachten tot een concessie echt afloopt. We moeten al eerder weten wat we ter plekke willen doen.
Het lijkt me zeer opportuun de vier sites op onze grenzen te gebruiken. Er zijn heel wat wilde ideeën ontstaan over wat op die plaatsen zoal zou kunnen gebeuren. Voor mij is het elementair dat we die sites kunnen ontwikkelen en hierbij het capaciteitstekort aan parkeerplaatsen kunnen opvangen. De zones in Postel en in Rekkem zullen zeker tot bewaakte parkings voor vrachtwagens worden uitgebouwd.
Mevrouw Fournier heeft gevraagd voor welk bedrijfsmodel de Vlaamse overheid opteert. Momenteel zijn de dienstenzones langs de autosnelwegen concessies aan private bedrijven. De Vlaamse overheid exploiteert die zones niet zelf. De concessiehouders leggen zelf de parkinginfrastructuur aan. Ze passen die infrastructuur later ook aan. Ze voorzien in de nodige beveiliging en in sanitair. Ze staan tevens voor de uitbating in.
Volgens de heer Van Rouveroij zouden we hier eigenlijk veel inkomsten uit kunnen halen. Dat geldt niet voor alles wat wordt aangeboden. Er zijn parkeerplaatsen zonder faciliteiten. Die liggen daar gewoon. Die plaatsen zijn eigendom van de Vlaamse overheid. Ze zijn echter niet zo populair. De populairste plaatsen zijn van enige dienstverlening voorzien en worden privaat geëxploiteerd.
Er is me ook gevraagd hoe het in Zolder zit. Ik ben bevoegd voor de autosnelwegparkings die langs de gewestwegen op ons territorium zijn gelegen. Langs de gewestwegen verleen ik private concessies. Er is me al gezegd dat ik meer naar Duitsland zou moeten kijken. In Duitsland zijn er zogenaamde truckstops. Die plekken worden privaat uitgebaat. Voor veel chauffeurs hoeft een parking niets langs een autostrade te liggen. Dat mag gerust 5 kilometer verder zijn. Ze willen gewoon een plek waar ze hun vrachtwagen kunnen zetten. Ik hoef me bijgevolg niet enkel op de snelwegen te focussen. Indien langs een autosnelweg een parking wordt aangelegd, is die ook voor particuliere wagens bedoeld. Tijdens de grote uittocht naar de vakantiebestemmingen levert dit altijd problemen op. De chauffeurs van gewone wagens gaan echter niet naar truckstops.
Dit lijkt me zeer interessant denkspoor. Er is al een dergelijk dossier in Vlaanderen. De truckstop 26bis op het industrieterrein van Zolder wordt privaat uitgebaat. De naam verwijst naar de nieuwe afrit van het klaverblad. Als tegenprestatie staat de Vlaamse overheid in voor de bewegwijzering langs de E313. Dit is een lovenswaardig privaat initiatief. We laten dit bedrijf zijn werk doen op grond die niet van ons is. De grond die we in concessie geven, is wel van ons. Indien het om een privaat initiatief gaat, kunnen we de bewegwijzering regelen.
De heer Verfaillie heeft gevraagd welke parkings allemaal te klein zijn. Dat is natuurlijk afhankelijk van het ogenblik. Op zeer drukke momenten zijn ze allemaal wel eens te klein. Op andere momenten zijn ze niet te klein.
De gewone weggebruikers hebben ook het recht bepaalde parkings te gebruiken waar nog parkeermogelijkheden zijn. Er is hier naar de parking in Westkerke en naar de parking in Mannekensvere verwezen. Niemand kan worden verplicht van deze parkings gebruik te maken.
Het gebruik van digitale borden zou opportuun zijn. Indien ik het effect van de digitale borden aan de bushaltes zie, lijken ze me sowieso interessant. De mensen zien daar hoeveel minuten een bus te laat zal arriveren. In de steden worden die borden vaak gebruikt om aan te geven hoeveel plaatsen in een parking nog vrij zijn. Dit veronderstelt natuurlijk een goede inrichting en een slimme opvolging of sturing. Dat kan in de toekomst een interessante methode voor nieuwe concessies zijn. Het lijkt me moeilijk die borden nu in bestaande concessies te plaatsen.
Wat het probleem met de vakbonden betreft, wil ik erop wijzen dat we in het verleden misschien wat te weinig met de sectoren hebben gepraat. We moeten in de Vlaamse Commissie van de Nevenbedrijven eens kijken op welke manier een nieuwe concessie best wordt aangepakt.
De Vlaamse overheid heeft een Vlaamse Commissie van de Nevenbedrijven opgericht. De vakbonden zetelen hier niet in. Ik heb echter gevraagd de vakbonden voor de eerstvolgende vergadering uit te nodigen. Zo kan de commissie eens nagaan wat allemaal nodig is. Ik vind al die nieuwigheden immers niet zelf uit. Die commissie vertelt me wat zou moeten gebeuren.
De communicatie met de vakbonden ervaar ik als een gemiste kans. De communicatie in het verleden is niet optimaal verlopen. Volgens de vakbonden doe ik niets. Ik betwist dit natuurlijk. Ik ga ervan uit dat de vakbonden hierover niet te kwader trouw communiceren. Het is allicht niet hun bedoeling me persoonlijk te treffen. Ze zijn gewoon niet van alles op de hoogte.
Ik heb vrij goede ervaringen met de wegenwerken. De voorbije 2 jaar hebben we zesmaandelijks vergaderd. De automobielorganisaties, de vrachtwagensector en zelfs de vakbonden zoeken samen hoe de werken langs de snelwegen kunnen worden aangepakt. Voor mij betekent dit dat ik zowat elke dag moet werken. Ik zie echter dat het draagvlak groter wordt. Ten gevolge van al die gesprekken begrijpen de betrokkenen dat bepaalde zaken op bepaalde plaatsen niet kunnen.
We zouden met betrekking tot dit dossier eenzelfde systeem met een eenzelfde klankbordgroep tot stand moeten brengen. Die mensen zouden dan tweemaal per jaar kunnen vergaderen. Alle betrokkenen zouden kunnen luisteren en de evoluties in de dossiers kunnen bekijken. De exploitanten van de concessies zouden hier ook in mee kunnen worden opgenomen. Samen kunnen we nagaan hoe we tot versnellingen kunnen komen. Zo kan iedereen met hetzelfde doel werken. Dat is beter dan constante kritiek over zaken die niet gebeuren.
Er zit, met andere woorden, heel wat in de pijplijn. Dit dossier zal de komende jaren zeker nog verder onze aandacht opeisen.
De voorzitter : De heer Keulen heeft het woord.
De heer Marino Keulen : Dit is een mooi debat. De minister heeft terecht aangehaald dat veel van onze autosnelwegen eigenlijk van de jaren zeventig en de eerste helft van de jaren tachtig dateren. Dit heeft ook met heel wat andere problemen te maken. Dat heeft te maken met de capaciteitsproblemen die we vandaag kennen op de weg. Het klinkt als prehistorie, maar toen de muur in Berlijn er nog stond, was Oost-Europa voor ons letterlijk afgesloten. Vandaag is dat gelukkig één groot Europa geworden, met intensief vervoer, en met effecten op het vlak van onvoldoende capaciteit.
Minister, de federale overheid is inderdaad verantwoordelijk voor de veiligheid. Nood breekt wet. Door nood moet men soms prioriteiten verleggen. Wilt u bij uw federale collega blijven aankloppen, gezien de branden die werden gesticht? Gelukkig heeft dat nog geen mensenlevens gekost, maar dat heeft soms weinig nodig. Daar moeten we op inzetten. Misschien kunt u ook de lokale politiekorpsen vragen om observatie en patrouilles te doen. Misschien moet u ook nadenken, samen met de exploitant van het terrein in kwestie, de sector en de overheid, om privé-bewaking in te schakelen.
Het gaat over ladingdiefstal en wagens die in brand worden gestoken. Veiligheid heeft een prijs, al was het maar omdat je zo kosten vermijdt. Een mensenleven is natuurlijk nooit te becijferen. Daarom vraag ik om met de federale minister, met de steden en gemeenten die rond die parkings liggen, en met de politiezones rond de tafel te zitten.
Ik heb destijds mijn legerdienst gedaan in Duitsland. Toen bestond het Warschaupact nog. Kort nadien is dat ontbonden. Net over de grens had je nabij Aken de Raststätte Eschweiler. Daar is het proper. Dat vind je bij ons niet.
Ik kom vaak langs de parkings in Rotselaar voor een sanitaire stop, voor een sandwich of een ice tea. Inzake netheid hebben de Duitsers kilometers voorsprong op ons. Netheid is ook gastvrijheid. Bij ons hangt er altijd een licht sinistere sfeer, als ik dat zo mag zeggen. In Eschweiler is dat niet.
Minister, u hebt het over afrit 26 op het klaverblad te Lummen. Die piste moet u bekijken als het gaat over capaciteitsproblemen. De vraag is of u zich dat allemaal moet aantrekken. Er zijn wachtlijsten bij Welzijn, in de sociale huisvesting, en er zijn problemen met de scholenbouw. De heer van Rouveroij had het over treinen in de haven van Gent, waarvan de privésector zei dat er voor haar ook eten en drinken aan is. Daar heb je alle belang bij netheid. Je moet ervoor zorgen dat mensen graag komen, want dat brengt zaad in het bakje. We moeten die mogelijkheden verder bekijken.
Minister, misschien kunt u met de federale minister praten over extra parkeercapaciteit bij douanegebouwen aan de grensovergangen. Ik ken Moelingen en Borsum. Als men nog lang wacht, worden dat bouwvallen. Die gebouwen staan al zo lang leeg dat ze verkommeren. Dat geeft een ander gevoel als men daar moet parkeren. Als men nog lang wacht is er niets meer mee te doen. Ze kunnen beter proberen nu met u zaken te doen. Misschien kunnen ze er nog geld voor krijgen. Daarmee kunt u het capaciteitsprobleem aan de grensovergang voor een deel oplossen.
De voorzitter : De heer Deckmyn heeft het woord.
De heer Johan Deckmyn : Dit is een heel interessant debat. Het bewijst dat er een probleem is. Nu zitten we met de erfenis van een infrastructuur die jammer genoeg achterop blijft hinken. Sommige collegas schrikken dat ik als Vlaams Belanger het ABVV als referentie citeer. Het Vlaams Belang hanteert geen cordon sanitaire, ook niet als het over socialisten gaat.
Er blijft nood aan betere en beter beveiligde parkings. De inspanningen van de overheid blijken jammer genoeg ontoereikend.
Mijnheer Keulen, u pleit voor meer blauw op straat. Ik neem aan dat het niet alleen over uw politieke kleur gaat, maar dat het een terechte bezorgdheid is. Ik ben daar blij mee, want het Vlaams Belang deelt die bezorgdheid.
De suggestie van de heer van Rouveroij om hier met de privésector over te praten, lijkt me heel aanbevelenswaard. Het is een win-winsituatie. Zo kan de overheid zonder veel financiële inspanningen te doen, een grote meerwaarde uit deze situatie halen. Gent is inderdaad een goed praktijkvoorbeeld, maar ik neem aan dat er elders ook goede voorbeelden zijn.
Minister, u stelt dat er sinds 2006 regelmatig overleg is geweest in de Belgische context. Ondertussen blijft het overlegplatform jammer genoeg steken in het formuleren van aanbevelingen. Gelukkig neemt de Vlaamse overheid nog initiatieven. Ik betwist dat niet en begrijp dat dat soms tijdrovend is. Ik pleit ervoor dat de belangrijkste probleem- en pijnpunten in Vlaanderen versneld worden aangepakt.
De voorzitter : Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Mevrouw Karin Brouwers : Ik wil mevrouw Fournier verontschuldigen omdat ze naar een andere commissie moest.
De voorzitter : De heer DHulster heeft het woord.
De heer Steve DHulster : Ik heb nog een vraag over het sterrensysteem waaraan u refereert en dat door het ABVV op poten wordt gezet. Op welke manier worden de gebruikers, niet alleen de sector maar de vrachtwagenchauffeurs zelf, betrokken? Staat er iets in het bestek over het verlenen van concessies? Kunnen er bepaalde garanties worden gegeven over het gratis houden van de parking?
De heer Jan Peumans : De grensovergang in Moelingen ken ik heel goed. Deze morgen was ik om halfacht in de Voerstreek. Daar staan geen vrachtwagens, en dat vind ik heel merkwaardig. Die parking is nochtans heel toegankelijk. Er staat nu een zekere firma uit Heur. Ik denk dat het een Nederlandse firma is. Minister, u verwees zopas naar vier plaatsen omdat er met het ministerie van Financiën een discussie is over de overdracht. Die firma gebruikt dat als een veredelde parkeerplaats om haar probleem op te lossen dat ze thuis zelf niet opgelost krijgt. Dat kunt u zelf vaststellen. Ik snap niet wat het probleem is in Moelingen. Daar is een zee van ruimte om s avonds vrachtwagens te stallen. Ik heb er geen verklaring voor, maar ik zie er nooit vrachtwagens staan. In de vorige legislatuur heb ik nogal wat schriftelijke vragen gesteld aan minister Crevits en aan minister-president Peeters over het probleem van de snelwegparkings.
De voorzitter : Minister Crevits heeft het woord.
Minister Hilde Crevits : Ik heb geprobeerd aan te tonen dat we volop bezig zijn met de privé-exploitatie. De concessies worden al privé geëxploiteerd. Het is echt nodig dat al die concessies worden vernieuwd. Ik hoop dat Wetteren een opgefrist geheel zal hebben.
Voor de prijszetting zijn er mogelijkheden ingebouwd in het bestek. Voor een bewaakte parking met slagboom moet een bijdrage worden betaald. De sector weet dat ook. Het zijn geen zotte manoeuvres. Er zijn geen garanties, integendeel zelfs. Principieel is gepland dat het kan. Even principieel is gepland dat er een betalend en een niet-betalend gedeelte is.
Ik zou het bestek moeten lezen om te weten hoe het precies in elkaar zit. Er is ook wat vrijheid voor de exploitant. Hoe dan ook is er de verplichting dat een deel niet-betalend is, en een duidelijke grens hoeveel er betalend zijn. Dat is vanzelfsprekend. De concessie moet draaien. Er is te veel druk op al die parkeerplaatsen, maar het is een absolute verplichting dat er een bewaakte parking is. Op dit moment kunnen er enkel in Wetteren en Minderhout-Postel bewaakte parkings worden gerealiseerd. Op termijn zou dat ook kunnen in Rekkem en in Westkerke, maar veel meer dan dat is het niet.
In totaal hebben we 37 parkings met tankstation, shop en restaurant. Er zijn er dertien die één of twee kwaliteitssterren hebben, 24 hebben dat niet. Er is dus nog werk aan de winkel. Tien parkings hebben een kiosk of een frituur, één daarvan heeft een kwaliteitsster behaald. Dat betekent dat 14 van de 47 snelwegparkings een ster hebben. Toch is dat een verbetering ten opzichte van de voorgaande jaren.
Hoe wordt het ruime publiek daarin betrokken? Er wordt een screening gemaakt, ik weet niet of daar een enquête bij zit. Dat zou ik moeten nagaan. Er is een screening over sanitair, netheid enzovoort. Ik weet niet of dat op basis is van een onverwachte controle of niet. Het gaat over het sterrensysteem van onze eigen administratie. Er is ook een sterrensysteem van Touring. Ik moet nagaan of het ruime publiek daarbij wordt betrokken.
De voorzitter: Het incident is gesloten.